Meest recente berichten

Contentmarketing

12 tips en tools voor de thuiswerkende marketeer

Niet iedereen zit in dezelfde situatie en niet elke situatie is even toereikend om in te werken. Dat maakt de belastbaarheid en mogelijkheden van mensen anders nu ze vanuit thuis werken. Hoe houd je contact en verbinding met elkaar? Deze verandering heeft impact op je werk en je taken, maar ook op de sociale kanten van het werk.

Zo houd je focus en structuur

Als het gaat om doelen en prioriteiten, kan het zo zijn dat het een en ander verschuift in je werkzaamheden. Dit kan komen door je privésituatie, maar ook doordat de werksituatie zo verandert. Agenda’s zien er anders uit, sommige mensen hebben het drukker of juist veel rustiger. Vergaderingen worden verplaatst naar online ontmoetingen en duren misschien ook korter. Wellicht vallen er opdrachten weg, waardoor je meer ruimte overhoudt. Dit zijn goede momenten om (opnieuw) naar je doelen en plannen te kijken. Maar ook naar de manier hoe je als persoon en als team je werk inricht. De volgende online projectmanagementtools kunnen jou en je team daarbij helpen.

Jira

Jira is onze favoriet bij Coosto. Deze tool is eigenlijk ontwikkeld voor software-teams die agile werken. Je kunt sprints inplannen, roadmaps maken, de werkdruk verdelen en bepaalde taken prioriteit geven. Het marketingteam van Coosto gebuikt het om de maandelijkse projecten te plannen en vertaalt dit naar weekdoelen. We starten maandagochtend altijd gezamenlijk de week. Dit doen we nu online, vanuit thuis. Maar onze gezamenlijke routine proberen we te behouden. Dat geeft structuur.

Wunderlist (binnenkort Microsoft To Do)

Ik ben zelf fan van to do lijstjes en daar werkt Wunderlist perfect voor. Je kunt allerlei categorieën en subtaken aanmaken in verschillende kleuren en markeringen. En zeg nou zelf: steeds een taak wegstrepen, werkt toch ook gewoon heerlijk?

Trello

Trello zit een beetje tussen Jira en Wunderlist in. Je kunt er projecten in aanmaken en het werkproces van je team in de gaten houden. Het werkt tegelijkertijd ook als een soort to-do-list op basis van sticky-notes. And who doesn’t love sticky-notes.

Airtable

Excelfanaten, meet Airtable: “Part spreadsheet, part database, and entirely flexible”. Met deze tool houd je gemakkelijk overzicht in je werk op een spreadsheet manier. Maar dan met leuke templates en klikbare blokken. Een duidelijk planning en structuur is voor zowel jezelf als voor een team belangrijk. Zeker als je elkaar weinig ziet, kan het helpen om gezamenlijk ergens naartoe te werken zodat je gefocust blijft.

tips-thuiswerken

Zo werk je prettig samen

Onderschat de waarde van een goed ingericht intranet niet. Voor degenen die hier al eerder veel tijd in hebben gestoken: now you know it pays off. Niets is zo vervelend als met het hele bedrijf alleen dezelfde online gedeelde mappen tot je beschikking te hebben. En dan te zoeken naar een bestand met als titel: 'final-final.pdf of 'versie_5_DEFINITIEF.docx'. Mocht je niet de luxe hebben van een fijn en overzichtelijk ingericht intranet, dan zijn er allerlei tools die je in ieder geval de mogelijkheid bieden om online goed samen te werken.

G Suite

In G Suite heb je alles in één. In Google Drive sla je al bestanden op én je kiest zelf met wie je ze wilt delen. Daarnaast werk je gemakkelijk samen in documenten zoals tekstdocumenten, spreadsheets en presentaties. Ook bevat het e-mail en een agenda.

Microsoft Teams

Microsoft Teams is eigenlijk een online projectruimte. Je kunt er gemakkelijk vergaderen (door middel van video en chat) en bestanden delen. Wat ook erg handig is, is dat je externen kunt toevoegen aan je Team.

Coosto

In de contentkalender van Coosto plan je gemakkelijk al je social media berichten vooruit. Zo behoud je overzicht en structuur. Werken op afstand is supersimpel, doordat je jouw posts online kunt laten checken en er samen aan kunt werken. Met Coosto kun je trouwens ook binnenkomende berichten afhandelen als team. Zo werk je als team aan betere social media prestaties, ook vanuit thuis.

Miro

Miro is handig voor productontwikkelaars en UX-designers. Je werkt gezamenlijk op één groot creatief whiteboard dat je kunt blijven uitzoomen. Je kunt er allerlei bestanden in delen. Ook kun je gezamenlijk videobellen.

coosto-thuis

Zo zie je elkaar nog eens

Hoe ga je ervoor zorgen dat je elkaar regelmatig ziet? Zowel op sociaal als op professioneel vlak is dat belangrijk. Elkaar zien kan op allerlei manieren: een wekelijkse call, een videoboodschap, een dagelijkse team check-in, een virtueel koffie-momentje of de online vrijdagmiddagborrel. Maak afspraken over hoe je gaat communiceren. Spreken jullie elkaar elke week? Chat of mail je elkaar? Door hier van tevoren afspraken over te maken, zorg je ervoor dat er geen complete werk-chaos ontstaat. Tools die daarbij kunnen helpen zijn:

Google Hangouts

Met Google Hangouts kun je gemakkelijk chatten en videobellen. Ook met meerdere personen bij elkaar in een groep. Handig om snel zaken af te stemmen. In Hangouts heb je daarnaast ook nog de mogelijkheid om je computerscherm online te delen in een video-call.

Whereby

Eenvoudiger een online meeting inplannen gaat bijna niet: met Whereby stap je direct je online vergaderruimte in. Je hebt geen login of app nodig, maar maakt direct een link naar je vergadering aan in je browser. Het is ook nog eens gratis tot 4 personen. Superhandig!

Zoom

De echte professionals en intensieve gebruikers vergaderen via Zoom. De tool focust echt op business. Je kan gemakkelijk met grote groepen vergaderen en de tool heeft uitstekende video- en audiofunctionaliteiten.

Houseparty

Met deze app kun je gemakkelijk in groepsverband videobellen. Dit kan met maximaal 8 personen tegelijkertijd. De app is heel simpel in gebruik, maar meer geschikt voor de VRIJMIBO of de virtuele kop koffie dan voor een serieuze vergadering.

Het ziet er naar uit dat we nog eventjes vanuit ons thuiskantoor aan de slag mogen. Hopelijk helpen deze tipjes en tools je op weg!

Contentmarketing

Hoe introduceer je succesvol een nieuw product?

We gaan terug naar een succesvolle productlancering in het jaar 1963: het jaar waarin de nieuwe sneaker Adidas Stan Smith (toen nog ‘Halliet’ genoemd) werd geïntroduceerd. Een sneaker die in 2012 het levenslicht niet meer mocht zien: Adidas haalde het product uit de schappen omdat de verkoop al jaren tegenviel. Anno 2018 gaat er geen dag voorbij of ik kom een aantal Stan Smiths tegen op straat. Wat er gebeurde in de periode tussen 2012 en 2018? Adidas kwam met een agressieve social media campagne op de proppen, getarget op celebrities zoals Ellen Degeneres. Deze A-sterren kregen de schoenen met hun eigen portret op de tong van de schoen. Vanaf dat moment werd de schoen ongekend populair, en tot op de dag van vandaag zijn we besmet met dit virus. Hoe kan het dat een voorheen impopulaire sneaker ineens onderdeel uitmaakt van het straatbeeld? Hoe ontstaat zo’n sociale epidemie waar we ons aan lijken te onderwerpen?

Vragen waar het boek ‘The Tipping Point’ van Malcolm Gladwell antwoord op geeft. Het moment waarop een verschijnsel een zogenaamd ‘Tipping Point’ bereikt, is het kritische moment waarop een doorbraak kan plaatsvinden. Dat kritische moment voor de Stan Smith’s van Adidas komen ook in trendlijnen duidelijk naar voren:

Succesvolle productlancering van Adidas

Ook in de online berichtgeving rondom Stan Smith’s is een soortgelijke stijging waar te nemen:

Voorbeeld viral product Stan Smith

Malcolm Gladwell maakt onderscheid in drie factoren die ervoor zorgen dat een verschijnsel het zogenaamde ‘Tipping Point’ bereikt:

1. Law of the few

Gladwell begint zijn theorie met de ‘law of the few’. Het succes van elk soort sociale epidemie is sterk afhankelijk van de betrokkenheid van mensen met bepaalde specifieke social skills. Hij onderscheidt drie verschillende profielen:

Connectors

Connectors zijn personen die je verbinden met nieuwe mensen in hun netwerk. Het zijn het soort mensen die bepaalde boodschappen ver kunnen verspreiden. We scharen iemand onder een Connector als diegene veel mensen kent. Van die types die iedereen lijkt te kennen. In het geval van de Adidas Stan Smith’s waren de bekende sterren echte Connectors. We kunnen echter ook op kleine schaal Connectors terugvinden. In een onderzoek van Gladwell komt naar voren dat er in allerlei soorten bevolkingsgroepen mensen zijn wiens sociale cirkel vier of vijf keer zo groot is als die van de rest. Connectors zijn nieuwsgierig, zelfverzekerd, sociaal en energiek. Ze hebben een sleutelpositie om ervoor te zorgen dat een boodschap, product of dienst doorbreekt.

Toch zijn Connectors niet degenen die dergelijke boodschappen, producten of diensten zelf ontdekken. Daar waar Connectors ons verbinden met andere mensen, zijn het de Mavens die ons verbinden met nieuwe informatie.

Mavens

Een profiel van een Maven is het beste te illustreren met een voorbeeld. Neem een supermarkt. Als een supermarkt meer wil verkopen, plakken ze bijvoorbeeld een promotiesticker op een product, met zoiets erop als “Elke dag de laagste prijs”. De prijs blijft echter hetzelfde. Mogelijk resultaat: de verkoop van het product stijgt, alsof het product daadwerkelijk in prijs is verlaagd. Dat is nogal wat. Als namelijk blijkt dat we in staat zijn meer te kopen terwijl de prijs níet omlaag gaat, wie of wat houdt supermarkten dan tegen dit trucje te blijven herhalen?

Het antwoord: de Maven.

Dit is namelijk het type persoon dat specifieke prijzen in de gaten houdt. Het is het type dat jou adviseert om wasmiddel in het weekend te kopen, omdat er hoogstwaarschijnlijk een aanbieding aan zit te komen. Als deze relatief kleine groep mensen iets zou vinden wat niet klopt – een promotie die eigenlijk geen promotie is -, dan gaan ze er iets tegen doen. Klagen bij het management van de supermarkt bijvoorbeeld, of het inlichten van vrienden en kennissen. Retailers weten van het bestaan van de Mavens. Het zijn daarom ook de Mavens die supermarkten (en niet alleen supermarkten) eerlijk houden.

"Wat Mavens zo bijzonder maakt, is dat ze méér zijn dan alleen passieve verzamelaars van informatie."

Wat Mavens zo bijzonder maakt, is dat ze méér zijn dan alleen passieve verzamelaars van informatie. Zodra ze iets hebben ontdekt, willen ze jou erover vertellen. Niet alleen omdat ze zo gepassioneerd zijn over het onderwerp, maar omdat ze je willen helpen met je beslissing. Ze willen je adviseren en zijn daarom sociaal gemotiveerd. Om die reden hebben Mavens de kwaliteiten om ervoor te zorgen dat informatie een Tipping Point bereikt.

Salesmen

Mavens zijn echter geen verleiders of overtuigers. Ze willen je slechts iets leren en helpen, het zijn de dataverschaffers. De Connectors zijn de sociale lijm die de data verspreidt. Soms moeten mensen echter nog overtuigd worden voordat ze tot actie overgaan, en dat is waar de Salesmen om de hoek komen kijken. Salesmen zijn de personen die de kwaliteiten hebben om mensen te verleiden of overtuigen.

Een belangrijk kenmerk van Salesmen is dat ze in staat zijn om gesprekken naar hun hand te zetten: ze bepalen de manier waarop interactie plaatsvindt. Daarnaast spelen emoties een grote rol. Normaal gesproken werken emoties van binnen naar buiten. Als ik me bijvoorbeeld goed voel, zie je me lachen. Zit ik minder lekker in mijn vel, dan zie je me fronsen. Het tegenovergestelde is echter ook mogelijk, ook wel emotional contagiongenoemd. Als ik iemand anders kan laten lachen, dan kan ik diegene ook goed laten voelen. Salesmen beschikken over deze eigenschap, en hebben daardoor een enorme invloed op anderen. Essentieel om tot een doorbraak te komen.

2. The stickiness factor

Als marketeers zijn we vaak veel tijd kwijt met bedenken hoe we zoveel mogelijk mensen kunnen bereiken met onze boodschap. Het moeilijkste is om uit te zoeken hoe je ervoor kunt zorgen dat een boodschap niet het ene oor in gaat, en het andere weer uit. Dat is kortgezegd waar de Stickiness Factor om draait. Een boodschap moet blijven ‘plakken’, het moet in je hoofd blijven zitten wil je het Tipping Point bereiken.

"De grootste uitdaging voor marketeers is om uit te zoeken hoe je ervoor kunt zorgen dat een boodschap niet het ene oor in gaat, en het andere weer uit."

Hoewel we als marketeers dol zijn op best practices en concrete tips, bestaat er voor The Stickiness Factor geen formule. Malcolm Gladwell benadrukt in zijn boek dat het vaak zit in de details. Hij gebruikt daarbij het voorbeeld van Sesamstraat. De producers van Sesamstraat kwamen erachter dat kleine, maar cruciale aanpassingen in het programma ervoor zorgden dat het programma bleef plakken bij de jonge kijkers. Het bleek bijvoorbeeld succesvol om fantasie en realiteit samen te voegen. Een inzicht dat vandaag de dag terug te zien is bij Sesamstraat: zowel meneer Aart (realiteit) als Pino (fantasie) komen terug in het programma.

3. The power of context

Mensen zijn extreem gevoelig voor de context van de boodschap. Om die reden is het belangrijk oog te hebben voor de omstandigheden en situaties waarin je een sociale epidemie wilt laten ontstaan. Dat begint bij het aanpakken van details die mede de context bepalen.  

