Het internet staat vol met tips, maar ze zijn vrijwel allemaal gedateerd, tegenstrijdig of zelfs uit de duim gezogen. Het is hoog tijd voor aantoonbare, datagedreven optimalisaties. We presenteren daarom vandaag de eerste Coosto Social Media Benchmark. De Social Media Benchmark is een onderzoek op basis van onze analyse van 188.004 social media posts. De resultaten bieden een uniek inkijkje in het optimale gebruik van hashtags, emoji, berichtlengte, URL’s en media voor meer clicks, views en interacties. Download het rapport hieronder direct voor alle inzichten.
Excellence is in the details - Gregory L. Sullivan
Natuurlijk, de nummer 1 succesfactor in contentmarketing is kwaliteit en de unieke waarde van je content. Maar wie graag wil dat zijn content op social media de aandacht krijgt die het verdient, kan niet ‘zomaar’ de content één-op-één overnemen en verspreiden op al zijn social media kanalen. Een succesvolle social media post vereist aandacht voor context en oog voor detail.
Het verschil tussen een totale mislukking en een geweldig succes zit namelijk grotendeels in de details. Wel of geen hashtags, een afbeelding, een video of juist alleen tekst. Het zijn deze op het eerste oog ‘onbenullige’ keuzes die uiteindelijk tot grote verschillen in de resultaten leiden.
Logisch dat social media managers, content marketeers, communicatieadviseurs en marketeers massaal naar online bronnen grijpen om hét antwoord te vinden op die ultieme vraag: hoe ziet de perfecte social media post eruit? En omdat daar volop vraag naar is, zijn er ook volop antwoorden. Het probleem: niet alle antwoorden zijn op empirisch onderzoek gebaseerd. Vaak zijn tips gestoeld op anekdotes, geruchten of onderbuikgevoel. Daardoor kan het zomaar gebeuren dat één en dezelfde zoekopdracht volstrekt tegenstrijdige resultaten oplevert:
Dit soort headlines waren voor ons aanleiding om te gaan werken aan een datagedreven alternatief. Een alternatief dat het vak kan helpen om onderbouwd slimme optimalisaties te kunnen doen aan details van een post.
Dat is nog niet zo gemakkelijk, want dé perfecte post bestaat natuurlijk helemaal niet. Wat vandaag goed werkt op Facebook, kan morgen op Instagram totaal de plank misslaan. Dat een LinkedIn-post veel clicks oplevert, wil niet zeggen dat hij op Twitter veel bereik oplevert. Slimme optimalisaties zijn platformspecifiek, tijdsgebonden en afhankelijk van je doel.
Daarvoor hebben we Post Optimizer ontwikkeld. Post Optimizer is een geavanceerd systeem dat proactieve adviezen geeft voor het gebruik van media, hashtags, emoji, URL’s en de ideale berichtlengte van je post. Niet naar aanleiding van eenmalig of verouderd onderzoek, maar op basis van realtime analyses van honderdduizenden posts. Post Optimizer vertelt je wat op dit moment wel en niet werkt op je favoriete social media platform, en daarmee is het systeem 100% algoritme-proof.
Post Optimizer is een tool die geïntegreerd is in het Coosto-platform, maar om je alvast eenmalig kennis te laten maken met deze inzichten, hebben we de Social Media Benchmark voor je klaarstaan. Dit benchmark report geeft je een momentopname van de perfecte post per platform en doel.
Maar, zoals gezegd, de perfecte post is ook tijdsgebonden. Wil je dat de rekenkracht van Coosto jou real-time, continu en proactief slimme adviezen geeft voor beter presterende social media posts? Vraag een gratis demonstratie aan.
Video: het is geen nieuw concept. Integendeel. Maar de afgelopen jaren is er volop beweging te zien bij de inzet van video in contentmarketing en social media. Je moet immers wel onder een steen geleefd hebben als de TikTok video’s en Instagram Reels je nog niet om de oren zijn gevlogen. Ook organisaties hebben deze trend opgepikt en gebruiken video steeds vaker als onderdeel van hun contentstrategie.
Dit voorbeeld van het Rijksmuseum laat zien dat videocontent toegankelijk is voor vrijwel alle organisaties en branches. Het Rijksmuseum weet je te verrassen met hun leuke video’s vol met grappige weetjes, handige tips en meer educatieve content.
De opkomst van videomarketing is met een reden. Het wordt steeds lastiger om op te vallen tussen de enorme hoeveelheid content. Video is een ontzettend krachtig middel om je te onderscheiden van de concurrentie en jouw verhaal te vertellen aan jouw doelgroep. Bovendien zijn er eindeloos veel mogelijkheden in vorm en inhoud en daardoor kan je als organisatie nog alle kanten uit: van een uitgebreid klantverhaal tot een productvideo of sfeerimpressie. Video is om die reden overal én multi-inzetbaar. Met video kan je écht een verschil maken in je resultaten, zoals bijvoorbeeld op social media. De succesvolle resultaten spreken voor zich.
Het onderzoeksrapport van Content Marketing Institute bevestigt: videomarketing is nog altijd in opkomst. In dit rapport komt naar voren dat er naar verwachting de komende tijd nóg meer marketingbudget geïnvesteerd worden in video als onderdeel van contentmarketing. Logisch, als je bovenstaande cijfers bekijkt. Bovendien: video’s trekken de aandacht van je doelgroep, geven je de mogelijkheid een compleet verhaal te vertellen met beeld én tekst en zijn bovendien een unieke manier om jouw doelgroep ook emotioneel te bereiken.
Daar kunnen we kort en bondig over zijn: nee. Het maken van videocontent wordt steeds toegankelijker en betaalbaarder. Zeker als je je bedenkt dat korte video’s tegenwoordig ontzettend succesvol zijn. Dat betekent overigens niet dat lange(re) video’s helemaal van de baan zijn. Voor beide formats valt wat te zeggen. Het succes is afhankelijk van jouw doel.
Want een succesvolle aanpak is grotendeels afhankelijk van een goede voorbereiding. En daarin speelt het stellen van het juiste doel een grote rol. Zonder doel kun je immers achteraf niet bepalen hoe succesvol je bent geweest. Bedenk dus goed wat je wil bereiken met deze content: van het opwekken van interesse door vermakelijke content tot informeren en overtuigen. Dat maakt het ook veel makkelijker om uiteindelijke een passende vorm van (video)content te kiezen. Denk aan testimonials, instructievideo’s of een grappig filmpje dat bijdraagt aan de positieve associaties met jouw merk!
Om de investering in jouw video zich uit te laten betalen, is het zaak om je videocontent optimaal in te zetten. Denk hierbij aan verspreiding op verschillende kanalen én het hergebruiken van je video op verschillende manieren. Een video leent zich namelijk perfect als basis, maar denk ook aan een fragment als teaser, stills als beeldmateriaal of misschien zelfs een pakkende quote. Ideaal als social media post, bijvoorbeeld! Zo kies je voor een duurzame aanpak en levert die ene video jou véél meer op!
Video heeft nog een ander ontzettend belangrijk voordeel: het kan ook enorm bijdragen aan jouw marketingdoelen op het gebied van SEO. De kracht van YouTube wordt nog wel eens onderschat. Wetende dat dit platform na Google de meest gebruikte zoekmachine is, is dit je kans om daar gebruik van te maken.
Daarnaast draagt videocontent ook bij aan je ranking-score in Google: boeiende video’s op jouw website zorgen ervoor dat jouw websitebezoekers langer blijven hangen. En laat dat nou een positieve invloed hebben op je ranking. Nóg meer reden dus om vandaag nog te beginnen met videocontent!
Het mag duidelijk zijn: video biedt ontzettend veel kansen binnen contentmarketing. Maar zoals bij iedere marketinguiting geldt ook hier: stel eerst duidelijke doelen voordat je blindelings aan de slag gaat met video. Het doel moet immers wel aansluiten bij de eigenschappen van videocontent. En uiteindelijk weer bijdragen aan jouw contentstrategie.
Zodra je hebt besloten dat video inderdaad de juiste contentvorm is om het gekozen doel te bereiken, is het tijd om te focussen op de inhoud. Video mag dan een populaire contentvorm zijn, om op te kunnen vallen moet je wel met iets goeds komen. En niet zomaar iets goeds, je moet er echt uit springen ten opzichte van je concurrenten. En niet alleen dat: je moet de aandacht ook vast weten te houden, zodat jouw doelgroep de gehele video bekijkt.
Dat is een uitdaging. Maar zoals in het algemeen geldt voor content, schuilt ook hier het geheim in kwaliteit. De kwaliteit van de inhoud én visuele aspecten, in dit geval. Een kijker moet geboeid blijven kijken (en luisteren) naar jouw verhaal. Uiteindelijk is dat dé manier om je boodschap over te brengen.
Tot slot zetten we nog wat extra tips voor jou op een rijtje om jouw videocontent extra succesvol te maken. Doe er je voordeel mee!
Een korte video kan tegenwoordig binnen een handomdraai gemaakt worden. Daar hoeft geen urenlange montage bij te komen kijken. Maar zoals gezegd is kwaliteit dé voorwaarde voor succesvolle content. Zorg dus voor passende inhoud, een goede afwerking en zet de puntjes op de i met creatieve visuals en/of achtergrond muziek. Succes zit in de details!
Videocontent wordt ook vaak genoeg bekeken zonder geluid. Zorg er dus voor dat de inhoud óók te begrijpen is zonder audio. Laat de beelden voor zich spreken of denk aan ondertiteling, als tekst onmisbaar is om de boodschap over te brengen. Want het zou zonde zijn als je hierdoor kijkers verliest!
Eh ja, maar hoe dan? Door niet zomaar jouw boodschap in een filmpje te verwerken. Bouw er een concept omheen dat het leuk, boeiend en interessant maakt! Op die manier is de kans bovendien vele malen groter dat de boodschap blijft hangen bij jouw doelgroep.
Planning is key. Als je bijvoorbeeld video wil inzetten om aan te haken op een relevant inhaakmoment, wil je die content niet op de dag zelf nog moeten maken. Plan én werk vooruit.
Extra tip: met Publish van Coosto plan en publiceer je gemakkelijk videocontent op jouw verschillende social media kanalen. Van video’s op YouTube tot Reels op Instagram: Plan ze alvast in of publiceer ze direct wanneer het jou uitkomt!
Go Ahead Eagles is actief op de verschillende social media-platformen zoals Facebook, Twitter, LinkedIn, Instagram, YouTube, TikTok en Snapchat. Via die kanalen houden zij de fans en volgers van de club op de hoogte van de laatste ontwikkelingen en delen zij de leukste content. Ook is het informeren van supporters via social media is een belangrijk aspect.
Met Coosto kan Go Ahead Eagles vanaf nu alle social media vanuit één centraal platform beheren en dat levert de club veel op. “Voor onze afdeling Communicatie, Media & Marketing is het nu mogelijk om met behulp van een contentkalender alle social media posts in te plannen en te publiceren”, zegt Jan Willem van Dop, algemeen directeur van Go Ahead Eagles. “Het zorgt voor overzicht en bespaart enorm veel tijd doordat er niet steeds tussen onze verschillende social mediakanalen geschakeld hoeft te worden.”
“Daarnaast komen ook de social media reacties van onze supporters en andere voetbalvolgers via het centrale platform van Coosto binnen bij Go Ahead Eagles, wat de interactie vergemakkelijkt. Nog een voordeel is dat we aan de hand van verhelderende rapportages het social media landschap goed in kaart brengen en daarop kunnen inspelen. We zijn dan ook verheugd dat we Coosto als social media partner mogen verwelkomen.”
Coosto is eveneens blij met de samenwerking en heeft veel zin om Go Ahead te helpen. “We kijken ernaar uit om met Go Ahead Eagles samen te gaan werken en de club te helpen op het gebied van online en social media”, geeft Bjorn van Antwerpen (sales and marketing director Coosto) aan. “Social media speelt een grote rol binnen organisaties en dat is in de voetbalwereld niet anders . Wij helpen momenteel ruim 1.600 klanten in binnen- en buitenland en zijn blij om ook Go Ahead Eagles als partner te mogen verwelkomen.”
Influencer marketing richt zich op het betrekken van invloedrijke personen binnen een bepaalde markt of doelgroep om deze kennis te laten maken met een product of dienst. Forbes beschrijft de term als:
"A nonpromotional approach to marketing in which brands focus their efforts on opinion leaders, as opposed to direct target market touchpoints."
Over de afgelopen jaren heeft influencer marketing aan populariteit onder marketeers gewonnen en dat is te zien in het zoekvolume via google en op social media (zie onderstaande afbeeldingen).
Coosto laat zien dat de woorden influencer, influencers en influencer marketing over de afgelopen twee jaar ruim 117.000 keer besproken zijn op Nederlandse social media.
Echt nieuw is het gebruiken van invloedrijke personen natuurlijk niet. Sinds 1760 gebruiken we als mens al de bekrachtiging van anderen om beslissingen te nemen. Het begon met Josiah Wedgwood (van het beroemde servies), die koninklijke aanbevelingen gebruikte om een bijzondere uitstraling rondom zijn merk te creëren, waardoor de waarde van zijn producten steeg. Sindsdien volgden nog velen in zijn voetsporen. Hoe meer iemand verstand heeft of lijkt te hebben van het onderwerp, des te meer we deze persoon vertrouwen. En dat dit werkt, is bewezen met verschillende studies zoals die van Chan, Leung en Luk (2013), Chaudhary en Asthana (2015), Spry, Pappu en Cornwell (2011). Alle reden om verder in de materie te duiken.
De ene influencer is de andere niet. Forrester publiceerde in 2010 om die reden de ‘Online peer influence pyramid’. Deze piramide onderscheidt 3 soorten influencers.
De opsplitsing zorgt voor onderscheid tussen verschillende soorten influencers. Inzicht in het type influencer zorgt ervoor dat je, samen met de influencer, nog beter in staat bent om een waardevolle connectie te maken met je doelgroep. Is het je doel meer merkbekendheid dan passen social broadcasters en mass connectors waarschijnlijk het best bij je doel. Mass mavens en potential influencers zijn juist geschikt wanneer engagement een doel is. Kijkende naar de piramide van Forrester zijn de mass influencers en mass mavens te scharen onder de noemer van micro-influencers.
Afhankelijk van je doel zijn er verschillende afwegingen te maken. Is je hoofddoel vooral het vergroten van je merkbekendheid? Dan zijn de grote bekende influencers (social broadcasters en mass connectors) zeker een optie. Een voorbeeld hiervan is Anna Nooshin. Voor het grote publiek bekend door Expeditie robinson, RTL Boulevard en natuurlijk ook haar samenwerking met Hunkemöller. Maar voor veel anderen vooral bekend en geliefd door het oprichten van NSMBL.com en haar activiteiten als modeblogger. Voor Hunkemöller is ze hierdoor een influencer die leeft onder de doelgroep.
Onder andere het onderzoek van Forrester laat zien dat ook micro-influencers een goede optie kunnen zijn. En deze zijn gemakkelijker te vinden dan je waarschijnlijk denkt. Ben je bijvoorbeeld op zoek naar influencers die fanatiek bloggen over eten? Een simpele zoekopdracht laat je al snel duizenden blogs en reacties zien.
Zoom in op de auteurs van deze berichten, sorteer ze op bereik en je hebt direct een grove selectie aan potentiële influencers.
Zorg ervoor dat je influencers vindt die echt bij je merk en doelgroep passen, des te beter komt jouw boodschap uit de verf. Denk daarna goed na voor hoelang je gebruik wilt maken van de debetreffende influencer(s). Samenwerken voor een langere periode kan zeker lonen door het verhoogde aantal touchpoints dat je hierdoor met je doelgroep krijgt. Daarnaast levert het een schat aan content op, die je op eigen kanalen eventueel weer uit kan lichten.
