Social media content over studenten, van studenten, vóór studenten: bij Eindhoven University of Technology (TU/e) is het de normaalste zaak van de wereld geworden. Studenten helpen er niet alleen mee met voorlichtingsdagen, maar bemensen ook het webcare-team en voorzien het Instagram-account van nieuwe content. “We willen een écht inkijkje in het studentenleven kunnen bieden”, licht Pascal Appel, social media manager bij TU/e, toe. Een boeiend gesprek over corona-communicatie, authenticiteit, en het durven loslaten van de regie.
Van analyses tot social listening, webcare en publishing: TU/e maakt al bijna 6 jaar gebruik van Coosto voor haar volledige social media management. Pascal Appel is als social media manager de drijvende kracht achter de social media strategie van de universiteit. Zijn doel? TU/e bij studenten, medewerkers en andere stakeholders op de kaart zetten.
Pascal: “Nou ja, op het gebied van social media waren we natuurlijk niet anders gewend. Maar het is op z’n zachtst gezegd een zeer bijzondere realiteit waar we mee te maken hebben. Een situatie die bovendien regelmatig wijzigt. Wel of geen lockdown, wel of geen avondklok... elke aanpassing heeft impact op ons onderwijs en onderzoek. Dat houdt in dat we onze studenten wel heel vaak moeten informeren over veranderingen. Om dat voor iedereen overzichtelijk te houden, hebben we vanaf het begin besloten slechts 2 hoofdkanalen voor deze communicatie te gebruiken: mail en WhatsApp. Wekelijks ontvangen studenten en medewerkers informatieve updates via mail, en het laagdrempelige WhatsApp-nummer staat altijd open voor vragen.
Daarin merken we vooral hoe moeilijk het is om snel én volledig te zijn. Het liefst zouden we direct na elke persconferentie een uitgebreide Q&A mailen, maar dat is helaas niet realistisch. Ook wij worden immers soms verrast door nieuwe maatregelen.”
“Nee, dat is zo. Als we te lang zouden wachten, zou er onrust bij studenten kunnen ontstaan en neemt het aantal binnenkomende vragen via WhatsApp toe. Toch helpt het ook niet om direct te publiceren, als je daarbij nog niets inhoudelijks kunt melden. Daarom is de balans zo belangrijk: we proberen in zo kort mogelijke tijd een zo compleet mogelijk verhaal te delen. Vragen die in de tussentijd via WhatsApp binnenkomen, kunnen we zo direct gebruiken om de boodschap aan te vullen, en daarmee het aantal nieuwe vragen te verminderen. Luisteren, zenden, luisteren, zenden… Zo versterken die twee kanalen elkaar.“
“WhatsApp is voor ons niet alleen een servicekanaal. Het heeft ook een belangrijke signalerende functie.”
“Wat dat betreft heeft WhatsApp voor ons een belangrijke, signalerende functie. Zeker omdat er onvermijdelijk uitzonderingen zijn die je over het hoofd ziet. Neem de lockdown, bijvoorbeeld. We kregen daarop direct een heleboel vragen: ‘Gaan mijn tentamens dan niet door?’ was een logische. Maar ook: ‘Ik woon in een rumoerig studentenhuis met 15 huisgenoten. Mijn thuissituatie laat het simpelweg niet toe om een online tentamen thuis te maken.’ Bij dat laatste geval hadden we zelf nog niet stilgestaan, maar door WhatsApp konden we er alsnog rekening mee houden in onze mails.”
“Niet alleen heldere informatie. We realiseren ons als geen ander dat studeren meer is dan papers lezen en weten wanneer je tentamen plaatsvindt. We proberen daarom ook digitaal – waar mogelijk – wat beleving terug te brengen, en iedereen weer een beetje te laten proeven van het studentenleven.”
“Zij hebben bij TU/e een centrale rol in de communicatie. Zeker in de studentenwerving zijn ze ontzettend waardevol; wie kan nu beter vertellen hoe het reilt en zeilt op onze campus dan een student zelf? Daarin zijn we als TU/e natuurlijk niet uniek. Iedere universiteit en hogeschool vraagt studenten een steentje bij te dragen op open dagen of voorlichtingsavonden.
Toch zagen we ook dat een steeds groter deel van het oriëntatieproces van aanstaande studenten buiten die georganiseerde wervingsmomenten plaatsvindt. Online, op social media. Dat geldt al helemaal voor de grote groep buitenlandse studenten die zich ieder jaar bij TU/e aanmeldt, en die meestal überhaupt geen gelegenheid had om een open dag te bezoeken - ook niet vóór corona.
Daarom bedachten we een manier om onze huidige studenten ook op social media te laten uitdragen hoe hun studentenleven eruitziet. Concreet was het plan om elke week een andere student ons TU/e-Instagramaccount te laten overnemen. Die student zou dan alles over zijn of haar belevenissen in die week delen. Dat mocht studiegerelateerd zijn, maar het hoefde zeker niet. Hobby’s, uitgaan, sporten, reizen: alles mag. Nou, dat plan hebben we destijds uitgewerkt, en inmiddels verzorgen studenten al 3,5 jaar al onze Instagram-content.”
Leestip: Hoe TU/e influencers maakt van haar internationale doelgroep
“Haha, in eerste instantie denk je natuurlijk wel na over wat er allemaal mis kan gaan. Maar we hebben tegelijkertijd veel risico’s zo klein mogelijk gemaakt.
Zo zijn we voorzichtig gestart, met studenten die bijvoorbeeld al een bijdrage leverden op voorlichtingsavonden. Zij wisten al goed wat het inhoudt om voor even het visitekaartje van de universiteit te zijn. Maar we merkten al snel dat ook andere studenten dat verantwoordelijkheidsgevoel krijgen zodra ze eenmaal achter de knoppen zitten van ‘hun’ universiteit op Instagram. Het is in al die jaren nog nooit echt misgegaan.”
“Bij een écht inkijkje in het studentenleven horen rafelrandjes.”
“Authenticiteit, zonder enige twijfel. Ik begrijp de neiging van communicatieafdelingen om user generated content te modereren of regisseren, zodat die nét wat beter aansluit bij de boodschap die ze willen uitdragen. Maar ons format zou daardoor als een kaartenhuis instorten.
De kracht is dat potentiële studenten van over de hele wereld een inkijkje in het échte TU/e-studentenleven krijgen. En ja, daar horen rafelrandjes bij. We willen studenten daarom ook niet in een keurslijf stoppen. We hebben geen harde regels, en alleen een paar richtlijnen waarin we uitleggen wat we willen bereiken met het format.
Dat authentieke en persoonlijke past bij onze kernwaarden. Dat zie je ook terug in onze webcare, bijvoorbeeld. We hebben er heel bewust voor gekozen om ook daar studenten achter de knoppen te zetten, en geen gebruik te maken van chatbots.
Soms voelen we zelf heel even de verleiding om het grote bereik op Instagram te gebruiken voor content vanuit de organisatie, maar we houden ons gelukkig in. We moeten blijven beseffen hoe dat bereik is opgebouwd, en waarom mensen ons ooit zijn gaan volgen op Instagram. Dat is puur om de content van onze studenten, en die moeten we blijven bieden.”
“Haha, dat is niet zo moeilijk: studenten melden zichzelf! De wachtlijst voor het beheren van ons Instagram-account puilt uit. De planning zit op dit moment al vol tot komende zomer, en er is een heuse wachtlijst.
Die populariteit heeft enerzijds te maken met het podium dat we studenten te bieden hebben. Het is voor veel studenten natuurlijk best een aantrekkelijke gedachte om een week lang in de schijnwerpers te staan voor een publiek van ruim 17 duizend volgers.
“De wachtlijst voor het beheren van ons Instagram-account puilt uit. De planning zit al vol tot komende zomer.”
Daarnaast is trots een belangrijke factor. We horen van veel studenten dat ze het een eer vinden om hun universiteit op social media te vertegenwoordigen. En dan heb je nog het domino-effect: toen er één schaap over de dam was, volgden er meer. Als je ziet dat een vriend of studiegenoot met veel plezier een takeover heeft gedaan, zet je misschien zelf ook sneller de stap.”
“We hebben voor elk social media kanaal specifieke KPI’s en doelen voor het publiek dat we er kunnen vinden. Zo gebruiken we Twitter voornamelijk als corporate spreekbuis, en is Facebook in de laatste jaren een soort interne community geworden. Op Instagram zagen en zien we vooral mogelijkheden om de studiekiezer te bereiken. Die kans hebben we met dit format met beide handen aangegrepen.”
“We willen heel graag thought leader zijn binnen onze onderzoeks- en onderwijsgebieden. Daar geven we op dit moment ook invulling aan, al gebeurt dat vrij traditioneel. Wij zijn zelf de agenda setters, wij delen uitkomsten van onderzoeken die we als universiteit zelf bedacht en uitgevoerd hebben. Met die content gaan we vervolgens de social media bühne op, en hopen we op respons. Dat werkt vaak goed, maar het is nog steeds vrij zendgericht.
We hebben de ambitie om die agenda settende rol in de komende tijd ook bij een breed publiek in binnen- en buitenland neer te leggen. ‘Zeg het maar: waar wil je meer over weten? Wat vind je interessant? Dan zoeken wij het voor je uit’. Vraaggestuurde content. Daar ligt volgens mij een mooie toekomst voor social media bij universiteiten.”
De Coosto Hackathon is een jaarlijks intern evenement, waarbij we al onze collega’s uitdagen om in groepen aan de slag te gaan met een zelfbedacht creatief of innovatief concept. De belangrijkste randvoorwaarde: binnen één dag moet je een volwaardig en uitgewerkt idee kunnen presenteren aan het bedrijf.
Een evenement als de Hackathon helpt Coosto om creatief en vernieuwend te blijven. Het is de perfecte gelegenheid om eens goed buiten de lijntjes te kleuren, op een heel andere manier na te denken en misschien wel op bruikbare functionaliteiten voor ons product te stuiten. Noem het een training in innovatie.
Geen tijd te verliezen, we moesten aan de slag met een idee binnen het richtinggevende thema ‘Coosto + 1’. Daarmee werd bedoeld dat elk idee een combinatie moest bevatten van Coosto met een concept of idee van een andere tool of app.
Uit dit thema ontstonden 8 interessante en diverse projecten, waar in totaal 33 collega’s tijdens de Hackathon aan hebben meegewerkt. De ideeën in een notendop:
Wat krijg je als je Coosto zou combineren met de swipiness van een app als Tinder? Dit project heeft het geprobeerd en presenteerde een werkend prototype. Met een simpele veeg over je scherm naar links of rechts kon je berichten in Engage snel behandelen.
Wist je dat...
De zoekhulp in Coosto Listen is ontstaan uit het winnende project van de Coosto Hackathon in 2017?
Een functionaliteit die dit groepje afkeek van de filterfunctionaliteit van Google Cards. In plaats van algemene filters in en bij te stellen, kun je de Coosto-filters in de zoekresultaten zelf aanpassen. Zo kon je per resultaat aangeven of je de taal, auteur en/of het topic wilde uitsluiten in de zoekopdracht. “Leuker kunnen we het niet maken, wel makkelijker ?”
Ken je Clippy van Microsoft Office nog? Waarom zouden we zo’n hulpje niet in het Coosto-thema implementeren? Het doel van dit project was om klanten direct in de tool te helpen, met informatie uit het Support Center, zonder dat zij daarheen hoeven te navigeren.
Dit project haalde zijn inspiratie niet door het product van Coosto, maar de interne lunch onder handen te nemen. Zij bedachten een platform waarop medewerkers suggesties konden doen voor lekkernijen, en hun aanwezigheid konden invullen. Zo wisten de collega’s die de lunch bereiden precies hoeveel mensen er zouden komen, om verspilling tegen te gaan.
Om een Coosto-training gemakkelijker en interactiever te maken, kwam dit team met het idee om een Learning Management System op te zetten; één plek voor alle trainingsinformatie, waar met quizjes en opdrachten wordt getoetst of je Coosto onder de knie hebt.
Geen hackathon zonder winnaars. Een vakkundige jury koos aan het einde van een mooie maar vermoeiende dag de 3 beste projecten.
Wat als je wat meer werd uitgedaagd in je dagelijkse gebruik van Coosto? Laten we er een spel van maken, bedacht dit groepje. Door data te analyseren in Listen, gesprekken af te handelen in Engage en posts te plannen in Publish, kun je punten en badges verdienen. Zo strijd je tegen je collega’s om de leukste en meest legendarische badges, en bereik je misschien wel de hoogste plek op het leaderboard?
Een minigame in Coosto. Leuk, maar wat is het nut ervan? Daar had dit team wel over nagedacht: “Break stuff and recharge!" Iedereen die na de zoveelste klacht van een klant in Engage zijn frustraties kwijt wil, kan dat in deze game doen. Klik op een knop en sleep met de muis alle Coosto-elementen richting de schermrand, om ze één voor één te slopen. Zo, dat lucht op! Je bent weer helemaal opgeladen om klanten vriendelijk te woord te staan.
De winnaars presenteerden volgens de jury een wel heel indrukwekkend staaltje ‘Coosto +1’. Ze namen als uitgangspunt dat managers zo snel en gemakkelijk mogelijk up-to-date willen zijn met de laatste social media statistieken van hun merk. Daarom combineerde dit project de intelligentie van Google Assistant met de kracht van Coosto. Je hoeft niet meer in te loggen in Coosto, maar vraagt gewoon de laatste stand van zaken aan je Google Assistant via je smartphone of smartwatch. Coosto pusht die data en Google leest je jouw statistieken voor. Een (bijna) feilloze demonstratie toonde aan dat het kan!
Zo. Na deze Hackathon zijn wij weer volledig opgeladen met nieuwe inspiratie voor productverbeteringen in 2020. Wil je als Coosto-klant ook zelf meedenken over vernieuwingen in de tool die jij dagelijks gebruikt? Dat kan. Geef via de feedback-knop in Coosto aan waar jij kansen ziet, of stem op bestaande ideeën.
Op naar een mooi en innovatief 2020!
Alleen al de afgelopen maand – waarbij we ook naar de maand juli kijken – zijn er bijna 34.000 berichten online geplaatst over het vrouwenvoetbal. Als we kijken naar de man-vrouwverdeling, dan zien we het volgende:
Blijkbaar is vrouwenvoetbal een populairder onderwerp bij mannen dan bij vrouwen. Maar waar hebben de mannen het dan over? Hoe zien die gesprekken eruit? Dat laat de wordcloud zien:
De mannen op social praten vooral echt óver het vrouwenvoetbal. En die onderwerpen zijn nogal uiteenlopend. Van fans en supporters...
tot aan de lolbroeken...
tot aan de criticasters.
Maar waar de vrouwen het over hebben, dáár wordt het pas echt interessant. Kijk maar eens mee.
De vrouwen op social hebben het dus vooral over mannenvoetbal. Het lijkt erop dat vrouwen in hun uitingen eerder geneigd zijn de vergelijking te maken met mannenvoetbal. Met als uitgangspunt dat het vrouwenvoetbal beter is, in meerdere opzichten.
Vooral Ronald Waterreus moet het – na zijn kritische uitlating over het vrouwenvoetbal – ontgelden.
Één ding is zeker: de Oranje Leeuwinnen zorgen niet alleen voor reuring óp het veld, maar ook op social. Wij kunnen de dames alleen maar veel succes wensen zondag. Prettige wedstrijd!
Eerder concludeerden we al dat Twitter springlevend is voor webcare. Tegelijk stijgt ook het aantal gebruikers en hun activiteit weer. Newcom-onderzoek laat zien dat Twitter in het afgelopen jaar met ongeveer 150.000 Nederlandse accounts is gegroeid, naar in totaal 2,9 miljoen actieve gebruikers.
In Coosto zien we dat een groot deel daarvan vooral meeleest op Twitter. Iets minder dan de helft, zo’n 1,2 miljoen accounts, verstuurde ook daadwerkelijk één of meerdere tweets. Zij waren samen goed voor ruim 122 miljoen tweets, zo’n 20% meer dan in 2019.
Het staat hoe dan ook onomstotelijk vast dat Twitter weer in de lift zit.
Toch zou Twitter zijn nut voor marketing hebben verloren. Veel organisaties gebruiken Twitter inmiddels alleen nog voor corporate voorlichting of als servicekanaal, en er zijn er slechts weinig die er succesvol marketing mee bedrijven. Waarom? Omdat het resultaat achterblijft. Hun marketing-gerelateerde tweets bereiken weinig mensen meer, ze behalen amper clicks en een daadwerkelijke aankoop of lead is al helemaal zeldzaam.