In zijn boek noemt Gladwell het voorbeeld van metro’s in New York in de jaren 80.  Stations waren smerig, de metro’s waren beklad met graffiti en de criminaliteit was hoog. Tót het moment kwam waarop er een nieuwe manager werd aangesteld. Hij gaf de opdracht om de metro’s en de stations één voor één schoon te maken. Het resultaat: de criminaliteit nam af. Waarom? De context veranderde. Door de metro’s en stations schoon te maken (en te houden), werd er een omgeving gecreëerd die een stuk veiliger oogde. En daardoor dus veiliger wérd. Een voorbeeld dat laat zien hoe gevoelig we zijn voor de omgeving waarin we ons bevinden. Besteed daarom aandacht aan de context van het idee, product of dienst dat je gaat lanceren om ervoor te zorgen dat het een Tipping Point bereikt.

Zo breekt jouw boodschap of product door

Om ervoor te zorgen dat jouw boodschap of product doorbreekt als sociale epidemie, is het belangrijk om de drie factoren van Malcolm Gladwell te begrijpen. Probeer in eerste instantie het publiek te ‘infecteren’ met je boodschap, dankzij de invloed van mensen die over de juiste set aan social skillsbeschikken. Besteed daarnaast aandacht aan de boodschap zélf. Die moet zodanig memorabel zijn, dat het in iemands hoofd blijft zitten. Als laatste is het belangrijk om oog te houden voor de context. Kleine veranderingen kunnen nét dat zetje geven dat ervoor zorgt dat jouw boodschap het kritische moment van een doorbraak bereikt. Blijf echter ook aandacht houden voor de basis van jouw product of dienst.

Een Tipping Point begint namelijk bij het op papier zetten van een helder en onderscheidend merkverhaal.

Content analytics
Content optimalisatie

Hoe haal je met CRO meer resultaat uit je websiteverkeer?

Het internet staat al bomvol met tips voor meer websitebezoekers. Laten we daarom vooral een andere invalshoek belichten. Ik wil het met je gaan hebben over conversion rate optimization, ofwel CRO.

Wat is CRO?

Om CRO uit te leggen, maak ik graag de vergelijking met een voetbalteam. Als je als team meer doelpunten wilt maken, kun je twee dingen doen: 1. Meer kansen creëren, of 2. Meer uit je bestaande kansen halen. CRO is simpel gezegd het tweede: je vergroot je resultaat (ofwel: conversies) uit je bestaande websiteverkeer.

tabel-cro

De tabel hierboven laat zien hoe snel je met CRO stappen kan zetten om het uiteindelijke resultaat explosief te laten groeien. Als je ervoor kunt zorgen dat 2% in plaats van 1% van je websitebezoekers converteert, levert je dat uiteindelijk dubbel zoveel conversies op.

Voor hetzelfde effect met enkel het vergroten van websiteverkeer, zijn maar liefst 10.000(!) extra websitebezoekers nodig. Dat vraagt vaak veel meer werk (en geld) dan optimalisaties op je website die voor een hoger conversiepercentage zorgen.

cro-booking

Booking.com experimenteert continu en gebruikt op haar website veel bewezen triggers om meer boekingen binnen te halen. 

Bedrijven als Amazon en Booking.com zweren daarom bij CRO en leunen er zwaar op voor hun jaarlijkse omzetstijging. In veel gevallen is CRO interessanter dan adverteren voor meer websiteverkeer. Dat heeft twee redenen:

a. Geen eenmalige impuls

Stel, je houdt je niet bezig met CRO en focust puur op het aantal websitebezoekers om je conversies te vergroten. Je ontkomt er dan bijna niet aan om naar betaalde advertentiemogelijkheden te grijpen.

Naast de kosten die daarbij komen kijken, is er nog een groot nadeel. Het verkeer dat je genereert met advertenties is namelijk eenmalig. Vanaf het moment dat je stopt met de geldstroom, daalt het aantal websitebezoekers (en dus het aantal conversies) weer.

CRO is veel duurzamer. Website-aanpassingen die ervoor zorgen dat een hoger percentage converteert, werken voor alle bezoekers die daarna op je website komen.

b. Geen financiële consequenties

We weten allemaal dat het binnen een organisatie lastiger is om meer out-of-pocket budget vrij te krijgen dan meer beschikbare uren voor een (nieuw) project te krijgen. Adverteren betekent een forse financiële investering. De enige investering die CRO vraagt is wat tijd om te leren en ruimte om fouten te mogen maken.

Hoe pak je dat aan? Volg deze 3 stappen.

Stap 1. Ga je conversies meten

Voordat je conversies gaat meten, moet je ze eerst vaststellen: wat zijn de doelen van je website? Bedenk wat mensen op jouw website in een ideaal scenario doen. Wil je dat ze specifieke pagina’s bezoeken, content downloaden, een formulier invullen of een uiteindelijke aankoop doen?

Het kan allemaal, zolang je maar weet wat voor jou belangrijk is en hoe je doelstellingen zich tot elkaar verhouden. Er wordt daarbij onderscheid gemaakt tussen zachte conversies (of: microconversies) en harde conversies (of: macroconversies).

Harde conversies vs. zachte conversies

Harde conversies leiden direct tot bedrijfsresultaat. Zachte conversies leveren niet direct omzet op, maar kunnen uiteindelijk wel tot een harde conversie leiden. Zie het als een soort tussenstap. De drempel voor een zachte conversie is lager, waardoor je meer websitebezoekers zover kunt krijgen ‘iets’ met je website te doen.

Voorbeeld webshop
Zachte conversie: inschrijven voor de nieuwsbrief of items in winkelmand plaatsen
Harde conversie: afrekenen van items

Voorbeeld consultancybureau
Zachte conversie: whitepaper downloaden over de visie en werkwijze van het bureau
Harde conversie: introductiegesprek aanvragen

Als je doelstellingen helder zijn, zorg je dat alles goed staat in Google Analytics. Hoe je dat doet kun je hier vinden. Bepaal met behulp van je huidige conversieratio’s hoeveel het behalen van een doel in euro’s waard is en verwerk dit. Zo kun je gaan berekenen welke pagina’s prioriteit moeten krijgen in je CRO-taken.

Stap 2. Volg het gedrag van je bezoekers
Wanneer je de doelen hebt bepaald en ze in Analytics zijn ingesteld, kunnen we starten. Het is belangrijk dat je de bezoekers van je website leert kennen. Dit doe je simpelweg door het gedrag te analyseren.

1.1 Analytics
Hier bestudeer je gedrag aan de hand van de basics. Welke pagina’s doorlopen bezoekers, hoelang blijven ze op de pagina’s, zit er veel verschil tussen mobile en desktop of converteren ze überhaupt wel?

Tip: Zie je dat het gedrag van je bezoekers haaks staat op wat je voor ogen hebt? Ga dan wat dieper op je data in en kijk of er grote verschillen zit tussen je bronnen of kanalen. Over het algemeen zal verkeer via display-ads bijvoorbeeld sneller afhaken dan verkeer via zoekmachines.

1.2 Hotjar
Heb je analytics zo’n beetje uitgespeeld? Ga dan eens aan de slag met een tool als Hotjar. Met behulp van mouse tracking en heatmaps zie je hoe je verkeer zich door je website heen klikt. Vallen er zaken op? Gaat er wellicht toch net iets te veel aandacht naar een afbeelding die juist ondersteunend hoort te zijn? Zien mensen bepaalde vlakken aan voor knoppen? Je aannames worden al vrij snel op de proef gesteld door live resultaten.

interface-hotjar

Interface van Hotjar

Stap 3. Test je hypotheses
Uit je analyses kun je hypotheses destilleren. Vermoed je naar aanleiding van de resultaten bijvoorbeeld dat de kleur van bepaalde buttons, de stijl van bepaalde teksten of de indeling van een webpagina beter kan?

Zet ze op een lijstje, want dan kun je gaan testen. Meestal volstaan de gratis varianten van tools als Google Optimize prima. Hiervoor heb je ook geen uitgebreide CSS- of HTML-kennis nodig, dus ideaal om te starten.

Begin met je gemakkelijkste test, bijvoorbeeld het veranderen van een pay-off op een pagina of het vervangen van een (product)afbeelding. We noemen dit een A/B-test. Dit houdt in dat je een tweede variant op je originele pagina maakt. Google Optimize zorgt ervoor dat 50% van je verkeer variant A (de oude situatie) ziet en de andere 50% variant B (waarop de testsituatie zichtbaar is).

AB-test-coosto


Een van onze eigen recente A/B-tests, waarmee we hebben getest welke button-tekst het best presteerde. 

De tool houdt vervolgens de conversiepercentages van beide varianten bij, zodat je kunt gaan meten wat het best werkt. De testresultaten zijn direct zichtbaar, én de tool geeft aan wanneer de pagina’s voldoende verkeer hebben gehad om betrouwbare en valide resultaten te tonen.

Zijn je testresultaten positief, dan ga je het doorvoeren op je website. Zijn je testresultaten negatief, dan verander je niets en ga je verder met je volgende experiment. Zo simpel is het. Niet meer niets minder.

google-optimize-interface

Interface van Google Optimize

Wat ga jij doen?

Een jaar geleden las ik een artikel van Growth Tribe waarin stond dat de verhouding tussen advertising en CRO-budgetten 10:1 is. Voor iedere 10 euro in advertising geven we dus 1 euro aan CRO uit.

Wat ga jij doen na het lezen van dit stuk? Blijf je investeren in eenmalige advertising, ga je alleen de bovenkant van je trechter vullen met nieuw verkeer? Of reserveer je een deel van dit budget voor experimenteren, leren en optimaliseren? 

Contentmarketing

Hoe het YouTube algoritme werkt + 7 tips die de aandacht vergroten voor jouw videocontent

YouTube bepaalt wat je te zien krijgt

Wist je dat de meeste bezoeken op YouTube plaatsvinden als gevolg van aanbevelingen van YouTube zelf? Net als Netflix maakt YouTube gebruik van Artificial Intelligence (AI) om de 'beste' video's voor kijkers te bepalen (of in ieder geval de persoon wiens account momenteel is ingelogd).

Neal Mohan, Chief Product Officer van YouTube, gaf tijdens de CES (International Consumer Electronics Show) van 2018 toe dat meer dan 70 procent van de video's die je op YouTube bekijkt, te wijten zijn aan suggesties van één van de AI-gedreven aanbevelingen.

YouTube heeft twee hoofddoelen:

1. Kijkers helpen bij het vinden van de video’s die ze willen zien.

2. De interactie en voldoening van kijkers op de lange termijn zo hoog mogelijk houden.

Hoe het YouTube-algoritme werkt

Zoals bij elk social media platform, is de meeste informatie over het algoritme ook bij YouTube geheim. YouTube heeft hier maar beperkt informatie over vrijgegeven. Ze publiceerden in 2016 wel een whitepaper (Deep Neural Networks for YouTube Recommendations) waarin ze het een en ander over hun AI uitleggen.

We weten uit het whitepaper dat de AI gebruikt wordt om de tevredenheid van kijkers bij te houden. Het doel is om een ​​verslavende, gepersonaliseerde stroom van aanbevelingen te creëren. De AI leert te achterhalen hoe blij een kijker is met elke video die hij afspeelt, en past vervolgens de toekomstige aanbevelingen aan om te proberen het huidige niveau van tevredenheid te vergroten en te overtreffen.

Om dit voor elkaar te krijgen, maakt YouTube gebruik van twee neurale netwerken: De eerste filtert de video's om te bepalen welke content aan te bevelen als ‘Next Up’-video. Dit doet het netwerk door een label aan de content te geven en het in categorieën in te delen. Het tweede neurale netwerk geeft elke video een score op basis van een reeks factoren. Het algoritme lijkt rekening te houden met hoe nieuw een video is, en de frequentie van uploads op het kanaal dat de video heeft geplaatst.

Het algoritme is overigens geen beoordelaar van films. Het is niet ontworpen om te bepalen hoe ‘goed’ een video is. Het is bedoeld om voorstellen te doen in video's die de specifieke kijker zou willen bekijken.

Andere factoren die het YouTube-algoritme beïnvloeden

Het algoritme verandert continue en die verandering uit zich in hoe zwaar een bepaalde factor binnen het algoritme weegt. De volgende 5 factoren zijn volgens YouTube van invloed op de video’s die het algoritme voor je kiest.

1. Het type content dat een kijker regelmatig bekijkt (en de typen die hij of zij bijna nooit bekijkt). Wanneer je bijvoorbeeld 95% van je YouTube-tijd besteedt aan het bekijken van muziekvideo's, zal het algoritme je voornamelijk andere muziekvideo’s aanbieden.

2. Deze splitsen we in twee categorieën:
De tijd die mensen nemen om een bepaalde video te bekijken. Word je video tot het einde bekeken of haakt je publiek al na een paar seconden af?
De sessietijd, dus hoe lang zijn mensen daadwerkelijk op YouTube?

3. De snelheid waarmee een video populair wordt (of juist niet). Er is waarschijnlijk wel wat speelruimte voor wanneer een video voor het eerst wordt geüpload. Zo krijgt hij de tijd om een reputatie op te bouwen.

4. De frequentie in hoe vaak een kanaal een nieuwe video maakt en upload.

5. Betrokkenheid en interactie, dus: likes, dislikes, shares, aantal reacties.

Hoe kun je de aandacht van jouw kijkers langer vasthouden op YouTube?

Met de volgende tips kun je inspelen op de factoren die invloed hebben op het algoritme:

1. Maak gebruik van een video-format dat jouw publiek gaat herkennen en upload regelmatig video’s. Ook bij YouTube geldt: consistentie en herkenbaarheid is en blijft belangrijk.

2. Maak een aantrekkelijke beschrijving voor je video. Hoe aantrekkelijker de beschrijving, hoe eerder erop geklikt wordt. Gebruik nauwkeurige en geschikte keywords in de titel van je video en in andere metadata. Probeer de beschrijving aan te laten sluiten bij je zoekwoorden en de gegevens die je bij de metadata hebt ingevuld. Op die manier wordt de video beter gevonden én wordt er sneller op geklikt.

3. Zorg ervoor dat je video ondertiteld is. Nogal wat mensen kijken naar YouTube in vanuit een situatie waarin ze geen geluid kunnen afspelen.Je wil ervoor zorgen dat mensen zo lang mogelijk blijven kijken en geen reden hebben om af te haken.

4. Maak aangepaste miniaturen (check of je video editing app deze optie heeft).Een verrassend groot aantal kijkers kiest een video simpelweg vanwege een interessant uitziend miniatuurbeeld.

5. Probeer een video te maken die interessant genoeg is om kijkers tot het einde toe vast te houden. Je wil ook een call-to-action aan het einde van je video's opnemen om de kijkers naar een van je andere video's te leiden.