De hechte band die micro-influencers hebben met hun volgers, laat zich zien in de data. Ter illustratie heb ik gekozen voor de 2960 personen die gedurende 2016 over termen als fashion, mode, kleren en style hebben gesproken en hierbij de hoogste invloedscore hebben.
Door vervolgens deze lijst op aantallen volgers te sorteren, kan er gekeken worden naar de gemiddelde invloedscore per deel van deze groep. Dit resulteert in de volgende uitkomst:
Wat direct opvalt is dat de gemiddelde invloedscore hoger is naarmate een groep gemiddeld meer volgers heeft. Echter kijkende naar de verhouding invloedscore/aantal volgers valt direct op dat juist voor de groep met relatief minder volgers de gemiddelde invloedscore relatief hoger is. Iets wat wijst op een sterke band met veel dialoog.
Johnny Doodle
Chocolademerk Johnny Doodle gebruikte de kracht van influencers in om het merk meer naamsbekendheid te geven. Dit deed het door foodbloggers en foodblogplatformen zoals ‘Uit Pauline’s keuken’ en ‘Brenda Kookt’ producten toe te sturen. Onderstaande afbeelding laat duidelijk het engagement op de posts zien.
Daniel Wellington
Daniel Wellington zet groot in op influencer marketing en is daardoor enorm gegroeid. Onderstaande tweet is een ontzettend goed voorbeeld om te laten zien wat het bereik van een influencer voor een merk kan zijn.
Met ruim 1,7 miljoen volgers heeft Greg Horan (@Greghoran87, de broer van One Direction-zanger Niall Horan) een enorm bereik. Het aantal impressies voor deze ene tweet loopt hierdoor op tot ruim 3.6 miljoen!
Influencer marketing loont, mits je er een goede strategie voor hebt. Bepaal eerst het doel van je campagne en denk vervolgens na over het type influencer dat je wilt gaan inzetten. Met de mogelijkheden die socialmediamonitoringtools je bieden, is het mogelijk om zeer invloedrijke influencers te vinden die nog niet bij het grote publiek bekend zijn. Profiteer hiervan en kijk samen naar de wensen en hoe je voor de volgers van de influencer van waarde kan zijn.
Hoewel ik het niet gemeten heb – daar ga ik al – merk ik dat we als communicatieprofessionals massaal vergeten de effecten van onze campagnes te meten. Zou monitoren en evalueren op basis van cijfers nog onvoldoende in ons DNA zitten?
Dat zou zonde. Want meten maakt je sterker. Een sterke voorbereiding en uitvoering van een campagne zijn natuurlijk hartstikke goed, maar je wordt pas écht beter door de evaluatie. Wat gaat of ging er goed? Is er aanvullende actie nodig om onze doelstelling te behalen? Wat kunnen we hiervan leren voor een volgende keer? Vragen die veel te vaak onbeantwoord blijven.
Ik vergelijk de situatie meestal met een atleet die meedoet aan de 200 meter sprint. Hij traint volop, eet gezond en houdt rust. Op de wedstrijddag zelf probeert hij een nieuwe starttechniek om zo snel mogelijk over de finish te komen. Maar… hij houdt zijn tijd niet bij. Daardoor zal hij er, ondanks al het werk dat er in zijn voorbereiding zit, nooit achter komen of die nieuwe techniek daadwerkelijk goed heeft uitgepakt.
Als je jouw campagne afsluit bij de uitvoering en niet omkijkt naar effectmeting, loop je dezelfde risico’s. Want wie zegt dat je communicatie het gewenste effect op je reputatie heeft gehad? Wie bepaalt of je je doelstellingen hebt gehaald? Of je reputatie in de richting is verschoven die je voor ogen had? Ik merk dat we dat in het communicatievak nog veel te vaak handelen op basis van wat willekeurige reacties in de wandelgangen. Hoe gevaarlijk dat kan zijn, laat onderstaande discussie rond Adidas zien.
Het sportmerk kondigde begin juni aan dat Kendall Jenner, een Amerikaanse tv-personality, het nieuwe gezicht van de Adidas-campagnes zou worden. Daarover ontstond vrijwel direct ophef op social media. Veelgelezen commentaar: ‘Waarom kiezen voor een fotomodel/tv-persoonlijkheid, terwijl je ook voor sporters kunt gaan die daadwerkelijk iets bereiken?’. Social media oordeelden hard: Jenner past niet bij Adidas.
Maar Adidas heeft de campagne tussentijds onvoldoende geëvalueerd, of heeft de ontstane discussie niet op waarde geschat. Want het merk ging onverstoord door met de campagne, en presenteerde in augustus de eerste uitingen met Jenner in de hoofdrol. Het resultaat is voor ons inmiddels niet zo verwonderlijk: een nieuwe storm aan kritiek.
Als Adidas de discussie in een vroeg stadium had gemeten en haar op waarde had geschat, had het de kans gehad om de campagne bij te sturen. Misschien door een ander persoon aan de campagne te verbinden óf door de campagne aan te vullen met meerdere gezichten. Nu is er enorm veel tijd en geld gaan zitten in de voorbereiding op en de uitvoering van de campagne, maar is het resultaat – qua impact op de reputatie althans – zeer teleurstellend.
Les voor ons? Effectmeting is niet zomaar een verplicht nummertje, het is hét belangrijkste sturingsmechanisme dat we als communicatieprofessionals in handen hebben. Het zorgt ervoor dat de resultaten van ons werk inzichtelijk worden zodat we erop kunnen anticiperen. Sla je een keer volledig de plank mis? Geen ramp. Door op tijd de effecten te meten, kom je er snel genoeg achter. Dat stelt je in staat om de situatie opnieuw te bekijken en je campagne aan te passen zodat hij beter past bij de wensen van je publiek.
Door de effecten van iedere actie te meten, bouw je ervaring op en leer je je doelgroep steeds beter kennen. Wat werkt wel en wat niet? Door te meten, krijg je daar steeds beter gevoel bij. Je zal merken dat je campagnes vaker de juiste snaar raken.
Ervoor zorgen dat die effecten positief voor je uitpakken? Lees hier hoe je in een handomdraai bepaalt of je moet reageren op online berichten.
Als je als Nederlands bedrijf in België succesvol marketing wil bedrijven, dan moet je kiezen voor een andere aanpak dan in Nederland. Dat zegt de Belgische marketeer Mark Tollenaere van Motionmill. “Om voet aan de grond te krijgen in België moet je ervoor zorgen dat de Belg je gaat vertrouwen. Hoe je dat doet? Ik denk dat je vooral aandacht aan je campagnes en contacten moet schenken. Niet denken dat je als Nederlander wel even de Belgische markt komt veroveren, zo werkt het namelijk niet.”
Tollenaere is al jaren professioneel bezig met online marketing en heeft zijn meeste klanten rondom Antwerpen. Hij weet als geen ander hoe hij de Belgische markt moet benaderen, maar heeft inmiddels ook veel ervaring opgedaan met Nederlanders en de Nederlandse markt. Met name door de pandemie is het werkveld naar online verschoven, waardoor afstand een minder grote rol speelt. “Afstand is minder een issue geworden, waardoor bedrijven ook verder durven te kijken dan het bureau dat bij ze om de hoek zit. Daar liggen voor Nederlandse bedrijven kansen in België en andersom voor Belgische bedrijven ook in Nederland.”
De Nederlandse en Vlaamse taal zijn nagenoeg gelijk, maar verschillen wel. Hoe moet je omgaan met die verschillen? Volgens Tollenaere moet je geen duizenden euro’s gaan steken in speciale campagnes of dure copywriters als je wil scoren met content. “Met een paar kleine aanpassingen kun je al heel ver komen. De manier van aanspreken bijvoorbeeld. Je hoeft niet direct volledig Belgisch te schrijven om Belgen te bereiken, maar ze worden wel graag op een andere manier benaderd. Wat minder direct, wat vriendelijker. Nederlanders zijn heel erg direct en to the point: ‘ik heb een product en dat heb jij nodig’, die aanpak werkt bij de Belg niet. Voor Belgen is het juist de kunst om wat directer te zijn als ze Nederlanders benaderen. ”
Wat moet je wel doen om als Nederlands bedrijf in België succes te hebben? Je laten zien. “Ik ben zelf gaan spreken in kleine zaaltjes voor een select groepje mensen. Dat deed ik bijvoorbeeld samen met klanten, dan liet ik hen vertellen. Zij verkochten als het ware mijn verhaal. Ik kon vanuit het verhaal van de klant mooie content halen en daar kon ik weer mee naar potentiële klanten. Dat heeft voor mij heel erg goed gewerkt. Ook al kwamen er maar weinig mensen op af. Met de content die uit zo’n avond kwam, kon ik maanden vooruit. Daarbij kost het je enkel koffie en wat biertjes om het te organiseren.”
In Nederland hebben veel mensen het beeld dat België achterloopt op gebied van online marketing, maar dat blijkt niet helemaal te kloppen. Volgens Mark Wijnen, marketeer bij Club Brugge, valt dat namelijk wel mee. De Nederlander kwam via o.a. Willem II en PSV terecht in Brugge en zijn stap naar België heeft hem de ogen geopend.
Hij ziet de verschillen tussen de Nederlandse en Belgische markt dagelijks. “Ik moet bekennen dat ik ook altijd het beeld heb gehad dat ze in België een beetje achterlopen, maar van wat ik heb gemerkt is dat totaal niet het geval. Sterker nog; ik vind ze hier vooruitstrevender en minder stijf. Ze staan meer open voor verandering en innovatie. Al kan ik alleen vanuit mijn werkgever, Club Brugge, spreken natuurlijk.”
In Nederland had Wijnen bijvoorbeeld meer moeite om ideeën erdoorheen te krijgen. “Veel Nederlanders zijn bang voor verandering. Sommige organisaties werken al jaren op dezelfde manier en zitten niet op nieuwe ideeën te wachten. Ze zijn bang voor veranderingen of bang voor hun eigen positie. Hier in België willen ze wat sneller vooruit en durven ze te innoveren en te investeren.”
Een voorbeeld dat Wijnen aanhaalt is Club Brugge Media. Zij scoren met unieke content. “Wij hebben daarin geïnvesteerd omdat we geloven in content marketing. Een voetbalclub is uiteindelijk een entertainmentbedrijf en je moet je volgers/supporters vermaken. Dat doe je door bijzondere content te delen die niemand anders heeft. Een kijkje in de kleedkamer tijdens de rust van een wedstrijd bijvoorbeeld, dat is iets dat in Nederland ondenkbaar is.”
Volgens Wijnen loopt Nederland daarin achter. “Het is vrij ouderwets om bij topsport alleen maar in het belang van de sporters te denken. Natuurlijk draait het om de sporters, maar zonder supporters zijn de clubs en sporters niets of niemand. Kijk maar eens in Amerika, daar is sport echt entertainment. Alles draait om marketing. Spelers staan tijdens de wedstrijd nog interviews te geven bijvoorbeeld. In België durven ze het belang van marketing iets meer in te zien dan in Nederland. Bij Brugge mogen we spelers ook veel meer en makkelijker gebruiken voor marketing-activiteiten dan bij Nederlandse clubs. En denk je dat die spelers dat heel erg vinden? Nee hoor, die vinden het negen van de tien keer zelfs leuk.”
Nederlanders en Belgen zijn in veel dingen hetzelfde, maar kennen op veel gebieden een andere aanpak. Het vertrouwen van de Belg winnen en investeren in een goede band blijkt erg belangrijk te zijn en Nederlanders hechten weer veel waarde aan directheid en duidelijkheid.
Tollenaere heeft nog wel een tip hoe je als Nederlander het beste de Belgische markt kunt aanvliegen. “De beste manier om een ingang te creëren op de Belgische markt is via een Belgische klant. Je eerste klant is vaak het moeilijkst, maar mocht je die eenmaal binnen hebben dan kan die heel waardevol zijn. Mijn advies is dan ook om samen met die klant op te trekken als je hier de markt op wil. Zij kunnen het verhaal voor jou perfect vertellen en dan creëer je een soort sneeuwbaleffect. En kijk ook eens kritisch naar de content die je al hebt. Met een paar kleine aanpassingen kan die heel geschikt zijn voor de Belgische markt. ”
Vertrouwen is dus het keyword als je in België wat klaar wil spelen. Dat vertrouwen krijgen kost tijd en energie, maar als je het vertrouwen eenmaal hebt gewonnen, dan is de kans groot dat je goed zit. “In negentig procent van de gevallen ben je binnen als je het vertrouwen van een Belg hebt gewonnen. Natuurlijk moet je nog je best blijven doen voor je klanten, maar dat is in Nederland niet anders. Ik denk dat je altijd je best moet blijven doen namelijk.”
Er zijn tientallen websites waar je gratis stockfoto’s kunt downloaden. Toch hanteren veel websites bepaalde voorwaarden, wat het lastiger maakt om een écht goede foto te vinden. Mijn top 11 bestaat daarom uit websites waar:
Let's go!
Pexels is voor mij de onbetwiste nummer één: wát een prettige website! Denk aan een overzichtelijke lay-out, een gemakkelijke zoekbalk en diversiteit aan foto’s. Alle foto’s worden gecureerd van websites zoals Unsplash en Gratisography en zijn gratis te gebruiken. Ben je op zoek naar gratis stockvideo’s? Ook dan ben je bij Pexels op de juiste plek. Al met al geen gedoe en veel keuze: fijn!
Meer dan 800.000 afbeeldingen om te doorzoeken: met de database van Pixabay zit het wel goed. Toegegeven: zo af en toe komen er van die stereotype stockfoto’s voorbij. Als je echter creatieve zoekopdrachten gebruikt, is de kans groot dat je er zult vinden wat je zoekt.
Als je van clean designs houdt, dan ga je van deze website heel blij van worden. Rightlight is ontstaan door een groepje webdevelopers, die zelf in het verleden veelvuldig gebruik hebben gemaakt van gratis mockups, fonts en plugins. Deze stockfoto-website is voor hen een manier om wat terug te kunnen doen. De database aan foto’s is misschien niet onwijs groot, maar kwalitatief heel goed.
Eindeloos veel categorieën, een overzichtelijke website én – niet onbelangrijk – mooie foto’s. Selecteer foto’s op basis van datum, populariteit of views, en vind zo eenvoudig de foto die past bij jouw social media post.
Foto’s met hoge kwaliteit vind je bij Unsplash, die daarbij stuk voor stuk gebruikt mogen worden voor commerciële doeleinden. Een account aanmaken is niet nodig, één klik op de download-knop is genoeg. Wil je op de hoogte blijven van de nieuwste stockfoto’s? Abonneer je dan op de nieuwsbrief, waar je elke 10 dagen maar liefst 10 nieuwe foto’s toegestuurd krijgt.
Quirky, creative, always free photos. Dat belooft de gratis stockfoto-site Gratisography. En quirky zijn de foto’s zéker. De afbeeldingen zullen lang niet altijd passen bij de strekking van je social media post, maar als je op zoek bent naar iets anders dan kun je hier je hart ophalen. En – de naam verraadt het al – de foto’s zijn helemaal gratis.
Beelden zeggen meer dan 1000 woorden, en die uitspraak komt tot uiting op Life of Pix. Je vindt er geen afleidende teksten of vage omschrijvingen, alleen maar foto’s die stuk voor stuk bruikbaar zijn voor je social media posts. Tipje: als je een foto tegenkomt die het downloaden waard is, open deze dan in een nieuw tabblad. Hiermee voorkom je dat je weer helemaal opnieuw moet scrollen als je teruggaat naar het overzicht!
Daniel Nanescu, een fotograaf met bijna 10 jaar ervaring, had een hard drive waar duizenden foto’s stof stonden te vangen. Hij besloot ze te delen met de rest van de wereld op SplitShire, waar iedereen de foto’s kan downloaden én gebruiken voor alle doeleinden. Bedankt, Daniel!