Op zich lijkt het dan een logische conclusie om te stellen dat Twitter op z’n retour is. Maar dat is onzin. Twitter werkt wel degelijk voor marketing, in veel gevallen zelfs beter dan andere kanalen. Alleen niet op dezelfde manier als andere social media platformen. Pas je je strategie niet aan op Twitter, dan kun je inderdaad onterecht de indruk krijgen dat er niets te halen valt.
Vraagje voor een artikel waar we mee bezig zijn. Gebruik jij Twitter (nog) als marketingkanaal?
— Coosto Nederland (@CoostoNL) March 29, 2021
Het concept van marketing op Facebook, Instagram en LinkedIn is vrij rechttoe rechtaan. Je deelt interessante content met een publiek, geeft de optie die content te openen. Mensen klikken vervolgens op je link, zodat je ze uiteindelijk op je website kunt overtuigen over te gaan tot aankoop, aanmelding of aanvraag. That’s it.
Is je content goed genoeg, dan levert bovenstaande methode op vrijwel alle platformen resultaat op. Vrijwel alle platformen, maar dus niet op Twitter. Op Twitter moet je je voorbereiden op teleurstelling als je het platform enkel en alleen gebruikt voor contentdistributie. Twitteraars vallen nu eenmaal niet voor merken die alleen maar zenden. Een houding als “Hé, hier ben ik met mijn merk, bekijk mijn goede content eens!” krijgt er geen voet aan de grond. Een organisatie die niet écht de verbinding zoekt, wordt op Twitter simpelweg genegeerd. De like-, retweet- en click-tellers blijven steken op cijfers waar geen marketeer vrolijk van wordt.
“Twitter is misschien wel het zuiverste social medium”
Twitter is, veel meer dan andere social media, namelijk volledig gericht op échte gesprekken. Mensen wisselen onderling ideeën uit, delen artikelen die ze interessant vinden en geven hun ongezouten mening (en ja, dat gaat er soms hard aan toe).
Wat dat betreft is Twitter misschien wel het zuiverste social medium. Iemand stelt er een vraag of start een discussie, en het is aan andere gebruikers om daar een (waardevol) antwoord op te geven. Je kunt natuurlijk ook zelf een gesprek op gang brengen, zolang je onderwerp ook daadwerkelijk actueel en relevant is. Dat zijn de enige manieren om impact te maken op Twitter.
Maar waarom zou dat voorbehouden zijn aan personen? Als merk kun je je net zo goed mengen in al die gesprekken. Sterker nog: als je wilt slagen op Twitter, dan móet je wel.
Ook onze factcheck laat zien: @lammert en @DannyOosterveer hebben helemaal gelijk. Wij zien dat deze maand alleen al ruim 5,6 miljoen Nederlandse tweets verstuurd zijn, door minstens 385.000 auteurs. https://t.co/KS8dyaNnRo
— Coosto Nederland (@CoostoNL) January 17, 2019
Twitter focust zoals gezegd meer op gesprekken dan op posts. Dat is niet iets wat we zomaar hebben geobserveerd, maar blijkt ook uit de manier waarop Twitter statistieken bijhoudt. Zo is Twitter het enige grote platform dat niet alleen de prestaties van posts bijhoudt, maar ook van alle reacties die je verstuurt. Die hebben op Twitter namelijk ook (of misschien wel júist) marketingpotentie.
Gefeliciteerd! Wij hadden al zo'n vermoeden welke transfer met meest bijdraagt aan die duizelingwekkende cijfers... #MeisterMario ???? pic.twitter.com/5Ja677Ibge
— Coosto Nederland (@CoostoNL) October 7, 2020
Vergelijk de prestaties van bovenstaande reactie bijvoorbeeld eens met een tweet die ingericht is volgens de ‘standaard’ marketing-methode van andere platformen:
Dit voorbeeld illustreert dat je op Twitter in de regel meer resultaat haalt uit het toevoegen van waarde aan actuele discussies dan uit ‘traditionele’ zendgerichte social media marketing.
Een belangrijke achterliggende voorwaarde is het open karakter van Twitter. Tweets zijn standaard openbaar en hashtags worden nog altijd veelvuldig gebruikt. Zo kunnen personen en organisaties veel gemakkelijker dan op andere platformen meedoen aan gesprekken die anderen zijn begonnen.
“Niet je aantal volgers, maar je relevantie, vorm en onderwerpkeuze bepalen je bereik op Twitter.”
Twitter is daardoor bij uitstek geschikt voor kleine merken en organisaties die hun autoriteit nog moeten verdienen. Op andere platformen ben je immers afhankelijk van je aantal volgers, dat bij startende ondernemingen natuurlijk nog heel beperkt is. Heb je 1000 volgers op Facebook? Dan ga je er zonder advertenties hooguit 500 bereiken.
Op Twitter wordt je bereik echter niet bepaald door je aantal volgers, maar door je relevantie en onderwerpkeuze. Reageer je op een account met een groot bereik, dan ga je zelf iedereen bereiken die door de reacties op dat account scrolt.
Je kunt op dezelfde manier meeliften op populaire hashtags, memes of actuele gespreksonderwerpen. Als je binnen veelbesproken onderwerpen waarde toevoegt, gaat je bereik door het dak. Dat kun je doen met een miljoen volgers, maar dus ook met een handjevol.
Deze methode werkt perfect voor meer zichtbaarheid en merkbekendheid, en daardoor indirect ook voor extra conversies. Het kán dus wel, je moet er alleen een andere instelling voor hebben dan voor Facebook en Instagram.
Wij noemen het de Conversational mindset. Die houdt in dat je merk een laagdrempelige gesprekspartner moet zijn in plaats van boodschapper in een ivoren toren. Geef input, deel je mening, haak in op interessante gesprekken die bij je merk passen. Kortom: wees persoonlijk.
De belangrijkste vraag die dan overblijft: hoe zorg je nu dat je relevante gesprekken ontdekt en op de hoogte blijft van trending topics? Alleen dan kun je er tenslotte op gaan inhaken…
Daarvoor hebben we ons Coosto-platform ontwikkeld. Met Coosto krijg je realtime zicht op alle online en social media berichten die rond jouw merk, concurrentie of markt verschijnen. In dezelfde omgeving kun je reageren op interessante gesprekken en onderwerpen. Wil je zelf een gesprek starten? Geen probleem, ook het publiceren en inplannen van nieuwe tweets gaat moeiteloos in Coosto.
Dat werkt bovendien niet alleen voor Twitter, maar voor veel meer social media platformen!
Lees meer over het Coosto-platform of vraag een gratis demo aan.
Nog steeds niet overtuigd van de potentie van Twitter? Bedenk dan dat marketing zoveel meer is dan je stem laten horen. Ook luisteren en onderzoeken zou een belangrijk onderdeel van je marketing moeten zijn. Je moet immers weten wat er speelt rond je merk en je markt. Je moet weten wat mensen bezighoudt. Alleen dan kun je als marketeer producten en proposities neerzetten die de juiste snaar raken.
Twitter is hét social medium waar meningen en ideeën worden geventileerd, en daardoor onmisbaar in je marktonderzoek. Ook daarvoor kun je natuurlijk Coosto gebruiken. Alle voor jou relevante tweets komen binnen op één plek, waar diverse analyses voor je worden uitgevoerd. Het resultaat: een mooi overzicht van de heersende publieke opinie, zodat jij er direct op kunt inspelen met jouw merk en marketing.
Hoe belangrijk ook: een contentstrategie of contentplan heeft nog nooit één conversie, interactie of impressie opgeleverd. Meetbaar contentresultaat wordt geboekt met een daadwerkelijke uiting – content - die uit zo’n strategie of plan voortvloeit. Maar de totstandkoming van content is nog niet zo vanzelfsprekend. Wie moet ermee aan de slag? Wanneer is de deadline? En wie is verantwoordelijk voor verspreiding, promotie en analyse? Het zijn deze logistieke elementen van contentmarketing die we ‘contentplanning’ noemen; de basis van een vlekkeloos succesverhaal.
Een contentplanning is onderdeel van een contentplan. Een contentplan vertelt hoe de bovenliggende contentstrategie vertaald wordt naar concrete contentuitingen. Je begint met een centraal verhaal, waarbij je ook oog hebt voor de uitwerking van dat verhaal. Je beschrijft in dat plan daarnaast de benodigde verspreiding, activatie én analyse om van je content een succes te maken. Vervolgens worden alle taken geplot op een tijdlijn. Die tijdlijn is de contentplanning.
Een contentstrategie is de basis en een contentplan het vervolg. Toch gaat content pas leven bij de contentplanning-fase. Je gaat dan namelijk van een papieren werkelijkheid naar de ‘echte’ werkelijkheid. Maar los van het feit dat een contentplanning een logisch vervolg is op de voorgaande stappen, zijn er nog 3 andere essentiële voordelen van een contentplanning:
Door met iedereen die betrokken is bij jouw contentmarketing een contentplanning vast te leggen, ga je de samenwerking direct verbeteren. Je maakt met een contentplanning namelijk inzichtelijk wie welke taken moet gaan uitvoeren. Daardoor creëer je duidelijkheid en verantwoordelijkheidsgevoel bij alle betrokkenen.
Ook ga je knelpunten en problemen met behulp van een contentplanning beter herkennen. Misschien zijn er bijvoorbeeld onderlinge afhankelijkheden of andere projecten die ervoor zorgen dat taken meer tijd kosten dan je had ingeschat zonder contentplanning. Zo kan een contentdesigner soms pas aan de slag als de copywriter zijn deel heeft afgerond. Of is een copywriter afhankelijk van informatie vanuit een andere afdeling. Door dit van tevoren inzichtelijk te maken, schep je de juiste verwachtingen, wat de samenwerking ten goede komt. Het maakt bovendien dat je beter kunt inschatten in hoeverre deadlines realistisch zijn en hoeveel uur je moet uittrekken voor de afronding van een contentplan.
Een contentplanning helpt je bovendien bij het stellen van de juiste prioriteiten. Wie ad hoc met contentmarketing aan de slag gaat, loopt namelijk het risico dat de minst belangrijke taken eerst worden gedaan. Simpelweg omdat ze het gemakkelijkst uit te voeren zijn, of het leukst om direct op te pakken. Zodra tijd schaars wordt en je wordt gedwongen je werk af te ronden, heb je de nice-to-have content afgerond, maar ontbreekt de need-to-have content.
Het voordeel van een contentplanning is dat je je werk kan structureren op basis van prioriteit. Plan de kern van je verhaal – met de belangrijkste content – eerst in. Als er daarna nog tijd over blijkt te zijn, kun je de ‘schil’ aan extra content creëren. Mocht die tijd er niet zijn, doordat het volgende project bijvoorbeeld alweer voor de deur staat, heb je in elk geval de basis van je verhaal staan.
Vrijblijvendheid is het grootste gevaar van ieder team dat productief wil zijn. Je kunt nog zulke goede intenties hebben, als je taken niet daadwerkelijk inplant, is de kans klein dat ze gebeuren. Als puntje bij paaltje komt is er altijd wel iets dat urgenter is, of er komt een (content)project voorbij waar wél een duidelijke planning voor gemaakt is.
Met een contentplanning reserveer je alvast een plekje in de agenda van alle betrokkenen, en je zorgt ervoor dat je intenties tastbaar worden. Je hebt zo de garantie dat het werk ook echt uitgevoerd gaat worden.
Wie contentplanning zegt, denkt al gauw aan creatie: wie gaat de benodigde content wanneer maken? Toch zijn er meer elementen die je in je planning moet opnemen om er een succes van te maken. In totaal onderscheiden we 3 fases:
Een contentplanning begint met de creatiefase. Hierin beantwoord je de volgende vragen:
• Welke taken moeten er gedaan worden?
• Wie gaat welke taak uitvoeren?
• Wanneer kan de uitvoering van een taak beginnen?
• Wanneer moet een taak af zijn?
Het is verstandig om alle taken uit te schrijven, deze toe te wijzen aan een persoon (of meerdere personen) en er vervolgens de juiste periode op te plakken. Onderlinge afhankelijkheden worden hierdoor duidelijk én inzichtelijk voor alle betrokkenen. Dat maakt het een stuk overzichtelijker.
Contentmarketing is natuurlijk meer dan contentcreatie. Het gaat er ook om dat je met de gecreëerde content een publiek weet te bereiken. Met andere woorden, je moet je content gaan promoten. Toch gaat daar een andere fase aan vooraf: de activatiefase.
Deze activatiefase is een interne fase waarin je ervoor zorgt dat alle stakeholders op de hoogte zijn van de gecreëerde content en de content ook daadwerkelijk kunnen gaan gebruiken. Dat kan de directe opdrachtgever zijn, maar bijvoorbeeld ook je sales- of marketingcollega’s. Alleen als zij de op de hoogte zijn en de content effectief kunnen inzetten, ga je maximaal effect met je content bewerkstelligen.
In deze fase beantwoord je de volgende vragen:
• Welke stakeholders moeten geïnformeerd worden?
• Welke informatie hebben zij nodig om de content effectief te gaan gebruiken?
• Wanneer moeten de stakeholders geïnformeerd worden?
• Wie is hiervoor verantwoordelijk?
Pas als iedereen intern op de hoogte is en klaar is om de content te gaan inzetten, kan de promotiefase van je contentplanning starten. In deze fase ga je de content extern verspreiden om zoveel mogelijk mensen uit je ideale publiek te bereiken.
Daarvoor moet je in jouw contentplanning antwoord geven op de volgende vragen:
• Via welke kanalen gaan we de content verspreiden?
• Wie is verantwoordelijk voor welk kanaal?
• Wanneer wordt de content verspreid op ieder kanaal?
Tip: om de antwoorden op deze vragen in één document overzichtelijk samen te vatten, biedt een contentkalender uitkomst.
Last but not least: de analysefase. Deze fase wordt niet vaak meegenomen in een contentplanning, en dat is een onverstandige keuze. Je loopt namelijk het risico dat de analyse ondersneeuwt of zelfs helemaal niet gebeurt, doordat je hem simpelweg uit het oog verliest. Wie heeft er tenslotte ad hoc tijd om een uitgebreide analyse te doen? De ervaring leert dat de contentanalyse er dan vaak bij inschiet.
Door ook de analyse in te plannen, maak je de cirkel rond. Je weet zeker dat je inzicht gaat krijgen in de resultaten, zodat je die kunt gebruiken voor een volgend contentplan. Beantwoord daarvoor deze vragen:
• Wie is verantwoordelijk voor de analyse van alle resultaten?
• Wanneer moet de analyse plaatsvinden?
• Met wie worden de uitkomsten gedeeld?
Zo zie je dat het maken van een contentplanning tal van voordelen heeft. Door op voorhand stil te staan bij de creatie-, activatie- en analysefase, ga je beter samenwerken, kun je prioriteiten stellen en heb je de garantie dat taken daadwerkelijk worden uitgevoerd. Ga direct zelf aan de slag met een contentplan en onderliggende contentplanning met behulp van het template hieronder.
Vandaag de dag wordt de moderne consument overspoeld met merkboodschappen in alle vormen en maten. Over ieder denkbaar onderwerp is wel iets te vinden. Als organisatie is het daarom steeds lastiger om op te vallen met onderscheidende invalshoeken op relevante onderwerpen. Door uniek en relevant te zijn met jouw content bied je waarde aan jouw doelgroep. En dat doe je door content te creëren waar jouw doelgroep ook echt iets aan heeft. Tot nu toe vrij logisch, maar content op niveau schud je niet zomaar uit de mouw. Daar moeten vooraf keuzes voor gemaakt worden. En die leg je vast in een contentstrategie én een contentplan.
Een contentstrategie kun je zien als het startpunt. In een strategie bepaal je in grote lijnen wat op lange termijn de doelen zijn binnen contentmarketing. Meer merkbekendheid, omzet of conversie? In een ideale wereld wil je natuurlijk op alle gebieden maximale resultaten behalen. Maar laten we realistisch blijven: dat is te mooi om waar te zijn. In een contentstrategie bepaal je daarom je prioriteiten. Door de focus te leggen op één of enkele doelen is de kans een stuk groter dat het ook haalbaar is. Maar een strategie is meer dan dat.