6. Voeg in elke video een sectie toe waarin je jouw kijkers aanmoedigt om zich op je kanaal te abonneren. Hoe meer abonnees je hebt, hoe meer organische kijkers je zou moeten hebben voor je video's. Abonnees die meldingen toestaan, ontvangen ook een melding wanneer je een nieuwe video uploadt.

7. Deel je video zo veel mogelijk. Promoot je YouTube-video's bij elke gelegenheid. Check hiervoor op welke tijden je het beste kunt posten. Vergeet daarnaast niet dat je crosspromotie kunt maken tussen je sociale platforms. Dus, als je bijvoorbeeld video's op YouTube hebt, promoot ze dan ook bijvoorbeeld via Facebook en Instagram.

Hopelijk heb je hiermee een beter beeld gekregen van het YouTube-algoritme en lukt het je om met deze tips de aandacht van de kijker zo lang mogelijk vast te houden. Wil je meer tips op gebied van social media? Bekijk ons whitepaper met 50 social media tips & tricks!

PR & Communicatie

Wat is reputatiemanagement en hoe pak je het aan?

‘Reputatie’ is een term zoals vertrouwen, respect of verantwoordelijkheid. Iedereen heeft er wel gevoel en beeld bij, maar uitleggen wat het precies is, wordt een stuk lastiger. Toch is het voor de werkbaarheid belangrijk om tot een vaste definitie van reputatiemanagement te komen. Zo zorg je ervoor dat je de juiste verwachtingen schept van de (on)mogelijkheden van reputatiemanagement voor je organisatie.

Wat is het verschil tussen identiteit, imago en reputatie?

Reputatie is een begrip dat vaak in verband wordt gebracht met woorden als identiteit en imago. Wat zijn precies de verschillen? Er zijn geen universeel gedragen betekenissen, maar wij hanteren deze definities:

Identiteit of Corporate identity is te omschrijven als jouw persoonlijkheid als organisatie. Het behelst alles wat jouw organisatie is. Waar sta je voor, wat is je visie? Wat zijn je normen en waarden en hoe ziet je bedrijfscultuur eruit? De identiteit van een organisatie kan worden verdeeld in 3 instrumenten:

    1. Gedrag (het gedrag van je organisatie en je medewerkers)
    2. Communicatie (alles wat je vertelt over je organisatie);
    3. Symbolen (alles wat je organisatie visueel uitstraalt)

Imago of Corporate image is de perceptie van die identiteit door je stakeholders. Het is het resultaat van alles wat je doet, vertelt en uitstraalt óf wat de stakeholders daarover horen van anderen. Ziet men je bijvoorbeeld als een vooruitstrevend bedrijf? Formeel? Modern? Word je gezien als luxemerk? Vrouwelijk? Dit soort merkassociaties vormen samen het imago van je organisatie.

Reputatie lijkt sterk op imago, maar er is een belangrijk verschil. Reputatie is niet het beeld, maar het oordeel dat stakeholders hebben over je organisatie. Sta je bij hen bekend als een organisatie die geweldige producten biedt? Die slecht voor haar medewerkers zorgt? Of die tekortschiet in de levering? De manier waarop mensen je organisatie beoordelen, hoeft niet altijd gebaseerd te zijn op feitelijke ervaringen. Vaak gaat het ook over wat ze over je merk (online) hebben gehoord of gelezen.

Identiteit: kledingmerk X is een merk dat zich presenteert als merk voor jonge mannen.

Imago: kledingmerk X wordt gezien als merk voor oudere mannen.

Reputatie: mensen zijn heel positief over merk X. Ze hebben gelezen dat de productkwaliteit uitstekend is.

Wat houdt online reputatiemanagement in?

In de praktijk komt je reputatie nooit helemaal overeen met wie jij bent en hoe je graag gezien wilt worden. De manier waarop stakeholders oordelen over je organisatie is namelijk subjectief, afhankelijk van ervaringen en verschillend per doelgroep (of zelfs per individu). Het is wél mogelijk om er invloed op uit te oefenen. Dat doe je met reputatiemanagement. Reputatiemanagement omvat alle activiteiten die je als organisatie onderneemt om het oordeel van je stakeholders te verbeteren. Zo zorg je ervoor dat ze jouw organisatie gaan zien op de manier die jij voor ogen hebt.

Online reputatiemanagement is de belangrijkste vorm van reputatiemanagement, omdat reputaties voor het overgrote deel online worden beïnvloed. Door social media kan een enkele klacht of compliment breed uitgemeten worden en daardoor vrijwel direct een grote impact hebben op je reputatie. Die werking kan nog lang merkbaar zijn, omdat online berichten – anders dan gesprekken die mensen bij de bakker om de hoek voeren – zwart-op-wit staan en terug te vinden blijven. De reputaties van bedrijven zijn daardoor veel veranderlijker geworden.

Wat is reputatiemanagement en hoe pak je het aan?
Een slechte recensie uit 2009 is anno 2017 nog gewoon terug te vinden op internet. Zelfs als de zaak inmiddels sterk verbeterd is, blijft het invloed uitoefenen op de reputatie van het restaurant.

De fases van online reputatiemanagement

Online reputatiemanagement is dus de meest effectieve manier om je reputatie te verbeteren. Maar hoe pak je dat aan? Goed online reputatiemanagement volgt doorgaans deze drie fases:

1. Monitoren

Online reputatiemanagement begint bij een goede kennis van wat er speelt binnen en rond je organisatie: je gaat monitoren. Dat kan iets acuuts zijn als een negatief Facebookbericht waar je direct actie op moet ondernemen. Maar het kan ook een trend zijn in de markt waar je als organisatie op kunt inspelen. De allereerste zorg is om er hoe dan ook van op de hoogte te zijn. Pas dan krijg je controle over de situatie en kun je bewust besluiten om er iets mee te doen. Je krijgt zo de controle over je reputatie en wordt niet langer geleefd door situaties die al zo ver zijn ontwikkeld dat je er geen invloed meer op hebt.

waarom heeft Unox de jachtsoep in blik niet meer in het assortiment? Is op zich niet erg, maar mag ik dan het recept?

— ♪♫♥ Joyce ♥♫♪ (@Desi_Arnhem) 24 januari 2014

Een voorbeeld van een bericht dat niet aan een merk gericht is, maar wel over een merk gaat. Door online monitoring vind je ook deze berichten terug.

2. Sturen en adviseren

De tweede fase is sturen en adviseren. De opgedane kennis en inzichten uit monitoring, vertaal je naar acties. De inhoud van die acties varieert sterk. Het kan gaan om een eenvoudige reactie op een berichtje, maar ook een veranderende focus in je communicatiebeleid. Het kan zelfs, zoals in het voorbeeld van Yoghurt Barn hieronder, marktbeslissingen beïnvloeden. Als uit monitoring blijkt dat mensen volop vragen om nieuwe producten of vestigingen, is dat belangrijke input voor je directie. Door vervolgens tegemoet te komen aan die wensen, laat je zien dat je luistert naar je klanten en verbeter je je reputatie.

3. Meten

Je eindigt je online reputatiemanagement altijd met meten. Zo kom je erachter wat het effect is van de acties die je in fase 2 hebt bedacht. Zie je positieve berichten toenemen? Is de online discussie verschoven in de richting die jij voor ogen had? Dan is je missie geslaagd. Als dat niet het geval is, ga je weer monitoren, opnieuw sturen en adviseren. Op die manier blijf je de online reputatiemanagementcyclus doorlopen.

Een voorbeeld dat de werking van deze cyclus goed laat zien, is de KNVB. De voetbalbond verstuurde een grappig bedoelde tweet over een blunder van een voetballer van Harkemase Boys. Doordat de KNVB na de tweet bleef monitoren en meten, kreeg ze in de gaten dat het bericht volledig verkeerd was gevallen. De bond besloot de tweet te verwijderen en excuses te maken en zag vervolgens dat de commotie minder werd.

Sorry, Dennis van @HarkemaseBoys. Dat was niet zo'n handig bericht.

— KNVB (@KNVB) 9 oktober 2017

Door deze fases te blijven doorlopen en in te bedden in je organisatie, blijf je bovenop de ontwikkelingen zitten. Je bent zelf de kapitein op eigen schip en jij bepaalt in welke richting je je reputatie stuurt. Of dat nu bakboord, stuurboord of rechtdoorzee is: Aye aye captain!

Webcare

Wat is het verschil tussen webcare en de klantenservice?

Het verschil tussen reactieve en proactieve webcare 

Wanneer je online zoekt naar voorbeelden van webcare valt op dat vrijwel iedere organisatie een andere invulling geeft aan haar webcare. Sommige organisaties reageren enkel reactief op vragen die direct aan hen gesteld worden middels bijvoorbeeld @-mentions op X. Anderen reageren juist proactief op berichten om zo extra service te verlenen. Deze twee verschillende manieren van webcare zijn aan te duiden als reactieve- en proactieve webcare.

Wat is het verschil tussen webcare en de klantenservice?
Reactieve webcare van ASN Bank
Voorbeeld van reactieve webcare van NS en Efteling
Proactieve webcare van NS en Efteling

Het onderzoeksrapport ‘De stand van webcare' laat zien dat 34% van de organisaties enkel aan reactieve webcare doet. Maar liefst 66% van de organisaties doet aan een vorm van proactieve webcare.

Veel organisaties starten met webcare om directe online vragen vanuit de klant te beantwoorden. Deze vorm van reactieve webcare is een extra servicekanaal voor je klanten. Daarbij laat je aan de wereld zien dat jij vragen op een juiste manier oplost. Met proactieve webcare bied je extra service door ook op vragen, opmerkingen en complimenten te reageren waar de gebruiker niet per se een reactie verwacht. In het onderstaande voorbeeld gebruikt een reiziger van Arriva de hashtag #Arriva, maar benoemt ze niet direct het X-account van Arriva. Door hier als Arriva wél op te reageren, laat de organisatie zien actief te zoeken naar mogelijkheden om reizigers de helpende hand te bieden. Zo creëren ze een positief merkbeeld.

Heel fijn, zo'n strakke dienstregeling.. Trein vertrekt terwijl de verlate bus op het station arriveert.. #Arriva

— Ilse Overmars (@overmari) 13 maart 2017

Het verschil tussen open en gesloten webcare

We maken dus onderscheid tussen proactieve en reactieve webcare, maar er is nog een tweede groot verschil te maken: open en gesloten webcare. Aan de ene kant zijn er berichten die openbaar afgehandeld worden. Hierbij kijkt in wezen de hele wereld mee hoe jij als organisatie al dan niet in staat bent om een vraag te beantwoorden. Deze open webcare heeft twee doelen:

  1. het verbeteren van de merkreputatie van organisaties
  2. het wegnemen van soortgelijke vragen bij andere klanten

Zodra een organisatie namelijk een vraag openbaar beantwoordt, is de kans groot dat andere klanten dit ook zien. Op die manier beantwoord je op voorhand vragen die in de toekomst misschien gesteld zouden worden. Dat bespaart je tijd.

Daarnaast is gesloten webcare een tweede type webcare waar organisaties in bepaalde situaties voor kiezen. Gesloten webcare speelt zich juist niet publiekelijk af, maar is een vorm van een-op-een communicatie in messaging apps zoals Facebook Messenger. Organisaties nemen soms zelf het initiatief om via deze weg het contact voort te zetten omdat het gaat om privégegevens of een uitgelopen discussie. Kredietverstrekker Freo is door de wisselwerking van open- en gesloten webcare altijd toegankelijk voor de klant, ook als het om gevoelige onderwerpen gaat.

“Een lening aanvragen is een onderwerp dat de gemiddelde Nederlander niet graag aan de grote klok hangt. Je houdt zoiets het liefst voor jezelf. Soms delen klanten in de oriëntatiefase nog wel berichten in het openbaar, maar hoe dichter ze bij de beslissingsfase komen, hoe meer ze kiezen voor gesloten kanalen. We willen graag zo laagdrempelig mogelijk bereikbaar zijn voor onze klant door alle kanalen aan te bieden. De klant zelf kiest uiteindelijk het kanaal. – Freo

De verschillen tussen webcare en klantenservice

Maar wat zijn dan de verschillen tussen webcare en klantenservice? Dat is eigenlijk vrij simpel: webcare is een uitbreiding van je klantenservice. Je bent dus niet alleen bereikbaar via telefoon, e-mail of post, klanten kunnen je óók online bereiken. Het grote verschil zit ‘m erin dat klantenservice een-op-een contact heeft (een telefoongesprek of mailwisseling), terwijl bij openbare webcare de hele wereld kan meelezen.

Webcare is in principe een keuze: je kiest ervoor om het in te zetten of niet. Maar cijfers liegen niet. In 2013 werd slechts 40% van de @-mentions beantwoord door bedrijven tegenover 58% in 2016. Consumenten krijgen dus steeds vaker een reactie van organisaties, waardoor de verwachting van de consument stijgt. Zodra je hier als organisatie op inspeelt, ziet de hele wereld dit. Zo werk je structureel aan een goede merkreputatie. Laat je jouw consumenten helemaal links liggen op social? Dan is de kans groot dat het een negatief effect heeft.

Webcare biedt echter nog meer kansen. Als organisatie geeft het je de mogelijkheid om met je doelgroep mee te kijken. Welke problemen spelen er? Hoe praat men over je product? Hierdoor ben je in staat om aan proactieve webcare te doen.

Contentmarketing

Hoe krijg je meer interactie op YouTube?

Hoe lang moet de titel van je YouTube video zijn?

YouTube draait puur op video. Maar de manier waarop je jouw video presenteert – met een goede titel en beschrijving bijvoorbeeld – heeft wel degelijk invloed op het succes ervan. Is interactie je doel, zorg er dan voor dat je de video centraal zet en de titel zo kort mogelijk houdt - terwijl die inhoudelijk nog wel de lading dekt. De eerste analyse met de tool van Coosto leert ons namelijk dat korte, krachtige titels tot 40 tekens relatief veel comments opleveren. Misschien wel omdat ze de aandacht niet afleiden van de video zelf. 

Hoe lang moet de titel zijn van je video op Youtube?

Aantal comments per 1000 volgers

De gemiddelde video in onze dataset krijgt ongeveer 10 comments, maar dat aantal verschilt sterk afhankelijk van het aantal volgers. Bovendien zien we bepaalde keuzes (hoofdlettergebruik in titels bijvoorbeeld) relatief vaker bij accounts met veel volgers. We meten daarom telkens het aantal comments per 1000 volgers.