Weer een parel van een gratis stockfoto-site. De foto’s zijn van top-kwaliteit en worden onderverdeeld in categorieën zoals ‘Lifestyle’, ‘Business’ en ‘People’. Wat ook handig is: bij elke foto laten ze een bijbehorend kleurenpalet zien. Kaboom!
Make magic is wat fotograaf Jay Mantri je gebiedt zodra je zijn website bezoekt. Gelukkig is dat niet zo moeilijk met zijn collectie aan prachtige stockfoto’s! Een handige zoekbalk of categorieënpagina ontbreekt op zijn Tumblr, maar dat is hem vergeven als je zijn foto’s ziet. Wederom gratis te downloaden en te gebruiken.
Eigenlijk een vreemde eend in de bijt, maar ik kon het niet laten om Adobe Spark toe te voegen aan dit lijstje. Want hoe creatief je ook probeert te zijn, de kans is groot dat de door jou gebruikte stockfoto ook door anderen wordt ingezet. Geen ramp, maar uniek is het niet. Met Adobe Spark maak je zélf afbeeldingen voor je social media post. Een gratis dienst, die super gebruiksvriendelijk is. Selecteer wat voor soort post je wilt maken, voeg er filters of teksten aan toe en exporteer de afbeelding naar je laptop. Enige kanttekening: het aanmaken van een account is vereist, maar volledig gratis.
Heb je jouw afbeelding voor social media gevonden? Mooi, dan kun je hem nu gaan plaatsen. Of wil je hem eerst nog wat bewerken? Filtertje, beetje bijsnijden, inzoomen of de beeldverhouding aanpassen? Geen nood, het kan allemaal in de slimme social media planner van Coosto, want daar vind je een uitgebreide Image Editor.
Aandacht krijgen op social media is zo gemakkelijk nog niet. De concurrentie is enorm, en het geduld van consumenten neemt alsmaar af. En als je toch je zuurverdiende aandacht krijgt, begint het pas. Dan volgt een proces van mensen interesseren, verleiden, en tenslotte overtuigen om de gewenste actie te ondernemen.
En dat allemaal in één social media post.
Laat één ding duidelijk zijn: wie met social copy aan de slag gaat, moet talent en gevoel voor taal hebben. Maar met talent alleen kom je er niet. Een juiste structuur in een social media post is even onontbeerlijk als het vinden van de juiste woorden. Als kapstok kun je gebruik maken van het AIDA-model.
AIDA is een acroniem dat staat voor Attention, Interest, Desire en Action. In het Nederlands: Aandacht, Interesse, Verlangen en Actie. Dit model is al in 1925 geïntroduceerd, en was destijds vooral bedoeld om aan te geven welke stappen in een reclame-uiting aan bod moeten komen.
Veel later is het breder opgepakt om de verschillende fases van een klantreis weer te geven, maar je kunt het model net zo goed toepassen op micro-niveau: een social media post bijvoorbeeld. Wat moet een social media post doen om succesvol te zijn?
Wie kijkt naar de meest engaging social media posts van merken, ziet dat de social copy (de begeleidende tekst van een video, foto of link op social media) van deze berichten vrijwel altijd voldoet aan de combinatie van de 4 AIDA-ingrediënten.
Goed om dat patroon vast te stellen, maar hoe kun je nu zelf AIDA toepassen in je social media posts? Dat bespreken we stap voor stap.
Perfect geschreven social media posts kunnen de aandacht trekken, maar zonder relevante inhoud leveren ze alsnog niets op. Ben je nog zoekende naar die relevantie voor jouw merk en jouw publiek? Download dan een gratis exemplaar van het whitepaper ‘Contentstrategie & social media: van strategie naar succes’. Daarin leer je hoe je goed doordachte (social media) content creëert die aanslaat bij jouw doelgroep.
Aandacht draait in eerste instantie om opvallen. Opvallen op social media is niet veel anders dan in het echte leven. Hoe ongemakkelijk die waarheid soms ook is: het genuanceerde midden wordt vaak overgeslagen. Wie iets verrassends te melden heeft, krijgt de aandacht.
Alleen met zeer herkenbare, nieuwswaardige of visueel opvallende openingszinnen, zorg je ervoor dat mensen stoppen met scrollen en verder lezen.
Beschrijvende zinnen, clichés en inhoudsloze aankondigingen lokken veel minder uit om verder te lezen, en zijn daarom vrijwel nooit een goed idee.
⛔️ “In onderstaand artikel kun je lezen welke social media veel worden gebruikt in Nederland.”
⛔️ “Social media zijn niet meer weg te denken uit ons dagelijkse leven.”
✅ “Het is zover: TikTok is nu officieel groter dan Snapchat!”
✅ “Hé, duurt ‘even Instagram checken’ bij jou ook altijd minstens 2 uur?”
Passieve zinnen voelen onnodig traag en wollig aan. Social media zijn actiegedreven, en je opening moet daarom diezelfde insteek hebben. Schrijven in een actieve vorm helpt je direct de aandacht te grijpen. Deze vorm is concreter, en zorgt voor een actievere houding bij de lezer.
⛔️ “Wordt jouw auto nog steeds gewassen met water en groene zeep?”
✅ “Was jij jouw auto nog steeds met water en groene zeep?”
Zodra je eenmaal de aandacht hebt, moet je interesse gaan wekken. De lezer gaat hier in een fractie van een seconde bepalen of jouw social media post zijn aandacht ook daadwerkelijk waard is.
Probeer daarom inhoudelijk voort te borduren op het haakje waarmee je de aandacht hebt gegrepen. Laat hier zien dat je de problemen of verlangens van de lezer begrijpt, zodat je de aandacht vasthoudt. De lezer moet je post bij wijze van spreken instemmend knikkend kunnen lezen.
Naast die inhoudelijke opbouw, zijn er ook in deze fase schrijftips die je helpen die interesse te wekken.
Social media zijn in de regel een stuk informeler dan traditionele media. Wie interesse wil wekken op social media, moet daarom bijna letterlijk de taal van zijn doelgroep spreken. Vind je dat lastig? Een handig trucje is om je tekst hardop voor te lezen. Voelt de tekst onnatuurlijk aan? Je hebt dan waarschijnlijk te veel schrijftaal gebruikt, en kunt beter kiezen voor woorden die je ook in een gesprek zou gebruiken.
Typische schrijftaalwoorden: hetgeen, tevens, aldus, welke (waar ‘dat’ of ‘die’ wordt bedoeld), reeds, etc. hebben geen plek op social media.
⛔️ “Deze schadeposten, welke niet zijn gedekt, worden niet vergoed, hetgeen tevens reeds is vermeld in de voorwaarden.”
✅ “Tja, in de voorwaarden staat dat je er geen vergoeding voor krijgt.”
Nee, social media gaan niet om jou. Kies daarom niet jouw merk als referentiepunt, maar richt je direct tot de lezer.
⛔️ “Wij hebben een nieuwe applicatie ontwikkeld voor bewoners van huurappartementen. Daarmee ziet een huurder direct of hijzelf of de betreffende verhuurder verantwoordelijk is voor een reparatie in huis. Daarmee kan een verstoorde relatie of het maken van juridische kosten worden voorkomen.”
✅ “Er is iets kapot, maar draai jij of de verhuurder voor de kosten op? Met deze nieuwe app weet je het direct, en heb je nooit meer gedoe.”
Bijwoorden in social media posts zijn overbodig, en maken zinnen onnodig lang. Een eenvoudig devies om de aandacht vast te houden: laat ze in je social media posts achterwege. Bijvoeglijke naamwoorden kunnen een zin wél versterken, maar gebruik ze met mate.
⛔️ “Het is misschien wel een bijzonder lastige klus om je heel erg mooie huis op te knappen.”
✅ “Je huis opknappen is een lastige klus.”
Nu je een probleem, situatie of behoefte hebt vastgesteld, is het belangrijk dat je de social media post richting een oplossing schrijft. Daarbij breng je de oplossing natuurlijk zo aantrekkelijk mogelijk, waardoor de lezer ernaar gaat verlangen.
Een positieve insteek helpt dat verlangen te creëren. ‘Positief’ betekent niet dat je post altijd vrolijk moet zijn. Je mag bijvoorbeeld best een negatieve situatie aankaarten, als die wel een positief verlangen kan triggeren.
⛔️ “Vreselijk dat supermarkten nog altijd zijn ingericht alsof we in het jaar 2000 leven.”
⛔️ “Waarom doen we het onszelf nog aan om in die lange wachtrijen te staan?”
✅ “Zou het niet fantastisch zijn als je boodschappen gewoon aan de deur worden bezorgd?”
✅ “Het goede nieuws: die lange wachtrijen kun je vanaf nu overslaan.”
Social media managers laten zich vaak verleiden om te veel te vertellen. Een goede social media post kan impliciet verlangens creëren en heeft daar geen volzinnen voor nodig. Dwing jezelf om het rechttoe rechtaan te houden.
⛔️ “Met deze techniek voorkom je het probleem van vlekken onder je schilderstape. Zo schilder je gemakkelijk rechte lijnen op je muur, en hoef je niet na het schilderen alles nog eens bij te werken. De tijd die je daarmee bespaart kun je besteden aan andere activiteiten of juist aan ontspanning. Wel zo prettig, toch?”
✅ “Schilder gemakkelijk kaarsrechte lijnen op je muur.”
Heb je de aandacht weten vast te houden tot dit punt? Hartstikke goed, maar bewaar de schouderklopjes nog even. Er is namelijk nog één element dat je moet toevoegen aan je social media post. Een element dat gek genoeg vaak wordt vergeten: het aanzetten tot actie!
Je kunt wel een lekker lopende post hebben, maar veel lezers hebben nog een laatste zetje nodig. Geef daarom expliciet aan welke actie je van hem of haar verwacht: de video bekijken, reageren op de poll, zijn mening geven in de comments, op een linkje klikken, een gratis testexemplaar aanvragen?
Met een call-to-action in gebiedende wijs rond je jouw social media post af:
⛔️ “Daarom hebben we deze nieuwe slimme speaker op de markt gebracht.”
⛔️ “De speaker is verkrijgbaar in 3 nieuwe kleuren. Zit er iets voor jou bij?”
✅ “Bekijk de 360°-video en ervaar de nieuwe speaker zelf.”
✅ “Welke kleur is jouw favoriet? Laat het weten in de comments!”
Staat 10 mei al groots gemarkeerd in jouw agenda??
Schrijf je nu in voor ons webinar en ontdek hoe én waar jij de beste inspiratie voor knallende content vindt!https://t.co/qrHhn3dwO1
— Coosto (@CoostoNL) April 25, 2022
Voorbeeld: aanzetten tot actie in een social post
Deze AIDA-methode is ideaal om je social copy op te bouwen, maar een social media post heeft meer elementen waar je tekst in kunt verwerken. Denk bijvoorbeeld aan een linktitel, subtitel, afbeelding of video.
Over het algemeen is het een aanrader om AIDA niet volledig aan te laten komen op de beschrijvende tekst in een social media post. Als je onderdelen van AIDA in de overige elementen verwerkt (bijvoorbeeld aandacht trekken door middel van beeld, of verlangens creëren door een linktitel), kun je de social copy nóg korter houden. Dat betekent minder kans dat een lezer afhaakt, dus gunstig voor jou.
Beoordeel een social media bericht daarom niet alleen op de social copy, maar bekijk hem in zijn geheel. Dan zijn niet alleen je teksten perfect, maar kun je met recht zeggen: ik heb een geweldige social media post geschreven! Details kunnen hierin het verschil maken. Denk aan het toevoegen van links, afbeeldingen of video, hashtags en emoji. Het lijken op het eerste oog ‘onbenullige’ keuzes, maar het zijn juist deze toevoegingen die uiteindelijk tot grote verschillen in de resultaten leiden.
Benieuwd waar de perfecte social media post aan moet voldoen? Jouw eigen data is goud waard. Met onze Perfecte Post Calculator krijg je inzicht in het optimale gebruik van hashtags en de ideale berichtlengte. Daarnaast krijg je ook te zien wat voor jou de beste dag én tijd is om te posten.
We hoeven niet uit te leggen dat branding belangrijk is. Maar we willen je wel laten zien hoe je een herkenbaar merk kunt bouwen aan de hand van een aantal voorbeelden. Een enorm marketingbudget is handig, maar niet essentieel: gewoon doen!
Een unieke en uniforme visuele uitstraling zorgt voor herkenning op de lange termijn. Om te beginnen een voorbeeld dicht bij huis. TOTO was nog niet zo lang geleden een grijs merk, totdat ze besloten het roer om te gooien en hun eigen koninkrijk creëerden. Koning TOTO is nu onmisbaar geworden in Nederland.
Als mensen zich tijdens carnaval zelfs verkleden als Koning TOTO, dan weet je dat het met de herkenbaarheid van je merk wel goed zit. De kroon, de huisstijl, de groene mantel, het zijn vaste visuele patronen in elke uiting en reclame van het gokbedrijf. Patronen die zo herkenbaar zijn geworden dat iedereen ze associeert met TOTO.
❗️| Brekend: een bericht van blijkbaar de enige echte koning TOTO ? pic.twitter.com/rwoKJJYqMW
— TOTO (@TOTO_NL) April 1, 2021
Over visuele herkenning gesproken: kun je je voorstellen dat je een reclamecampagne uitrolt zonder je logo te gebruiken? Het klinkt bijna onmogelijk, maar toch doet McDonald's het regelmatig. De kleuren en bogen van de wereldberoemde gele M zijn zo herkenbaar dat we bij het zien van een deel van het logo of alleen al bij het zien van de kleuren meteen de link leggen naar de hamburgerketen.
Ze adverteren bijvoorbeeld met grote reclameborden naast de weg waarop slechts een klein stukje van de M te zien is. Dit is om aan te geven in welke richting je moet gaan om je Big Mac te halen. De naam van het bedrijf wordt nergens genoemd en het logo is ook niet te zien, maar toch weet iedereen dat het McDonald's is.
Een herkenbare slogan kan enorm belangrijk zijn voor je merk. Er zijn talloze voorbeelden van goede slogans die al jaren verbonden zijn aan bepaalde merken. Een van de bekendste is ongetwijfeld “Just Do It. In dit verband hoeven we niet eens te zeggen om welk merk het gaat. Nike gebruikt de slogan al sinds de jaren 1980.
Maar hoe kom je aan zo'n ijzersterke slogan? Een manier om dat te doen is door het kort en krachtig te houden, je te richten op de essentie van je merk en woorden en zinnen te gebruiken die mensen gemakkelijk overnemen. De zin waarmee Nike al meer dan 30 jaar adverteert, voldoet aan die kenmerken, maar heeft een lugubere oorsprong. Gary Gilmore, een ter dood veroordeelde crimineel, was namelijk de inspiratie voor het sportmerk. Zijn laatste woorden voor zijn executie waren: “Let's do it!
Die woorden inspireerden het reclamebureau dat de campagnes voor Nike deed en zo werd de wereldberoemde slogan geboren. Trouwens, in de strijd tegen racisme in Amerika gebruikte Nike deze slogan op een zeer krachtige manier. Zo krachtig dat zelfs concurrent Adidas de video deelde. Voor één keer, doe het niet'.
Laten we allemaal deel uitmaken van de verandering.#UntilWeAllWin pic.twitter.com/guhAG48Wbp
— Nike (@Nike) May 29, 2020
In Nederland zijn er natuurlijk ook voorbeelden van goede slogans. “Het komt goed schatje” is een zin die onlosmakelijk verbonden is met Roosvicee. Zij hebben een zin die dagelijks door heel veel mensen wordt gebruikt, weten om te zetten in hun slogan. Als je nu die bemoedigende woorden uitspreekt, denk je bewust of onbewust aan Roosvicee. Super krachtig en super herkenbaar dus.