Een contentstrategie is een alomvattend document waarin je bepaalt wat jouw koers wordt op de lange termijn. Door duidelijk in kaart te brengen wat je wil overdragen, aan wie de content gericht is en waar je dit het beste kunt verspreiden, zet je een stevige basis neer voor jouw contentmarketing. Zonder deze kennis is het immers onmogelijk om jouw contentdoelen te behalen. Met een duidelijke visie en vastgestelde doelen is het vanzelfsprekend veel makkelijker om ook daadwerkelijk ergens naartoe te werken, ofwel doelgericht content te creëren.
Het gaat hier meer om de grote lijnen dan de details: een contentstrategie hoeft namelijk echt geen dik pak papier te zijn. Wat wel belangrijk is, is dat je de meest essentiële onderdelen uitwerkt. Denk hierbij aan de kernboodschap (bijvoorbeeld door middel van een message house), contentdoelen en doelgroep. Door vooraf in grote lijnen te bepalen welke contentsoorten en kanalen geschikt zijn voor jouw doelgroep en de boodschap die je wil overbrengen, heb je genoeg handvatten om aan de slag te gaan met de uitvoering van jouw contentstrategie. Een overzichtelijk document wat als leidraad werkt en waar je altijd op kunt teruggrijpen: al jouw content moet aansluiten bij de bevindingen en keuzes in een strategie.
Een contentplan is het logische vervolg op een contentstrategie. Met een strategie heb je de overkoepelende richtlijnen bepaald waarmee jij jouw contentdoelen denkt te behalen, maar hoe ga je hiermee in de praktijk aan de slag? Dat is de vraag die je beantwoordt met een contentmarketing plan. Hierbij ligt de focus vanzelfsprekend juist op de effecten die je op korte termijn wil bereiken.
En daarvoor heb je een concrete vertaling nodig van de strategische elementen uit de strategie naar doelgerichte actiepunten. Een contentplan is dus veel meer gericht op de praktische uitvoering en draait vooral om het gericht nadenken over iedere actie die onderdeel vormt van deze campagne. Dit kan je niet allemaal vooraf concreet vastleggen voor iedere campagne of project in een overkoepelende strategie, daarvoor is het te specifiek.
Om een project of campagne meer handen en voeten te geven, kan een thematische aanpak uitkomst bieden. Beschouw het onderwerp waar jij content over wil maken als een thema, waar je meerdere uitwerkingen van maakt om verschillende vragen en behoeften vanuit de doelgroep rondom dit thema te beantwoorden. Een ideale methode voor zo’n uitwerking is contentmapping.
In een contentplan zoom je veel meer in op de details. Met behulp van dit plan ga je concreet bepalen welke middelen en kanalen je specifiek voor deze campagne gaat inzetten. En met dit plan onder de arm kan je dus daadwerkelijk aan de slag met contentcreatie. Alles is vastgelegd: de laatste stap is de uitvoering, inclusief verspreiding. En daarbij biedt een contentkalender uitkomst.
Goed, we hebben uitgelegd hoe volgens ons de inhoud van een contentstrategie en een contentplan eruit zou moeten zien. Een korte samenvatting van de verschillen ter overzicht:
Staat jouw contentstrategie op papier en ben klaar voor de volgende stap? Ga dan aan de slag met ons contentplan template. Hierin doorloop je de verschillende stappen en zet je binnen no-time een actiegericht contentplan neer, zodat de uitvoering een eitje wordt!
De gemakkelijkste manier om efficiënter te werken in ons vak, is door duurzamer met content om te gaan. Veel marketeers gebruiken content helaas nog steeds als een wegwerpproduct: ze verzinnen en creëren een social media post, blog of video, en hop: door naar de volgende. Zonde, want in de onderwerpen die ze bespreken zit meestal veel meer potentie dan die ene social media post, blog of video.
Daar ligt dan ook de oplossing voor iedereen die meer uit content wil halen. Stop met focussen op ‘containers’ (de inhoudsdrager van content) en richt je volledig op ‘content’ (het onderliggende verhaal zelf). Als het je lukt om jouw content inderdaad te zien als een overkoepelend verhaal of thema, kun je het vervolgens veel breder uitwerken in verschillende contentstukken. Op deze manier creëer je gelaagdheid binnen het gekozen contentthema en verrijk je jouw verhaal. Eén onderwerp kan dan ineens inspiratie geven voor soms wel tientallen contentstukken, doordat je kunt fragmenteren en zo meerdere invalshoeken aan bod laat komen. Zelfs kleine uitingen van je content helpen bij het breed uitdragen van een onderwerp.
“The paradox is the more info you give away, the more people will buy what you have to give.”
- Brian Clark
Is dat erg, zoveel content rond één thema? Niet als je het ons vraagt. Contentmarketing draait immers om geven, zoals bovenstaande quote mooi beschrijft. Hoe meer waardevolle informatie je weggeeft, hoe meer je ervoor terugkrijgt. De thematische aanpak sluit hier perfect bij aan, gezien het feit dat je meer relevante content creëert en zo dus meer kunt geven aan je doelgroep.
Een handige methode om een thema uit te werken in verschillende contentstukken is content mapping. Hiermee werk je een thema breder uit en creëer je een overzicht van alle te creëren content. Het doel is om de content rondom het thema te fragmenteren en zo dus meer uit je contentthema te halen.
Content mapping begint met een centraal contentstuk. Dit is de kern van jouw verhaal, verwerkt in bijvoorbeeld een artikel, whitepaper of webinar. Hier mag je best wat tijd insteken, want hier gaat al jouw content naartoe leiden. Vervolgens ga je nadenken over aanvullende content mogelijkheden rondom het centrale contentstuk om een completer verhaal te vertellen en er meer aandacht voor te genereren.
Met behulp van content mapping ga je rondom dit centrale contentstuk subonderwerpen bedenken, om het thema op verschillende manieren uit te lichten. Dit kan extra verdieping zijn in een specifiek onderdeel, maar het kan ook juist verbreding zijn ter aanvulling. Dat is afhankelijk van het onderwerp, maar ook zeker de behoeften van jouw doelgroep.
Met behulp van ons gratis content mapping template kan je dit zelf op een structurele en overzichtelijke manier gaan uitwerken. Extra handig: het template is zowel als digitale als printbare versie beschikbaar.
Als uitgangspunt kiezen wij voor vijf subonderwerpen, waaronder je weer maximaal vijf concrete uitwerkingen (de daadwerkelijk te produceren content) hangt. Zo kom je op 25 contentuitingen rondom het thema. En zoals gezegd, dit mogen ook kleine uitingen zijn, zoals een social media post of een quote of testimonial ter ondersteuning. Als het maar duidelijk linkt naar het centrale contenstuk én hier een aanvulling op vormt. Zo zorg je dus met content mapping voor meer content met minimale moeite.
Het is makkelijker gezegd dan gedaan: het bedenken van méér content rondom het centrale stuk. Toch zul je al snel merken dat een thematische denkwijze je juist meer inspiratie biedt voor nieuwe contentstukken. Content mapping geeft een duidelijke denkrichting bij het verzinnen van aanvullende en ondersteunende content. Het verhaal is je houvast en voorkomt dan ook dat je losse flodders gaat creëren. Op die manier waarborg je de toegevoegde waarde voor jouw doelgroep dankzij content mapping.
Bij het bepalen van de subonderwerpen is het van belang dat je eerst focust op de inhoud. De concrete invulling en vorm volgen later. Op deze manier belicht je dankzij content mapping het onderwerp van alle (relevante) kanten. Een eerste stap om deze subonderwerpen te bedenken is om vragen rondom het onderwerp te stellen. Verplaats je in je doelgroep en bedenk aan welke informatie, entertainment of inspiratie zij behoefte hebben. Denk aan 5W-vragen als ‘wat is het?’, ‘waarom is het relevant?’, ‘waar speelt het’, ‘voor wie is het bedoeld’ en ‘hoe werkt het?’.
Zodra je de subonderwerpen hebt bedacht, kan je deze gaan invullen met verschillende uitwerkingen. Hier kan je creatief aan de slag gaan met verschillende contentvormen. Door hiermee te variëren, kun je het thema op meerdere manieren onder de aandacht brengen bij de doelgroep, zonder in herhaling te vallen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan aanvullende artikelen ter verdieping of verbreding, een uitwerking in audio of video, of hulpmiddelen, zoals een voorbeeld of praktische tips. Houd hierbij ook rekening met de verschillende kanalen die je tot je beschikking hebt. Door zowel de mogelijkheden in contentvormen als verspreiding te benutten, zorgt content mapping voor optimale resultaten.
Content moet dus niet langer gezien worden als een wegwerpproduct. De kracht zit juist in het optimaal benutten van de potentie van ieder onderwerp, om zo een compleet én waardevol verhaal met jouw doelgroep te kunnen delen. Tijd om zelf aan de slag te gaan met de thematische aanpak en het invullen van het content mapping template dus! Vind je het toch nog lastig om inspiratie op te doen en dit ook daadwerkelijk te vertalen naar relevante onderwerpen voor jouw doelgroep? Wij helpen je op weg!
Tijdens ons gratis webinar 'Contentinspiratie in de praktijk: zo vind je ideeën voor betere content' vertelden wij je alles over de waarde van trending content, hoe je trending content vertaalt naar waardevolle content voor jouw organisatie en hoe je bepaalt of content 'goed' of 'geschikt' is. Kortom, alles om in de praktijk aan de slag te gaan met het opdoen van contentinspiratie én de volgende stappen. Vul het formulier hieronder in en kijk de opname gratis terug.
Content batching baseert zich op het idee dat we veel efficiënter en doelgerichter werken als we ons een bepaalde tijd volledig kunnen wijden aan één specifieke taak. Het batchen van content houdt daarom kort gezegd in dat je (social media) content creëert in blokken. De term is afgeleid van het Engelse batch, dat ‘stapel’, ‘bulk’ of ‘reeks’ betekent.
In de praktijk zijn er maar weinig mensen die batching toepassen in hun dagelijkse werk; een groot deel leest en beantwoordt e-mails de hele dag door, houdt zich met 101 dingen tegelijk bezig en laat zich continu door interne communicatiekanalen afleiden – zeker bij thuiswerken.
Hetzelfde geldt voor de creatie van social media content. Voor sommige marketingcommunicatieprofessionals is social media management nog altijd een ad hoc-taak. “Oh ja, we moeten daar ook nog een social media post aan wijden”, “Heeft iemand nog een idee voor een interessante video?“ en “Ik bedenk zometeen wel even een Instagram-post voor morgen” zijn ongetwijfeld herkenbare quotes.
Door content batching toe te passen, ren je niet meer continu achter de feiten aan, en neem je de controle weer stevig in eigen handen. Dat levert tal van voordelen op…
Allereerst, en de titel van het artikel verraadde dit belangrijkste voordeel al, helpt content batching je ontzettend veel tijd te besparen. Onze ervaring leert dat dit kan oplopen tot wel 75% van de tijd die je in totaal investeert in content en social media.
Dat zit zo. Een belangrijk deel van de benodigde tijd voor de totstandkoming van content, gaat zitten in het proces om de daadwerkelijke creatie heen. Een brainstorm organiseren, Googlen of met media monitoring inspiratie opdoen voor potentiële onderwerpen, een idee vaststellen, en de uiteindelijke content publiceren op je site of verspreiden via social media.
Wat wil nu het geval? Als je content lineair creëert (zeg maar ‘tussen de bedrijven door’), moet je dat randproces telkens opnieuw opstarten. 5 stukken content creëren betekent 5x nadenken over een onderwerp, 5x zoeken, 5x publiceren. Het creatieproces zal ongeveer even lang duren, maar juist die randzaken zijn veel efficiënter te organiseren als je aan content batching doet. Je hoeft dan maar 1x te brainstormen, 1x te zoeken, 1x in te plannen op social media. Hoe meer content je maakt, hoe meer tijd je kunt besparen met content batching.
Je wordt bovendien niet continu afgeleid en kan veel geconcentreerder met je werk bezig zijn, waardoor de contentcreatie zelf ook minder tijd vergt.
Een ander belangrijk voordeel van content batching is dat de methodiek je helpt om je aan je eigen strategie te houden.
Als je social media content op verschillende momenten en onder hoge tijdsdruk maakt, ligt het gevaar op de loer dat je content een incoherente brij aan losse posts, video’s of artikelen wordt. Er is dan geen logische lijn of duidelijk doel meer in te herkennen. Content batching impliceert echter dat je content planmatig bedenkt en vooruitwerkt, waardoor je niet meer met afgeraffelde content op de proppen komt. Alle content wordt immers bedacht in één en dezelfde sessie, en zal daardoor automatisch consequent zijn en bijdragen aan het doel dat je tijdens die sessie voor ogen hebt.
Hét grote nadeel van content & social media management als ad hoc-taak te beschouwen: als puntje bij paaltje komt, is er altijd wel iets dat tóch even urgenter is dan die zo gewaardeerde content van jou.
Gevolg: contentcreatie schiet er vaak bij in. En dan zal je wellicht denken: ‘Ach, één keer een social media post of artikeltje meer of minder. Dat zal toch niet zo’n ramp zijn?’ Daar heb je misschien een punt. Maar heel eerlijk: de kans is klein dat het bij die ene keer blijft, als je social media en content niet gestructureerd gaat aanpakken.
Content batching voorkomt dat probleem, doordat je een vast moment prikt waarop je met content bezig bent. Je neemt daardoor de regie over je eigen agenda terug.
De methodiek achter content batching is vrij eenvoudig, maar het is belangrijk dat je eerst je basis op orde hebt. Dat betekent dat je een social media strategie moet hebben op basis waarvan je tijdens sessies content kunt gaan creëren. Het helpt om, net als Swapfiets bijvoorbeeld, vaste pijlers of thema’s te definiëren waar je jouw boodschap aan kunt ophangen. Dat zorgt voor focus en herkenbaarheid in de uiteindelijke uitvoering.
Als je die basis hebt, kun je van start gaan:
Afhankelijk van de hoeveelheid content die je wil produceren, plan je dit moment dagelijks, wekelijks of hooguit maandelijks.
Zet deze momenten herhaaldelijk als ‘bezet’ in je agenda, zodat je zeker weet dat je contentproces tijd en prioriteit krijgt.
Bepaal je onderwerpen en bedenk de concrete ideeën binnen het kader van je social media strategie. Deze contentmatrix is een effectieve brainstorm-methode om gegarandeerd op veel ideeën uit te komen. Extra tip: schrijf je ideeën voor je video, blog of social post op. Dat geeft meestal al direct een indruk van de insteek, doelgroep en het doel van je content.
Het is niet altijd mogelijk, maar probeer de content al zoveel mogelijk uit te werken. Schrijf die social media post dus maar gewoon alvast. Typ je blogartikel. Zet je video in elkaar. Zo voorkom je dat je sessie alleen een soort redactievergadering is, en lever je direct output.
Uitgebreide content die langer duurt (of die door externe partijen wordt gecreëerd), kun je overslaan en na je sessie uitwerken.
Plan je content direct in. De meeste content management systemen hebben wel een functie waarmee je een artikel kunt klaarzetten met een geplande publicatiedatum of -tijd. Hetzelfde geldt voor de contentkalender in Coosto. Plan je social media posts in voor de hele week of de hele maand, en je bent klaar! Een hele week of maand aan content in één sessie bedacht, gecreëerd en ingepland. Dat voelt goed!
Tip: content die je al wel hebt bedacht, maar nog niet hebt gecreëerd, kun je als memo in Coosto zetten op je gewenste publicatiedatum. Zo heb je hem wel alvast ingepland.
Het belangrijkste bij content batching is dat je beschikt over de tools die je in staat stellen om vooruit te werken. Een contentkalender die je helpt social media daadwerkelijk in te plannen en te publiceren met je collega’s, is een must.
Bij Coosto hebben we ons platform daarom volledig ingericht op dit proces van content batching. Zo kun je posts gemakkelijk kopiëren, herhalen, vragen om goedkeuring van een collega, en ze razendsnel inplannen, tot maanden of zelfs een heel jaar vooruit.
Het is een heerlijk gevoel om voorbereid te zijn en te weten dat je een week of maand vooruitgewerkt hebt met behulp van content batching. Maar ook dan ben je nog niet helemáál klaar.