Moet je vragen stellen in je YouTube video?

We zagen eerder in onze analyse van LinkedIn, Instagram en X dat het stellen van vragen werkt als interactie je doel is. Voor YouTube is het niet anders. Opvallend: vragen in de beschrijving werken beter dan vragen in de titel.

Moet je vragen stellen in je YouTube video?

Hoe moet ik de titel van mijn YouTube video formuleren?

Positief geformuleerde titels en beschrijvingen blijken het meest uit te nodigen om te reageren. YouTube is niet zo’n feel-good-platform als Instagram, maar toch zien we ook hier dat mensen vooral geneigd zijn te reageren op positief prikkelende video’s.

Hoe moet ik mijn YouTube titel formuleren?

Hoe lang moet de beschrijving van mijn YouTube video zijn?

Korte beschrijvingen (tot 100 tekens) of juist zeer lange beschrijvingen (meer dan 1000 tekens) zijn de sleutel tot meer interactie, blijkt uit onze analyse. Het is ons niet helemaal duidelijk waarom beschrijvingen rond de 500 tekens minder goed werken, maar het wijst er in elk geval op dat je best niet in de middenmoot kunt blijven hangen. We hebben ook onderzocht of het toevoegen van een link in de beschrijving nog invloed heeft op de interactie, maar dat bleek niet het geval. Onze boodschap: probeer vooral wat te experimenteren met de inhoud en lengte van je beschrijving.

Hoe lang moet de beschrijving van mijn YouTube video zijn?

MOET IK DE TITEL VAN MIJN YOUTUBE VIDEO IN HOOFDLETTERS PLAATSEN?

Oké, dit is een controversieel punt. Je kent de YouTube-video's met die schreeuwerige hoofdletters wel. Ze blijken dus nog te werken ook. Hoewel veel bedrijven en merken vinden dat zo’n spectaculaire ophef-titels niet passen bij hun tone-of-voice, laat onze analyse zien dat het wel degelijk meer comments oplevert – zelfs als er gecorrigeerd wordt voor aantal volgers. Wil dat zeggen dat we nu pleiten voor een volledige ‘Caps Lock’-modus? Nee hoor. We vinden deze stijl namelijk veel beter passen bij een jong kledingmerk dan bij een investeringsbank. Houd deze statistieken daarom in je achterhoofd, maar bedenk vooral zelf wat past bij jouw merk. 

Moet ik de titel van mijn YouTube video in hoofdletters plaatsen?

Hoe ziet de perfecte YouTube video eruit?

De meest succesvolle YouTube-post is een video met een korte positief geformuleerde titel in Caps Lock, die begeleid wordt door een zeer korte beschrijving waarin een vraag wordt gesteld. 

Natuurlijk is het niet zo dat je alleen door deze tips ineens interactie-records gaat breken. Zie het als details die het verschil kunnen maken tussen een post die de interactie krijgt die hij verdient en een post die onmiddellijk voorbij wordt gescrold. Uiteindelijk blijft je pièce de résistance, de video, verreweg het belangrijkst. Als die niet relevant is voor je volgers, gaan de bovenstaande tips je waarschijnlijk onvoldoende helpen. We hebben daarom in het whitepaper ‘In 6 stappen een succesvolle contentstrategie’ precies beschreven hoe je op social media altijd relevant bent voor je publiek. Succes!

Social media management

Hoe krijg je meer interactie op LinkedIn?

Hoe lang is de ideale LinkedIn-update?

Een gemiddelde LinkedIn-post krijgt 1,58 comments (0,01 per duizend volgers, het minst van alle platformen). Maar als je met je LinkedIn-posts interactie nastreeft, zijn er slimme manieren om aan de goede kant van dat gemiddelde te eindigen. Een belangrijk aspect daarin is de lengte van je post-beschrijving. We zien dat de beste captions zo’n 700 tekens (of ongeveer 100 woorden) lang zijn. Tot de 700 tekens geldt ‘hoe langer, hoe beter’; daarna neemt de interactie weer af. Opvallend: de grafiek volgt nagenoeg hetzelfde patroon als we eerder voor caption-lengtes op Instagram zagen.

Een caption van 700 tekens vinden we vrij lang, maar in zo’n lange beschrijving kun je natuurlijk wel een uitgebreider verhaal kwijt. Méér vertellen dat uitlokt tot interactie, persoonlijkere verhalen delen. We moeten de verklaring voor de gestegen interactie waarschijnlijk vooral daarin zoeken.  

Een update op LinkedIn zou ongeveer 700 tekens moeten hebben.

Aantal comments per 1000 volgers

De gemiddelde LinkedIn-post in onze dataset krijgt ongeveer 1,58 comments, maar dat aantal verschilt afhankelijk van het aantal volgers. Bovendien zien we bepaalde keuzes (hashtag-gebruik bijvoorbeeld) variëren tussen pagina's met veel en weinig gebruikers. We hebben deze analyse daarom aangepast en meten telkens het aantal comments per 1000 volgers.

Emoji's in je LinkedIn-update: wel of niet toevoegen?

Slechts 4% van de door ons onderzochte LinkedIn-posts bevat één of meerdere emoji (ter illustratie: op Instagram is dit zo’n 83%). Wellicht logisch, op een professioneel platform als LinkedIn. Toch suggereert onze data dat emoji ook op LinkedIn nog niet zo’n slecht idee zijn. Posts met emoji behalen gemiddeld namelijk meer interactie dan de posts die het zonder emoji moeten stellen. Wel zien we op LinkedIn meer functionele emoji (bijvoorbeeld ?om een opsomming te beginnen, of ? om een mijlpaal of prestatie aan te geven) dan emotionele emoji (zoals ? ? of ?). Onze tip: experimenteer er eens mee om te zien wat voor jou werkt. 

Verwerk emoji's in je LinkedIn updates.

Moet je vragen stellen aan volgers op LinkedIn?

Dit lijkt een heel logisch punt, maar het schiet er bij de meeste marketeers nog wel eens bij in. Als je graag discussies, opmerkingen en antwoorden wilt: stel vragen aan je volgers! Door vragen expliciet te maken, kun je rekenen op meer interactie. 

Vragen stellen aan volgers op LinkedIn levert meer interactie op.

Gebruik geen hashtags op LinkedIn

Hashtags leveren je op LinkedIn niet meer interactie op. Sinds LinkedIn het gebruik van hashtags volledig is gaan ondersteunen in juli 2017, is het gebruik van hashtags op het platform flink gestegen. 35% van de door ons onderzochte posts bevatte minstens één hashtag. Toch zouden we het gebruik van hashtags op basis van deze data niet direct aanraden. 

Gebruik liever geen hashtags op LinkedIn.

Is het slim om een afbeelding op LinkedIn te plaatsen?

Een beeld zegt meer dan 1000 woorden, maar beter laat je dat beeld zien met een link preview. We zien dat een geüploade afbeelding namelijk niet voor meer interactie zorgt. Sterker nog, het gemiddelde aantal reacties daalt iets als je een afbeelding gebruikt. We lezen overigens op veel plekken dat het toevoegen van meerdere foto’s (in een album) wel goed zou werken. Wij konden dat niet checken, maar het is het experimenteren zeker waard! (Deze analyse is uitgevoerd binnen een andere dataset dan de overige LinkedIn-tips).

Gebruik geen afbeeldingen in LinkedIn updates.

LinkedIn is relatief ongevoelig voor vorm

Uit onze analyses van Instagram en X bleek dat vormaspecten (caption-lengte, aantal hashtags enz.) een zeer belangrijke factor zijn in het voorspellen van succes van posts en tweets. Als je berichten in een catchy vorm giet, genereer je gemiddeld tot wel 6x meer interactie. LinkedIn onderscheidt zich echter van Instagram en X in de zin dat het een professioneel platform is.

Dat zien we in onze analyse direct terug. De verschillen die we hier hebben gevonden zijn veel kleiner dan op andere platformen. LinkedIn draait om de inhoudelijke boodschap, en de vorm dient vooral de puntjes op de i te zetten. We hebben bijvoorbeeld ook onderzocht welke invloed een @-mention of URL in een post hebben, maar we vonden daar geen significante verschillen. 

Hoe ziet de ideale LinkedIn-update eruit?

De meest succesvolle LinkedIn-update is een lange update met een beschrijving van ongeveer 700 tekens, zonder hashtags, waarin een vraag wordt gesteld en waar emoji in gebruikt worden. 

Natuurlijk is het niet zo dat je alleen door deze tips ineens interactie-records gaat breken. Zie het als details die het verschil kunnen maken tussen een post die de interactie krijgt die hij verdient en een post die onmiddellijk voorbij wordt gescrold. Uiteindelijk blijft de inhoud verreweg het belangrijkst, zeker op LinkedIn. Als je niet relevant bent voor je volgers, gaan de bovenstaande tips je waarschijnlijk onvoldoende helpen. We hebben daarom in het whitepaper ‘In 6 stappen een succesvolle contentstrategie’ precies beschreven hoe je op social media relevant wordt voor je publiek.

Succes!

Webcare

Hoe kies je de beste social media tool?

Tip 1: goede voorbereiding is het halve werk

Steek de handen maar uit de mouwen: tijd om op zoek te gaan naar een lijst van social media management tools. Toch? Houd je nog héél even in. Een goede voorbereiding is namelijk het halve werk, en voorkomt dat je verdwaalt in een wereld van mogelijkheden en functionaliteiten. Breng daarom eerst je eigen behoeften in kaart door jezelf de volgende belangrijke vragen te stellen:

Heb ik eigenlijk wel een social media tool nodig?

Ik weet het: deze vraag is een enorm open deur. Toch is het voorhouden van zo’n spiegel belangrijk: soms dénk je namelijk iets nodig te hebben, terwijl je in werkelijkheid met iets heel anders geholpen zou zijn. Probeer niet direct in middelen te denken. In het algemeen kunnen we stellen: als je een marketeer bent die het lastig vindt om verschillende social media kanalen tegelijkertijd te beheren en posts wil plaatsen vanuit verschillende accounts, dan zou een tool weleens wat voor je kunnen zijn. Ben je een communicatieprofessional en wil je het online gesprek volgen? Of een webcaremanager die merkt dat het aantal online reacties en vragen structureel stijgt? Ook dan loont het om eens wat dieper te duiken in de wereld van social media management tools. Ga voor jezelf na of je dit soort ‘pijn’ in jouw organisatie ervaart en zet deze punten op papier. Het gaat je helpen in de volgende stappen.

Welke social media platformen zijn voor jou belangrijk?

Welke platformen gebruik je momenteel, of waar wordt veel over je merk gesproken? Facebook? LinkedIn? En misschien belangrijker nog: in welke richting verwacht je dat dit zich gaat ontwikkelen? Ga je misschien uitbreiden naar platformen zoals Twitter? Instagram? Of vermoed je dat je doelgroep verschuift naar fora? Breng dit voor jezelf in kaart, en houd een lijstje van platformen in je achterhoofd als je in een later stadium verschillende tools met elkaar gaat vergelijken. Niet elke tool geeft je namelijk toegang tot elk social media platform.

Hoeveel mensen gaan de tool gebruiken?
Denk alvast na hoeveel mensen uiteindelijk met je tool moeten gaan werken. De meeste tools baseren hun prijzen namelijk op het aantal unieke logins dat je nodig hebt. Je zou logins kunnen afnemen per afdeling, of – indien meerdere mensen tegelijkertijd de tool willen gebruiken – per individu.

 

Welke social media tool past bij mij

Tip 2: achterhaal welke functionaliteiten voor jou belangrijk zijn

Social media tools voor bedrijven hebben vaak veel verschillende functionaliteiten. Welke voor jou belangrijk zijn, hangt natuurlijk helemaal af van de doelstellingen en behoeften die je in de vorige stap hebt bepaald. Toch zijn er een aantal functionaliteiten waarvan ik vind dat ze minstens aanwezig moeten zijn in een goede tool.

  • Label management
  • Als je bezig bent social media, zou je ook bezig moeten zijn met de effecten ervan. Je wil bijvoorbeeld weten hoe vaak er online over bepaalde onderwerpen wordt gesproken, of hoe goed je eigen social media posts presteren.  Tools die gebruik maken van zogenaamd label management geven je antwoord op je vragen. Met label management geef je elke social media post namelijk een label, op basis van het product, de vorm, de campagne, de afdeling etc. Je kunt vervolgens je social media effecten met die labels gaan analyseren, waardoor je nét even iets dieper je social media activiteit in kunt duiken.
     
  • Integratie van API’s
  • API’s, ook wel Application Programming Interface genoemd, is een functionaliteit die ervoor zorgt dat verschillende systemen aan de achterkant met elkaar kunnen praten. Bij de zoektocht naar een tool is het daarom belangrijk om te kijken of deze een open API heeft. Een open API zorgt ervoor dat de tool gemakkelijk geïntegreerd kan worden in bestaande bedrijfssystemen, bijvoorbeeld je CRM-systeem. Als je zo social media data als aanvulling op bestaande klantinformatie gebruikt, heb je een completer beeld waardoor je de klantervaring verder kan verbeteren. Een belangrijke functionaliteit om mee te nemen dus!
     
  • Het volledige gesprek
  • We zien social media berichten en reacties nog te vaak als op zichzelf staande berichten. Een tweet of een reactie op Facebook maakt echter vaak deel uit van een heel gesprek. Misschien heeft je collega bijvoorbeeld al eerder contact gehad met een klant op Twitter. In dat geval is het wel zo handig dat het complete gesprek voor je in kaart wordt gebracht. Als je die hele conversatie inziet en begrijpt, ben je namelijk in staat om je antwoorden – en daarmee je webcare - te verbeteren. In een social media tool is het dus belangrijk dat complete gesprekken worden weergegeven, inclusief de gesprekshistorie.
     
  • Opties voor mobiel
  • Hoewel we als marketeers en communicatieprofessionals meestal werken vanaf een desktop, ziet onze doelgroep de content juist vaak op mobiel. Alleen al om die reden zou een social media tool op zijn minst een mobiele weergave van je social media posts moeten laten zien. Daarnaast weten we allemaal dat je doelgroep op social media niet alleen ‘leeft’ op kantoortijden. Het is dus een groot voordeel als tools ook een app hebben, zodat je ook buiten kantoortijden gemakkelijk en snel toegang hebt tot o.a. je contentkalender en alle binnenkomende vragen en reacties.
     