Je merk een gezicht geven is altijd een goed idee. Denk maar aan Frank Lammers. De acteur van onder andere Undercover is enorm populair in Nederland en ook het gezicht van Jumbo. Elke dag krijgt hij wel honderd keer “Hallo Jumbo” naar zijn hoofd geslingerd, zoals hij onlangs toegaf in Rooijakkers over de vloer op RTL4. Het laat zien hoezeer mensen Lammers associëren met de supermarkt.
Wat Frank Lammers nu is voor Jumbo, was Harry Piekema zo'n tien jaar voor Albert Heijn. Hij verscheen in elke commercial en werd het gezicht van de AH. Je denkt nog steeds aan de Albert Heijn op het moment dat je Piekema voorbij ziet komen. Zodra het bbq-seizoen begint en er een hamburger op de grill gaat is er altijd wel iemand die “hamburgers met korting” zingt. Herkenbaar toch?
Telfort weet ook hoe goed het kan zijn om je merk een gezicht te geven. De naam Patrick Stoof doet misschien niet meteen een belletje rinkelen, maar als je zegt: 'Wie had dat gedacht; van golfbaan naar bijbaan', weet iedereen meteen wie je bedoelt en gaat er een Telfort-belletje rinkelen. De herkenbare uitspraken uit de reclames worden nog dagelijks door iedereen gebruikt.
Een unieke en duidelijke tone-of-voice is ook erg belangrijk voor je merk. Spreek je je volgers heel formeel, informeel of met veel humor aan? Zorg ervoor dat de stijl bij je merk past en dat je het consequent toepast, dan word je vanzelf herkenbaar.
Een goed voorbeeld is voetbalclub Telstar. Een kleine club, maar groot in hun unieke communicatie. Ze gebruiken veel humor en zelfspot. Het is typisch Telstar. Andere clubs hebben het ook geprobeerd, maar die kregen al snel te horen: “Jullie proberen Telstar te imiteren. Dat laat zien hoe herkenbaar hun tone of voice is. Het kopiëren van deze stijl voelt meteen 'nep' en onnatuurlijk. Want bij deze tone-of-voice t denk je meteen aan het clubje uit Velsen-Zuid. Die herkenbaarheid is wat je wilt.
Wijsheid komt met de jaren. Wij zijn klaar voor je komst! @rafvdvaart @HeldenMagazine pic.twitter.com/MOnNilO6OA
— Witte Leeuwen (@telstar1963nv) December 1, 2016
Reisorganisatie Eliza was Here heeft ook een heel herkenbare en onderscheidende tone of voice. Als je kijkt naar de communicatie van die organisatie heb je het gevoel dat je altijd met Eliza te maken hebt. Ze spreekt constant vanuit de eerste persoon waardoor je met haar meeleeft en de reizen die ze aanbieden vanuit haar ogen bekijkt. Je vergeet even dat er een grote organisatie (TUI Group) achter zit. En dat maakt deze persoonlijke tone-of-voice zo krachtig.
De bovenstaande punten en gerelateerde voorbeelden kunnen je op weg helpen bij het bouwen van een herkenbaar merk. Branding is ontzettend belangrijk. Je kunt nog zo'n goed product hebben, zonder een goede merkstrategie wordt het een stuk moeilijker om je product op de markt te brengen. Neem branding daarom serieus en besteed er tijd en aandacht aan. Raak niet in paniek als je niet binnen een maand een wereldberoemd merk hebt, Rome is niet in een dag gebouwd.
Facebook blijft met kop en schouders het grootste sociale-mediaplatform in Vlaanderen. 8 op de 10 Vlamingen is actief op sociale media, en Facebook neemt daarvan het grootste deel voor haar rekening. 74% van de Vlamingen opent en bekijkt Facebook minstens maandelijks. Op gepaste afstand volgen YouTube en Instagram. Pinterest, LinkedIn en Twitter ontlopen elkaar daarachter niet veel. TikTok en Snapchat noteren rond de 14%. Reddit is en blijft een niche-platform, met zo’n 6% van alle Vlamingen die het platform minstens maandelijks bekijkt.
De opvallendste groei zien we bij TikTok - van 3% vorig jaar naar 14% - en Instagram en Pinterest, die al drie jaar een consistente stijging laten zien. Instagram groeide gestaag van een penetratie van 30% in 2017 naar een gerapporteerde 45% in 2020. Pinterest maakt kleinere stappen, met jaarlijks een paar procentjes erbij. Drie jaar geleden bekeek 21% van de Vlamingen het platform maandelijks, in 2019 was dat 26%, en nu dus 27%.
LinkedIn daalt juist voor het eerst in drie jaar, van 24% vorig jaar naar 20% nu. Andere platformen blijven redelijk stabiel op hun langjarig gemiddelde.
Tip: een populair sociale-mediaplatform is niet automatisch een geschikt kanaal. Lees hier welke kanalen het best bij jouw merk aansluiten.
De Vlaming besteedt gemiddeld 39% van zijn smartphone-schermtijd aan sociale media, zo’n 6% meer dan vorig jaar. Dat komt dagelijks neer op zo’n 73 minuten, tegenover 49 minuten vorig jaar. 54% van alle Vlamingen is bovendien een actieve gebruiker van minstens vier sociale media en/of chatplatformen. Bij 16- tot 24-jarigen is dat maar liefst 9 op 10. Het percentage Vlamingen dat wekelijks (77%) en zelfs dagelijks (66%) gebruik maakt van social media, steeg met respectievelijk 1 en 3 procent.
Kortom: het sociale-mediagebruik wordt frequenter en intensiever. De Digimeter werpt terecht de vraag op of dit tijdelijke corona-effecten zijn of langetermijntrends, maar het is in elk geval de realiteit van vandaag.
Daarbij is het wel interessant om op te merken dat slechts een handjevol sociale-media-apps verantwoordelijk is voor deze intensivering. Voor vrijwel elk platform wordt gemiddeld een lager dagelijkse en wekelijkse gebruiksfrequentie gerapporteerd, op TikTok en Instagram na. Instagram is zelfs na Facebook de sociale-media-app die het vaakst dagelijks wordt geopend: 32% van alle Vlamingen kijkt iedere dag op Instagram.
Tip: deze statistieken voor Vlaanderen vergelijken met Nederland? Bekijk de social media gebruikscijfers van Nederland.
Om te kunnen vaststellen waar jouw doelgroep actief is, is het relevant om niet alleen de algemene penetratiegraad van sociale-mediaplatformen te bekijken, maar ze per leeftijdscategorie onder de loep te nemen. De Digimeter stelt ook deze gegevens ter beschikking. Onderzocht in 2020, maar gerapporteerd in april 2021, en daardoor zijn dit de meest recente gegevens om je kanaalkeuze op te baseren.
Facebook blijft redelijk stabiel in het aandeel maandelijkse gebruikers onder de Vlaamse bevolking. We zien wat kleine dalingen binnen alle leeftijden, met uitzondering van de groep tussen 35 en 44 jaar. Zoals bij veel sociale media zijn het ook op Facebook vooral de jongere Vlamingen die relatief goed vertegenwoordigd zijn.
Lees meer over de mogelijkheden van Facebook in Coosto.
De opkomst van TikTok lijkt bij de jongere generatie niet tot een daling van het YouTube-gebruik te hebben geleid. De groep tussen 16 en 24 jaar is zelfs de enige waar het YouTube-gebruik is toegenomen. Het grootste verschil tussen Facebook en YouTube zien we bij de groep ouder dan 55 jaar. Minder dan de helft van hen opent YouTube minstens maandelijks, terwijl bijna 2/3e wel actief is op Facebook.
Instagram is al jaren groeiende, al lijkt de explosieve stijging van eerdere jaren wat af te vlakken. Traditioneel is het platform vooral populair bij leeftijdsgroepen tot 34 jaar, en dit jaar is daarin geen uitzondering. Bij de groep tot 24 jaar is Instagram voor het eerst zelfs groter dan Facebook (87% tegenover 85%).
Lees meer over de mogelijkheden van Instagram in Coosto.
Wellicht zijn mensen minder op zoek naar vacatures of professioneel netwerken in tijden van de coronacrisis en het bijbehorende thuiswerken. Wat de onderliggende reden ook is: LinkedIn maakt een opvallende daling door in Vlaanderen. Binnen de groepen tussen 25 en 54 jaar, waar LinkedIn normaal gesproken goed vertegenwoordigd is, gaat het platform relatief hard onderuit, met respectievelijk 6 en 7 procentpunten.
Lees meer over de mogelijkheden van LinkedIn in Coosto.
Pinterest is ook in Vlaanderen een stille kracht in het sociale-medialandschap. Zelden in het nieuws, maar een gestage groeier op de achtergrond. Dit jaar doet vooral de groep tussen 25 en 34 jaar een duit in het zakje, met een groei van 8 procentpunten. Het valt bovendien op dat het platform over alle leeftijdsgroepen relatief gelijk is vertegenwoordigd. Twijfel je om Pinterest in te gaan zetten voor jouw organisatie, dan hoeft de leeftijd van je doelgroep dus geen struikelblok te zijn.
Lees meer over de mogelijkheden van Pinterest in Coosto.
Nu de ambtstermijn van Donald Trump als president van de Verenigde Staten is afgelopen, levert Twitter overal wat actieve gebruikers in, na een stijging in eerdere jaren. Dat is in Vlaanderen niet anders. Opmerkelijke uitzondering: de groep tussen 16 en 24 jaar, waar het platform zelfs 3% wint.
Lees meer over de mogelijkheden van Twitter in Coosto.
Heb je als social media manager de razendsnelle opkomst van TikTok gemist, dan heb je hoogstwaarschijnlijk onder een steen geleefd. Het spraakmakende videoplatform schiet vooral bij jongere doelgroepen als een raket omhoog, en is bij 16- tot 24-jarigen zelfs plots het 5e grootste sociale-mediaplatform. 50% van hen gebruikt het plaform minstens maandelijks. Ook de 19% van 25- tot 34-jarigen is het vermelden waard. In absolute getallen kan TikTok zich nog niet meten met Facebook of Instagram, maar het is zonder meer een trend om in de gaten te houden.
De chatapp Snapchat scharen we bij Coosto vanwege de mogelijkheid tot het volgen van accounts onder sociale media, en zoals bekend is dit platform vooral onder jongere doelgroepen populair. Wie vermoedde dat Snapchat ‘last’ zou hebben van de opkomst van TikTok, komt bedrogen uit. Ruim 7 op de tien adolescenten logt nog minstens maandelijks in, iets meer zelfs dan vorig jaar.
Alles beschouwd lijken sociale media een steeds belangrijkere rol in het leven van de Vlaming te krijgen. Toch ontstaat er een soort attitude-kloof, of misschien zelfs een intrinsiek dubbel gevoel over sociale media bij veel Vlamingen. Eerder zagen we dat het sociale-mediagebruik intensiveert. 38% zegt een gevoel van verbondenheid te ervaren door sociale media, en 26% kan naar eigen zeggen geen dag zonder sociale media.
Tegelijkertijd zien we dat 61% vindt dat sociale media te tijdsintensief zijn (dit was 'slechts' 34% vier jaar geleden). Ook groeit het aandeel mensen dat nooit gebruik maakt van sociale media, van 10% naar 13%.
Attitudes en gedragingen ten aanzien van sociale media lopen dus uit elkaar, maar het staat vast dat sociale media een vaste plek in de mediaconsumptie van veel Vlamingen hebben gekregen. Als organisatie is het verstandig om je te verdiepen in deze cijfers, en te bedenken welke platformen passen bij jouw marketing- of communicatiestrategie, doelgroepen en doelstellingen.
Of mensen nu geloofden dat de serie er echt aankwam, of ervan overtuigd waren dat het een door fans gemaakte video betrof: er werd over gepraat. Er werd véél over gepraat. Analyse in Coosto leert dat de discussie rond Westeros meer dan 10 miljoen mensen bereikte. Toegegeven, niet iedere marketing- of communicatieprofessional heeft de redactie en het budget tot zijn beschikking om dergelijke professionele video’s te maken. Maar ook op kleinere schaal zijn er wel degelijk dingen die we kunnen leren van de viralmachine die Arjen Lubach heet:
In de kern zijn de virals van Lubach extreem goed gelukte inhakers. Een inhaker is een manier om als bedrijf of merk in te spelen op een al bestaande discussie. Zo’n inhaker begint bij kennis van onderwerpen die voor je publiek relevant zijn. Omdat het potentiële publiek van Zondag met Lubach zeer breed en groot is, is het logisch dat het programma telkens kiest voor actualiteiten die een groot deel van Nederland bezighouden: de verkiezingen in de VS, de verkiezingen in Nederland en nu dus Game of Thrones.
Waarschijnlijk heeft jouw organisatie een wat specifiekere doelgroep. Ook dan kunnen inhakers op een goedkope manier bereik opleveren. Is jouw specifieke doelgroep bijvoorbeeld begaan met een bepaald evenement? Hebben de mensen binnen je doelgroep gemeenschappelijke interesses? Probeer er op een originele manier op in te haken. Via social media monitoring tools kun je die interesses achterhalen. Vind wie er praat over jouw merk en onderzoek wat hen nog meer bezighoudt.
{"preview_thumbnail":"https://www.coosto.com/sites/default/files/styles/video_embed_wysiwyg_preview/public/video_thumbnails/JPVIJlKfAOs.jpg?itok=h59LjUm2","video_url":"https://www.youtube.com/watch?v=JPVIJlKfAOs","settings":{"responsive":1,"width":"854","height":"480","autoplay":0},"settings_summary":["Embedded Video (Responsive)."]}
Weten wat je publiek bezighoudt is een goede eerste stap, maar zonder timing is je inhaker bij voorbaat waardeloos. De video van ‘Netherlands second’ was spot-on, maar ik kan je op een briefje geven dat hij niets had opgeleverd als hij op dit moment was uitgezonden. Soms is de timing heel gemakkelijk te bepalen. Sommige feestdagen of evenementen kun je namelijk al van verre zien aankomen. Denk aan Koningsdag, de Nijmeegse Vierdaagse of Carnaval.
Maar meestal ligt het wat gecompliceerder dan dat. Neem dit voorbeeld van Lubach en Game of Thrones. Game of Thrones is een tv-serie die draait vanaf 2011 en al 7 seizoenen kent. De online buzz rond de show fluctueert sterk, en als je besluit erop in te haken is het essentieel om het verloop van het gesprek in kaart te brengen, zodat je pieken kunt voorspellen. Lubach koos ervoor om zijn video een dag na de laatste aflevering te publiceren (29 augustus). Die keuze heeft uitstekend gewerkt. Hoewel de data uit Coosto laat zien dat Game of Thrones rond de eerste aflevering van het seizoen (17 juli) een nog hotter topic was, zou die timing niet goed hebben aangesloten op het nieuwe seizoen van Zondag met Lubach. Het was voor de redactie zaak om het snijpunt te vinden tussen product (eerste aflevering Zondag met Lubach) en pieken in het online gesprek (Game of Thrones in dit geval). Dat hebben ze feilloos gedaan als je het mij vraagt.
Een video is pas een viral video als hij veel wordt gedeeld. Betekent dat dat je rustig op je stoel kunt zitten wachten op de eerste ‘shares’ en ‘likes’? Absoluut niet. Hopen dat je video toevallig wordt opgepikt door iemand met een groot bereik en veel invloed, levert je doorgaans niet veel op. Dat lijkt de redactie van Zondag met Lubach ook te hebben begrepen. Slechts een paar uur na de upload op YouTube werd de video gedeeld door Blendle-oprichter Alexander Klöpping en Jan Böhmermann, een comedian die in Duitsland een soortgelijk programma als Zondag met Lubach presenteert.