Het is namelijk altijd belangrijk om flexibel te blijven. Niet alle content is tenslotte vooruit te plannen. Wat dacht je bijvoorbeeld van inhakers op actueel nieuws? Of content die je moet aanpassen vanwege onverwachte omstandigheden in je organisatie of de maatschappij (denk aan COVID-19, bijvoorbeeld).
Daarnaast is het natuurlijk belangrijk om te blijven beseffen dat social media en content tweerichtingsverkeer zijn. Je moet scherp zijn op community management: reacties monitoren, de interactie aangaan, vragen tijdig beantwoorden, je community activeren. Alleen zo zorg je ervoor dat je content echt gaat resoneren.
En dan, last but not least: Denk er ook aan om eens in de zoveel tijd je contentprestaties te analyseren, zodat je de resultaten in een volgende sessie kunt meenemen om nóg betere content te maken.
Nog te vaak worden social media in de culturele sector slechts gebruikt om nieuwe tentoonstellingen aan te kondigen of foto’s van exposities te laten zien. Zonde. Een museum is namelijk zoveel meer dan een ruimte met schilderijen, of kunstwerken. Musea vertellen eeuwenoude verhalen, die mensen boeien en binden. Maak hier dan ook gebruik van op social media en bied jouw volgers op social media iets extra’s. Vertel bijvoorbeeld een anekdote over het leven van een schilder of leg uit welk verhaal er schuilgaat achter dat ene pronkstuk. Neem je volgers en fans mee in een beleving, en maak ze op die manier enthousiast over je tentoonstellingen en exposities.
Een museum dat dit dagelijks toepast, is Gemeentemuseum Den Haag. In hun social media berichten lichten ze tentoonstellingen, exposities of pronkstukken uit door er een verhaal bij te vertellen. Ze roepen mensen niet alleen maar op om langs te komen, maar proberen mensen zodanig te prikkelen dat ze méér willen weten. En dat valt in de smaak bij het publiek. Als ik de laatste 10 social media posts namelijk naast elkaar leg, dan valt op dat berichten waarin een verhaal wordt verteld meer engagement krijgen. Onderstaand bericht is daar een voorbeeld van:
Social media zijn bij uitstek de plek om in gesprek te gaan met je volgers en fans. In de culturele sector is dit niet anders. Als ik een rondje maak langs verschillende Facebookpagina’s van musea, dan valt me op dat er relatief veel engagement plaatsvindt op social posts zelf. Dat blijft niet bij een ‘like’: er wordt ook uitgebreid gereageerd op berichten. Reacties waar lang niet altijd op gereageerd wordt door musea zelf. En dat is gemiste kans. Door juist in gesprek te gaan met enthousiaste fans, krijg je enorm veel waardevolle input. Stel vooral ook vragen terug. Valt de nieuwe expositie in de smaak? Zijn er verbeterpunten? Misschien komen er veel vragen binnen rondom een bepaalde tentoonstelling. Dat zou aanleiding kunnen zijn om een Q&A op te nemen op de website, óf een live Q&A te houden op Facebook. Een uitgelezen kans om te laten zien dat je inspeelt op de laatste trends en ontwikkelingen, en tevens een perfecte weerlegging voor het stigma ‘saai’ en ‘suf’.
Luchtvaart-themapark Aviodrome pakt dit goed aan. Ze reageert niet alleen op momenten dat er vragen binnenkomen, maar ook als iemand enthousiast reageert. Op die manier bouwt Aviodrome aan een community met écht betrokken fans, die op lange termijn kunnen veranderen in merkambassadeurs.
Of de inhaakkalender alleen maar is weggelegd voor profitorganisaties? Absoluut niet. Inhaken mag, óók in de culturele sector. Je laat mensen namelijk op een andere, laagdrempelige, manier kennismaken met je organisatie. Daarnaast zijn alle ogen gericht op het nieuws of de gebeurtenis die plaatsvindt, waardoor je gemakkelijker je boodschap aan de man krijgt. Belangrijk is wel dat een inhaker voldoet aan een aantal eigenschappen. Vooral in de culturele sector is het belangrijk dat het lijntje met je merkwaarden heel duidelijk aanwezig moet zijn.
Museum van Loon heeft wat mij betreft een gouden inhaker te pakken met onderstaand bericht. Ze combineert een aankondiging van een nieuwe expositie met International Women’s Day, waardoor merkwaarden, actualiteit en timing elkaar feilloos raken.
Ook het DAF Museum is de moeite van het vermelden waard. Op 15 februari, de dag dat Sven Kramer tevergeefs voor goud ging op de 10 km, plaatste het DAF Museum deze post in de avond:
Een prima inhaker op een actualiteit, waarbij het lijntje met het DAF Museum overduidelijk aanwezig is.
Social media in de culturele sector zijn anno 2018 een gemeengoed: elk museum heeft inmiddels wel een aantal social media kanalen. Toch is een succesvolle social media strategie écht niet alleen maar weggelegd voor grote spelers zoals het Rijksmuseum en het Van Gogh museum. Juist ook voor de relatief minder bekende musea ligt er enorm veel potentie online, waar momenteel nog lang niet alles uit gehaald wordt. Mijn advies: ga op zoek naar de parels van verhalen die in jouw museum te vinden zijn, en onderzoek hoe je deze verhalen op social media kan vertellen.
Een strategie is daarbij echt noodzakelijk: social media berichten zouden nooit op zichzelf moeten staan. Ze moeten bijdragen aan een achterliggende gedachte: het imago dat je wil uitstralen en de identiteit die voor zichzelf moet spreken. Besteed dus aandacht aan het maken van een strategie, en integreer daarin verschillende soorten contentvormen. Het voorkomt dat je schiet met losse flodders. Ga daarnaast proactief het gesprek aan met fans die enthousiast reageren. Stel ze vragen en laat weten dat je het enthousiasme waardeert. Blijf ook oog houden voor het visuele aspect. Een foto, genomen vanuit een goede hoek, triggert veel meer dan alleen een vooraanzicht van een schilderij of kunstwerk.
En ja: een succesvolle social media strategie vergt tijd en energie. Maar geloof me: het is goud waard op de lange termijn.
Social media en contentmarketing hebben in B2B de afgelopen jaren sterk aan belang gewonnen. Tegelijkertijd zijn we het erover eens dat “2020 was een bewogen jaar” nogal een understatement is. Het is daarom tijd om te onderzoeken hoe het vakgebied er als geheel voor staat, vond het toonaangevende Content Marketing Institute. Die organisatie vroeg 740 contentmarketeers naar de impact van corona, de huidige stand van content in hun organisatie en ambities voor 2021. Wij vatten in deze blog de belangrijkste resultaten voor je samen.
Hoe onverwacht ook: de waarde en effectiviteit van (online) content in B2B is mogelijk gegroeid ten opzichte van vorig jaar, nu het een alternatief kan bieden voor persoonlijke connecties die moeilijker zijn te onderhouden. Ondanks de gigantische impact van de pandemie, geeft 31% van de contentmarketeers namelijk aan zeer tot extreem succesvol te zijn geweest met contentmarketing in het afgelopen jaar. Slechts 15% stelt dat hun contentmarketing amper tot resultaat leidde.
De ondervraagde marketeers schrijven hun succes vooral toe aan de inhoudelijke waarde die hun content biedt, websiteveranderingen en aanpassingen aan de contentmarketingstrategie.
79% heeft zo’n contentmarketingstrategie, waarvan 70% de strategie wezenlijk heeft aangepast door de pandemie. De grootste veranderingen zijn:
Ondanks deze effectieve veranderingen, moeten we natuurlijk niet onze ogen sluiten voor marketeers die weinig of geen resultaat halen uit hun content. Gevraagd naar de reden voor hun gebrekkige succes, wijzen zij met name op uitdagingen op het gebied van contentcreatie (63%), strategie (51%), distributie (33%) en het meten van resultaat (33%).
Een steeds belangrijker aandachtspunt voor content marketeers in B2B is het opstarten van online communities. Organisaties zijn namelijk naarstig op zoek naar manieren om een gemeenschap van ‘fans’ op te zetten. Het distribueren van content alleen draagt immers onvoldoende bij aan het creëren van loyale klanten die herhaalaankopen doen. 32% heeft inmiddels zo’n community weten op te zetten; 40% overweegt het als speerpunt voor 2021 op de agenda te zetten.
Social media zijn nog altijd de meest gebruikte kanalen voor de distributie van content. 89% gebruikte het afgelopen jaar sociale platformen om content te verspreiden. Kort daarachter staat e-mail (87%), gevolgd door de eigen organisatiewebsite/-blog (86%). Het gat met alternatieve methoden, zoals podcasts, (virtuele) congressen, influencers en gastblogs blijft groot.
Social media zijn dus onverminderd effectief voor B2B-marketeers. Het is geen verrassing dat vrijwel elke B2B-organisatie LinkedIn inzet, maar dat bijna de helft zich ook tot Instagram wendt, is opvallend te noemen.
Het gebruik van technologie is vergelijkbaar met eerdere jaren, met één logische uitzondering: het aandeel content marketeers dat gebruik maakt van software die de samenwerking bevordert, is gestegen van 48% naar 58%. De meest gebruikte technologieën zijn analytics tools (88%), social media software zoals Coosto (81%) en e-mail software (78%).
Virtuele events, webinars en online cursussen hebben een opmars gemaakt in het type content dat door B2B marketeers wordt aangeboden. Traditioneel staan blogposts en nieuwsbrieven hoog op de lijst. De case study, een typische contentvorm voor B2B, volgt op plek 3.
Contentmarketeers zijn vrij verdeeld over hun belangrijkste ambities richting het volgende kalenderjaar. Investeringen in contentcreatie (70%) en websiteverbeteringen (66%) staan bovenaan de lijst.
Content marketing blijft dus resultaten boeken, misschien wel boven verwachting. De weerbarstigheid van content marketeers en hun vermogen om snel te schakelen, hebben ervoor gezorgd dat content marketing in veel gevallen misschien zelfs wel de reddingsboei van de marketingafdeling blijkt te zijn. Wat er ook gebeurt: verandering lijkt in 2021 een constante te zijn, dus dit onderzoek wordt ongetwijfeld vervolgd…
Daar heeft het Content Marketing Institute onlangs onderzoek naar gedaan, en wij delen de belangrijkste resultaten. Bekijk aan de hand van deze 7 conclusies hoe jouw bedrijf zich verhoudt tot de concurrentie.
Let op: onderstaand onderzoek is gericht op B2C-marketeers. Hier lees je de conclusies voor contentmarketing in B2B.
De coronapandemie heeft ook op het gebied van B2C-contentmarketing voor de nodige aardverschuivingen gezorgd. Maar liefst 68% van de ondervraagde marketeers geeft aan de bestaande contentstrategie (volledig) te hebben aangepast naar aanleiding van COVID-19.
63% noemt de boodschap of targeting van content als onderwerp van die verandering, 54% heeft wijzigingen aangebracht aan specifieke content, en 46% heeft de promotiestrategie van content aangepast. Minder dynamische factoren (producten, KPI’s, buyer persona’s en metrics) zijn in de meeste gevallen gelijk gebleven. Daarnaast opvallend: bijna de helft (43%) van de ondervraagden is ondanks de pandemie juist meer gaan investeren in social media en online communities.
Dat laatste blijkt ook uit het feit dat contentmarketingteams in de meeste gevallen, ondanks corona, opvallend stabiel zijn gebleven. 27% van de ondervraagden stelt zelfs dat het aantal mensen dat zich binnen de organisatie bezighoudt met contentmarketing is gegroeid. Slechts 13% werkt in een kleiner team dan een jaar geleden.
Het is onduidelijk of het een gevolg is van de corona-pandemie, maar marketeers besteden steeds minder contentmarketing-werkzaamheden uit. Vorig jaar gaf 55% aan (delen van) hun contentmarketing te laten uitvoeren door externe partijen. Dit jaar is dat nog niet de helft: 49%.
Van de taken die uitbesteed worden, staat contentcreatie bovenaan, op grote afstand gevolgd door de verspreiding en het meten van content.
B2C-marketeers voeren dus steeds meer werkzaamheden zelf uit. Gelukkig hoeven ze dat niet zonder hulp te doen, want een grote meerderheid laat zich ondersteunen door tools en technologieën.
Vooral (web)analytics-tools zijn steeds belangrijker aan het worden. In 2019 maakte nog 71% van de contentmarketeers daar gebruik van, vorig jaar was dat al 83%, en nu is het zelfs de populairste technologie, met 85% van de contentmarketeers die één of meerdere analytics-tools gebruikt. Op plek 2 staat social media software (zoals Coosto), gevolgd door e-mailmarketingsoftware.
Er is de laatste tijd veel gezegd en geschreven over social media. Doordat algoritmes het organische bereik sterk hebben ingeperkt in de afgelopen jaren, zouden platformen als Facebook, Twitter en Instagram steeds minder aantrekkelijk zijn geworden voor organisaties. Je bent als merk dan immers afhankelijk van een andere partij om je doelgroep te kunnen bereiken.
Toch blijkt die zogenaamde neergang van social media in de praktijk totaal onzichtbaar. Natuurlijk, uiteindelijk wil iedere marketeer het liefst zonder tussenkomst van een externe partij met zijn doelgroep communiceren (via e-mail bijvoorbeeld). Maar voor het vullen van die nieuwsbrieflijsten en andere rechtstreekse vormen van communicatie, blijft de unieke waarde van social media onmisbaar. 82% van de B2C-marketeers gebruikt ze om content te verspreiden.
Waar LinkedIn de absolute nummer 1 is in de B2B, blijkt Facebook dat nog altijd voor B2C te zijn. Hoewel TikTok een enorme opmars in gebruikersaantallen doormaakt, zijn er maar weinig marketeers die zich er al aan hebben gewaagd (4%). Ook Pinterest (29%) en Snapchat (10%) blijven achter.
Opvallend is de sterke groei van Instagram (van 74% naar 81%) en YouTube (van 62% naar 72%) ten opzichte van vorig jaar.
Eerder concludeerden we dat er een sterke terugloop in het organisch bereik op social media heeft plaatsgevonden. Des te opvallender is het dat minder B2C-marketeers gebruik maken van betaalde contentverspreiding dan vorig jaar (van 85% vorig jaar, naar 72% nu).
Wellicht is dat een gevolg van de onzekerheid gedurende COVID-19, want we zien dat er überhaupt meer op contentmarketing wordt ingezet dan op betaalde strategieën. In 30% van de organisaties werden (delen van) advertentiebudgetten in het afgelopen jaar overgeheveld naar contentbudgetten.
Bij marketeers die in het afgelopen jaar weleens betaalden contentverspreiding, was social media advertising verreweg het populairst (91%). Ver daarachter volgen SEA (68%) en online banners (50%).
Van deze kanalen behaalden marketeers met social media advertising (45%) en SEA (31%) naar eigen zeggen de beste resultaten. Facebook en Instagram waren ruimschoots de populairste kanalen.
De meest opmerkelijke uitkomst van het onderzoek zit in de doelstellingen die marketeers met content hebben bereikt in het afgelopen jaar.
Vorige jaren werd content nog succesvol ingezet voor het genereren van leads en het ondersteunen van productlanceringen (new business). Sinds dit jaar zijn die doelstellingen veel minder belangrijk geworden, en zien we dat content vooral waarde biedt in het verdienen van geloofwaardigheid en het opbouwen van klantloyaliteit en een eigen publiek (existing business).
Er is dus een algemene verschuiving zichtbaar van focus op nieuwe klanten naar huidige klanten. Een verstandige zet in deze onzekere periode.
De metrics die contentmarketeers hanteren om te bepalen of ze doelstellingen behalen, zijn minder aan verandering onderhevig. Webverkeer, social media engagement en e-mailprestaties werden volop geanalyseerd. Slechts 33% van de ondervraagde marketeers volgt ook de PR/Earned media (mentions van een merk in een ander medium), waar dus nog heel wat valt te winnen.
De theorieën blijven het tot in den treure herhalen, maar ook de praktijk wijst nu uit: content die échte waarde voor een publiek levert, is het meest succesvol. Van de marketeers die zichzelf succes met content toedichten, dankt 77% dat succes naar eigen zeggen aan de waarde die hun content levert. Website-veranderingen (nieuwe content, kwantiteit) staat op een 2e plek, gevolgd door SERP-posities.
Ambities zijn er volop in de wereld van contentmarketing. De vraag is in hoeverre ze ook daadwerkelijk behaald kunnen worden, aangezien 67% van de ondervraagden een langetermijneffect van COVID-19 verwacht.