  • Gebruiksvriendelijkheid
  • Oké, misschien is gebruiksvriendelijkheid niet helemaal een functionaliteit. Toch zet ik het in dit rijtje, want je gaat gebruiksvriendelijkheid pas écht waarderen als je helemaal verdwaald raakt in een tool. Zodra je een tool opent, moet de interface dusdanig gemakkelijk zijn dat je binnen 1 à 2 clicks hebt gevonden wat je zocht. Features moeten niet verstopt zitten in een lastige menustructuur: alles moet voor zich spreken. Het zou zonde zijn dat je bij de implementatie van een tool onnodig veel tijd kwijt bent omdat bepaalde zaken gewoon onvindbaar lijken.
Welke social media tool past bij mij?

Tip 3: start je zoektocht

Ga hierna pas écht op zoek naar social media management tools: Google is your best friend! Begin met een inventarisatie en noteer alle tools die je tegenkomt. Zodra je geen nieuwe namen meer voorbij ziet komen, duik je wat dieper in de specifieke functionaliteiten en opties die een tool je te bieden heeft. Bezoek de bedrijfswebsite, neus een beetje rond en spiegel de features die je tegenkomt met de features die voor jou écht belangrijk zijn (de eerste stap, weet je nog?). Je gaat zien dat er bij zo’n eerste selectie al een heel aantal tools afvallen.

Zorg dat je eindigt met een top 3, en vraag bij elk van hen – als dat mogelijk is – een demonstratie aan of start een trial. Deze trials en demo’s zijn (als het goed is) altijd gratis, en vaak al gericht op jouw specifieke doelstellingen en uitdagingen. Het is meteen een perfecte gelegenheid om nog allerlei vragen te stellen. Niet alleen over de tool, maar ook over de service eromheen. Ga bijvoorbeeld na of er een klantenservice of helpdesk aanwezig is waar je naartoe kan met vragen en problemen tijdens het gebruik. En ben je na een demo er nog steeds niet uit? Vraag dan je (online) netwerk eens om raad. Zij hebben misschien al ervaring met één van de tools die jij ook wil gaan gebruiken.

Het kiezen van de juiste social media management tool is geen rocket science. Zorg voor een goede voorbereiding, stel voor jou belangrijke eisen en besteed de nodige tijd aan de uiteindelijke zoektocht. Ja, die zoektocht kost tijd en energie. Maar dat is het waard als je daardoor bij de juiste tool uitkomt. Want heel eerlijk: ook het werken met een tool kost tijd en energie.

Contentmarketing

Hoe maak je een succesvolle social media strategie?

Leer hoe je een contentstrategie maakt, hoe je deze optimaliseert en hoe social media data je hierbij helpt.

Het medialandschap is ontploft. Er is zoveel om te zien, lezen en horen dat de consument zelf heel bewust moet kiezen wat hij tot zich neemt. Als jij met jouw boodschap nog wilt doordringen, zal je een bijzondere, interessante, leuke, grappige of leerzame invalshoek moeten hebben. Dat betekent dat je niet zomaar storende advertenties of irritante Facebookposts kunt gaan plaatsen, maar dat je content moet gaan maken die aansluit op de belevingswereld van je publiek.

En daarom is een goede social media strategie eigenlijk altijd een contentstrategie.

In deze Coosto-video behandelen we:

  • De 6 onderdelen van een goede social media strategie, gebaseerd op de theorie van Joe Pulizzi (Content Marketing Institute).
  • Het proces om deze strategie op papier te krijgen, of deze strategie bij te stellen.
  • Hoe je social media data kunt gebruiken als input voor je strategie.
Social media management

Hoe maak je een succesvol social media plan?

Het verschil tussen een social media strategie en een social media plan

Een social media strategie richt zich op de lange termijn. Meestal geldt de strategie voor minstens een jaar, en bepaalt die de algemene koers  van al je social media activiteiten. Maar een strategie is niet concreet genoeg voor campagnes, de marketing voor nieuwe producten of diensten of projecten die je online wilt delen.

Daarvoor gebruik je social media plannen. Een social media plan heeft een duidelijk begin en eind, en richt zich specifiek op één gebeurtenis of campagne. Zo’n plan kun je zien als een concrete uitwerking van je  algemene social media strategie. Zorg ervoor dat je die twee niet los van elkaar gaat zien: je missie, visie en kernwaarden moeten overal in terugkomen.

 

Stappenplan voor een social media plan

De gemakkelijkste manier om een social media plan te maken, is uit te gaan van de 5W’s (+H).

1. Doelstelling - Waarom?

Eerst ga je bepalen wat je met deze campagne wilt bereiken. Waarom zet je social media in? En hoe gaat dat helpen om je overkoepelende marketing- of communicatiedoelstelling van dat project te behalen? Maak het vooral meetbaar. Een bereik van X, een engagement van Y%; jij kiest en zet je ambities neer.

2. Boodschap - Wat?

Vervolgens bepaal je wat de kernboodschap van je campagne, project of gebeurtenis gaat zijn. Je hebt in je strategie al onderzoek gedaan naar je doelgroep, en weet als het goed is dus waar zij ontvankelijk voor zijn. Wat moeten ze van jouw social media posts onthouden? Schrijf kernachtig (in maximaal één zin) op wat je boodschap wordt.

3. Vorm - Hoe?

Bepaal daarna in welke vorm(en) je deze boodschap gaat verpakken. Wordt het video, ga je afbeeldingen delen of vooral tekstuele content maken? Neem ook de voorkeuren van je doelgroep, je budget en de tijd die je hebt mee in deze beslissingen.

4. Kanalen - Waar?

Niet onbelangrijk: kanalen. Welke social media platformen ga je inzetten voor dit plan? Bekijk niet alleen wat past bij jouw campagne, maar houd ook hier rekening met waar jouw doelgroep zich bevindt.

Hiervoor geldt overigens niet dat méér altijd beter is. Er zijn op alle platformen, van Twitter tot Instagram, ongeschreven regels op het gebied van taal, stijl en beeld. Je moet het platform goed kennen om aan te voelen wat wel en niet ‘kan’ op dat platform. Je kunt daarom beter een paar platformen heel goed inzetten, dan overal aanwezig zijn en een paar missers maken.

5. Planning - Wanneer?

Een social media plan heeft dus een duidelijk begin en eind. Het is aan jou om ervoor te zorgen dat alle taken in de tussentijd ook daadwerkelijk gebeuren. Timing is daarbij cruciaal. Bepaal wanneer je jouw social media content wil gaan plaatsen voor maximaal effect.

Ga je op social media langzaam maar zeker werken naar een epische afsluiting, of open je juist spectaculair om vanaf het begin al alle aandacht op je gevestigd te krijgen? Wat je ook kiest, zet het van tevoren al op papier, zodat betrokkenen niet voor verrassingen komen te staan.

Hoe maak ik een social media planning?

6. Taakverdeling - Wie?

Leuk, zo’n plan, maar die posts komen er natuurlijk niet automatisch. Bepaal wie verantwoordelijkheid draagt voor creatie, controle, planning, budget, enzovoort. Door de taken scherp te verdelen, behoudt de eindverantwoordelijke overzicht en kan hij of zij gemakkelijk bijsturen.

Maak een contentkalender

Voilà, dat is je plan. Als je de belangrijkste keuzes hebt gemaakt, ga je jouw plan schematisch in een tijdlijn zetten om het daadwerkelijk uit te voeren. Daar zijn twee manieren voor:

a. Handmatige kalender

De eerste is door ons gratis template te gebruiken, waarmee je jouw plan verwerkt en opmaakt in een tijdlijn. Hierdoor kun je jouw plan begrijpelijk en zichtbaar maken voor iedereen die betrokken is. Vervolgens is het een kwestie van uitvoeren, regie houden en bijsturen.

Download jouw gratis template voor een social media plan

b. Interactieve contentkalender

De tweede manier is door een geautomatiseerde en interactieve social media planner te gebruiken om je tijdlijn te vullen. Ook daarin kun je gemakkelijk alle aspecten van je plan verwerken; de boodschap van elke post, de vorm, de platformen, wie ervoor verantwoordelijk is, enzovoort. Een automatische planner (of contentkalender) heeft daarnaast echter nog een paar voordelen ten opzichte van de handmatige tijdlijn.

social-media-planner

De planner bespaart je namelijk tijd in de uitvoering. Social media posts (inclusief video, link of afbeelding) worden bijvoorbeeld automatisch gepubliceerd op de momenten en kanalen die je hebt aangevinkt. Daarnaast kun je instellen wie rechten heeft om te plannen en wie de social media posts eventueel voor publicatie moet controleren. In dezelfde omgeving zie je meteen het resultaat van je plan (clicks, likes, comments etc.), dus ook dat is mooi meegenomen.

Webcare
Community management

Wat is webcare en hoe zet ik het in?

Wat is webcare?

Webcare is simpel gezegd online klantenservice via social media, messenger apps en livechat. Door inkomende vragen, klachten en andere berichten te behandelen, helpen organisaties hun klanten. Dat kan gemakkelijk en positief zijn (“Bedankt voor de TOPservice”) of juist negatief en een fikse uitdaging (“Al de 10e keer dan mij bestelling fout gaat @$^#@&*@!”).

Bij online klantenservice denk je misschien al snel aan kanalen als Facebook, Instagram en Twitter, maar het kan méér zijn dan dat. Het gaat om alle online platformen waar gebruikers de mogelijkheid hebben om ongefilterd berichten te plaatsen, waar ook bepaalde nieuwssites, blogs, fora en in sommige gevallen jouw website toe behoren.

Webcare is dus het proces waarbij bedrijven reageren op dit soort openbare (social media) of privéberichten (messenger apps, livechat en DM’s) om hun klanten te helpen. Maar waar komt die vastberadenheid van bedrijven vandaan om daar social media voor te gebruiken? En waarom steken bedrijven hier zo’n belangrijk deel van hun tijd in?

webcare-platformen
Bron: Upstream, stand van webcare 2018

Waarom starten met webcare?

Simpel. Bedrijven willen – beter gezegd: moeten – dáár zijn waar de consument zich bevindt. Vragen en klachten zijn misschien niets nieuws, maar wel als ze ineens op het wereldwijde web worden geslingerd. En ook daar verwacht de consument oplossingen. Dus verschuiven e-mails en telefoontjes geleidelijk naar chats op Facebook of tweets.

Veel organisaties gaan daar maar wat graag in mee, vanwege de relatief lage kosten van webcare. Klantenservice via e-mail en telefoon duurt langer, is daardoor gemiddeld duurder en leidt tot een lagere tevredenheid (NPS) bij de klant dan social media.

Bovendien is de drempel voor een moderne klant vaak groter om telefonisch zijn beklag te doen dan via een ‘appje’. Bied je die laatste mogelijkheid niet, dan blijft de klant dus zitten met zijn probleem en heb je als bedrijf te maken met een ontevreden klant zonder dat je het weet.

En daar zit de belangrijkste reden voor bedrijven om te starten met webcare: klanttevredenheid. Een tevreden klant levert immers meer herhaalaankopen en verlengingen op, en dus meer omzet.

Verband klanttevredenheid en reputatiemanagement

Webcare is dus het behandelen van berichten via social media en messenger apps met als doel de klanttevredenheid te verhogen. Maar er zijn ook andere doelen die je indirect met webcare kunt behalen, zoals het beschermen of verbeteren van je reputatie.

Reputatiemanagement en webcare? Hoe zit dat? Dit heeft vooral te maken met het openbare karakter van social media. Een ontevreden klant die besluit niet bij jou terug te komen is natuurlijk vervelend voor je omzet, maar de impact wordt veel groter als hij zijn ongenoegen open en bloot deelt op internet.

Dan heb je niet meer te maken met één ontevreden klant, maar met een groot publiek dat ineens sceptisch en negatief naar jouw merk kijkt en er misschien zelf ook wel negatief over begint te praten. Een domino-effect ligt dan op de loer. Veel bedrijven kiezen er daarom voor om openbare gesprekken op social media voort te zetten via privégesprekken.

webcare-prive-publiek

Als je er echter in slaagt om klachten openbaar op te lossen, kan dat juist ten goede komen van je merkreputatie. Dat (grote) publiek kan namelijk meelezen met jouw goede oplossing en zal nu juist eerder geneigd zijn om klant bij je te worden.

Welke weg je ook kiest, het is belangrijk om online klachten op te pakken omdat reputatieschade anders op de loer ligt.

Verschil tussen webcare en community management

Er is een verschil tussen online reageren om klanten te helpen of online reageren om je merk te profileren en mensen aan je merk te verbinden. De eerste categorie is webcare, de tweede noemen we community management.

De actie is hetzelfde, het doel is compleet verschillend. De twee begrippen kunnen daarom ook niet onderling uitwisselbaar worden gebruikt. Dus stel je een vraag aan Coolblue omdat je bestelling nog niet is gearriveerd? Dan krijg je te maken met webcare.

Reageer je op een grappige tweet van Netflix en krijg je daar reactie van Netflix op terug? Dat is community management. Met behulp van community management vergroten bedrijven hun online interactie, bereik en aantal likes of fans. Dit is met name gunstig voor marketing, omdat ze hun merk zo beter en aan een groter publiek kunnen presenteren.

Natuurlijk kunnen beide in de praktijk door dezelfde afdeling worden opgepakt, maar meestal is marketing verantwoordelijk voor community management, en het support-/service-/klantcontactteam voor webcare.

Hoe pak je webcare aan?

Goed, terug naar webcare nu. Hopelijk ben je overtuigd van het nut (of de noodzaak) van webcare en wil je direct aan de slag. Hoe pak je dat aan? Wij adviseren om stapsgewijs te starten. Begin klein en maak het eventueel groter als dat nodig blijkt te zijn. Er zijn drie fases waarin je webcare kunt oppakken.

Fase 1: Reageren op vragen en klachten vanuit één kanaal

In fase 1 ga je experimenteren met webcare. Hoe is het om te reageren op vragen en klachten via social media? Welk type vragen krijg je? Je kiest hiervoor één kanaal om het overzichtelijk en behapbaar te houden.

Je zet hier nog geen toegewijd team voor in, maar maakt het voorlopig onderdeel van de werkzaamheden van een bestaand team of bestaande rol. In deze fase is het waarschijnlijk nog best behapbaar om berichten gewoon via het platform zelf af te handelen.

In het whitepaper ‘Persoonlijke webcare in iedere organisatie’ laten we zien over welke stappen je nog meer zou moeten nadenken zodra je start met webcare.