WESTEROS THE SERIES - YouTube. Is dit echt? https://t.co/bQLtBr0wWD
— Alexander Klöpping (@AlexanderNL) 29 augustus 2017
Zij hebben zich in het afgelopen jaar al vaker positief uitgelaten over Zondag met Lubach en ze hebben een indrukwekkend aantal volgers. Kortom: het zijn belangrijke influencers voor Zondag met Lubach. Of de redactie hen daadwerkelijk heeft benaderd om de online buzz rond de video aan te wakkeren laat zich raden, maar het zou een goede en logische zet zijn geweest.
Ook dit kun je zelf op kleinere schaal aanpakken. Weet je wie er praat over je merk of bedrijf? Zorg dat je daar achter komt, en ga vervolgens na wie van hen een groot bereik heeft en wie veel invloed heeft op jouw publiek. Werk aan een duurzame band met deze influencers, zodat je hen zonder schroom kunt benaderen als je een keer een scoop of exclusieve content te bieden hebt.
Ik kan je niet beloven dat je inhakers de successen van Arjen Lubach gaan evenaren, maar door ze al in de voorbereidende fase professioneel uit te denken, kun je ook op jouw schaal mooie resultaten boeken. En wie weet, misschien kun jij je binnenkort ook met recht een viralmachine noemen.
Enerzijds kun je kijken naar de hoeveelheid churn je weet te voorkomen. Churn? Yep. Dit is het aantal klanten dat een bedrijf in een bepaalde periode heeft verlaten. Je kunt aan de andere kant ook de hoeveelheid extra leads in kaart brengen die je hebt aangeleverd door webdare.
Webdare richt zich op het proactief beantwoorden van vragen en opmerkingen die mensen hebben, met als gevolg dat er leads uit kunnen komen voor sales om op te volgen.
Het precies in kaart brengen van de opbrengsten van webcare is lastig. Hoe toon je namelijk aan dat jouw hulp de churn heeft verlaagd? Immers is het moeilijk om aan te tonen dat jouw hulp de churn heeft verlaagd. Een manier om dit te meten is het verrichten van een klanttevredenheidsonderzoek. Ook het gebruik van UTM tags – een code die je áchter je url’s plaatst - helpt om te achterhalen of leads uiteindelijk klant worden. Hierdoor kun je achterhalen hoeveel mensen op jouw links hebben geklikt.
Onthoud één ding: de toegevoegde waarde van webcare laat zich nooit volledig zien in euro’s. Doordat je de (potentiële) klant weet te helpen, creëer je positieve awareness én exposure voor jouw organisatie. Webcare is immers openbaar. Er kijken veel mensen mee hoe jij service verleent. Veel organisaties starten veelal met webcare om simpelweg de klant vaker en beter te kunnen helpen. Dat dit zich vertaalt in een lagere churn en meer leads is voor velen een logisch gevolg van de visie om klanten perfecte service te bieden. Waarvoor het inzetten van webcare ontzettend bruikbaar is.
Bovenstaand voorbeeld laat zien dat Natuurmonumenten in januari 2017 ruim 2,6 miljoen mensen wist te bereiken op social media. Een ontzettend groot aantal met een overwegend positief sentiment.
Wil je je prestaties inzichtelijk maken? Dan is het cruciaal om eerst doelen te stellen. Alleen zo weet je of jouw prestaties ook van voldoende niveau zijn. Vraag jezelf af wanneer je webcare succesvol is: het startpunt om doelstellingen te maken. Een veelgebruikte manier is het inzetten van KPI’s. KPI staat voor Key Performance Indicator en is een set aan variabelen waarmee je een aantal zaken inzichtelijk maakt. Lig je nog op koers? Loop je misschien achter? KPI’s geven je de indicatie of je wel of niet optimaal presteert. Is dat niet zo, dan is het slim om bij te sturen.
Elke KPI meet hoe je presteert op een van je doelstellingen. Wanneer je bijvoorbeeld de doelstelling hebt om klanten maximaal 30 minuten te laten wachten op een reactie, dan is de KPI ‘responstijd’ een manier om dit in kaart te brengen.
Onderstaande formule geeft kort weer hoe je de ROI berekent:
Return On Investment (ROI) = (((opbrengsten uit webdare + besparingen door verminderde churn) – kosten webcare)/kosten webcare)*100%)
De formule kijkt naar de extra opbrengsten die je als webcareafdeling weet te genereren middels webdare en voegt hier een vermindering aan churn aan toe.
Het waren niet de minsten, die aanschoven voor een gesprek met een publiek van zo’n 100 geïnteresseerden. Ronald Voorn (senior docent marketing analytics en onderzoeker aan Hogeschool Utrecht) en Betteke van Ruler (emeritus hoogleraar in de communicatiewetenschappen aan Universiteit van Amsterdam) deelden hun kijk op marketing, communicatie, de verschillen en de overeenkomsten.
“Er zijn heel veel marketeers die in de praktijk vooral met communicatie bezig zijn, en communicatieprofessionals die voor een groot deel marketingcommunicatie bedrijven. En toch weten ze onvoldoende wat de toegevoegde waarde is van de een voor de ander”, trapt Voorn af. “Wonderlijk. We willen vooral dat de ander ons niet voor de voeten loopt.”
Van Ruler lijkt het daarmee eens, en betoogt dat het goed zou zijn als we elkaars impact niet proberen in te perken, maar juist met bewondering gaan kijken naar hetgeen we zelf beter zouden kunnen doen.
“Marketing is vaak nog steeds een eilandje, terwijl communicatie als vak veel meer ‘van de organisatie’ is”, vervolgt Van Ruler. “Communicatieprofessionals zijn in de afgelopen jaren de organisatie ingezogen. Ze zijn zich gaan bemoeien met vragen als: hoe kunnen we collega’s helpen op een aangename manier naar buiten te treden? Hoe communiceren we intern met zijn allen? Hoe komen beslissingen tot stand? Wegen we daarbij verschillende belangen af?. Goede communicatie als filosofie voor iedereen in de organisatie. Marketeers zouden dezelfde rol kunnen verdienen.”
Marketing is dan niet langer alleen gericht op waardecreatie richting (potentiële) klant. Het principe van waardecreatie gaat dan ook gelden voor andere stakeholders. “Klantwaarde, aandeelhouderswaarde, belangengroepenwaarde… dan is marketing fantastisch”, knikt Voorn. Van financiën tot HR en de productielijn: als iedereen zich bewust is van de waarde die hij of zij kan creëren voor stakeholders, geeft dat de organisatie een enorme boost.
Van Ruler is duidelijk over wat ze benijdt als ze kijkt naar marketing: het gebruik van data. Ze vindt dat het communicatievak meer moet doen om ook data-driven te worden. Marketeers weten hun positie in de organisatie te claimen door structureel hun waarde aan te tonen met behulp van data. Daar is voor communicatieprofessionals nog een wereld te winnen.
Natuurlijk, sommige gevolgen van marketing (leads, sales, klantretentie) zijn gemakkelijker te meten dan reputatie, weerstand of houding. Maar het is een misverstand dat data altijd cijfers zijn. Hoe wordt over een bepaalde kwestie gedacht? Welke reactie kan een beleidskeuze uitlokken bij een bepaalde belangengroep? Ook dát is data. Communicatie móet op zoek naar goedkope, snelle onderzoeksmethodes om met argumenten te kunnen komen die voor de rest van de organisatie hout snijden. Die data zouden communicatieprofessionals op twee momenten kunnen gebruiken, vertelt Van Ruler. “Allereerst om een probleem te definiëren en tot doelstellingen te komen. Praten met mensen, de tijdsgeest proberen te vatten, breed monitoren, stakeholdersanalyses uitvoeren. Aan dat soort zaken moet je dan denken. Maar vervolgens kun je ook data gebruiken om vast te stellen of je op de goede weg bent, en of je oorspronkelijke probleemstelling überhaupt nog wel geldt.”
“Communicatieprofessionals hebben de juiste houding om dit tot een succes te maken. Ze zijn gewend om te luisteren, om niet vanuit zichzelf te redeneren, maar op de ander gericht te zijn. Ze ontberen alleen onderzoeksmethoden die er daadwerkelijk voor kunnen zorgen dat ze zich niet langer alleen op onderbuikgevoel of ervaring hoeven te baseren.”
Ondanks de verschillen is er ook voldoende overlap tussen marketeers en communicatieprofessionals. Dat kan ook bijna niet anders, gezien de vaak vloeiende scheidslijn tussen de twee vakgebieden.
Voorn weet het in één zin te vatten: “Marketeers en communicatieprofessionals zijn beiden enorm gedreven in hun interesse in mensen.” Ze zijn gedreven om te begrijpen hoe mensen denken, wat ze vinden, waarom ze dat vinden, en wat daar dan weer aan ten grondslag ligt. Hoewel ze die kennis vaak voor verschillende doeleinden gebruiken, is dat het gezamenlijke vertrekpunt van zowel communicatie als marketing.
Dat verklaart wellicht de grote belangstelling voor mediamonitoringtools vanuit beide beroepsgroepen. Waar Van Ruler in eerste instantie nog stelt dat vooral communicatieprofessionals vanuit hun natuurlijke neiging tot luisteren fan zijn van monitoring, vult Voorn al gauw aan: “Ook marketeers gebruiken in heel veel gevallen tools als Coosto, om brand mentions in kaart te brengen, de tijdgeest beter te begrijpen en merkattitudes te onderzoeken.”
Voor communicatieprofessionals is het motto ‘de buitenwereld naar binnen halen’ gesneden koek. Een moderne communicatieadviseur is er in al zijn werkzaamheden op gericht om grenzen tussen organisatie en externe stakeholders weg te nemen. Niet alleen zenden of reageren, maar vooral luisteren als basis voor communicatiebeleid, vaak georganiseerd in een newsroom of communicatieteam.
In de praktijk houdt dat in dat (online) nieuwsberichten, blogs en social media nauwlettend in de gaten worden gehouden, met behulp van monitoringtools zoals Coosto. De uitdaging is vervolgens om alle opgehaalde informatie ook daadwerkelijk te verspreiden binnen de organisatie.
Dat blijkt in sommige gevallen toch een mentale of technische drempel. We zien dat inzichten uit social en online media nog te vaak ophouden bij het managementteam of de communicatieafdeling zelf, en vervolgens niet verder de organisatie binnendringen. De achterliggende gedachte: "We gebruiken het nieuws zelf wel in onze communicatieadviezen. Dan profiteert de rest van de organisatie er indirect van."
Men blijkt enerzijds huiverig om negatief of gevoelig nieuws zomaar te delen met collega’s. Dat is misschien begrijpelijk, maar wel jammer. Zeker gezien het feit dat veel communicatieteams zichzelf als doel gesteld hebben om hun gehele organisatie ‘communicatiever’ te maken. Ze beseffen dus ergens wel dat niet alle communicatie via hen kan verlopen, en dat er een beroep moet worden gedaan op de vaardigheden van alle collega's.
Die ambitie betekent echter ook dat iedereen baat kan hebben bij een volledig en actueel beeld van de context waarin ze werken. Wat speelt er op dit moment rond onze organisatie? Zijn er gevoeligheden of positieve nieuwtjes waar collega’s rekening mee moeten houden in hun werk? Vaardigheden als ‘omgevingssensitiviteit’, ‘politieke antenne’, ‘mediagevoeligheid’ zijn voor vrijwel iedere functie relevant, en sluiten hier naadloos op aan.
Kortom: houd deze inzichten uit online en social media niet voor jezelf, maar deel ze structureel met collega’s die ervan kunnen profiteren in hun dagelijkse werk.
Zie ook het webinar: Beter communicatieadvies met social media data.
Anderzijds is er een praktische drempel die voorkomt dat nieuws uit social en online media in de gehele organisatie gaat ‘leven’.
De logische manier om nieuws en inzichten te delen is een interne nieuwsbrief, die binnen overheidsorganisaties vaak een TamTam wordt genoemd. Het is een soort knipselkrant van relevante en actuele nieuwsberichtjes voor jouw organisatie.
Veel communicatieteams stellen die knipselkrant samen op een nogal ouderwetse manier: al het intern te delen nieuws wordt handmatig gekopieerd en geplakt. Dat werkt perfect, maar is bijzonder veel werk.
Gelukkig kan Coosto dat handmatige werk voor je uit handen nemen. Geen ingewikkeld gedoe met extra mailingprogramma’s, maar gewoon in de tool die je toch al gebruikt om alle relevante berichtgeving te volgen.
Het begint bij een zoekopdracht. Hiermee filter je alle berichten in Coosto, en houd je alleen de berichten die jij mogelijk interessant vindt (over je organisatie, stakeholders of ketenpartners) over. Dit is een eenmalige actie. Nieuwe berichten die voldoen aan de zoekopdracht vind je vervolgens automatisch terug.
Zodra je jouw nieuwsbrief wilt creëren (bijvoorbeeld elke dag, week of maand), open je de zoekopdracht en label je de berichten die je daadwerkelijk wilt opnemen in je nieuwsbrief. Je hebt hierbij toegang tot miljoenen bronnen van online nieuwssites, social media, blogs, fora, reviews, en – afhankelijk van je Coosto-licentie – ook artikelen van offline kranten en tijdschriften en fragmenten van radio en televisie.
Kies bijvoorbeeld voor een nieuwsbericht met grote impact, een veelzeggende review, een interessant blog, een eigen social media post of een bijzondere reactie daarop. De mogelijkheden zijn eindeloos.
Nu je de gewenste berichten hebt geselecteerd, ga je de nieuwsbrief daadwerkelijk creëren. Je hebt de keuze uit twee types nieuwsbrieven.
De eerste is een PDF, die je collega’s via mail of in Coosto periodiek kunt toesturen. Voor elke nieuwe editie van de nieuwsbrief vervang je dan de nieuwsberichten van de vorige dag, week of maand. Het voordeel van dit type nieuwsbrief is dat je hem gemakkelijk opslaat op je eigen pc of server, zodat je op een later moment berichten kunt teruglezen.
De tweede mogelijkheid is een live dashboard; een altijd te raadplegen nieuwsbrief, die je op vaste momenten updatet. Het grote voordeel hiervan is dat je slechts één keer een link hoeft te sturen, de nieuwsbrief op intranetten kunt insluiten en op interne beeldschermen kunt weergeven. De toegankelijkheid en leesfrequentie van je nieuwsbrief neemt daarmee toe. Een vanzelfsprekende kanttekening is dat vorige nieuwsbrief-edities na een update worden overschreven; ze zijn niet terug te lezen of op te slaan.
Voorbeeld live nieuwsbrief:
Enkel berichtjes zijn waarschijnlijk onvoldoende om het doel van een communicatievere, omgevingsbewuste organisatie te behalen. Ze hebben in veel gevallen duiding van de communicatieafdeling of nieuwsbrief nodig. In welke context moet je een nieuwsbericht zien? Hoe gaat de organisatie ermee om? Is een positief of kritisch bericht op social media een uitschieter, of vertegenwoordigt die mening een grotere groep?
In je nieuwsbrief kun je naast berichtjes zelf ook tekst en uitleg toevoegen, of verhelderende statistieken. Je hebt de keuze uit ruim 100 widgets, die allemaal verschillende statistieken uitlichten. Denk bijvoorbeeld aan het aantal auteurs dat over je organisatie heeft geschreven in een bepaalde periode, het sentiment van berichten, je mediabereik of het aantal volgers van je eigen social media kanalen.
Je bent als communicatieadviseur natuurlijk geen doorgeefluik. De toevoeging van duiding en statistieken is daarom dé manier om als communicatieafdeling of newsroom je meerwaarde en expertise te bewijzen. Informeren kan iedereen, maar alleen jij kunt de relatie tussen buitenwereld en organisatie op een juiste manier duiden en gewenst gedrag sturen.