Maar goed, dromen mag altijd. Het lijkt erop dat marketeers in de komende jaren nóg minder willen gaan uitbesteden. De belangrijkste taak die in veel gevallen aan externe bureaus werd overgelaten (contentcreatie) is namelijk ook het onderdeel waarin marketeers dit jaar willen gaan investeren. Daarnaast is social media management / community management voor 54% een belangrijk speerpunt, nog hoger dan de 39% van de B2B-marketeers die dat noemden als ambitie.
Al met al is het zeker geen slecht jaar voor B2C-contentmarketing. Veel bedrijven lijken in te zien dat content geen kostenpost is, maar misschien juist wel de reddingsboei om uit de coronacrisis te komen. We zien volop investeringen en marketeers die verstandige keuzes zeggen te maken. Als we met z’n allen het motto ‘practice what you preach’ aanhangen, gaat het met 2021 helemaal goed komen. We rapporteren de resultaten begin 2022!
Bekijk hier het volledige onderzoeksrapport:
Klantreviews kunnen je allereerst helpen om je online zichtbaarheid te vergroten. Dat heeft te maken met de berekeningen (algoritmes) die zoekmachines als Google en Bing gebruiken om hun resultaten weer te geven.
Het is geen nieuws dat zoekmachines een breed scala aan signalen en factoren gebruiken om te bepalen welke webpagina bovenaan de resultaten komt te staan.
Het goede nieuws voor organisaties is dat een klantreview één van die signalen is. (Positieve) online reviews geven een sterk signaal aan zoekmachines af dat een bedrijf of pagina te vertrouwen is en expertise of autoriteit heeft. Zoekmachines waarderen deze pagina’s daardoor met een hogere positie in zoekresultaten.
Zeker in lokale zoekopdrachten worden reviews als signaalwaarde gebruikt om de meest geschikte bedrijven te tonen. Google bijvoorbeeld eens op ‘kledingreparatie’, en je gaat zien dat positief en veelvuldig beoordeelde kledingreparatiebedrijven bij jou in de buurt hoog in de resultaten staan.
Als je reviews uitvraagt op je eigen website, kun je nog profiteren van een ander zichtbaarheidsvoordeel: de bekende gele sterren bij zoekresultaten, onderdeel van Rich snippets. Deze sterren worden alleen weergegeven als je reviews uitvraagt per product of dienst. Google heeft dit in 2019 aangepast om de betrouwbaarheid van reviews te verhogen en de bezoeker een eerlijker beeld te geven.
Voorbeeld: Als verzekeraar vraag je geen feedback over jouw organisatie, maar over je aanbod (een autoverzekering, schadeverzekering of zorgverzekering). Het kan namelijk zijn dat je goed scoort op het afsluiten van een autoverzekering, maar klanten niet te spreken zijn over de prijzen van de zorgverzekering. Deze reviews worden daarom afzonderlijk weergegeven.
Wat een ander zegt, ben je zelf.
Je kan met reclame en eigen content van de daken schreeuwen dat je de beste bent, maar uiteindelijk zijn klantreviews de belangrijkste bron van vertrouwen en geloofwaardigheid. De mening van bestaande of vorige klanten wordt in dat opzicht ook wel sociaal bewijs genoemd: klopt het wat een organisatie over zichzelf verkondigt?
"When you say it, it's marketing. When your customer says it, it's social proof." - Andy Crestodina
Consumenten wantrouwen bedrijven met beoordelingen van minder dan vier sterren. Bedrijven met hogere gemiddelde beoordelingen hebben juist een significant grotere kans dat zoekresultaten worden omgezet naar meer websiteverkeer en verkoop.
De manier waarop klanten over je praten, is daarom minstens zo belangrijk als je zichtbaarheid. Heel zichtbaar zijn met negatieve reviews levert je immers niets op.
Hoe goed je dienstverlening ook is: ieder bedrijf krijgt vroeg of laat een negatieve review. Dat is geen ramp. Het gaat er vooral om dat je recensies actief oppakt. Sterker nog, een klacht geeft juist een opening om in contact te komen met een ontevreden klant. Dat is een stuk prettiger dan een klant die zó weinig vertrouwen in je heeft, dat hij met de noorderzon vertrekt.
Reageer daarom altijd op reviews. Zo kun je aan de buitenwereld (lees: de mensen die reviews lezen) laten zien dat je naar je klanten luistert. Bedank mensen voor leuke reviews en probeer klachten juist op te lossen.
Boos worden om een onterechte negatieve beoordeling is verleidelijk, maar werkt altijd averechts. Zie jouw reactie vooral als kans om aan anderen te laten zien hoe servicegericht en klantvriendelijk je bent. Want ja: niet alleen de recensie maar ook jouw reactie is zichtbaar voor potentiële klanten.
Haalt een 1-sterren-review je perfecte 5-sterren-score omlaag? Vervelend, maar laat je troosten door deze wetenschap: mensen wantrouwen ‘te perfecte’ bedrijven. 5 sterren? Dat lijkt bijna te mooi om waar te zijn.
Consumenten weten heus wel dat elk bedrijf een keer een foutje maakt, en kijken in hun zoektocht vooral naar de manier waarop problemen worden opgelost. Het is daarom niet verwonderlijk dat positieve (maar niet perfecte!) reviews tussen 4,2 en 4,5 sterren de meest positieve invloed op aankopen hebben.
Snelheid is ook een belangrijk aspect. Je kunt een klacht niet wekenlang onbeantwoord laten. Om altijd en direct op de hoogte te blijven van wat er over je merk gezegd wordt, kun je gebruik maken van een social media management tool, zoals Coosto. Daarmee houd je een overzicht van de geplaatste reviews en kun je er sneller op reageren.
Heel goede (óf slechte) recensies verspreiden zich snel. Er ontstaat een zeker domino-effect zodra je klanten aanmoedigt jouw organisatie te beoordelen. Goede beoordelingen lokken namelijk nieuwe klanten aan, die goede beoordelingen achterlaten, waardoor nog meer klanten worden aangetrokken, etc. (en vice versa).
Er kan zo een flow aan positiviteit of negativiteit rond je merk ontstaan. Je wordt veel besproken en geroemd om je goede service (bijvoorbeeld Coolblue) of verguisd om je gebrek daaraan (vul hier gerust een gruwelmerk uit je eigen ervaring in).
Wanneer mensen iets over je organisatie te zeggen hebben, is de kans bovendien groot dat ze hun beoordelingen op meerdere plaatsen delen, waaronder externe websites zoals TripAdvisor, TrustPilot en Google Reviews. Zo zie je dat de tevredenheid van een klant extra zwaar kan meewegen zodra hij of zij meerdere reviewsites weet te vinden.
Het is daarnaast verstandig om ook je eigen sitebezoekers wat social proof voor te schotelen, voor extra overtuigingskracht. Op je eigen site heb je er ook nog eens meer grip op dan op externe reviewplatformen.
Een tool als Insocial helpt je hiermee. Met Insocial stuur je surveys uit en geef je klanten de kans om op jouw eigen site een review achter te laten. Bevat een review ongepaste content of informatie? Dan kun je deze verbergen. Een review verwijderen of geheel niet mee laten tellen, is niet mogelijk. Je geeft daardoor altijd een eerlijk beeld, maar behoudt wel grip over de toon.
Klantreviews zijn eerlijk en transparant. Een bedrijf kan gelikte marketing- en sales-afdelingen hebben, maar als de dienstverlening of het product te wensen overlaat, ga je dat hoe dan ook terugzien in de reviews.
Dat is het mooie en waardevolle van reviews: ze verhullen niets en scheiden het kaf van het koren. Alleen de écht goede bedrijven komen door reviews bovendrijven.
Het is dus zeker aan te raden om in te zetten op online reviews in je marketingplan, maar bedenk wel dat goede bedrijfsvoering en tevreden klanten absolute voorwaarden zijn. Heb je die niet, dan kunnen die reviews behoorlijk in je nadeel werken…
Data-gedreven marketing is een strategie waarin data van bestaande en potentiële klanten wordt gebruikt om betere keuzes te maken. Met data kun je bijvoorbeeld relevantere content voor jouw doelgroep maken. Je hebt niet per se veel data (big data) nodig om data-gestuurde keuzes te maken. Veel problemen of vraagstukken kun je ook oplossen met beperkte informatie. Je moet daarvoor wel weten wat je wil bereiken.
Bij data is het belangrijk dat je duidelijke vragen opstelt waar je een eenduidig antwoord op kunt geven. Een te vage probleemstelling is lastig om te beantwoorden met data. Dus ‘Hoe kan ik betere content maken?’ is niet concreet genoeg. Te groot, te vaag. Blijf doorvragen en kom tot de kern van wat je eigenlijk wilt weten. Verwerk ze vervolgens in zo klein mogelijke vragen als “Waar moet ik over schrijven?”, “Welke hashtags moet ik gebruiken” of “Wanneer moet ik mijn content op social media posten?”. Dat zijn concrete vragen die je ook als ‘data-dummie’ gemakkelijk kunt beantwoorden. We laten het zien aan de hand van drie voorbeelden.
Je probeert natuurlijk altijd onderwerpen of thema’s aan te kaarten die jouw doelgroep interessant vindt. De traditionele manier om dit aan te pakken is een lijstje met onderwerpen te maken die over jouw merk of organisatie gaan. Je houdt bijvoorbeeld in het nieuws bij of er in de actualiteiten iets speelt waarop je kunt inhaken.
Maar je kunt dit ook data-gestuurd aanpakken. Dan ga je niet zomaar het journaal kijken of NOS.nl lezen, maar in Google Trends zoeken naar onderwerpen. Daar zie je direct hoe vaak erop gezocht wordt en in welke regio. Deze cijfers kun je gebruiken om de relevantie van een bepaald onderwerp te bepalen; is een bepaald thema ‘groot’ genoeg om over te schrijven?
Pro-tip: wanneer je gebruik maakt van een social listening tool, kun je gericht zoeken op actuele thema’s en trending topics gerelateerd aan jouw merk of product. Stel je schrijft content voor een interieurdesigner. Welke onderwerpen worden dan rondom interieur nog meer besproken?
Uiteindelijk wil je natuurlijk dat jouw content bekeken wordt door een groter publiek dan alleen jouw volgers. Via social media kun je gemakkelijk je bereik vergroten door middel van hashtags. Hoe kies je de hashtags die voor jouw merk relevant zijn en jouw content versterken? Op X kun je handmatig trending hashtags volgen en monitoren. Zo heb je altijd een overzicht van wat op dat moment actueel is. Een nadeel is dat dit vaak erg brede onderwerpen zijn en je juist hashtags zou willen die specifiek zijn voor jouw doelgroep en boodschap.
Wanneer je wel al een scherp beeld hebt over onderwerpen die relevant zijn voor jouw doelgroep, dan kun je gebruik maken van samenvattende data. Bijvoorbeeld met behulp van een hashtag generator, zoals All Hashtag. Zo’n tooltje zoekt dan op basis van bestaande data hashtags die passen bij jouw onderwerp. Het nadeel is dat het voornamelijk hashtagvariaties zijn. Dit zorgt wel voor verbreding, maar niet per se voor verdieping in jouw bereik.
Pro-tip: Eigenlijk wil je een combinatie van de twee: actuele trending hashtags die relevant zijn voor jouw doelgroep en product, en je dus helpen aan meer bereik. En dat kan met een social media tool.
Natuurlijk wil je dat jouw content daadwerkelijk gezien wordt door jouw doelgroep. Het zou zonde zijn dat je content maakt en deze niet gezien wordt, omdat jouw publiek op dat moment niet online was. En hoe simpel dat ook klinkt; algoritmes van de sociale platformen maken het je niet per se gemakkelijk om jouw content goed te timen. Platformen zoals Facebook en Instagram bepalen voor het grootste gedeelte of en wanneer jouw publiek je content te zien krijgt. Gelukkig biedt Instagram ook inzicht in wanneer jouw eigen volgers het meest online actief zijn. Wanneer je op Instagram een business account hebt, krijg je toegang tot extra statistieken. In die statistieken staat netjes in een grafiek weergegeven op welke dagen en uren jouw volgers het meest actief zijn op het platform. Daar kun je dus je social media posts op afstemmen.
Pro-tip: in Coosto kun je met behulp van heatmaps precies aanduiden wanneer in het jaar er het meeste vraag is naar jouw product. Als het gaat om interieur design zien we dat de meeste berichten worden geplaatst in de periode van februari t/m mei. In het voorjaar dus. Zou dat te maken hebben met lentekriebels en het verlangen naar opruimen en vernieuwen? Naast deze functionaliteit (wanneer in het jaar jouw product relevant is), kun je ook cross-platform inzien wanneer er veel interactie plaatsvindt en je dus zou moeten posten.
Data-gestuurde marketing kan je dus op een laagdrempelige manier helpen om meer inzicht te krijgen in wat jouw doelgroep nodig heeft. Door bovenstaande vragen te beantwoorden kun je jouw content verbeteren en beter laten aansluiten bij de wensen van jouw doelgroep. De gegevens helpen je te begrijpen wat jouw doelgroep leuk vindt en hoe ze omgaan met jouw merk, zodat je content kunt maken die aanslaat, gedeeld wordt en de interactie vergroot. En je hebt gemerkt dat je daar écht geen expert voor hoeft te zijn.
"We zijn ontzettend trots en blij met onze terugkerende hoge positie in de lijst van Emerce", verklaart marketingmanager Bjorn van Antwerpen. "De lijst geldt als toonaangevend in onze branche, en het is een groot compliment dat we in de ogen van onze klanten bezig zijn met de juiste dingen. De toppositie is geen doel op zich, maar het is prettig om uit de markt de bevestiging te krijgen dat we software ontwikkelen die gewaardeerd wordt. Dit voelt als een bekroning op ons werk."
De Emerce Top 100, die in samenwerking met onderzoeksbureau Motivaction werd samengesteld, is gebaseerd op imago-onderzoek en relevante marktdata. In totaal zijn de resultaten in ruim 50 categorieën verdeeld. In de categorie social software scoort Coosto 5 sterren - de hoogste plaats voor all-in-one tools en goed voor een 3e plaats in totaal.
Met motivatie bedoelen we de intentie van je doelgroep. Wat wil jouw doelgroep bereiken met behulp van jouw content? Inspiratie, praktisch advies, kennis? Afhankelijk van de motivatie roept deze een andere emotie op. Wanneer je publiek bijvoorbeeld opzoek is naar inspiratie dan wil je met je content bijvoorbeeld ontzag of nieuwsgierigheid oproepen. Wanneer je doelgroep geïnteresseerd is in financieel nieuws dan wil je, afhankelijk van het nieuws, angst (waarschuwen) of geruststelling overbrengen.
Een goed voorbeeld van content die emotie oproept is de Meditatie-app Calm. Zij gebruiken rustgevende kleuren en zen-fotografie in hun content om een ontspannen, gefocust gevoel te creëren.
Een emotie of verbinding kun je niet afdwingen. Een verhaal moet echt zijn, anders vertrouwt je publiek het niet. Wanneer mensen je niet vertrouwen, negeren ze emoties die je met jouw content wil overbrengen. Helaas zijn we als consumenten snel wantrouwig doordat we gewend zijn geraakt aan manipulatieve reclametactieken. Om je doelgroep te binden, moet je verhaal relevant, herkenbaar en écht zijn.
Een voorbeeld van een écht en herkenbaar verhaal is de #DOESLIEF-campagne van SIRE. Met de campagne wilde SIRE mensen een spiegel voorhouden op hun gedrag. Zodat we bewuster zijn van ons gedrag en daardoor liever voor elkaar te zijn. Relevant vanwege de alledaagse voorbeelden en blijkbaar heel herkenbaar vanwege de talloze keren dat deze campagne en hashtag gedeeld zijn.
Een ander voorbeeld van een herkenbare, relevante en emotionele campagne is die van Coca-Cola. Coca-Cola wilde zet al jaren in op vrolijkheid en verbintenis van mensen. In het afgelopen jaar wilde het merk de mensen een hart onder de riem steken met de campagne ‘Open Like Never Before’. Herkenbaar en relevant omdat we op dit moment allemaal worstelen met het ‘nieuwe normaal’. Wat betekent dit voor ons? Nu, maar ook later?