Fase 2: Gestructureerde webcare met meerdere kanalen

Als je merkt dat fase 1 vlot verloopt, kun je webcare gaan uitbreiden. Je kunt dan mondjesmaat ook service gaan bieden via andere platformen. Maak dit expliciet duidelijk aan je klanten op bijvoorbeeld je website, zodat ze ook weten dat ze je via die nieuwe kanalen kunnen benaderen met vragen en klachten.

In deze fase ga je webcare een vaste plek in je organisatie geven. Je neemt het op in het takenpakket van bepaalde functies of je start een webcareteam. De verschillende kanalen kun je gaan managen met een webcaretool.

Fase 3: Volwassen webcare geïntegreerd in de organisatie

In de derde fase gaat webcare echt volwassen worden. Je breidt de online klantenservice verder uit, en gaat klantcontact bijvoorbeeld opslaan in een CRM-systeem voor een gedetailleerder beeld van de klant, om zo gepersonaliseerde reacties te kunnen geven.

Je kunt gaan overwegen om webcare ook proactief aan te bieden. Dat wil zeggen dat je ook gaat reageren op vragen en klachten die niet rechtstreeks aan je worden gericht. Dit kun je instellen in je webcaretool.

In deze fase kun je ook gericht gaan sturen op data. Stem je bezetting bijvoorbeeld af op de verwachte drukte. Kaart intern de klachten aan die het vaakst worden aangekaart, om ze te gaan oplossen en het aantal klachten te gaan verminderen. Analyseer in je webcareprogramma welke medewerkers snel en kundig gesprekken afhandelen en voor wie er nog aanvullende training nodig is.

Je kunt ook gaan overwegen om webcare binnen de hele organisatie te integreren, zodat iedere vraag op de juiste plek terechtkomt voor een gespecialiseerd antwoord. Vervolgens zou de implementatie van chatbots een logische stap zijn om veelgestelde standaardvragen af te vangen en je webcareteam te ontlasten.

Neem deel aan het gesprek

Is webcare verplichte kost voor iedere organisatie? Nee. Maar er wordt hoe dan ook over je bedrijf of product gesproken. Je kan dus maar beter onderdeel worden van het gesprek, zodat je invloed krijgt op je klanttevredenheid.

Lees hier hoe Coosto kan bijdragen aan een hogere klanttevredenheid. Wil je weten hoe dat voor jouw organisatie werkt? Vraag een demo aan, en we laten je graag zien hoe je webcare professioneel kunt aanpakken in je organisatie.

Social media management

Hoe kun je op Instagram posten vanaf je desktop (PC of Mac)?

En ja, dit werkt zónder dat je foto’s en video’s via e-mail naar je smartphone hoeft te sturen?

A. Instagram Business via Coosto

Nieuw in Coosto: Instagram Direct Publishing. Je kon vanuit het Coosto social media management platform al rechtstreeks posts inplannen voor Facebook, Instagram, LinkedIn, Pinterest en YouTube vanaf je desktop. Daar is nu ook Instagram aan toegevoegd, en het werkt ontzettend eenvoudig:

1. Selecteer je account

Je kunt meerdere accounts koppelen met Coosto, dus kies eerst het account waar je de post voor wilt creëren. Je kunt ook dezelfde post op meerdere accounts publiceren (zie stap 5).

stap-1

2. Kies een afbeelding of video en schrijf je caption

Creëer je post. Voeg een afbeelding of video toe, geef een beschrijving op en voeg hashtags en emoji toe.

stap-2

3. Bekijk de preview (mobile en desktop)

Bekijk alvast hoe je post of story eruit komt te zien op mobile en desktop. Zo zie je direct of je nog wat aanpassingen moet maken om je post picture perfect te maken.

stap-3

4. Kies een dag en tijdstip

Je kunt de post meteen plaatsen, maar inplannen voor een later tijdstip kan ook. Handig, zeker als je op dat moment zelf andere dingen te doen hebt.

stap-4

5. Labels, berichtgoedkeuring of nóg een post

Categoriseer je posts met behulp van labels. Zo organiseer je jouw contentkalender op basis van campagnes, product of soort post. Eventueel selecteer je een collega die je post dient goed te keuren. Vink ‘Kopieer naar nieuwe post’ als je dezelfde post ook op andere accounts wilt plaatsen.

stap-5

6. Plan of publiceer!

Ben je helemaal tevreden? Klik op ‘publiceren’ (of ‘inplannen’, als je gewenste publicatietijdstip in de toekomst ligt) en Coosto doet de rest! Handig toch?

stap-6

Je post staat nu in je contentkalender en Coosto haalt automatisch relevante statistieken op. Daarnaast kun je met Coosto de prestaties van je posts analyseren, reageren op comments, hashtags volgen en analyseren, en ga zo maar door. Coosto werkt gewoon via de browser, je hoeft niets te installeren.

Meer informatie over het Coosto-platform vind je hier.

B. Instagram.com via je browser

Is het gebruik van efficiënte social media management software voor jou nog een brug te ver? Met een paar trucjes en een omweg kun je toch vanaf je desktop posten op Instagram.

1. Hoe plaats je foto’s en video’s op Instagram vanaf je PC?

Eigenlijk komt het hierop neer: je moet Instagram vanaf je desktop laten ‘denken’ dat je toch op je smartphone aan het werken bent. Daarvoor moet je allereerst Google Chrome hebben geïnstalleerd. Volg vervolgens deze stappen:

1. Ga in Chrome naar instagram.com

2. Druk de F12-toets in. Een paneel met allerlei codes wordt geopend aan de rechterkant. Dit paneel wordt normaal gesproken gebruikt door ontwikkelaars om te testen hoe geschreven code er in verschillende situaties uitziet.

3. Klik linksboven in het paneel op de ‘Toggle Device Toolbar’, waarmee jouw desktop zich als een ander apparaat kan voordoen.

stap-b1

4. Kies een mobiel apparaat uit de lijst en toets F5 in om de pagina te vernieuwen.

stap-b2

5. Instagram laadt nu alsof je op je smartphone werkt. Je kunt zo foto’s en video’s plaatsen zoals je gewend bent in de app.

2. Hoe plaats je foto’s en video’s op Instagram vanaf je Mac?

Het principe is op een Mac hetzelfde als op een Windows pc, alleen de stappen wijken wat af.

1. Open je Safari browser en ga naar instagram.com

2. Ga naar het menu ‘Voorkeuren’ en klik op ‘Geavanceerd’

3. Hier kies je voor ‘Toon ontwikkelaarsmenu in menubalk’. Het benodigde menu verschijnt nu in je menubalk.

4. Klik op ‘User agent’ in het ontwikkelaarsmenu en kies een mobiel apparaat.

5. Voilà: Instagram laadt nu alsof je op je in je mobiele app werkt, en je kunt foto’s en video’s gaan posten.

Ook andere platformen? Méér dan alleen publiceren?

Je zou een heel zeldzaam merk zijn als je alleen Instagram als social kanaal inzet. Verreweg de meeste organisaties gebruiken een heel scala aan social media, van Twitter tot LinkedIn en van Pinterest tot Facebook. Ook al zijn deze platformen iets desktop-vriendelijker, het managen van al deze individuele kanalen is allerminst ideaal.

Bovendien is er veel meer dat handiger werkt op desktop dan alleen het publiceren. Wat te denken van het reageren op comments, zodat je jouw volgers meer betrekt bij je merk? Of het analyseren van relevante hashtags voor jouw merk? Of het uitdraaien van rapportages en statistieken? Dat zou voor elk individueel kanaal – en al helemaal op een mobile app – een ramp worden.

Wees daarom geen dief van je eigen kostbare tijd en gemoedsrust, en start met social media management software. Bij Coosto staan we voor je klaar, en geven we met alle plezier een gratis demonstratie van onze software.

Goed om te weten, trouwens: mocht je toch gehecht zijn aan je smartphone: Coosto heeft ook gewoon een mobile app.

Contentmarketing

Contentkalender template (gratis interactieve download)

Wat is een contentkalender?

Een contentkalender is een soort agenda voor je content. Met een contentkalender plan je de data en tijden waarop de teksten, video's en afbeeldingen die je gemaakt hebt, worden gepubliceerd. Vaak wordt met een contentkalender een social media contentkalender bedoeld. Deze is specifiek gericht op de momenten waarop je social media berichten wil publiceren en je boodschap dus gaat verspreiden. 

Het proces dat moet worden doorlopen om de content daadwerkelijk te creëren, beschrijf je in een afzonderlijke contentplanning. Daarin komt naar voren wie waarvoor verantwoordelijk is en welke taken wanneer moeten worden uitgevoerd. Deze planning stel je meestal vast op basis van de contentkalender.

Voorbeeld: als je op 23 augustus een animatievideo wilt plaatsen, ga je in jouw planning daarnaartoe werken. Je begint bijvoorbeeld op 1 juli met het script, dan moet op 20 juli het storyboard klaar zijn. Dan volgt eind juli de voice-over, en in de eerste twee weken van augustus heb je tijd voor de animatie. In de laatste week voor publicatie plan je het sound design in. Check: je gaat met deze planning je content op de juiste datum kunnen publiceren. 

 

Wat is het verschil tussen een inhaakkalender en een contentkalender?

De begrippen 'contentkalender' en 'inhaakkalender' worden begrijpelijk regelmatig gebruikt om hetzelfde aan te duiden. Toch zijn ze wezenlijk anders. De contentkalender is de agenda van jouw content: er staat in wanneer jij welke content gaat verspreiden.

Een inhaakkalender daarentegen, is een soort algemene feestdagenkalender. Er staan bijzondere themadagen in, of bijzondere gebeurtenissen in de toekomst, die je kunt gebruiken als 'haakje' om zelf content voor te maken. Denk aan een kerstgroet rond Kerstmis, een speciale campagne rond het EK voetbal of een bijzondere boodschap op Internationale Vrouwendag.

Dat is de relatie tussen de twee begrippen: de inhaakkalender biedt input waarmee je jouw eigen contentkalender kunt gaan vullen. 

Coosto Inhaakkalender 2022

Voordelen van een contentkalender

1. Bespaar tijd

Jouw doelen voor social media lijken eigenlijk heel veel op je dagelijkse doelen en planning: ze kosten tijd, energie en aandacht. Het gaat allemaal niet vanzelf. Social media zijn er niet alleen wanneer je je geïnspireerd voelt of wanneer je to-do-list klaar is. Door een contentkalender bij te houden kun je vooruit plannen, je werk indelen, multitasken vermijden en al je creatieve hersenspinsels opslaan voor een later moment. 

In het kort: zo vermijd je dat je wanhopig op internet moet gaat zoeken naar inspirerende quotes om iets te kunnen posten die dag. Check!

2. Post regelmatig

Of je nu meer volgers wilt op Instagram, je Facebook-community wilt laten groeien of het aantal abonnees op je YouTube-kanaal probeert te vergroten…we komen altijd terug op deze tip: post consistent. Waarom? Door regelmatig berichten te plaatsen, zoek je als het ware contact met jouw doelgroep. Hoe vaker contact je legt, hoe hoger de engagement met jouw publiek. En hoe meer engagement, hoe meer reden voor de social media platformen om jouw content aan nieuwe mensen te tonen.

Door je contentkalender van te voren in te vullen, heb je altijd input voor sociale media posts. En dat helpt je om de stroom aan berichten aan te blijven vullen en consistent te posten. Alles wat je aandacht geeft groeit, dus ook jouw volgers en  conversies via social media. En dat is wat je uiteindelijk wilt.

3. Verklein het risico op fouten

Wanneer je van te voren nadenkt over wat je wilt delen, dan heb je natuurlijk meer tijd om het voor te bereiden of te laten checken. Dat scheelt weer wat spelfouten, inhaakmissers, of andere social media blunders.

4. Maak content van hogere kwaliteit

Het kost misschien in het begin meer tijd en focus, maar zodra je jouw contentkalender en planning eenmaal hebt vastgelegd, heb je zo veel meer ruimte voor andere zaken. Bijvoorbeeld om je content naar een hoger level te tillen. Laat je creativiteit spreken: want de druk is weg. Je hebt sowieso content gemaakt voor een langere periode en werkt daarmee al aan je social media doelen. Alles wat je nu extra kunt doen is dus meegenomen. Dat betekent dat je kunt gaan optimaliseren. Hoe goed voelt dat?

 

Gratis contentkalender template

Nou sta je natuurlijk te trappelen om aan de slag te gaan met je eigen contentkalender en om structuur aan te brengen aan jouw social media strategie. Met deze contentkalender-template is dat een eitje :). Geen ingewikkeld Excel-bestand, maar een handige, intuïtieve en interactieve PDF. Tipje: sla hem op, op een plek waar al je collega’s toegang tot hebben. Zo werk je gemakkelijk samen. 

Hoe gebruik je deze contentkalender-template?

Gebruik onze gratis contentkalender template om overzicht te creëren in je social media planning. Zo doe je dat:

  1. Vul de datum in
    Plan voor één week alle posts.
  2. Schrijf je post
    Schrijf je posts woord-voor-woord uit. Of noteer je creatieve ideeën en hersenspinsel voor een ander moment. Je kunt tot drie verschillende posts per dag kwijt in de template!
    voorbeeld-contentkalender-inplannen
  3. Kies je afbeelding
    Voeg een afbeelding toe door deze te selecteren op je computer. Zo heb je meteen een idee van hoe bericht eruit gaat zien.
  4. Kies je kanalen
    Vink aan op welke kanalen je jouw post gaat plaatsen ✔.
  5. Bepaal wie verantwoordelijk is
    Taken verdelen is belangrijk. Behoud het overzicht  wie voor wat verantwoordelijk is.
  6. Kies een tijd
    Kies wanneer je jouw post wil gaan inplannen.
Webcare

Social messaging in 2020: bereid je voor met deze 3 tips

Open kanalen kenmerkten de opkomst van webcare. Dat was natuurlijk te danken aan het feit dat mensen juist op social media in alle openbaarheid een organisatie konden benaderen. De consument voelde zich sterker nu hij niet alleen met de klantenservicemedewerkster aan de telefoon of e-mail te maken had. Bedrijven kwamen steeds vaker achter het belang van klantenservice op social media, deden het er niet ‘even bij’ en dat verdiende een term: ‘webcare’ werd serious business en draaide vooral om die openbaarheid. Zowel positieve als negatieve reacties konden viral gaan en zo werd dus ook reputatiebewaking belangrijker. Toch bleef vooral klanttevredenheid het grootste belang.