Voorbeeld live dashboard met statistieken:
Het lijkt misschien een detail, maar het toevoegen van je eigen logo, kleuren en andere huisstijlelementen, maken je nieuwsbrief meer ‘echt’ van jouw organisatie. In Coosto kun je ervoor kiezen om je nieuwsbrief, zowel de PDF-versie als de live versie, volledig op te maken in je huisstijl. Voeg eventueel een inhoudsopgave en titelblad toe, en je rapportage is klaar om verzonden te worden.
Voorbeeld PDF-nieuwsbrief met huisstijl:
Natuurlijk hoef je deze handelingen niet telkens te herhalen; je slaat je nieuwsbriefsjabloon één keer op, en ververst de inhoud voor iedere nieuwe editie.
Conclusie: met de juiste duiding hoeft het helemaal niet spannend te zijn om berichten van social en online media te delen met collega’s, en Coosto kan eventuele technische drempels volledig wegnemen. Laat die nieuwsbrieven maar komen!
Vorig jaar lieten de meeste bedrijven 1 april lopen, dat blijkt uit onderzoek in Coosto. Dit had te maken met de coronapandemie die op dat moment net losgebarsten was in Europa. Google riep bijvoorbeeld op om 1 april links te laten liggen uit respect voor iedereen die vocht tegen het coronavirus.
Het coronavirus is nog steeds onder ons, maar we lijken wel weer toe aan wat luchtigheid. Daarmee komen ook de 1 aprilgrappen weer op gang. Opvallend is dat die grappen niet meer zijn zoals vroeger. Organisaties gooien hun grap vaak al weken vóór 1 april online om de verwarring extra groot te maken.
Domino's was er dit jaar als één van de eerste bij, met de vraag: hoort ananas nu wel of niet thuis op een pizza? Domino’s besloot om de ananas in de ban te doen en vanaf 29 maart verder te gaan als ananas-vrij bedrijf. Het leverde de nodige publiciteit op en de ananas gaat ook wel degelijk een aantal dagen van het menu, maar slechts tijdelijk.
Tegenover het AD zegt een woordvoerder van Domino’s dat het inderdaad om een 1 aprilgrap gaat en dat de ananas op de pizza gewoon weer terugkeert. De pizza Hawaii is namelijk één van de meest verkochte pizza’s bij de keten.
In het verleden zijn veel bedrijven Domino’s voorgegaan met 1 aprilgrappen die viral gingen. We hebben de leukste voor je op een rijtje gezet. Sommige bedrijven gingen ver voor de likes, andere kozen juist voor een hele simpele aanpak.
Een zeer gevoelige inhaker op 1 april komt op naam van sauzengigant Remia. Zij besloten de eeuwige friet vs patat-discussie te beëindigen door de naam van hun bekende Fritessaus om te toveren naar Patatsaus. Met name onder de rivieren deed dat stof opwaaien. Boven de rivieren werd het juist met gejuich ontvangen.
Of je nu team patat of team friet bent, op social media sloeg het geintje aan. En ludieke grap, met een overvloed aan interacties. Bijna achtduizend keer werd er gereageerd op de Facebook-post. Indrukwekkend wanneer je bedenkt dat een ‘normale’ post van het bedrijf gemiddeld rond de tien reacties scoort. Het toont aan hoe je kunt scoren met een simpel concept.
Groot nieuws! Op veler verzoek passen wij vanaf volgende maand de naam van onze Fritessaus aan naar Patatsaus. Geen zorgen, er verandert niets aan ons recept. Zelfde vertrouwde smaak, ander jasje ;-)
Geplaatst door RemiaFans op Maandag 25 maart 2019
Baby’s in een achtbaan; gekkenwerk zou je zeggen. De populaire Python ging na lange tijd van restauratie in 2018 weer open en de Efteling kwam met een bizarre primeur. Als eerste pretpark ter wereld zouden zij het mogelijk maken om baby’s een achtbaanrit aan te bieden.
Met een gelikt filmpje, in samenwerking met Maxi-Cosi, werd het nieuws aangekondigd. Het was dusdanig geloofwaardig dat heel veel mensen er instonken. 2,2 miljoen keer werd de video bekeken op Facebook, meer dan 25 duizend likes en er werd ruim 50 duizend keer op gereageerd. Zie dat maar eens te evenaren. En toegegeven; na het zien van deze video denk je niet direct aan een geintje, zo goed zit het in elkaar.
Muren die naar Zwitsal ruiken. Het bleek een droom te zijn van veel mensen, want met deze grap ging Gamma viral. In 2017 kwam de bouwmarkt met het bericht dat zij verf gingen verkopen met de geur van de shampoo: ‘Zwitsal geurverf voor de babykamer’. Het klonk te mooi om waar te zijn en dat was het ook.
Het leverde Gamma wel veel op. Duizenden likes, bijna twintigduizend reacties en meer dan duizend keer werd het bericht gedeeld op Facebook. Een enorm bereik met een heel simpel concept. Hier kwam geen dure video aan te pas of uren werk. Slechts één eenvoudige visual met de boodschap was voldoende om een enorm bereik te genereren. Grap geslaagd!
Ook zo dol op de geur van Zwitsal? Binnenkort bij GAMMA verkrijgbaar als geurverf! Houd onze folder en website in de gaten. De nr. 1 in verf, ook voor de babykamer!
Geplaatst door GAMMA op Dinsdag 28 maart 2017
Kom niet aan Dries Roelvink en zijn gele zwembroek, want dan maak je de volkszanger kwaad. Daar kwam Jamin ook achter. Een aantal jaar geleden dook er een video op waarin een woeste Roelvink eieren tegen een filiaal van Jamin gooide. De reden: zij verkochten chocolade paashazen in Dries Roelvink-stijl, compleet met de bekende gele zwembroek.
De grap zat zo goed in elkaar dat de beelden van de eiergooiende zanger viraal gingen en breed werden uitgemeten in de media. Roelvink dreigde voor de geloofwaardigheid zelfs een advocaat in te schakelen tegen de snoepwinkel.
Het leverde de Amsterdammer naast veel geld ook veel kritiek op. Toen hij uiteindelijk toegaf dat het om een grap ging, kwam Nederland weer tot rust.
Rectificatie: Dinsdag 27 maart jl. is er in de winkels en op de social media kanalen van Jamin Winkelbedrijf een...
Geplaatst door Jamin op Vrijdag 30 maart 2018
Ook dit jaar lijkt Jamin uit te pakken rondom 1 april. Zij gaan voor een heuse naamsverandering. Van Jamin naar Japlus. “Eind vorig jaar hebben we een uitvoerig onderzoek laten doen naar de associaties rondom onze naam. Daar kwam uit voort dat die in veel gevallen een negatieve lading heeft. Dat komt omdat ‘min’ 60% van de naam betreft. Dat klinkt psychologisch overwegend negatief en dat sluit niet aan bij het vrolijke en kleurrijke concept dat we vandaag de dag zijn”, aldus directeur Maarten Steinkamp.
In 2018 kwam Zuivelhoeve met de gemeenste grap van de eeuw. Zij zouden Boer’n yoghurt op de markt brengen met daarin Licor 43 verwerkt. Mensen konden niet wachten en gingen los onder de Facebook-post. 45 duizend opmerkingen en duizenden likes als resultaat .
Hoe zuur was het dat het uiteindelijk om een 1 aprilgrap bleek te gaan. Het bedrijf nam die teleurstelling overigens wel serieus, want inmiddels is de yoghurt daadwerkelijk op de markt, en is de grap alsnog werkelijkheid geworden.
Dit jaar lijkt Zuivelhoeve ook weer toe te willen slaan met een 1 aprilgrap. Op 26 maart presenteerde zij Boer’n yoghurt nachtcrème. Zo’n succes als met de Licor 43 yoghurt lijkt het niet te worden. De 68 reacties die de post momenteel heeft, steken schril af bij de 45 duizend van drie jaar geleden.
Een primeur! Zuivelhoeve slaat de handen binnenkort ineen met Licor 43????????. Welke vriend(in) MOET in ons eerste testteam...
Geplaatst door Zuivelhoeve op Maandag 26 maart 2018
Inhaken op 1 april kan dus een heel erg goed idee zijn voor je merk, vooral voor de interactie op social media. Een belangrijke voorwaarde: kom wel met iets goeds. Haak niet in om het inhaken. Heb je een briljant plan met de potentie om viral te gaan, grijp je kans. Ben je dagen aan het zoeken en aan het denken omdat jullie als organisatie hebben besloten iets met 1 april te doen, dan kun je het beter laten schieten. Een 1 aprilgrap kan namelijk ook helemaal verkeerd vallen bij je achterban, en dan slaat het de andere kant op en komt het je op veel kritiek te staan. Kortom; doe het goed of doe het niet!
Het gemiddelde bereik van een organische post ligt er ongeveer 7x hoger dan op Facebook. De interactieratio is zelfs 3 tot 10 keer zo hoog. Iedereen die zich ook maar een beetje verdiept in Instagram, weet dat het platform op dit moment een parel is voor het vergroten van je merkwaarde. Toch kan het altijd beter. Sterker nog, wie nu nét even het stapje extra zet met deze tips, kan er nóg meer uithalen.
Soms zijn marketeers zo druk bezig met hashtags om hun Instagrampost extra zichtbaar te maken, dat ze een nét zo belangrijk aspect vergeten: locatietagging. En dat is zonde, want een locatie werkt binnen Instagram ook als een soort hashtag.
Dat houdt in dat iedereen die zoekt of klikt op een bepaalde locatie – en dat gebeurt heel regelmatig – posts ziet waarin deze locatie als tag is toegevoegd. De locatie kan zo specifiek of generiek zijn als je zelf wilt: van een volledige provincie tot een straat of bedrijfsgebouw. Daarmee is het een supergemakkelijke manier om je zichtbaarheid te vergroten en meer kans te maken om gevonden te worden. Het mag de plek zijn waar je foto daadwerkelijk genomen is, maar het hoeft zeker niet.
Je post wordt extra zichtbaar als hij terechtkomt in het ‘top-tabje’ van een locatie. De kans dat hij daar een plaats krijgt, is groter als de locatie niet wordt overspoeld door honderdduizenden posts. Aan de andere kant wordt een locatie met amper posts vrijwel nooit bekeken. Tag voor optimale zichtbaarheid een locatie die hier qua populariteit tussenin zit.
Wil je op Instagram de aandacht trekken van een belangrijke samenwerkingspartner, influencer of belangrijke autoriteit in jouw branche? Je kunt posten tot je een ons weegt, maar er is geen enkele garantie dat je post gezien wordt.
Een betere manier is om de accounts van deze personen of organisaties te taggen in je post. Standaard krijgen deze accounts een notificatie, en de kans is dan groter dat zij je content zien, liken of zelfs delen.
Een snelle manier om je interactie op Instagram te vergroten en je bij de juiste mensen in de kijker te spelen.
Mooi meegenomen: afhankelijk van de instellingen van getagde accounts, verschijnt je post ook automatisch op hun profieloverzicht onder het tabje ‘tags'. In andere gevallen moet je post dan eerst ‘goedgekeurd’ worden door het getagde account. Maar gebeurt dat, dan kan je dat flink wat extra bereik opleveren, zeker als het getagde account veel volgers heeft.
Interactie is onmisbaar om een sterk merk op te bouwen. Een merkrelatie ontstaat namelijk nooit door alleen te zenden, en wordt altijd opgebouwd door gesprekken. Dat op zich is natuurlijk reden genoeg om te reageren op comments onder je posts. Dat geldt niet alleen voor Instagram, maar voor elk platform.
Maar meer interactie heeft op Instagram een ander voordeel. In ons artikel over het algoritme van Instagram, deelden we welke factoren Instagram meeweegt om te bepalen welke posts bovenaan de feed van een gebruiker komen te staan. Over één factor is Instagram heel transparant: interacties (likes, comments, reshares) behoren tot de belangrijkste signalen dat een bepaalde post waardevol is. Heeft iemand veel interactie met jouw account, dan gaat Instagram ervan uit dat die persoon dicht bij jouw merk staat en meer van je content wil bekijken.
Posts met veel interacties komen bovendien hoger te staan in zoekresultaten, in voorgestelde posts aan anderen, of misschien zelfs wel op de ontdek-pagina. Kortom: meer bereik.
Reageer dus altijd op relevante comments, ga het gesprek aan, lok nieuwe reacties uit en profiteer tegelijkertijd van meer bereik.
De werking van het Instagram-algoritme zorgt er automatisch voor dat goed presterende posts een extra duwtje in de rug krijgen, aangezien interacties en bereik elkaar versterken. Een sneeuwbaleffect, als het ware: hoe meer interacties je post uitlokt, hoe groter je bereik wordt. Maar vervolgens geldt weer: hoe groter je bereik is, hoe meer interacties je kan verwachten. Deze cirkel kan doorgaan tot Instagram geen nieuwe gebruikers meer ‘vindt’ voor wie jouw post waardevol kan zijn.
Deze tip is supersnel, maar ook relatief onbekend. Je kunt naast je handle (jouw ‘Instagram-adres’) ook zelf je naam kiezen op Instagram, en zo profiteren van extra zichtbaarheid.
Hoe dat werkt? Zodra je in je Instagram-naam vermeldt over welke topics je post, wordt je account vaker getoond in zoekresultaten. De zoekresultaten-pagina op Instagram wordt namelijk niet alleen gevuld met posts, maar ook met relevante accounts.
Dus als ik bijvoorbeeld zoek op ‘hovenier’, dan krijg ik resultaten van accounts die ofwel hovenier in hun bedrijfsnaam hebben staan (bijvoorbeeld Van den Brink Hovenier), ofwel accounts die het slim in hun handle (hovenier_gardenvision) of naam hebben verwerkt (bijvoorbeeld Art Gardens ? | Hovenier).
Zo kun je met je naam of handle zelf bepalen op welke zoektermen je gevonden wil worden, en je bereik verder vergroten.
Je branche of relevante onderwerpen kunnen dus handige tools zijn om je vindbaarheid te vergroten voor mensen die jouw bedrijf of merk nog niet kennen. Misschien een dooddoener, maar zorg er daarnaast wel altijd voor dat je ook je bedrijfsnaam vermeldt in je Instagram-naam of -handle. Als mensen je bedrijfsnaam eenmaal kennen, moeten ze je tenslotte ook gewoon kunnen vinden.
‘Wat is nu het ideale aantal hashtags op Instagram?’ is een vraag die social media managers blijft bezighouden, terwijl een veel belangrijkere vraag over het hoofd wordt gezien: wélke hashtags zijn ideaal op Instagram?
Wil je gevonden worden met hashtags, dan moet je – net als bij locaties – mikken op het ‘populair’-tabje. Dit is het tabblad dat automatisch wordt geopend zodra je op een hashtag klikt, met een overzicht van de populairste posts binnen die hashtag.
Net als voor locaties, geldt ook hier dat een hashtag die miljoenen keren gebruikt wordt, niet per se beter is. Het is immers bijna onmogelijk om tussen ontelbare posts op te vallen met jouw foto of video. Tegelijkertijd levert een post met een totaal onbekende hashtag ook geen extra bereik op.
Het is daarom ook hier verstandig om te kiezen voor hashtags die hier qua populariteit tussenin zitten. Daarbij is het goed om telkens te bedenken welke hashtags trending – en dus zeer actueel en sterk in opkomst – zijn. Anders dan Twitter biedt Instagram helaas geen overzicht met actuele trending hashtag. Professionele social media management platformen zoals Coosto bieden uitkomst, en stellen je in staat hashtags en trending topics te volgen en ideeën voor je content te vinden.
Beschik je niet over dergelijke software, dan kun je met logisch verstand ook al een eind komen. Vermoed je bijvoorbeeld dat #winteroutfitsideas (1700 berichten) een goede hashtag voor jouw kledingmerk is? Hartje zomer is het misschien toch niet het allerbeste idee om hem te gebruiken, zeker als er al weken geen nieuwe berichten met die hashtag zijn verschenen.