Coca-Cola: “Wait stop, who says we have to go back to normal? This is our opportunity to start over - more humble, mindful, braver and better than we've ever been. The glass isn't half empty, it's half full and we all can make a difference, when we are #OpenLikeNeverBefore.”
De beste content levert verhalen op die mensen tot actie aanzet. En dat kan op allerlei manieren. Laat je doelgroep bijvoorbeeld producten digitaal proberen met behulp van augmented reality. Maak een interactieve video of organiseer een virtuele tour. Door je publiek actief te laten deelnemen, ontstaat er een mogelijkheid voor emotionele connecties. Met interactieve content geef je de controle aan jouw doelgroep. Ze volgen hun eigen pad, beantwoorden vragen, zoomen in voor meer informatie en onderzoeken onderwerpen via meerdere lenzen of perspectieven.
Een mooi voorbeeld is de Nike+ Run App. Met de app bindt Nike hardlopers aan hun merk. Nike activeert gebruikers door hen te motiveren en op te roepen om hun enthousiasme en resultaten online te delen. De Nike+ Run Club is uitgegroeid tot een grote community waar Nike verschillende soorten content deelt om hun doelgroep actief te houden.
Van hardlooppodcasts en artikelen tot diverse challenges waar de doelgroep aan mee kan doen. Door de #justdoitsunday of #nikerunclub te volgen, krijgt Nike ook weer inzicht in de impact van hun content.
Emotie is de sleutel tot een sterke betrokkenheid bij de content die je maakt. Met deze drie tips kun je emotie-gedreven content maken die impact heeft. Creëer verhalen die je publiek op een zinvolle manier aanspreken en inspireren om terug te blijven komen voor meer.
In een samenwerking tussen Adformatie, Jaap Toorenaar en Coosto maken we opnieuw de lijst op, dit keer over 2020. Toorenaar: ‘Reclamezinnen in de berichtgeving van de adverteerders zelf zijn niet meegeteld, alle variaties op slogans wel: Opa, je bent een rund als je met je buurvrouw stunt.’
De meeste reclameboodschappen zakken volgens Toorenaar meteen weg in het moeras van ons geheugen. ‘Dit zijn de reclamespreuken die overleven, gewoon omdat we ze gebruiken.’ Hij voorziet de woorden en zinnen van kort commentaar. We beginnen met de top 20 van 2020 en tellen terug.
20. Geschikt/ongeschikt
Van de Landmacht. Voltreffer in de wervingsgeschiedenis van Defensie.
19. Het zou verboden moeten worden
Vindbaar met de gekste begrippen in plaats van Autodrop.
18. Niet omdat het moet maar omdat het kan
Was bekend in kleine kring, groot gemaakt door Tele2.
17. Drank maakt meer kapot dan je lief is
Een van de 12 slogans van de Rijksoverheid in deze lijst. Wie vindt ze?
16. Komt wel goed, schatje
Uit een commercial uit 2007 van Roosvicee.
15. I amsterdam
Veelal gebruikt door buitenlandse toeristen die niet konden komen.
14. Goeiemoggel
Stond in vorige Coosto-hitlijst nog op 2.
13. Alles voor een glimlach
Uit de geloofsbelijdenis van Coolblue.
12. Zo. Nu eerst een Bavaria
Wordt ook illegaal overgenomen. ‘Zo. Nu eerst een wijntje.’
11. Je bent een rund als je met vuurwerk stunt
Onverwoestbare pay-off, de enige met een scheldwoord erin.
10. Even Apeldoorn bellen
Misschien wist nog niet elke Nederlander dat de regel van Centraal Beheer was, maar nu loopt er een campagne die tot werkelijk niemand doordringt.
9. Een beter milieu begint bij jezelf
Dit jaar bekritiseerd in het boek ‘Een beter milieu begint niet bij jezelf’.
8. Koning Toto
Absurditeit werkt
7. Er gaat niets boven Groningen
Correctie op wat in mijn boek staat: bedacht door Constance Cranendonk.
6. Wij van Wc-eend adviseren Wc-eend
Reclamespreuk die uitgroeide tot Nederlands gezegde.
5. De Bob
Opgenomen in de Grote Van Dale. Net als nr. 6, 21, 26 en 62.
4. Het houdt niet op, niet vanzelf
Gebruikt bij regen en ander onheil. Uit een campagne tegen huiselijk geweld. Een sullige, volgens sommigen.
3. Foutje bedankt
Vorige keer op 1. Van Rijk de Gooyer in de roemrijke campagne uit 1991 voor Reaal.
2. Alleen samen krijgen we corona onder controle
Of krijgt alleen een vaccin corona onder controle?
1. #Doeslief
Online megahit van de Sire-campagne tegen hufterig gedrag. Ook bekend van de variant #Daslief.
Deze ranglijst is gemaakt op basis van analyse van Coosto samen met Jaap Toorenaar, copywriter bij het Rotterdamse reclamebureau ARA. Dit artikel verscheen eerder op Adformatie. Bekijk hier de volledige top 80.
Social commerce is het proces waarbij producten rechtstreeks op sociale media worden verkocht. In 2020 is social commerce goed voor een markt van 89,4 miljard dollar. Het zal naar verwachting groeien tot 604,5 miljard dollar in de komende zeven jaar. Met social commerce vindt jouw volledige winkelervaring – van productontdekking tot het afrekenproces – rechtstreeks plaats op een socialmediaplatform. ‘Is dat niet hetzelfde als e-commerce?’ hoor ik je denken. E-commerce is online winkelen via een webwinkel of app van de desbetreffende winkel. Social commerce zorgt ervoor dat de klant zijn aankoop doet op het socialmediaplatform, zonder dit platform te verlaten. Social commerce is dus niet hetzelfde als e-commerce. Op dit moment bieden alleen Facebook, Instagram en Pinterest concrete mogelijkheden aan voor social commerce. Maar ook WhatsApp ontwikkelt stevig door en wil het winkelen gemakkelijker maken. Naarmate de interesse (en inkomsten) toeneemt, zullen we waarschijnlijk meer van deze socialemediamerken zien die ‘nu winkelen’-opties integreren.
Je scrolt door je Instagramfeed en ziet de ideale ‘little black dress’ voorbijkomen. Je klikt op ‘nu shoppen’ en je voltooit de aankoop direct in de app. Daarna kun je gewoon weer verder scrollen en de updates zien van je vrienden. Zo simpel is het! Weet je nog niet zeker of het opzetten van een social media-winkel past bij jouw merk? Hier zijn vijf redenen waarom social commerce het proberen waard is:
Inmiddels weten we dat je je socialmedia-advertenties heel specifiek kunt inrichten voor jouw doelgroep. Door de ongelooflijke schat aan klantgegevens kun je je advertenties heel gericht aanpassen en je doelgroep targeten. Social commerce biedt de kans om producten aan te prijzen aan die specifieke doelgroep. Je kunt jouw producten direct koppelen aan je advertentie in je social-winkeltje.
80% van de shoppers doet inspiratie op en zoekt naar producten op Instagram en Facebook. 90% van de mensen op Pinterest (pinners) neemt een aankoopbeslissing op Pinterest, en 70% ontdekt er nieuwe producten. Jouw product mag dus niet ontbreken! Social commerce brengt marketing en sales nóg dichter bij elkaar. Het socialmedia-marketingadvies luidt: breng je boodschap daar waar je doelgroep actief is. Dit geldt nu ook voor sales: verkoop je producten daar waar je doelgroep zit. Waarom zou je je producten dan niet aanbieden via social media?
Zie het, klik erop, koop het. Socialmedia-winkels nemen elke tussenstap weg uit je klantreis. Je doelgroep is actief op social media en het product wordt dáár aangeboden. Ze kunnen nergens anders naartoe dan naar de kassa. Uiteindelijk is elke extra klik een kans voor een potentiële klant om van gedachten te veranderen. Wanneer ze van je advertentie naar je website gaan om het product aan een winkelwagentje toe te voegen of om hun creditcardgegevens in te vullen, zijn er veel momenten waarop ze hun aandacht kunnen verliezen.
Social commerce versnelt niet alleen het transactieproces, het biedt je ook een toegankelijke manier om reviews te verzamelen over je producten. Jouw socialmediaposts zijn ook meteen je productcatalogus. Jouw publiek kan meteen aangeven door middel van likes en comments wat ze vinden van je producten. Je klanten kunnen je gewoon vertellen wat ze wel en niet leuk vinden.
Je kunt met social media en stories bijvoorbeeld je doelgroep laten stemmen op een product. Of neem ze mee in je inkoopproces. Op social media heb je duidelijke gegevens over wie je klanten precies zijn, en de mogelijkheid om daarna met hen te chatten via opmerkingen of een direct bericht, om op die manier persoonlijke klantenservice te bieden.
Winkelen op sociale media maakt de ervaring veel interactiever dan ‘gewoon’ online winkelen via een webwinkel. Zo kun je bijvoorbeeld: overleggen met je vrienden, je aankopen direct delen, opmerkingen en reviews van anderen lezen, en deelnemen in polls of challenges in de stories van je favoriete winkel. Voor degenen die het sociale aspect van een dagje shoppen missen, is social commerce misschien wel de op één na beste optie.
Hopelijk zie je met deze tips mogelijkheden voor jouw merk om je webwinkel uit te breiden naar social media. De platformen ontwikkelen zich in ieder geval volop. We zijn benieuwd wat deze trend nog meer gaat brengen in 2021!
Laten we beginnen met een interessant inzicht van Jay Baer op Content Marketing World 2020: het wordt steeds moeilijker om onderscheidende content te creëren. Over elk denkbaar onderwerp is wel een artikel te vinden, iedere zichzelf respecterende marketeer werkt aan SEO, en zelfs de mogelijkheid om je te onderscheiden met specifieke contentvormen (video’s en podcasts als meest recente hypes) vergt de nodige inspanningen.
Het gevaar is dat content eenheidsworst wordt; een uitdijende bak vol middelmaat die nooit of amper wordt gezien door je doelgroep. De enige uitweg is lef, durf, ballen.
Neem een stuk content en maak er de overtreffende trap van. Want om je te onderscheiden van de concurrentie moet je het gat in jouw contentmarkt zien te vinden. Biedt jouw concurrent 8 tips voor een avondje uit, dan schrijf jij er 100 op. Zie je veel video’s voorbijkomen die emotie opwekken, dan ga jij nog een stap verder en creëer je een regelrechte tranentrekker. Maakt jouw concurrent een handleiding voor de opvoeding van honden? Dan schrijf jij een complete gids voor de opvoeding van labradors met een opgelopen trauma in een dierenasiel.
Hoe kan die overtreffende trap in content eruitzien? Hoe word je (weer) veelbesproken en val je op tussen de massale hoeveelheid content? Dit zijn jouw opties:
De eerste manier is simpelweg vollediger zijn dan de rest. Dus til die ‘8 manieren’, ‘6 tips’, ’10 voorbeelden’ eens naar een hoger niveau. Breng alle onderwerp-expertise op één plek samen, zodat er een compleet en onherroepelijk overzicht ontstaat van het onderwerp dat je aankaart. Die 10 voorbeelden worden er dan al gauw 100, de 8 manieren worden er 40. Zo creëer je niet zomaar een interessant artikel, maar een database die mensen opslaan als bladwijzer, gebruiken als naslagwerk of zelf delen op social media.
Daar kunnen we zelf ook nog genoeg van leren. Dat is wel te zien aan de titel van dit artikel. Maar met content zoals 101 succesvolle inhakers of de Complete Gids voor Pinterest Marketing bieden we iets unieks wat uitgebreider is dan wat je elders online kunt vinden. En we zien dat die factor meespeelt in hoe (vaak) deze stukken gedeeld worden op social media.
Een andere optie is om zodanig in te zoomen op een specifieke niche, dat je als vanzelf op onontgonnen content-gebied stuit. De groep mensen die je daarmee aanspreekt is logischerwijs kleiner, maar het positieve nieuws is dat de content die je maakt ook zeer specifiek en relevant is.
Een voorbeeld: de zoekterm ‘appeltaart recept’ leverde het afgelopen jaar in Coosto 41.923 berichten op. Er zijn in die periode dus ruim veertigduizend berichtjes online geplaatst over appeltaartrecepten. Zie daar maar eens tussen op te vallen…
Op de veel specifiekere zoekopdracht ‘appeltaart recept glutenvrij vegan’ krijgen we slechts 22 resultaten. Het aantal mensen dat je kunt interesseren voor dat recept is logischerwijs veel kleiner, maar de kans om op te vallen wordt juist veel groter.
Bovendien moet je niet onderschatten hoeveel waarde je biedt aan de - weliswaar kleine – groep mensen die toevallig nét op zoek is naar een specifiek recept voor glutenvrije, veganistische appeltaart. Jouw content is voor hen hyperrelevant. Zó relevant dat de kans veel groter is dat erover gesproken gaat worden.
Maar hoe kom je aan inspiratie voor hyperrelevante content? Het antwoord is simpel: trending topics. Dát zijn de onderwerpen die spelen bij jouw doelgroep. De beste inspiratie vind je nu eenmaal buiten jouw organisatie. Met Discover van Coosto krijg je real-time inzicht in de huidige én opkomende trends binnen jouw markt. Een oneindige bron van contentinspiratie, de droom van iedere marketeer!
Emotie in content is een bekende trigger om content te maken die veelbesproken en gedeeld wordt. Dat wil niet zeggen dat hij gemakkelijk is toe te passen. Waar de één kippenvel krijgt van een video over een emotionele hereniging tussen oude geliefdes, vindt de ander het enorm afgezaagd en flauw. Welke emotie werkt, is dus context- en doelgroepafhankelijk.
Bovendien is er bij diep rakende content sprake van een zeer scheve verhouding tussen het aantal shares, likes en clicks per post. 99% van de interactie wordt behaald door slechts een handjevol emotie-opwekkende video’s, foto’s en teksten krijgt.
Denk aan deze bekende video’s van Nike en HiFi Klubben:
Welke lessen halen we hier uit? Een gevoelige snaar raken kan werken, maar zorg dat je niet verzandt in oppervlakkige ‘huis-tuin-en-keuken-emoties’. Streef daarom ook hier naar die overtreffende trap. Jouw content moet écht raken om succesvol te zijn.
In het artikel over de fanstrategie noemden we het voorbeeld van de makelaar in Florida, die huisverkopers aan zich wilde binden met behulp van content. Maar hij besloot niet om zomaar wat brochures, een checklist of een Q&A te produceren. Nee, hij koos ervoor om alles wat je nodig hebt om een huis te verkopen, gratis en online te delen in een 63-pagina’s tellende PDF.
Waar vrijwel elke dienstverlener je vertelt ‘Ik ben de expert, dit moet je zeker niet zelf doen’, pakt deze makelaar het dus anders aan. ‘Als jij je huis graag zelf wilt verkopen om op bemiddelingskosten te besparen, dan kun je dat doen met behulp van deze informatie’.
Gedurfd, absoluut. Maar de gok pakt goed uit. Want hij laat met die veelvuldig gedeelde PDF namelijk zien hoe ontzettend ingewikkeld het is om een huis te verkopen. Hij bewijst als het ware zijn eigen waarde, en genereert zo leads en klanten.
Dus, wil je dat jouw content opvalt en gedeeld wordt? Wees dan niet een beetje behulpzaam, of behulpzaam tot op zekere hoogte, maar zorg ervoor dat je content extreem bruikbaar is.
Als alle afleveringen van de iconische sitcom Friends als afzonderlijke korte films zouden zijn uitgezonden, had de show niet de helft van het huidige succes behaald. Misschien is het een beetje makkelijk praten achteraf, maar wij zijn ervan overtuigd dat er waarde zit in het seriematig brengen van content. Podcasts zijn daar het perfecte voorbeeld van, maar deze seriematige vorm is natuurlijk ook om te vormen naar een reeks van blogs binnen een bepaald onderwerp, een wekelijkse tip of een weetje. Je kunt het zo gek maken als je zelf wilt.
Er kan een bepaalde social media buzz ontstaan rond consistent gebrachte content die zich moeilijk met iets anders laat vergelijken. Een factor die meespeelt, is dat je over een serie kunt praten terwijl die nog bezig is. Dat is voor zowel de zender als ontvanger aantrekkelijker dan alleen een terugblik op een eenmalige gebeurtenis. Dus niet: “Hé, weet je welk webinar je echt had moeten zien?”, maar: “Deze account moet je echt gaan volgen voor handige tips!” Zo bouw je als een steeds groter publiek op.