Persoonlijk, snel en laagdrempelig contact

Mensen kijken allang niet meer naar openingstijden en die ontwikkeling zet de komende jaren door. We zien  het spitsuur verschuiven, dat onderzochten we in ons Kwantitatief Webcare Onderzoek-rapport, van 16.00 uur in 2013 naar 17.00 uur in 2016. Mensen willen dus ook buiten kantoortijden en vooral snel antwoord, op een persoonlijke en laagdrempelige manier. Het liefst nog vinden ze zelfstandig het antwoord, voordat ze contact op moeten nemen. Hoe? Dat gebeurt eigenlijk allemaal via onze mobiele telefoon, die we de hele dag bij ons hebben. Met de opkomst van de conversational interface gaan we eigenlijk gaan we steeds vaker terug naar de traditionele manier van communicatie: één-op-één contact. Met onze privécontacten, maar ook met organisaties. Bij gevoelige zaken  - denk bijvoorbeeld aan een lening aanvragen - zoeken we toch liever een gesloten socialmediakanaal op. In Nederland denk je dan aan chatapps zoals Facebook Messenger en WhatsApp.

Wanneer worden de meeste vragen op Twitter gesteld?

Chatapps, they’re huge!

Maar hoeveel mensen gebruiken chatapps nu daadwerkelijk? Over gebruikersaantallen kunnen we Trumpiaans kort zijn: they’re huge! Facebook Messenger had in juli 2016 wereldwijd meer dan 1 miljard gebruikers. Een vergelijking: Instagram heeft 600 miljoen en twitter maandelijks 315 miljoen actieve gebruikers. En WhatsApp in Nederland alleen heeft al meer dan 11 miljoen actieve gebruikers. Dat betekent dat WhatsApp geïnstalleerd is op 92 procent van de smartphones in ons land. Wereldwijd komen de cijfers van WhatsApp overeen met het aantal gebruikers van Facebook Messenger: namelijk ook 1 miljard. Snapchat is er inmiddels niet meer alleen voor de jeugd en gaat ook een enorme ontwikkeling door. Daarnaast zijn er tal van chatapps die zich bijvoorbeeld richten op privacygevoeligheid (Signal) en het uitbouwen van slimme functies, zoals reacties voorkauwen (Google’s Allo) en het toevoegen van bots (bijvoorbeeld het ontvangen van weerberichten in Telegram). We zien dat de ontwikkelingen erg snel gaan, dat het vooral afwachten is waar platformen zelf mee gaan komen.

whatsapp gebruikersaantallen
Facebook messenger gebruikersaantallen

WeChat: waar men de mosterd vandaan haalt

Dat er nog veel meer mogelijkheden zijn, bewijst de Chinese chatapp WeChat. Hij begon als rip-off van WhatsApp, maar inmiddels zijn de rollen omgedraaid en halen de Westerse concullega’s hun mosterd ervandaan. De chat heeft betalings- en spaarmogelijkheden en zet de deur wagenwijd open voor bedrijven: ze kunnen producten en service aanbieden en ook communiceren met de consumentengebruikers. En daar houdt het niet op. Er wordt niet alleen gechat, maar je kunt een website openen in de app, of een eigen app. Zo kun je via een taxiapp je taxi bestellen en betalen en die betalingsprocessen zijn geautomatiseerd. Eigenlijk vergelijk je WeChat het beste met een sociale variant van een CRM-systeem: bedrijven kunnen promoties sturen, die jij opent in WeChat. De app heeft al jouw gegevens al in het bezit: gebruikersinformatie, gedrag en betaalgegevens. Zo kunnen bedrijven nog beter inspelen op de klant.

Wechat features

 In Nederland minder snelle adaptatie

WhatsApp wordt al steeds vaker zakelijk ingezet als webcarekanaal. Maar wordt het WhatsAppgebruik naar een next level getild, net als WeChat? We zien verschillende signalen dat bepaalde toepassingen in één platform worden geïntegreerd  en dat wordt met mondjesmaat ook gedaan, denk bijvoorbeeld aan de Tikkie-app. Het grote verschil met WeChat is wel: bij Tikkie wordt je doorverwezen naar iDeal en op WeChat zet je met je creditcard geld in je eigen wallet in de app. Dat is ook precies een verschil dat laat zien waarom we in Nederland minder snel WeChat-achtige taferelen zullen krijgen, omdat we hier over het algemeen van verschillende systemen gebruikmaken en het vooral afwachten is met welke ontwikkelingen apps komen om die te kunnen integreren of laten samensmelten. Ook marketingblogger Danny Oosterveer ziet niet gelijk een 1-op-1-adaptie in Nederland, daarvoor zouden Nederlandse bedrijven hun eigen IT-systemen en CRM overboord moeten gooien en hij twijfelt of de Nederlandse markt daar klaar voor is. Sommige WeChat-functies worden wel al opgepakt door WhatsApp. In hun visiestuk van afgelopen augustus kijkt WhatsApp naar hoe je – in het kader van klanttevredenheid – je klant nog beter kunt bedienen door die als bank bijvoorbeeld proactief te waarschuwen voor fraude, maar ook door als luchtvaartmaatschappij je klant alvast te attenderen op een vertraagde vlucht.

Is het een app? Is het een mens? Nee, het is een chatbot 

Een mooi voorbeeld van conversational interface: KLM biedt via Facebook Messenger sinds een jaar boardingpasses, boekingsbevestigingen en reisupdates aan. We verwachten dat dit soort ontwikkelingen een vlucht gaan nemen, maar weten nog niet wanneer. Onder andere trendwatcher Jarno Duursma stelt in hetzelfde artikel over KLM dat mede hierdoor ook de chatbots groter worden, omdat er veel meer klantgesprekken kunnen plaatsvinden. Bij enorm grote aantallen is het qua capaciteit of uit efficiëntieoverweging dan niet meer mogelijk om iedere aanvraag ‘menselijk’ te laten beantwoorden. In dat geval is een virtuele assistent die je verder helpt op de app een goed initiatief.  Maar volgens Ted Livingstone draait de innovatie juist niet zozeer de toegevoegde waarde van een menselijke naar een virtuele assistent. Hij ziet vooral dat chatbots een brug gaan slaan tussen de fysieke wereld en de online wereld en niet zozeer banen gaan overnemen. Voorbeeld: nu heb je nog een aparte app om dit te realiseren (denk aan Uber), maar straks kun je de vraag stellen aan de bot in de chatapp die je al op je telefoon hebt staan.

chatbot

 

 

 

Bereid je voor op 2020: 3 tips

Het is nog niet meteen 2020, maar beter stap je voorzichtig aan boord dan dat je volledig de boot mist. En ondanks dat het afwachten is wanneer er echt een grote chatapp- of chatbotrevolutie komt, kun je wel al wat kleine aanpassingen doen die zorgen dat je op dat moment bent voorbereid.

  1. Zorg dat je alle kanalen aanbiedt, zoals gezegd willen mensen graag zelf het medium kiezen waarop ze met je praten. Integreer bijvoorbeeld WhatsApp en Facebook Messenger in je webcareomgeving, als je dat nog niet gedaan hebt.
  2. De consument zoekt steeds meer zelf op, maar verlangt ook persoonlijke service. Zorg ervoor dat je je klant zoveel mogelijk tijd bespaart door alles zo gebruiksvriendelijk mogelijk neer te zetten op je website. Verzorg bijvoorbeeld een uitgebreide FAQ-sectie, houd webinars om kennis op te doen en deel videotutorials. En maak jouw klanten het zo makkelijk mogelijk, door - wanneer mogelijk – nog meer service te verlenen via je webcarekanalen, denk aan KLM die extra service biedt op chatapps in de vorm van boardingpasses. 
  3. Laat het verschil zien van een medewerker met een chatbot: maak je communicatie persoonlijker en voeg emotie toe. Empathie is waardoor de klant zeker weet nu met een persoon te praten in plaats van met een bot. 
Content analytics
Social media management

Hoe je met social media data aantoonbaar betere content maakt

(Disclaimer: we beseffen dat dit stuk een hoog ‘Ik heb hem zelf thuis ook’-gehalte heeft, maar hopelijk inspireert het je om zelf aan de slag te gaan met datagedreven marketing). 

1. Wanneer moeten we onze Black Friday-actie lanceren?

Net als heel ondernemend Nederland wilden ook wij dit jaar met een mooie kortingsactie inhaken op Black Friday. Speciaal voor onze Coosto trialgebruikers hadden we een aantrekkelijke aanbieding voorbereid. Een belangrijke detailvraag in de uitvoering bleef echter onbeantwoord: wanneer zetten we onze actie online?

We wilden geïnteresseerden ruimschoots de tijd geven, dus een 24-uursactie op Black Friday zelf was geen optie. De actie moest eerder online komen. Maar hoeveel eerder is ‘eerder’? We wilden de hype voor zijn, maar Black Friday moest wel al ergens relevant zijn. In eerste instantie waren we geneigd om naar ons onderbuikgevoel te luisteren. ‘Ongeveer 5 dagen van tevoren, dat klinkt goed, toch?’. 

Tot we beseften dat het antwoord misschien wel terug te vinden was in Coosto. Wanneer begon de eerste berichtgeving, maar was er nog niet echt sprake was van een piek? Waarschijnlijk is dat een slim moment om onze aanbieding te lanceren.

grafiek-coosto

De grafiek laat zien dat de echte hype 4 dagen van tevoren (19 november) ontstaat, maar de eerste berichtgeving begint al ongeveer twee weken voor Black Friday. Ons ideale moment ligt daar, gezien onze wensen, dus ergens tussen. We kozen datagedreven voor de middenweg: 9 dagen van tevoren verstuurden we onze aanbieding naar trial-gebruikers, waarmee we mooie resultaten hebben behaald. Kortom: de timing van jouw marketingacties kun je voor een groot deel op basis van data bepalen.

2. Wanneer is ons publiek actief online?

We willen als Coosto ons publiek regelmatig en zo goed mogelijk bereiken. Daarom waren we al een tijdje aan het testen met verschillende tijdstippen om te posten, om te bepalen wat ons ideale moment is. Het probleem is dat de resultaten daarvan volledig uiteenliepen. Het lukte ons maar niet om de heilige graal met standaard social media statistieken te vinden.

Daarom zijn we een paar maanden geleden in Coosto Listen gedoken. We hebben in een heatmap bekeken wanneer onze doelgroep zelf online actief was met het posten van berichten en reacties. Daar was visueel vrij snel uit op te maken dat ons publiek vooral doordeweeks midden op de dag actief is.

Et voilà, daar heb je de verklaring voor het feit dat we onze posts de laatste tijd vooral doordeweeks en rond het middaguur publiceren. Met succes: we scoren sindsdien een bereik dat gemiddeld 34% hoger ligt. Je kunt dus ook de precieze timing van je social media content laten afhangen van wat social media data je vertellen. 

heatmap-coosto

3. In welke nieuwsbrief moeten we onze trial promoten?

We wilden in het begin van het jaar de trialversie van onze tool graag bij een breed publiek van marketeers en communicatieprofessionals bekendmaken. We beseften dat we daarvoor het best konden meeliften op een platform dat al een zeer groot bereik onder deze doelgroep had. We besloten al gauw dat we een groot marketingplatform wilden benaderen voor een advertentie in hun nieuwsbrief.

Vraag is dan: welk platform? We besloten in Coosto te zoeken naar ons vakgebied, om te bekijken waar veel wordt geschreven over voor ons relevante onderwerpen, en welk platform daarmee het grootste bereik heeft. We kwamen binnen enkele minuten op het blog uit dat voor ons het meest interessant is: Frankwatching.

We hebben Frankwatching direct benaderd en niet veel later stonden we met een mooie advertentie in hun nieuwsbrief te pronken. We mochten als gevolg hiervan verrassend veel nieuwe trialgebruikers verwelkomen.

Zijn er websites of platformen waar je een (betaalde) samenwerking mee overweegt? Social media data kunnen je adviseren welk platform het meest relevant voor je is.

websites-coosto

4. Wat was onze populairste content in het afgelopen jaar?

Natuurlijk kunnen we op basis van likes, clicks en comments op social media redelijk goed achterhalen welke van onze content het best in de smaak valt. Maar wat gebeurt er buiten onze eigen kanalen? Welke van onze content wordt daar veel gedeeld? Naar welke webpagina wordt het meest verwezen?

We wilden deze informatie graag hebben om te bepalen welke content we zouden moeten updaten of waar we een vervolg op zouden moeten schrijven. Ook dit zijn we met onze eigen tool gaan uitzoeken. In dit geval kregen we hetzelfde beeld als op onze eigen social media kanalen: de beste tijden om te posten is de content waarnaar het vaakst is verwezen. 

links-coosto

Maak je al gebruik van Coosto?

Bovenstaande resultaten krijg je door de zoekterm link:<vul domeinnaam.com in> op te geven en vervolgens te klikken op 'Links' in de menustructuur.

Het resultaat? Je kunt binnenkort een geüpdatete versie verwachten van de beste tijden om te posten op social media. Je hoeft dus niet meer op onderbuikgevoel te vertrouwen, want ook de inhoud van je content kun je gemakkelijk laten sturen door wat de feiten je vertellen.

Zo zie je dat je met behulp van social media data slimmere keuzes kunt maken. Of het nu timing, inhoud of targeting betreft: het is altijd goed om niet op basis van gevoel te hoeven beslissen.

Dit was ons verhaal, nu ben jij aan zet. Veel succes!

Contentmarketing

7 tone of voice voorbeelden: merken met een unieke stijl

Net als het creëren van een goed merkverhaal, is een onderscheidende tone-of-voice gebaseerd op drie elementen:

  • Merkpersoonlijkheid: inkoppertje, maar de toon die je kiest moet passen bij je merk.
  • Concurrentie: vermijd een toon die exact hetzelfde is als die van je concurrent, omdat je dan het risico loopt te verzanden in middelmaat. Wees onderscheidend.
  • Publiek: zorg ervoor dat je toon past bij je publiek. Of beter gezegd, zorg ervoor dat die past bij de verwachtingen van je publiek. Een ouderwets merk dat jongeren zonder blikken of blozen met straattaal aanspreekt ‘omdat dat is hoe zij praten’ is gedoemd te mislukken.

Een goede tone of voice voldoet dus aan deze 3 voorwaarden, maar in de praktijk is het creëren van zo’n tone of voice gemakkelijker gezegd dan gedaan. Wil je direct wat tips voor de stijl en toon van je online teksten? Probeer dan eens de Coosto tone-of-voice generator!