Deze tips voor meer bereik op Instagram zijn razendsnel toe te passen. Toch kun je met behulp van Coosto nóg meer resultaat in nóg minder tijd te behalen. Met Coosto plan en publiceer je niet alleen je Instagram-posts, maar ál je social content. Tag accounts, tag locaties, reageer op comments en bekijk de prestaties van je posts: allemaal in één en dezelfde tool.
Bovendien geeft de Post Optimizer van Coosto je altijd datagedreven advies. Voor iedere post, aangepast aan het platform én de kennis van nu. Met behulp van hashtagsuggesties, aanbevelingen voor de beste tijd om te posten en andere handige tips, zoals het wel of niet toevoegen van media, emoji en links, scoor je nog beter.
De publieke sector heeft er een handje van om onderwerpen te verpakken in wollige, abstracte kreten. De groeiende waardering voor partijen die ‘zeggen waar het op staat’, bewijst dat dit soort onbegrijpelijke uiteenzettingen hun beste tijd gehad hebben. Pakkende one-liners met inhoud hebben de toekomst. Die blijven plakken. Zorg er daarom voor dat mensen iets van je campagne letterlijk onthouden (al is het maar één zinnetje). Liever dat, dan dat ze met moeite een brei aan woorden zonder enige samenhang uitbrengen, als ze jouw standpunten proberen uit te leggen.
De consequenties van dat laatste heeft de PvdA gemerkt tijdens de Tweede Kamerverkiezingen van 2017. De partij zat natuurlijk al in een lastig parket na de impopulaire samenwerking met de VVD, en gaf daarna ook toe een tegenvallende campagne te hebben doorgemaakt. We zetten ter illustratie van die campagne alle tweets van het partij-account in de aanloop naar de verkiezingen in één word cloud. Dat levert met termen als ‘Nederland’, ‘twijfel’, ‘plannen’, en ‘mensen’ nu niet bepaald een goede indruk op van de inhoud van het PvdA-verkiezingsprogramma destijds. De partij ging vervolgens hard onderuit in de verkiezingen.
Conclusie: wees zo concreet mogelijk, en benoem zowel problemen als oplossingen.
De lijst persberichten op X-accounts is bijna overal verdwenen: politieke partijen zoeken massaal de interactie. GroenLinks trekt het zelfs zo ver door, dat ze zich soms geen partij noemen, maar een ‘brede linkse beweging’. Jesse Klaver trekt al tijden hele zalen met enthousiaste, veelal jonge mensen die benieuwd zijn naar het verhaal van GroenLinks. De partij heeft het betrekken en enthousiasmeren van mensen perfect doorgetrokken naar social media, laat ook de word cloud van het partij-account op X goed zien:
Want: Ej? Mt? Wat is dat allemaal? Het is geen toeval dat er zoveel woorden voorbijkomen die uit slechts twee letters bestaan. Het zijn de initialen van de mensen die het GroenLinks X-account in de verkiezingen bemensten. Deze webcare-agents beantwoordden vragen steevast met een ^, gevolgd door hun initialen. Het feit dat ‘ej’, ‘kv’, ‘lo’ en ‘mt’ zo centraal staan, wil dus zeggen dat GroenLinks niet alleen haar eigen boodschap heeft gezonden op social media, maar vooral de interactie is aangegaan.
Het is natuurlijk de vraag of er een causaal verband bestaat tussen interactie en zetelwinst, maar het succes van de GroenLinks-campagne is duidelijk: de partij won maar liefst 10 zetels.
De PvdA verloor in de vorige verkiezingen maar liefst 29 zetels, dus was er volop ruimte voor andere linkse partijen als SP om dat gat te vullen. Toch lukte het de SP niet. De partij verloor zelfs een zetel en kwam aan het eind van de rit uit op 14 stuks. Hoe dat kwam? Vanzelfsprekend is de volledige verklaring een gecompliceerd verhaal. Maar ik ben ervan overtuigd dat de manier waarop de SP zich op social media profileerde, er deel van heeft uitgemaakt.
De Socialistische Partij had het namelijk niet zozeer over haar eigen plannen, maar zette zich in berichten vooral af tegen de VVD, Rutte, Wilders en Asscher. Het gevolg? Vooral aandacht voor deze lijsttrekkers en partijen.
De partij heeft gelukkig wel geleerd van vorig jaar. Als we voor de gemeenteraadscampagne van de SP nú een word cloud zouden uitdraaien, staan ‘SP’ en ‘Voor Elkaar’ fier bovenaan.
Als PR- of communicatieadviseur ben je van nature geneigd om nieuws zoveel mogelijk te spinnen naar het optimistische. Om vooral positieve zaken te belichten. Maar soms kan het juist heel goed zijn om op een negatieve manier stelling in te nemen, als je daarmee je standpunten voor het voetlicht krijgt. Natuurlijk komt dat geloofwaardiger over als je (hard) oppositie voert, dan wanneer je zelf 4 jaar aan het roer hebt gestaan. In feite is dat waar het hele politieke spel om draait, dus we zijn niet verbaasd dat de meeste partijen dat trucje prima onder de knie hebben.
Let bijvoorbeeld op het huidige verschil in berichtsentiment van een harde oppositiepartij als Forum voor Democratie aan de ene kant, en een landelijke coalitiepartij als CDA aan de andere kant:
FVD: 9% positief - 18% negatief
CDA: 62% positief - 6% negatief
Natuurlijk is de toon van je berichten helemaal afhankelijk van waar je voor staat, wie je publiek is en wat je vindt van het huidige beleid. Feit is wel dat Forum voor Democratie volgens de laatste peiling zo’n 12 Tweede Kamerzetels zou winnen, dus hun kritische benadering legt hen bepaald geen windeieren.
Meer statistieken en feitjes over de huidige gemeenteraadscampagne? Bekijk hoe de campagne er per partij voor staat in ons dashboard, of check alle stats in ons overzichtsblog. Doe dan meteen onze politieke zelftest, om te checken of jij genoeg weet van de campagne om op 21 maart je stem uit te brengen.
Rondom je organisatie heb je altijd een basiszoekopdracht staan. Deze basiszoekopdracht bestaat in essentie vaak uit je organisatienaam en eventuele spelvarianten daarop, je X-account, je Facebookpagina en eventueel de berichten vanuit de organisatie zelf via de ‘author:’ operator. Deze basiszoekopdracht is in principe altijd je vertrekpunt en heb je gecombineerd met andere opgeslagen zoekopdrachten. Voor Albert Heijn zou dit betekenen dat die zoekopdracht er als volgt uitziet:
albertheijn OR “albert heijn” OR “albert hein” OR “albert heyn” OR site:facebook.com/albertheijn OR author:albertheijn,”Albert Heijn”
Coosto plaatst automatisch een @-mention of #-hashtag voor zoektermen waarbij dit van toepassing is. Dus voor de zoekterm albertheijn geldt dat Coosto ook @albertheijnen #albertheijn vindt. Deze basiszoekopdracht rondom Albert Heijn combineer je met andere opgeslagen zoekopdrachten over bijvoorbeeld de moestuintjescampagne en de hamsterweken etc.
Mocht je als Albert Heijn merken dat je nog veel berichten mist, omdat mensen het in hun social media berichten vaak over “de appie” hebben dan kan je dit nu eenvoudig aanpassen. Door eenmalig de zoekterm “de appie” aan de basiszoekopdracht toe te voegen en deze te overschrijven wordt dit ook automatisch aangepast in de zoekopdrachten waarin je de albert heijn-zoekopdracht als filter gebruikt.
Organisaties hebben te maken met situaties die zich continu voordoen, situaties die zeker elk jaar weer terugkomen en situaties die zich onverwachts kunnen voordoen. Voor elke situatie geldt dat je zo goed mogelijk voorbereid wilt zijn en de ontwikkeling van zo’n situatie met behulp van social media monitoring inzichtelijk wilt maken. Op het moment dat je als organisatie een set standaardzoekopdrachten hebt klaarstaan rondom deze verschillende situaties ben je in staat om hier eenvoudig combinaties van te maken en als de situatie zich ernaar voordoet snel te kunnen handelen.
Er vinden jaarlijks verschillende terugkerende evenementen plaats waar je je bijvoorbeeld als gemeente goed op kunt voorbereiden. Denk aan een evenement als Koningsdag, waarbij je social media monitoring wilt inzetten om op de hoogte te zijn van alle activiteiten in jouw gemeente. Door eenmalig een zoekopdracht rondom koningsdag te maken kun je deze elk jaar weer eenvoudig toevoegen aan de basiszoekopdracht rondom jouw gemeente.
Maar hetzelfde geldt voor situaties die zich meer onverwacht kunnen voordoen. Stel dat er plotseling hevige sneeuwval en ijzel ontstaat en de wegen binnen je gemeente onbegaanbaar aan het worden zijn. In zo’n situatie wil je snel kunnen schakelen en via social media monitoring de situatie inzichtelijk maken om de veiligheid te kunnen waarborgen. Het enige wat je nu hoeft te doen is je basiszoekopdracht te openen en je eerder opgeslagen zoekopdracht rondom ‘gladheid’ hieraan toevoegen.
Sanoma is een organisatie waar veel grote merken (LINDA., Donald Duck, Autoweek, VTWonen etc.) onder vallen. Voor elk merk geldt dat er een aantal overkoepelende thema’s terugkomen, zoals de abonnementsprijs, de bezorging van het magazine of bijvoorbeeld abonnees die een wijziging willen doorgeven. Op het moment dat je voor elk thema een zoekopdracht hebt klaar staan is deze zoekopdracht nu eenvoudig bij elk merk in of uit te sluiten.
Stel dat je als Sanoma voor elk merk wilt weten hoeveel social media berichten er rondom de abonnementsprijs worden geplaatst en wat het sentiment daarvan is. Omdat je al een generieke zoekopdracht rondom de abonnementsprijs klaar hebt staan hoef je deze alleen nog maar te koppelen aan de zoekopdracht van het merk. Maar andersom kan natuurlijk ook. Op het moment dat je een social media analyse wilt maken over een merk, maar berichten over de abonnementsprijs niet relevant zijn, dan kan je nu eenvoudig in één keer al die berichten uitsluiten.
Door gebruik te maken van deze nieuwe feature bespaar je veel tijd en is het mogelijk snel te schakelen als de situatie erom vraagt. Je hoeft geen nieuwe zoekopdracht meer te maken of een oude zoekopdracht te zoeken, omdat je vanuit de ‘Filter’-opties bij de zoekopdracht zelf direct een eerder opgeslagen zoekopdracht kan selecteren en combineren door deze in of uit te sluiten.
Daarnaast levert een combinatie van zoekopdrachten zeer betrouwbare zoekresultaten op, omdat je in één keer een hele set zoekresultaten uitsluit of juist toevoegt.
Om deze nieuwe feature goed te kunnen gebruiken is het van belang om een set zoekopdrachten klaar te hebben staan die verschillende thema’s en situaties dekken, waarvan je weet dat je deze wilt kunnen combineren wanneer de situatie erom vraagt. Neem gerust contact op indien wij je hier mee kunnen helpen en een monitoring omgeving voor je kunnen inrichten waarmee je op een snelle en eenvoudige manier verschillende situaties kunt monitoren.
Negatieve reviews zijn een uitgelezen kans om je merkreputatie te verbeteren. Reageer met begrip, toon empathie en probeer een misverstand recht te zetten. Zo laat je in één klap aan de hele wereld zien hoe oplossingsgericht en behulpzaam je bent. Maar ook positieve recensies lenen zich perfect voor een reactie. Bedank mensen voor hun compliment, of voor het feit dat ze de moeite hebben genomen hun mening te geven.
Wat je reactie ook wordt: vanaf nu is het mogelijk met Coosto. Koppel eenvoudig je Google My Business account, en alle (nieuwe) Google-reviews worden automatisch ingeladen zodat je direct kunt reageren!
De geautomatiseerde social media content richt je eenvoudig op jouw belangrijkste doel: meer bereik, interactie of conversie. Selecteer het doel, geef input over het onderwerp en kies de tone of voice van jouw merk. Zo produceer je gemakkelijk volledig geautomatiseerde social media content afgestemd op jouw merk en doelgroep.
Zoals gezegd staat gebruiksgemak voorop bij onze integratie. Selecteer binnen de Publish-omgeving het social media kanaal. Ook hier houdt de AI Content Generator rekening mee in het automatisch creëren van de social media content. Vervolgens selecteer je het doel wat je met deze social media post wil bereiken: ga je voor een groter bereik, meer interactie of moet de post juist conversies opleveren? Daarna is het een kwestie van de juiste input geven. Beschrijf met enkele kernwoorden, zinnen of een wat langere beschrijving waar de content over moet gaan. Hoe concreter de omschrijving, hoe beter de output. Selecteer vervolgens de gewenste tone of voice: dit kan door middel van een term als formeel, humoristisch of enthousiast, maar je kan er ook voor kiezen om in de huid te kruipen van een bekend personage met een uitgesproken manier van spreken. Tot slot kies je voor de gewenste taal. Ga voor jouw Nederlandse doelgroep of bereik je internationale doelgroep met Engelse of Spaanse content. En kan de automatische contentgeneratie van start!
Voilà! Jouw social media content op maat staat voor je klaar.
Onze Coosto-experts vertellen je graag meer over de voordelen van deze integratie en de andere mogelijkheden die Coosto biedt om jouw organisatie te helpen met het creëren van aantoonbaar betere social media content.
Zondagavond, 20:25 uur. Met een kop thee in de ene hand en de afstandsbediening in de andere, zap ik naar NPO 1 voor het lekkerste programma van de zondagavond: Heel Holland Bakt. Al sinds het programma in 2013 voor het eerst in Nederland op de buis verscheen, ben ik fan. En ik blijk niet de enige. Afgelopen zondag bleek een recordaflevering, met 3.036.000 kijkers. Gigantisch veel, en ik vroeg mezelf direct af: zien we dit ook terug in de social buzz? Leidt meer kijkers ook tot meer X-ers? De social check geeft antwoord!
Om in de #HHB-sferen te blijven: de social data zijn het belangrijkste ingrediënt om de beste social check te maken. Daarom gaan we terug naar de social data van het jaar 2013: het allereerste seizoen. In dat jaar werden er gedurende het seizoen 10.075 berichten geplaatst over én aan Heel Holland Bakt. Tijdens de finale-aflevering op 24 juli vond daarbij de meeste social buzz plaats.
Dat is anders bij de rest van de seizoenen. De piek in de social buzz was juist te zien bij elke eerste aflevering van het seizoen. Ook het seizoen van dit jaar beleeft haar piek in social buzz bij de allereerste aflevering op 3 september. Met 10.087 berichten in totaal is dit tevens de meest besproken Heel Holland Bakt-aflevering op social ooit.
En waar we het dan over hadden die specifieke uitzending? De ‘chocoladezoenen’ gingen er op social in ieder geval in als zoete koek.
Als ik verder ga kijken naar de gesprekken die plaatsvinden rondom het programma, dan kan ik alleen maar concluderen dat we óók op social in de ban zijn van het programma. Dat is alleen al af te lezen aan het aantal gerelateerde reacties tijdens dit seizoen. Maar liefst 63,8% van de 99.834 berichten zijn berichten waarin we het programma niet expliciet benoemen, maar het er wél over hebben.
Het is ook een heerlijk programma!!
— hanny ter doest (@hannyterdoest) October 16, 2017
Aan de hand van deze statistieken, kunnen we concluderen dat een kijkcijferrecord niet per se een social record betekent. Maar waarom is de social buzz rondom de eerste aflevering van Heel Holland Bakt meestal het grootst? En wat heeft ervoor gezorgd dat in het eerste seizoen de finale-aflevering de meeste social buzz kreeg? Om op die laatste vraag meteen door te pakken: grote kans dat het te maken heeft gehad met de winnaar van dat seizoen. Van X tot aan verschillende nieuwssites: iedereen had het over Rutger, dé allereerste winnaar van Heel Holland Bakt. Maar waarom is het in de volgende seizoenen telkens de eerste aflevering die voor zoveel social buzz zorgt? Dat lijkt vooral te komen door aankondigingen op nieuwssites, aangevuld met ongeduldige kijkers die niet kunnen wachten op een nieuw seizoen Heel Holland Bakt.