“Het belangrijkste kenmerk van nieuws zit hem in de bekendmaking van tot dan toe onbekende feiten en gebeurtenissen”, schrijft Willem Bemboom in zijn boek ‘Omgaan met Media’. “De afwijking van het reeds bekende speelt hierbij een zeer belangrijke rol.” In die tweede zin zit veel waardevolle input voor marketeers.
We weten namelijk dat nieuws veel aandacht krijgt, en we weten dat nieuws iets is wat anders is dan wat we al kennen. Waarom blijven we dan toch massaal binnen de lijntjes kleuren? Waarom willen we content zo graag laten aansluiten op wat ‘past’ binnen ons merk? Is dat nieuws? Is dat verrassend? Nee, allesbehalve. Dan mogen we ook niet verwachten dat brave content ineens viral gaat.
Als je op een positieve manier wil opvallen, moet je op een positieve manier uit de ban springen. Dat is waarom dit fragment van een rappende en zingende Lodewijk Asscher in 2019 een kortstondig hitje werd op social media; je verwacht het simpelweg niet van een politicus.
Een ander voorbeeld zie je bij snackbarketen FEBO. Niemand had verwacht dat de hofleverancier van kroketten uit de muur ineens een merchandise-kledinglijn zou beginnen. Dit soort zeer verrassende keuzes kun je natuurlijk ook vertalen naar content die het verdient besproken te worden.
Zo, dat waren 6 manieren om je content écht te laten aanslaan bij jouw doelgroep. We moeten toegeven dat sommige manieren heel veel lef vereisen, maar dat is juist de hoek waar de kansen liggen. Content hoeft niet altijd veilig te zijn. Want contentsucces ligt buiten veilige en vertrouwde keuzes. Sterker nog, je moet gokken om te kunnen winnen.
Maar een gok wagen gaat een stuk makkelijker als je de juiste tool hebt ter ondersteuning. Van het vinden van inspiratie en ondersteuning bij het delen en inplannen van social media posts inplannen tot de bijbehorende prestaties analyseren. Onze complete marketingtool voor content en social media helpt daar al meer dan 15.000 marketing- en communicatieprofessionals bij.
Een inhaker is een uiting van een merk, bedrijf of organisatie (meestal op social media), die verwijst naar een nieuwsfeit of gebeurtenis. De Engelse vertaling ‘newsjacking’ geeft eigenlijk prima aan wat merken met inhakers beogen: nieuwskaping. Dat houdt in dat je als merk meelift op het ‘succes’ van nieuwsgebeurtenissen. Alle ogen zijn op het nieuws gericht en jij krijgt daardoor gemakkelijker je boodschap aan de man. Omdat het zo’n goedkope manier is om een potentieel miljoenenpubliek aan te spreken – je hebt in principe alleen een goed idee nodig en een account op social media – groeit het aantal bedrijven dat met inhakers aan de slag gaat sterk. Maar juist daardoor is het niet vanzelfsprekend dat je ook daadwerkelijk miljoenen mensen gaat bereiken. Hoe zorg je er nu voor dat jouw idee opvalt tussen die honderden anderen die meeliften op Carnaval, het WK voetbal of Prinsjesdag?
We kunnen je helaas geen kant-en-klare ideeën voorschotelen. We hebben wél succesvolle inhakers ontleed, wat resulteert in deze checklist. Streef als merk deze 5 eigenschappen van een inhaker na, en vergroot de kans op een viral.
Als je inhaakt op een nieuwsfeit, is het zaak dat het ook nog daadwerkelijk nieuws is op het moment dat je zelf met je uiting komt. Als de aandacht voor het nieuws is verslapt, dan heeft het ook geen zin meer om erop in te haken. Goede inhakers kennen een scherpe timing.
Met de komst van social media is het veel gemakkelijker geworden om snel in te haken, maar die snelheid is ook veel essentiëler geworden. Want wat nu nieuws is, kan immers over een dag of uur alweer oud nieuws (dus geen nieuws) zijn. Onze aandachtscurve is door de enorme groei van prikkels door allerlei media veel korter geworden, dus de timing van een inhaker luistert nauw. Idealiter plaats je jouw uiting op het moment dat het nieuws zijn piek nog moet bereiken. Zo zit je vooraan in de curve en profiteer je volop van de aandacht voor het nieuws.
Geen nood. #stroomstoring pic.twitter.com/KStA4xzOyV
— Heineken NL (@Heineken_NL) 27 maart 2015
Dat is nog niet zo gemakkelijk. Je moet een glazen bol hebben als je nieuws zou willen voorspellen, en dan moet je ook nog eens met een goed idee komen. Een social media monitoring tool is geen glazen bol, maar het kan je wél helpen om nieuws op te pikken op het moment dat het nog niet de headlines van de grote nieuwssites heeft bereikt.
Je kunt ook inhaken op momenten die je van tevoren kunt verwachten, zoals evenementen en feestdagen. Of zaken die vroeg of laat een keer gaan gebeuren, zoals de eerste sneeuwval van het jaar, de eerste zomerse dag of (zoals Heineken hierboven) een stroomstoring. Deze tweet verscheen slechts 1,5 uur na het begin van een grote stroomstoring al online. Journalisten waren nog in hun pen aan het klimmen en de nieuwspiek werd pas veel later bereikt. Heineken heeft duidelijk een timmermansoog voor timing en ongetwijfeld een mooie bak vol conceptideeën. Je begrijpt dat het zorgvuldig timen en plannen van je inhakers je een groot voordeel kan opleveren. Onze tip: gebruik die mogelijkheid volop.
Een goede inhaker roept bijna altijd een positief gevoel op. Meestal is het de bedoeling om mensen te verrassen of een glimlach te bezorgen met een kleine woord- of beeldspeling. Een goede inhaker is vrijwel nooit zwaar of maatschappijkritisch, maar kiest juist de kant van de publieke opinie. Hij gaat hoogstens tot het randje, nooit erover. We zien bij de minst succesvolle inhakers juist opvallend vaak het tegenovergestelde.
Als mensen bijvoorbeeld in hun hemd worden gezet, kan de goedbedoelde knipoog compleet verkeerd geïnterpreteerd worden. KLM voelde zich genoodzaakt om onderstaande tweet te verwijderen nadat het Nederlands Elftal Mexico uitschakelde op het WK in 2014. Onze tip: gebruik inhakers die voor niemand pijnlijk of beledigend zijn.
Relevantie is ook een niet te missen eigenschap van een goede inhaker. Hoe leuk het ook is om als tractormerk in te haken op ‘Verander-je-wachtwoord-dag’, er is geen duidelijke link tussen die dag en je merk. Als je hier toch een inhaker van zou maken, zou het een slap aftreksel zijn met alleen maar verliezers. Het publiek gaat het ‘gemaakt’ vinden en jij krijgt niet het podium waar je op hoopte. Probeer niet te hard te zoeken naar een link. Als de inhaakmogelijkheid er niet is, dan is hij er gewoon niet. Liever 2 keer per jaar bullseye dan 10 keer jammerlijk mis. Onze tip: kies een paar dagen of onderwerpen per jaar die passen bij je merk en zet daar vol op in. Check eens in onze inhaakkalender of er veelbesproken dagen zijn die wél bij je passen.
De meest voor de hand liggende eigenschap is tegelijkertijd de moeilijkste. Maar als je écht wilt opvallen, zal je je moeten onderscheiden van je concurrenten die waarschijnlijk ook allemaal willen inhaken op nieuwsgebeurtenissen. Dat doe je door in je inhaker duidelijk de tone-of-voice van je merk te hanteren, en door jouw merkverhaal op een originele manier te verwerken in je content.
Creativiteit, creativiteit en nog eens creativiteit is daarom de boodschap. Helaas is dat niet zomaar aan te leren. Het wil gelukkig nog weleens helpen om wat rond te kijken bij de buren voor inspiratie. Eén van onze aanraders is bijvoorbeeld HEMA, niet in de laatste plaats omdat ze maar liefst 2x voorkomen in onze top 10 met beste inhakers van 2017.
Dit mooie voorbeeld dateert nog nét uit 2016.
Met een inhaker moet je geven en nemen. Als je het goed doet, krijgt je boodschap een bereik waardoor je concurrenten groen van jaloezie gaan zien. Dat wil niet zeggen dat je nog méér mag verwachten. Zie het als een soort deal: jij geeft je mensen een lolletje, zij geven jou het bereik waar je op hoopt. Verkopen via een inhaker werkt niet, want mensen prikken daar feilloos doorheen. Social media is sowieso al geen plek is om reguliere advertentieteksten te plaatsen, en bij een inhaker is dat helemaal het geval. Vermeld dus zeker geen URL naar je webshop of aanbieding in je content, want dan kon het weleens compleet anders uitpakken dan je gehoopt had.
Een klassiek voorbeeld is Urban Outfitters, dat in 2012 ongeveer alles fout deed wat je fout kunt doen in een inhaker. De tweet is allereerst weinig origineel. De boodschap is bovendien gebaseerd op de vernietigende orkaan Sandy, die meer dan 200 mensen het leven kostte. Het feit dat het kledingmerk in diezelfde tweet ook nog eens adverteert met gratis verzending, maakt het hele verhaal alleen maar pijnlijker. Het merk kreeg wél het bereik, maar nu niet bepaald de positieve buzz waar het op mikte.
Wil jij scoren met inhakers? Ga voorbereid het nieuwe jaar in. Wij selecteerden de inhaakdata die afgelopen jaren het meest besproken werden op social media en verwerkten ze in onze inhaakkalender voor 2018: CoosTopics. Je kunt 'm downloaden via het formulier aan de rechterkant.
Content is king. De marketingwereld lijkt steeds beter te begrijpen dat traditionele reclame aan kracht verliest. Content die aansluit op de beleving van het publiek is het enige antwoord daarop. Vanuit dat besef zijn contentmarketingbudgetten gegroeid, professionals opgeleid en massa’s content uit de pen gevloeid.
Het probleem? Het ontbreekt nog te vaak aan een gedegen plan achter al die content. En als de contentstrategie er wel is, dan is die meestal niet zwart-op-wit te vinden.
Uit het onderzoek blijkt dat 71% een strategie hanteert bij het creëren van content, waar dat vorig jaar nog 74% was. Slechts 33% van de ondervraagden heeft die contentstrategie ook daadwerkelijk gedocumenteerd, evenveel als vorig jaar. Dat is problematisch in een vakgebied waar professionals vooruit willen, aantoonbaar willen bijdragen aan organisatiedoelen en kennis intern willen delen. Hoe kun je immers schaalbaar kennis delen als je niets gedocumenteerd hebt?
Content is er in alle vormen en maten, maar wie contentmarketing zegt, zegt toch vooral social media. Dat is in 2020 niet anders. Social media posts en stories zijn nog altijd de populairste contentvorm (94%), gevolgd door blogposts (80%) en e-mails (74%).
Door social media algoritmes ontkom je er bijna niet meer aan: betalen voor vertoningen. Als je er zeker van wilt zijn dat een bepaalde post aan een groot publiek wordt voorgeschoteld, moet je nu eenmaal in de buidel tasten. Dat doen we in ons vak steeds vaker.
Vorig jaar had nog 68% minstens één keer voor contentdistributie betaald, dit jaar is dat al 85%. Binnen deze groep werd social media advertising het meest gebruikt: 89% zette dat kanaal betaald in.
Als je 1000 consumenten vraagt naar het populairste social media platform op dit moment, zal je niet vaak ‘Facebook’ te horen krijgen. Het is toch juist de tijd van Instagram, TikTok en YouTube? Dat zien we althans in de jaarlijkse gebruikscijfers van social media.
Zakelijk ontstaat echter een heel ander beeld. Hoewel ook Instagram en YouTube voor B2C-contentmarketeers belangrijke social media geworden zijn, is Facebook nog steeds de absolute nummer één. 96% van de organisaties gebruikt het platform voor organische (gratis) contentverspreiding. Hoewel consumenten er niet meer heel actief op posten, blijft het platform bezoekers trekken en daar maken contentmarketeers dus dankbaar gebruik van.
Ook in betaalde contentverspreiding is Facebook alleenheerser. Van de respondenten die in het afgelopen jaar adverteerden op social media, gebruikte maar liefst 95% daarvoor Facebook. Instagram kan enigszins aanhaken; 53% van de respondenten gaf aan weleens te betalen om content te tonen op het platform. Dat is een flink contrast met bijvoorbeeld Twitter. Hoewel 71% van de organisaties Twitter gebruikt voor de gratis verspreiding van content, kiest slechts 16% van de adverteerders voor dat medium.
Facebook is niet alleen het meest gekozen platform, maar contentmarketeers zijn er ook het meest succesvol. De respondenten selecteerden Facebook als het platform dat voor hen het meeste contentmarketing-resultaat opleverde, zowel betaald als organisch.
Social media publishing- en planningtools zijn voor contentmarketeers natuurlijk onmisbaar. Geen wonder dat dit soort software ook in 2020 verreweg de meest gebruikte in het vak is. Opvallend is echter vooral de opmars van (website-)analysetools. Die werden begin 2019 nog door 71% van de contentmarketeers gebruikt, inmiddels is dat al 83%.
De ontwikkeling onderstreept het groeiende belang van analyse en verantwoording. Je kunt niet meer zomaar content creëren en hopen dat die het gewenste effect heeft behaald. Je moet resultaten kunnen aantonen, laten zien wat je werkzaamheden waard zijn.
Sterker nog, je zou eigenlijk van tevoren al moeten kunnen voorspellen dat je content succesvol gaat zijn. Je moet je kunnen verantwoorden, uitleggen waarom jouw content de te investeren tijd waard is. Daarvoor is onderzoek naar je doelgroep en markt nodig. Het is daarom perfect te verklaren dat vorig jaar uit hetzelfde onderzoek al bleek dat social media listening de populairste onderzoekstechnologie is. 70% van de content marketeers maakte er toen gebruik van.
Organisaties zijn flink verdeeld over de vraag of het slim is om van contentmarketing uit te besteden of niet. 55% kiest ervoor om (delen) van contentmarketing uit te besteden, de overige 45% doet het niet. Daar is dus geen duidelijke voorkeur in te bekennen.
Van de organisaties die niet alles in-house doen, is er één onderdeel dat verreweg het vaakst wordt uitbesteed: 80% kiest ervoor om contentcreatie (deels) bij anderen te beleggen. Op plek twee staat de verspreiding van content (37%), gevolgd door de technologie achter content (27%).
Content kan in elke fase van de klantreis waarde toevoegen. In de praktijk blijkt dat B2C-organisaties content vooral inzetten voor top-funnel doelen: aandacht trekken en interesse opwekken. Slechts 12% van de content is bedoeld om bestaande klanten te laten terugkeren of als klant te behouden.
Het onderzoek van CMI onderstreept maar weer eens dat contentmarketing een volwassen discipline is die niet zomaar meer van het strijdtoneel gaat verdwijnen. Het rapport laat echter ook zien dat er nog verbeterkansen zijn. Door het gebruik van een gedocumenteerde strategie die aansluit op je organisatiedoelen, in combinatie met de juiste analysetools, kun je de waarde van content intern nog beter gaan aantonen.
Zo hebben we vorig jaar 3 trends benoemd: de groeiende zichtbaarheid van creatieve content, data en conversational marketing. Oké, dat zijn geen keiharde, gedetailleerde voorspellingen waar je ons op kunt afrekenen. Maar je kunt toch moeilijk ontkennen dat die aspecten geen rol hebben gespeeld in ons vak in het afgelopen jaar.
Voor 2021 zien we 5 belangrijke trends in social media en content, die we baseren op hoe het vak zich in de afgelopen jaren heeft ontwikkeld. We proberen ze bewust wat concreter te beschrijven: reken ons er gerust op af in 2022.
De afgelopen jaren stonden voor veel contentmarketeers en social media managers in het teken van nieuw publiek verzamelen. Nieuwsbrieflijsten werden gevuld, social media likes werden geteld en nurturinglijsten stroomden langzaam maar zeker vol.
Deze tactiek heeft ertoe geleid dat marketeers massaal beschikken over bomvolle databases vol potentiële klanten. Het probleem? 99% van deze potentiële klanten ‘doen’ niets. Ze klikken niet op je links, ze kopen niets, ze delen je content niet: je hebt er eigenlijk niets aan. En het is je eigen schuld.
Want als jouw focus inderdaad was gericht op het vinden van nieuw publiek, ben je waarschijnlijk je belangrijkste publiek vergeten. De fans van het eerste uur, die als ambassadeur voor je merk kunnen dienen.
2021 wordt het jaar waarin je de verzamelwoede even op pauze moet zetten, en juist quality time met je huidige publiek gaat doorbrengen. Richt je op de mensen die daadwerkelijk geïnteresseerd zijn, die kunnen uitgroeien tot superfans. Met man en macht proberen een grote hoeveelheid oppervlakkige volgers te activeren, is namelijk trekken aan een dood paard. Je energie niet waard.
Je hebt tenslotte meer aan 1000 superfans of ambassadeurs, dan aan 1.000.000 nieuwsbrieflezers die amper actie ondernemen.
COVID-19 heeft bepaalde aspecten van contentmarketing en social media onomkeerbaar veranderd. We verwachten dat de groeiende behoefte aan digitale ervaringen en e-commerce in 2021 zelfs nog wat verder versnelt.
Gelukkig (of toevallig) waren veel bedrijven hier al op voorbereid. Het aantal webshops en digitale content-ervaringen steeg immers ook vóór COVID-19 al exponentieel.
Waar we níet op voorbereid waren, is het op afstand leveren van die digitale ervaringen. Want nu de producenten (de social media managers, contentmarketeers en e-commerce teams) thuis werken, zijn ook zij nóg meer aangewezen op digitale middelen.
Nu merken deze teams in toenemende mate hoe onhandig het eigenlijk is dat er 3 verschillende tools voor het creëren en inplannen van content worden gebruikt, 2 voor het reageren op social media, 7 voor het analyseren van data en 4 voor video conferencing.
Zeker als je vaker op afstand werkt, is het praktischer om met een handjevol digitale oplossingen te werken dan met 42 verschillende tools die elk één specifieke taak van je overnemen.
Koppelingen, integraties en API’s ten spijt: er gaat in 2021 een samensmelting van technologie ontstaan. Zeker in grotere organisaties wordt er afscheid genomen van hyperspecifieke tools, en zal men op zoek gaan naar meer generalistische software, die een veel breder takenpakket kan overnemen. Zo is Coosto niet alleen gericht op het plannen, reageren of analyseren van content, maar doet het dat allemaal. Onze software is gericht op het van A tot Z managen van online gesprekken.
Less is more in 2021.
Deze voorspelling klinkt misschien wat ongeloofwaardig in het midden van een pandemie, maar events gaan in 2021 wel degelijk populairder worden. We hebben het hier namelijk niet over in-person congressen en seminars, maar de online varianten.
Webinars en online congressen kunnen immers veel goedkoper worden georganiseerd dan fysieke bijeenkomsten. Ze worden daardoor voor steeds meer organisaties een toegankelijk marketing-communicatiekanaal en daarmee een interessant alternatief.
Maar online bijeenkomsten waren toch al jaren goedkoper en toegankelijk? Klopt. Ze werden alleen nooit echt als een volwaardige vervanger gezien. COVID-19 heeft de ontwikkeling van ‘online’ echter in een stroomversnelling gebracht.
We zien ineens dat thuiswerken wél op grote schaal kan als het echt moet, en hetzelfde geldt voor online events. Ze zijn ‘normaler’ geworden en worden breed geaccepteerd. Daardoor blijkt een online event niet alleen een haalbare kaart, maar in veel gevallen ook een effectieve oplossing.
Waarom denken we dat deze lijn zich voortzet? Als we 2020 zien als het jaar waarin alles op z’n kop werd gezet, dan is 2021 het jaar waarin we gewend (moeten) raken aan het ‘nieuwe marketing-normaal’. Tegen die tijd hebben de meeste marketeers voldoende voorbereidingstijd gehad om online events van steeds hogere kwaliteit neer te kunnen zetten.
Je ziet de ontwikkeling al lange tijd in andere bedrijfstakken: content wordt niet verkocht per stuk, maar op all-inclusive basis per periode.
Internet werd bijvoorbeeld lang geleden per minuut afgerekend, nu betaal je een vast bedrag per maand. Je kocht vroeger een nummer op iTunes, terwijl vrijwel iedereen inmiddels een abonnement op Spotify heeft. Je huurde een film met pay-per-view, nu betaal je maandelijks voor Netflix of Amazon Prime.
We zien dat de meeste organisaties (buiten de entertainmentbranche), hun content echter nog op de ouderwetse individuele manier aanbieden. ‘Wil je een gratis e-book? Dan vul je een formuliertje in’. ‘Zou je daarna graag productspecificaties ontvangen? Dan willen we graag nog eens jouw gegevens.’ ‘Wil je ons nieuwste whitepaper? Ja hoor, wederom een formulier’.
Wij voorspellen dat ook aanbieders van dit soort informatieve content (ook in B2B) steeds vaker gaan kiezen voor een platformmodel. Geïnteresseerden maken eenmalig een account aan bij een bedrijf of merk, en in ruil daarvoor krijgen ze toegang tot een volledig platform met ‘premium’ content.
Geen gedoe meer met losse formulieren of stapsgewijze leadverrijking. Abonnees blijven gemakkelijk te classificeren, doordat gedrag gewoon meetbaar is. Via e-mail kun je mensen bovendien nog steeds wijzen op nieuwe content. Voor de content-aanbieder verandert er dus niet zoveel, terwijl het voor de abonnee alleen maar gemakkelijker en aantrekkelijker wordt om meer content te consumeren.
We vermoeden dat steeds meer marketeers die win-win-situatie in 2021 inzien en ernaar zullen handelen.
Wie op zoek is naar websiteverkeer, zal ook in 2021 uitkomen op social media. Deze platformen blijven, naast zoekverkeer en advertenties, de belangrijkste bron van nieuwe websitebezoekers.
De voorziene verandering in 2021 zit hem in een andere mindset over social media platformen. Waar eerst het credo ‘daar zijn waar je doelgroep is’ als leidraad werd gevolgd, wordt dat steeds vaker ‘Alleen de social media kanalen gebruiken die voor jou genoeg resultaat opleveren’.
Door een groeiend aanbod van informatie wordt het namelijk steeds moeilijker om je te onderscheiden op social media. Je content moet echt van heel goeden huize komen, wil je de aandacht grijpen en kunnen vasthouden. Die kwalitatieve content creëren kost tijd. Zelfs als je tijd bespaart door een social media planner te gebruiken, ga je niet het gewenste niveau aantikken als je op te veel platformen tegelijkertijd focust. Hoe meer je jouw tijd moet verdelen over meerdere platformen, hoe moeilijker het immers wordt om voor elk platform kwaliteit te blijven leveren.
Social media draaien daarom tegenwoordig vooral om ‘nee’ durven zeggen, om het laten vallen van de kanalen die amper resultaat opleveren. Het behouden van 3 of 4 social kanalen is meestal de ideale balans. De tijd die je daarmee wint, kun je vervolgens vol inzetten op de kanalen, formats en posts die al wél voor jou werken, zodat je ze nog succesvoller kunt maken.
Anders dan 10 jaar geleden stappen merken dus niet massaal op nieuwe hypes, maar wordt er in 2021 nóg bewuster een kosten-/batenanalyse gemaakt. Hoeveel tijd gaat een extra kanaal kosten, en wat levert het ons op?
We gaan volop experimentjes zien, maar je hoeft niet te verwachten dat je op TikTok of Instagram ineens struikelt over de accounts van zorgverzekeraars, pensioenfondsen of makelaars.
Consumenten hebben de weg naar de online wereld allang gevonden. Als organisatie is het daarom belangrijk dáár te zijn waar je consumenten ook zitten. Door webcare in te zetten, ben je niet alleen sneller maar ook vaker én beter in staat om je klanten te verrassen. Het beantwoorden van een vraag of het oplossen van een vervelende klacht: het zijn soms de kleine dingen die het doen. Daarbij zal je zien dat je ook vragen krijgt die anders niet gesteld worden.
En dat doen ze op social.
Een klacht blijft helaas beter hangen dan een compliment. Veel organisaties starten daarom ook met online webcare, omdat ze klachten, vragen of tips niet willen missen.
In de meeste gevallen is het heel goed mogelijk om een klacht snel op te lossen. Wist je dat de meeste vragen via social media gesteld worden? Zodra je deze berichten misloopt, kan dat nogal een nadelig effect hebben op je totale merkreputatie.
We kunnen er niet omheen: de hele wereld kan zien hoe jij als organisatie er al dan niet in slaagt om klanten verder te helpen. Big Brother is watching you en dan wil je er natuurlijk wel goed uitzien. Klinkt misschien als een bedreiging, maar het biedt vooral een kans. Spring in op de juiste momenten, bereid medewerkers goed voor en voorkom mogelijke crisissituaties. Alleen zo zorg je ervoor dat je reputatie wordt beschermd én verbeterd.
Er wordt nou eenmaal over je bedrijf of product gesproken. Dan kun je maar beter deelnemen aan het gesprek.
Je weet misschien nu waar je klant zich online bevindt en hoe deze over je praat, maar kén je ‘m ook? Bij veel organisaties is dit helaas niet het geval. Gelukkig zijn er webcaretools die dit inzichtelijk maken. Informatie als voorgaande correspondentie, demografische gegevens en de invloed van een persoon binnen zijn netwerk helpen je bedrijf om de klant beter van dienst te zijn. Heeft de klant zich in het verleden vaak negatief uitgelaten over je merk? Dan weet je dat je voorzichtig moet zijn in de aanpak en tone-of-voice.
Daarnaast verzamel je nog meer relevante informatie. Misschien ontvang je dagelijks dezelfde vragen of suggesties. Dat kan de moeite waard zijn om je webcare agent hier een FAQ over te laten schrijven óf meer prio te geven aan de productverbeteringen waar veel vragen over komen. Zo leer je dus van je klanten, speel je gemakkelijk in op hun behoeftes én geef je ze wat ze willen. Of dat nou meer informatie, een antwoord of een oplossing is.
AR is dus een opkomende trend binnen marketing- en salesstrategieën. Het is een trend waarmee je als merk je klant een unieke ervaring kunt bieden van jouw product. En dat met behulp van je telefoon. De mobiel is één van de belangrijkste middelen geworden waarmee jouw (potentiële) klanten interactie hebben je merk, maar ook hun aankoopbeslissingen nemen. Geen slecht idee dus om te bekijken wat AR voor je merk zou kunnen betekenen.
Het liefst willen klanten je product uitproberen voordat ze het kopen. Offline kan dit bijvoorbeeld in een paskamer (of thuis passen), een mini-verpakking van een product, of bijvoorbeeld een testrit in een auto. Met behulp van AR kunnen potentiële klanten producten als make-up, kleding en interieur artikelen proberen en passen, zonder dat ze naar de winkel hoeven of zelfs maar contact hebben met een bedrijf of klantenservice. Ook hoeven ze niet te wachten en kunnen ze een product direct testen. Voor bedrijven maakt AR een grote fysieke voorraad overbodig, doordat klanten tientallen of zelfs honderden items virtueel kunnen passen totdat ze het product vinden dat bij ze past.
L’Oréal Paris is daar een mooi voorbeeld van. Sinds 2018 investeren zij al in AR en ontwikkelden ze ModiFace, waarmee je o.a. make-up en haarkleuren kunt uitproberen.
Wanneer je niet de middelen hebt om zelf zo’n app in elkaar te zetten, kan Pinterest wellicht uitkomst bieden. Ook op Pinterest kunnen klanten jouw producten proberen en daarna direct aanschaffen. Het platform staat bekend als dé plek voor verkoop van producten. En met AR brengen ze dit weer een stapje verder.
Augmented Reality is op deze manier dus waardevol voor online verkoopstrategieën met cosmetica, aangezien consumenten een make-upartikel bijna altijd op zichzelf moeten testen om het te kunnen beoordelen.
Ook de paskamer leent zich goed voor AR-toepassingen. Kleding moet je altijd passen. Of je klant doet dit thuis, waarbij hij vaak te veel bestelt om meerdere maten en kleuren te passen. Of hij sjouwt alles mee naar een pashokje in de winkel.
Met een virtuele kleedkamer hoeft dat natuurlijk niet. Je swipet door de digitale voorraad en tikt de artikelen aan die je wilt passen. Klinkt als een droom? Merken als Zara, Nike en GAP hebben een voortrekkersrol gespeeld bij het ontwikkelen van AR-pas- en kleedkamers om hun klanten een virtuele ervaring te bieden bij het selecteren van kledingartikelen. Ook het Nederlandse bedrijf Ace & Tate geeft je de mogelijkheid om online brillen te passen.
Augmented reality biedt bedrijven de mogelijkheid om een digitale component toe te voegen aan hun fysieke locaties en producten. Klanten kunnen een product of object scannen om een AR-ervaring te krijgen. Maar ook bijvoorbeeld voor meer informatie of om een bijzondere ervaring met het merk te beleven.
Zo biedt Starbucks een bijzondere merkervaring door middel van een virtuele winkeltour. Gebruikers kunnen objecten in de winkel scannen om toegang te krijgen tot een virtuele tour, waarbij aanvullende informatie wordt verstrekt als aanvulling op de fysieke site.
Een ander, nieuwer, voorbeeld is Local Lenses van Snapchat. Daarmee kun je door de straten van Londen lopen en graffiti-kunst bewonderen met de filter. Dat brengt een digitale tour zeker naar een hoger level!
Een laagdrempelige en eenvoudige manier om te starten met AR is het toe te voegen aan je bestaande middelen. Met Augmented Reality kun je jouw marketingmaterialen, zoals visitekaartjes en brochures net even interessanter maken door er een virtuele component aan toe te voegen. Gebruikers kunnen gedrukt materiaal scannen met hun telefoon om toegang te krijgen tot functies die hun meer informatie geven en manieren bieden om in contact te komen met het merk. Je klant kan bijvoorbeeld een brochure op een bepaalde plek scannen om een video te bekijken waarin je meer informatie krijgt. Zo krijgt een wat statische tekst op de brochure een dynamisch element.
Binnen de auto-industrie hebben Hyundai en Mercedes beide AR-toepassingen ingevoerd. Hyundai was de eerste die een uitgebreide handleiding voor chauffeurs maakte en Mercedes heeft dit concept nog een stap verder gebracht. Mercedes-eigenaren hebben toegang tot een functie genaamd 'Ask Mercedes', die een AI-assistent koppelt aan een Augmented Reality-interface om een groot aantal mogelijke vragen te beantwoorden.
Je kan met AR dus dynamische en virtuele elementen toevoegen waarmee je de interactie en betrokkenheid met je bedrijf en merk vergroot.
De eerste tips zijn vooral gericht op de verkoop en presentatie van je product of merk met behulp van AR. Maar je kunt Augmented Reality ook gebruiken om meer aandacht voor je merk te generen. Het creëren van een nieuwe, onverwachte of leuke AR-ervaring kan een interessante buzz rondom je merk geven. AR is voor veel mensen relatief nieuw. Wat betekent dat een goed ontworpen AR-experience je klanten een heel bijzondere ervaring kan geven. En we praten graag met anderen over bijzondere ervaringen.
Een perfect voorbeeld van het gebruik van Augmented Reality om buzz te creëren, is de Pepsi-campagne bij een busstation in Londen. Pepsi gaf gebruikers toegang tot een virtueel AR-venster naast de muur van het busstation. Gebruikers werden getrakteerd op de aanblik van een plunderende tijger, UFO's en loslopende robots in het AR-vista. Door de verveling van het wachten op een bus met een augmented reality-ervaring weg te nemen, slaagde Pepsi erin om discussie op gang te brengen en hun merk te versterken.
Deze actie van Pepsi is dan wel bijzonder, maar ook aan de prijzige kant. Toch zijn er ook mogelijkheden wanneer je geen grote budgetten hebt. Zo creëerde Chanel voor de feestdagen een kleine AR experience met een virtuele glazen sneeuwbal. En ontwikkelde Dior een speciale make-up filter om online extra te kunnen schitteren.
We kunnen met Augmented Reality steeds betekenisvollere digitale ervaringen bieden, waarbij we de online en offline wereld kunnen verbinden. Dat geeft enorm veel nieuwe mogelijkheden voor uitbreiding op je marketingstrategie. Door dit soort ervaringen met AR mee te nemen in je merkstrategie, kun je op een bijzondere manier je naamsbekendheid vergroten. Zeker weten dat mensen hierover gaan praten.