A post shared by Leonie Ter Veld (@lterveld) on Sep 6, 2015 at 12:01pm PDT
En niet alleen voorafgaand aan de allereerste aflevering, maar ook tijdens en erna wordt er volop (na)gepraat. Over de presentatie, de baksels, de meesterbakker en de verliezer. Dit is elke aflevering het geval, maar gezien de afname in social buzz lijkt er inmiddels een ‘vaste kern’ over te blijven die nog wekelijks praat over het succesprogramma.
*Ine zegt iets*
- Televisiekijkend Nederland:#hhb pic.twitter.com/YcuUtozS0E
— Paul Peeters (@palpeet) October 15, 2017
In het geval van Heel Holland Bakt betekenen kijkcijferrecords dus niet per se social records. Desalniettemin kunnen we concluderen dat we niet alleen graag kijken naar het programma, maar er ook maar wat graag over praten. Benieuwd wat er dan zoal voorbij komt op social? De Beste Social Media selecteerde de leukste berichten over het programma. Herbeleef de halve finale met een selectie van de heerlijkste tweets.
Honger gekregen? Check dan vooral ons blog over het geheim achter smakelijke content!
Is het inderdaad zo dat slechts een kleine minderheid voorstander is van de keuze van HEMA? We gaan die stelling eens bekijken door middel van social data in Coosto. Bijbehorende hypothese: er is sinds het nieuws over het aanpassen van labels in kinderkleding veel meer negatief dan positief sentiment rond het merk HEMA waar te nemen.
Onderstaande grafiek met de Activiteit & Sentiment rond HEMA, laat zien dat het besluit in de afgelopen uren op z’n zachtst gezegd aardig wat stof doet opwaaien. Coosto telt 11865 berichten over HEMA tot 14.00 uur vanmiddag. Daarmee is er meer dan voldoende data beschikbaar om de hypothese te testen.
Het sentiment schiet echter niet duidelijk de negatieve kant op. Sterker nog, er zijn online meer positieve (15%) dan negatieve (12%) berichten verschenen rond de beslissing van HEMA.
Verder is er een grote groep mensen die niet expliciet kant kiest, maar de hele discussie wel met verbazing volgt:
150 doden door 'n aardbeving, maar ons 'gave land' schudt op z'n grondvesten vanwege labeltjes die verdwijnen uit kinderkleding?! #hema
— Merel Morre (@MerelMorre) 20 september 2017
We verwerpen de hypothese. Hoewel de keuze van HEMA controversieel is, lijkt het niet slechts een kleine minderheid te zijn die het besluit van HEMA steunt. Sterker nog, social data suggereren dat die groep zelfs in de meerderheid kan zijn. Kanttekening daarbij: ten opzichte van het sentiment dat we in 2017 tot dusver zien voor HEMA (27% positief vs. 6% negatief) lijkt men in de huidige discussie minder uitgesproken positief over het bedrijf.
De toegenomen bekendheid en verkrijgbaarheid van Bitcoin hebben ervoor gezorgd dat vrijwel iedereen de naam op z’n minst weleens heeft horen vallen. Bitcoin is mainstream geworden. Dat zien we onder andere terug in het feit dat de belangrijkste online discussieplaatsen niet langer blogs en gespecialiseerde nieuwssites zijn. Het grote Twitter is anno 2017 de plek waar Bitcoin het meest wordt bediscussieerd.
Online wordt weleens beweerd dat de koers van Bitcoin en andere crypto-valuta door die grote interesse labiel wordt. De waarde van Bitcoin zou kunstmatig worden opgeblazen door de enorme aandacht op social media. Als die massale ophef gaat liggen, zou de koers naar beneden gaan meebewegen. Is het inderdaad zo dat online activiteit lineair samenhangt met de waarde van Bitcoin? Dat is wat mij betreft een interessante aanname om eens te testen in social media monitoring tool Coosto:
Hypothese: Er is een positief verband tussen de activiteit op social media over crypto-valuta en de waarde van die crypto-valuta in US Dollars.
Dat er een duidelijke link is tussen Bitcoin en social media, is al te merken vanaf het vroege begin van de munt. Satoshi Nakamoto, het pseudoniem van de persoon die Bitcoin ontwierp, gebruikte vooral social media als fora en groepschats om zijn Bitcoin-idee in 2009 te pitchen en te verbeteren. Veel van de eerste mensen die heil zagen in het plan van Satoshi, ontdekten Bitcoin door dit soort social posts en online interacties. Sterker nog, ook de eerste Bitcoin-betaling (één pizza voor 10.000 BTC, inmiddels zo’n 150 miljoen dollar!) verliep via een online forum.
Social media waren en zijn dus essentieel voor Bitcoin om mensen te enthousiasmeren voor het netwerk. Er zit immers geen centrale organisatie, locatie of aansturingsmechanisme achter de blockhain-technologie en het Bitcoin-idee. Anonieme gebruikers en ontwikkelaars die de techniek draaiende houden, zitten over de hele wereld. Daarom zijn social media en chatapps onmisbaar voor onderlinge communicatie.
Bitcoin is een zogenaamde crypto-valuta. In andere woorden: digitaal geld, dat kan worden opgeslagen en uitgewisseld zonder tussenkomst van een derde partij. Wat dat betreft hebben crypto-valuta’s raakvlakken met social media: ze zijn beide gebaseerd op het idee van decentralisatie. Er zijn binnen deze systemen immers geen groepen die controle hebben over informatie (mediabedrijven) of vermogen (banken).
Gebruikers hebben zelf de macht in handen gekregen. Voor social media betekent dit dat individuele gebruikers, zonder tussenkomst van een uitgever, zelf nieuws kunnen produceren en een miljoenenpubliek kunnen bereiken. Voor crypto-valuta en de zogenaamde blockchain-technologie betekent het dat gebruikers zonder tussenkomst van een bank onderling zelf digitale transacties kunnen uitvoeren.
Terug naar de hypothese. Om die te testen, plotten we het aantal berichten over Bitcoin in de periode van 12 december 2016 tot 9 december 2017, gemeten in Coosto. Daar tegenover zetten we de prijs van Bitcoin in US dollars voor diezelfde periode.
Op het eerste oog lijken de lijnen ongeveer dezelfde vorm te vertonen, waarbij het opvalt dat de social activiteit telkens een dipje kent in de weekenden. Om aan te kunnen tonen of er echt samenhang is, moeten we echter dieper duiken dan het visuele aspect. In de statistiek wordt samenhang berekend door de zogenoemde correlatiecoëfficiënt van Pearson. Die is voor de twee weergegeven variabelen 0,80 en statistisch significant, wat wil zeggen dat er een zeer sterk verband bestaat.
Is het dan misschien toeval dat de waarde van de bekendste crypto-valuta samenhangt met de activiteit op social media? Om dat te checken, kijken we naar de tweede grootste crypto-munt: Ethereum. Dat levert deze grafiek op:
Ook hier komen we uit op een statistisch significante correlatiecoëfficiënt van 0,76 (een sterk verband). De samenhang tussen social media activiteit en verschillende crypto-valuta lijkt dus verder te gaan dan alleen Bitcoin.
De overeenkomsten worden overigens nog treffender als we niet de koerswaarde van Bitcoin, maar de grootte van de handel in Bitcoin onder de loep nemen. De oranje lijn laat in onderstaande grafiek de waarde van alle Bitcoin-transacties zien (koop én verkoop) voor de periode van 12 december 2016 tot en met 9 december 2017. De bewegingen van die lijn lijken vrijwel identiek aan de social buzz rond Bitcoin die we gemeten hebben in Coosto. Ook hiervoor berekenden we een correlatiecoëfficiënt, en die bevestigt wat we met onze ogen eigenlijk al zien: een zeer sterk verband (statistisch significante correlatiecoëfficiënt van 0,84).
Er lijkt een logische verklaring te zijn voor het feit dat de grootte van de social buzz sterker samenhangt met het handelsvolume dan met de koerswaarde. We hebben een aantal factoren van de social buzz namelijk niet meegenomen: wie zijn de belangrijkste auteurs, hoe groot is hun invloed en wat is het sentiment van de berichten (positief of negatief)? Met name die laatste is naar alle waarschijnlijkheid een belangrijkere variabele voor de prijs van Bitcoin dan voor het volume van de Bitcoin-handel.
Logisch redeneren vertelt ons namelijk dat negatieve berichtgeving zou samengaan met een koersdaling, en positieve berichtgeving met een stijging. Social activiteit is voor de prijs van Bitcoin dus maar een deel van het verhaal. Voor het volume van de handel lijkt dit minder van belang, omdat we verwachten dat een groei in berichtgeving (of dat nu positief of negatief is) samengaat met meer handel.
Hoewel we bij zowel Bitcoin als Ethereum zeer sterke verbanden tussen de social activiteit en de waarde van (de transacties van) deze crypto-munten zien, kunnen we niet zomaar uitgaan van een causaal verband. Een onderzoek van Wysocki (1999) toont bijvoorbeeld aan dat activiteit op message boards de handel in aandelen voor de volgende dag kan voorspellen. Maar er zijn ook onderzoeken, zoals die van Tumarkin en Whitelaw (2001), die de omgekeerde richting bewijzen: de handel en waardeverandering van aandelen beïnvloedde de activiteit op message boards.
In andere woorden: wordt de koers van Bitcoin beïnvloed door de buzz op social media, of wordt de online discussie juist beïnvloed en gestimuleerd door de koers? Op basis van dit onderzoek kunnen we daar geen harde uitspraken over doen.
We zien bij zowel Bitcoin als Ethereum zeer sterke verbanden tussen de social activiteit en de waarde van deze crypto-munten. Maar nee, we kunnen met behulp van deze analyse (nog) niet hard maken dat we de koers van Bitcoin met social data kunnen voorspellen. De hypothese die we formuleerden, nemen we wél aan. Er is namelijk wel degelijk een zeer sterke relatie tussen de koers van bepaalde crypto-valuta en de activiteit op social media.
De Dell Hell-case uit 2005: wie kent ’m niet? Een ontevreden klant van Dell ventileerde zijn ongenoegen op zijn blog, wat uiteindelijk leidde tot een barst in de reputatie van de computergigant. Een klassiek voorbeeld dat klanten je reputatie bepalen en deze kunnen maken of breken. Maar wat verstaan we nou precies onder reputatie?
De reputatie van een bedrijf is een totaalindruk, gebaseerd op ervaringen die mensen hebben gehad met je bedrijf. Denk daarbij aan het lezen van een blog, het kopen van een product of contact met je klantenservice. Dat is overigens iets anders dan imago, waarbij men associaties heeft bij je bedrijf zónder feitelijke ervaring.
De reputatie die je hebt is cruciaal, ongeacht hoe groot of klein je organisatie is. Misschien heb je al helemaal uitgevogeld hoe je een ‘crisisbrandje’ weet te blussen. Hoe je er een kan voorkomen. Of hoe je ervan kan herstellen. Maar heb je enig idee hoe je reputatiemanagement kunt gebruiken om aan een sterker merk te bouwen?
Is het antwoord op die vraag ‘nee’? Dan mis je een grote kans voor je organisatie.
Reputatiemanagement begint hoe dan ook met monitoren. Wat wordt er over je gezegd? Door wie? Hoe invloedrijk zijn die personen? En op welke online plekken wordt er over je merk gepraat? Door alerts in te stellen als iets uit de hand dreigt te lopen, kun je een crisis voorkomen.
En begrijp me niet verkeerd: blijf er vooral mee doorgaan.
Het verbeteren van je reputatie is echter net zo belangrijk als het beschermen, en wordt nog te vaak vergeten. Sterke merken zijn immers niet sterk geworden met alleen bescherming van hun reputatie. Het is daarom tijd om een fundament te leggen waarop je een sterk merk kunt bouwen. Deze 5 tips helpen je verder.
Als bedrijf heb je een bepaalde identiteit. Je staat ergens voor, iets wat je uniek maakt in de markt. Durf die waarden dan ook uit te dragen. Neem een standpunt in bij een maatschappelijke discussie. Maak een statement. Zo kiest de NS ervoor om omroepberichten voortaan te beginnen met ‘Beste reizigers’ omdat ze willen dat iedereen zich welkom voelt. Of dat tot discussie heeft geleid? Absoluut. Maar ook dat is reputatiemanagement: achter je standpunt blijven staan. Oók als daar weerstand op komt. In dit gevoel droeg de NS ook op social haar standpunt uit.
Maar dat is weer zo onpersoonlijk. Hier lees je meer over deze keuze: https://t.co/X5Lj9xovIp. ^JP
— NS online (@NS_online) July 28, 2017
Monitor niet alleen het negatieve sentiment. Luister ook naar het positieve geluid en spring daarop in. Denk bijvoorbeeld aan klanten die tevreden zijn met een product. Een 5 sterren review achterlaten op je webshop. Of gewoon blij zijn dat je er bent. Reageer daarom op complimenten, haak in op positieve tweets of geef je klanten erkenning als ze een goede review achterlaten. Houd daarbij ook invloedrijke personen in de gaten en stel eventueel een alert in als ze iets positiefs plaatsen. Dat geeft jou de gelegenheid om het ijzer te smeden als het heet is.
Een enthousiaste klant of een complimenteuze tweet: de positieve geluiden uit de vorige tip hoef je niet voor je te houden. Laat juist zien dat je successen boekt. Dat kan een succesverhaal zijn van een klant, maar ook een goede review. Coolblue heeft zelfs een format bedacht om klanten te stimuleren kwalitatief goede reviews te schrijven. Ze licht regelmatig de beste of leukste review uit op de website.
Het is echter wél belangrijk dat het geen ‘Wij van WC-eend’-verhaal wordt. Als successen opschepperig zijn in plaats van oprecht, dan heeft dat juist negatieve invloed op je reputatie. Balance is key!
Proactief reageren, zoals inhaken op positieve berichten waarin je niet direct wordt vermeld, is één, maar eigenlijk is proactief zijn net zo belangrijk. Neem de touwtjes in handen en deel kennis over jouw markt door zelf content te creëren. Blogs, whitepapers, video’s of infographics. Niet alleen een positieve manier om in de spotlight te komen (“Hé, die heeft er wel verstand van”) maar ook een sterke zet om jezelf als kennisleider te positioneren.
Werknemers zijn de beste merkambassadeurs. Ze geven het bedrijf áchter het merk een gezicht en kunnen op een transparante en geloofwaardige manier je merkboodschap uitdragen. Deze employee advocacy is daarom van grote waarde voor je reputatie. Het gaat daarbij veel verder dan alleen het delen van corporate content. Juist authentieke tweets of posts maken van een werknemer een merknemer. Zo heeft Bol.com haar medewerkers een eigen hashtag gegeven. Met #bijbolcom posten medewerkers allerlei soorten content die bijdragen aan de branding van het bedrijf. En dat versterkt Bol.com’s reputatie.
'Verjaardagsmeeting' van jarige job Denise (@postvak) #bijbolcom. Dat zijn nog eens maandagen, top begin van de week! pic.twitter.com/bkT9A8TzIe
— Marjolein Verkerk (@Me_Marjolein) July 17, 2017
Goed reputatiemanagement heeft dus twee doelstellingen: het beschermen én het versterken van je reputatie. Doelstellingen die altijd hand in hand gaan en naadloos binnen je communicatiestrategie moeten passen.
En werkt het versterken even niet? Of pakt iets slecht uit? Dan kun je altijd nog overgaan op damage control.