Laat je niet van je stuk brengen als dit niet meteen een vloeiend proces blijkt te zijn. Er is geen merk waarvan de tone of voice in één keer spot-on is. Het is nu eenmaal geen exacte wetenschap, en als je met verschillende redacteuren werkt, is het ook ondoenbaar om alles te vangen in richtlijnen en voorschriften. Maar door te experimenteren, bij te schaven en te checken wat werkt, merk en voel je dat je toon steeds beter aanslaat. Durf anders te zijn, is het devies. 7 voorbeelden van merken die dat trucje onder de knie hebben:

1. Netflix

Netflix heeft een heel mooie eigen stijl op social media weten te ontwikkelen. De uitingen op social media zijn niet anders dan het product dat Netflix aanbiedt: het beeld staat centraal en de tekst is telkens ondersteunend. De humor die Netflix in haar tone of voice legt is vernuftig, omdat de combinatie tussen tekst en beeld vaak alleen voor insiders – lees: mensen die de serie hebben gezien – te begrijpen is. Dat creëert een prettig, exclusief gevoel bij volgers op social media. Een beetje te vergelijken met de codetaal die je op de basisschool sprak met je vriendje terwijl de juffrouw vragend stond toe te kijken. Netflix gebruikt vooral korte, herkenbare catch phrases, en laat het beeld eigenlijk voor zich spreken:

Ding dong! Oma is terug. #AlteredCarbon pic.twitter.com/3cIcK1bo1Y

— Netflix NL & BE (@NetflixNL) 7 februari 2018

Soms is een emoji als begeleidende ‘tekst’ zelfs genoeg:

? pic.twitter.com/aSfpRcQVKg

— Netflix NL & BE (@NetflixNL) 14 februari 2018

En wie neemt het Netflix kwalijk als het op zo’n grote bron aan beeldmateriaal zit?

Wanneer je er na de kerst nog een extra dagje bingen achteraan plakt: pic.twitter.com/YjmXcZaNbA

— Netflix NL & BE (@NetflixNL) 27 december 2017

2. Telstar

En dan mijn persoonlijk favoriete tone of voice . Voetbalclub Telstar is online compleet anders dan alle andere, vaak cliché-verspreidende, profclubs. De merkpersoonlijkheid van de trots uit IJmuiden is vooral op X zichtbaar, waar de voetbalvereniging (die zichzelf ‘Witte Leeuwen’ noemt) grapjes durft te maken die soms op het randje zijn, maar wel waardering vinden. De atypische manier van communiceren zorgt ervoor dat voetbalvolgers aan een enkel berichtje genoeg hebben om te weten dat Telstar de afzender is.

De eerstedivisieclub probeerde bijvoorbeeld voor de grap Zlatan Ibrahimovic van Manchester United los te weken…

.@ManUtd Could you send us any contactdetails of Z. Ibrahimovic? Thanks in advance

— Witte Leeuwen (@Telstar1963NV) 9 juni 2017

…houdt van zelfspot als het voetbal niet om aan te gluren is…

Lekkerrrrrrrrrrrrrr. Vanavond is Domino's aanwezig en verkoopt heerlijke pizzapunten. Die punten pakt niemand ons dus af!

— Witte Leeuwen (@Telstar1963NV) 5 mei 2017

…en weet als geen ander in te haken op de actualiteit van de dag

U vind dat boek van Thomas Dekker al schokkend? U zou eens mee moeten gaan op een personeelsuitje van Telstar!

— Witte Leeuwen (@Telstar1963NV) 16 november 2016

3. Volvo

In tegenstelling tot wat mensen soms denken, hoef je niet per se lollig of heel informeel te zijn om met je tone of voice op te vallen op social media. Volvo weet steevast de aandacht van mensen te grijpen met korte, sfeervolle zinnen die een soort mysterieuze ambiance oproepen. En dat is een knappe prestatie, in een post van hooguit 100 tekens.

4. Tele2

Deze tone of voice bevat uitroeptekens, hoofdletters en rare hashtags. Het komt allemaal voorbij op de schreeuwerige Facebookpagina van Tele2. Wat je daar ook van mag vinden, het is wél duidelijk dat we hier niet met KPN of Vodafone te maken hebben. En die tone of voice past natuurlijk naadloos bij het merk Tele2.

Beeldtaal

Opvallend: veel bedrijven vinden het moeilijk om een consequente tone of voice in tekst te leggen, terwijl het in beeld al jaren vanzelfsprekend is. De beeldtaal zou daarom als leidend voorbeeld kunnen dienen voor het creëren van je tone of voice. Een vaste huisstijl en beeldtaal zien we bij de meerderheid van de organisaties namelijk al terug. Toch geldt ook daarvoor dat het ene merk het nog beter doet dan het andere.

Voor de beste voorbeelden van beeldtaal geldt dat je niet eens een logo hoeft te zien om te weten om welk merk het gaat. Dat kan bijvoorbeeld door plaatsing van een typisch product…

mispouce

…een herkenbaar lettertype…

tony's chocolonely

…of in het oog springend kleurgebruik en visuals

Kruidvat

(5. Hema, 6. Tony's Chocolonely, 7. Kruidvat)

Vind jouw tone of voice

We kunnen niet gaan voorkauwen welke tone of voice past bij jouw publiek en waarmee je je onderscheidt van je concurrenten. Maar we kunnen je wel helpen bij het vinden hiervan! Met onze gratis tone-of-voice generator!

brand personality

 

Contentmarketing
How-to & Tips

5 designtips voor niet-designers: hoe maak je aantrekkelijke content?

1. Denk bij elke stap na over het ontwerp

Wanneer je een blog gaat schrijven dan maak je ook een eerste outline of een schrijfplan. Hetzelfde doe je als je nadenkt over de boodschap van een campagne of het opstellen van je social media posts. Denk op dezelfde manier na over de vorm van je content en hoe het eruit gaat zien. Zie het design niet als bijzaak en neem vorm en ontwerp ook mee in je content planning. Denk bij het ontwikkelen van nieuwe concepten niet alleen aan: ‘Hoe kan ik hier op een boeiende manier over schrijven’? Maar ook: ‘Hoe kan ik deze ideeën illustreren’?

Zoals geschreven content strategisch en doelgericht moet zijn, moet visuele content dat ook zijn.

design

2. Kies jouw juiste tool

De ingewikkelde Adobe-pakkettijd is voorbij. Er zijn inmiddels veel gebruiksvriendelijke apps en tools op de markt die grafisch basisontwerp toegankelijk en praktischer maken. We hoeven ons dus niet meer blind te staren in Photoshop terwijl we proberen te begrijpen waar de drie verschillende pen-pictogrammen voor dienen. Afijn. Er zijn veel verschillende opties als het gaat om designapps. De apps zijn meestal (tot op zekere hoogte) gratis én ze werken eenvoudig. Een kwestie van klikken, slepen en neerzetten van sjablonen en veranderen naar smaak. Kind kan de was doen.

Probeer de volgende apps eens:

Canva: Mijn ultimate go-to als het gaat om design. Van social media posts, stories, presentaties, flyers CV’s etc. Canva biedt talloze sjablonen, achtergronden en gratis illustraties die je kunt gebruiken.

Piktochart: Dit is mijn nieuwe favoriet. Je kan er alles mee maken als het gaat om zakelijke content. Denk aan presentaties, infographics, rapporten en social media updates.

PicMonkey: Deze tool begon ooit als een simpel hulpmiddel voor het bewerken van foto’s. Alle basisbewerkingen kon je ermee uitvoeren. Nu is PicMonkey uitgegroeid tot een volledige designtool, nog steeds met dezelfde eenvoud en intuïtiviteit als de eerste versie.

canva-piktochart-picmonkey

3. Wees creatief met lettertypen en lay-outs

Het probleem met het gebruik van gratis online design-apps is dat, nou ja, veel andere mensen ze ook gebruiken. Wanneer je dus de standaardlettertypen en -sjablonen gebruikt, zien je creaties er onvermijdelijk hetzelfde uit als die van anderen.

Maak een standaard template origineler door andere foto’s te uploaden en eigen lettertypes toe te voegen. In dit blogje bespreken we onze favoriete stockfoto websites.

Daarnaast zijn er allerlei website waar designers hun lettertypes gratis beschikbaar stellen. Dafont is daarvan de bekendste. Maar kijk ook eens op Google fonts en Font Squirrel. Of kijk eens op LingoJam voor de beste fonts speciaal voor je Instagramposts.

fonts

4. Ga voor goud

Ooit gehoord van de ‘golden ratio’? Het golden ratio geeft de voor ons mensen prettige, logische verhoudingen weer. Deze verhoudingen worden gebruikt in architectuur, kunst en ontwerp. Voor je eigen design en bijvoorbeeld foto’s is deze cirkel een prettige leidraad. Bekijk onderstaande voorbeelden en sjablonen en denk bij het maken van een foto of het opmaken van een visual na over de ideale verhoudingen. Zelfs als je de basis gebruikt, komen je ontwerpen veel beter en professioneler over.

Over de golden ratio is enorm veel geschreven en onderzoek naar gedaan. De uitleg is niet te omschrijven in een blogje van een leestijd van 5 minuten. Maar het is het zeker waard om eens te googlen.

golden-ratio

5. Keep it simple

Onze ogen worden altijd aangetrokken door opvallende visuals, maar we zijn ook snel afgeleid door te drukke afbeeldingen. Less is more geldt ook hier. Focus op het zo duidelijk en clean mogelijk overbrengen van jouw boodschap. Modern design wordt vaak bepaald door zijn eenvoud (denk aan Apple of Nike).

nike-apple-just-do-it

En uiteindelijk draait het om balans: Zorg ervoor dat je jouw creativiteit in balans brengt met de leesbaarheid van je content. Je wil dat jouw doelgroep de boodschap gemakkelijk tot zich nemen en zich laten verleiden door jouw content. Dat kan met een classy design en helder geschreven content.

Contentmarketing
Contentinspiratie

14 voorbeelden van succesvolle social media campagnes

Overheid

1. SIRE – DOESLIEF

SIRE lanceerde deze bijzondere campagne in 2019. De communicatiebranche constateerde dat we met z’n allen steeds onaardiger worden tegen elkaar. Op straat, in het verkeer, maar ook op social media. Daar wilde de Stichting Ideële Reclame wat aan doen. Het resultaat werd de cross-mediale campagne #DOESLIEF.

 

De grote kracht schuilt in de naam #DOESLIEF, gecombineerd met de oproep om anderen aan te spreken op hun hufterige gedrag. #DOESLIEF is de vriendelijke, maar toch scherpe corrigerende tik die social media nodig had.

Mede door de typische social schrijfwijze (in plaats van ‘Doe eens lief’) begonnen social media gebruikers elkaar inderdaad te corrigeren met deze hashtag, en er ontstond een domino-effect. De hashtag is tot het moment van schrijven zo’n 54 duizend keer genoemd op X, en het effect houdt nog steeds aan.

coosto-doeslief

Bovenstaand screenshot toont het verloop van het gebruik #doeslief (bron: Coosto). 

Wist je trouwens dat Coosto heeft bijgedragen aan deze campagne door de social media data beschikbaar te stellen?

2. Rijksoverheid  - Knalplanga

De overheid die in de taal van de jeugd probeert te spreken, dat is een combinatie die nog te vaak voor pijnlijke missers zorgt. Los van de ongeloofwaardigheid is het vooral heel ongemakkelijk als een overheidsorganisatie jongeren denkt te overtuigen met termen als ‘vet cool!’ en ‘maak de blits bij je vrienden’. De Rijksoverheid wilde haar vingers er niet meer aan branden en liet het werk daarom voor zich doen.

Een sterk staaltje influencer marketing was het gevolg. Donnie en Top Notch maakten ‘Knalplanga’ om het gebruik van vuurwerkbrillen te stimuleren. Bijna 500.000 views op YouTube later kunnen we er niet meer omheen: dit was een knallend succes.

Food

3. Bavaria - Carnavalvrij

Het is bijna niet te doen om een online campagne te voeren die mensen offline activeert. Met de nadruk op bijna, want Bavaria bewees de uitzondering op de regel te zijn. Carnavalvrij staat inmiddels in het collectieve marketinggeheugen gegrift als een schoolvoorbeeld van pr. Van petities tot video’s en heuse demonstraties in Den Haag: alles werd volop gedeeld en besproken op social, omdat Bavaria precies de juiste online snaar wist te raken. 

4. Albert Heijn – Intercom stars

Muzikale talentenjachten voorbehouden aan grote televisiezenders? Zet die maar op je lijstje met achterhaalde waarheden. Albert Heijn bewijst dat het tot veel in staat is, en kwam met een online talentenjacht waarin eigen medewerkers schitterden als deelnemers. Het grote publiek kon stemmen door te liken op Facebook. Niet alleen laagdrempelig, maar ook nog eens goed voor het algoritme van Facebook, dus je kunt je het viral effect van deze campagne wel voorstellen.

Non-food

5. Hifi Klubben – Welcome Listeners

In al het kabaal dat we op social media met z’n allen maken, vergeten we nog weleens om echt te luisteren. Hifi Klubben maakte deze ijzersterke film met een pakkende boodschap. Verrassing, emotie, maatschappijkritiek; alles zit erin. Achter de video als aandachttrekker stond niet veel meer dan een landingspagina op de website, maar veel meer was ook niet nodig.

En vergis je niet: dit komt dus van een bedrijf in audiotechnologie. Laat daarom niemand je zeggen dat jouw bedrijf niet spannend genoeg is om mooie viral campagnes te maken. Het hoofdaccount van Hifi Klubben op YouTube heeft nog geen tweeduizend volgers, maar de video tikt inmiddels 8,6 miljoen views aan. Wow.

6. Nike - Dream Crazier

Nike staat natuurlijk bekend om zijn campagnes met een boodschap, maar op de één of andere manier blijft het verrassen. Dream Crazier is meer een losstaande video dan echt een campagne, maar is op geen enkel moment afgezaagd. Hij komt op voor (sportende) vrouwen in een tijd waarin gelijkheid en vrouwenrechten veelbesproken zijn.

Nike maakt duidelijk waar het voor staat en inspireert daarmee velen. Misschien in Nederland en België net iets minder bekend en viral dan de campagne met Colin Kaepernick, maar daarom niet minder succesvol. Applaus voor een campagne die raakt, de zoveelste van Nike.

Toerisme & recreatie

7. Pure New Zealand – Good Morning World

Soms is succes op social media ook gewoon een kwestie van discipline en volharding. Tourism New Zealand nam zich voor de wereld 365 dagen lang te wekken met een korte video op haar Instagramaccount. In elke video een ander verhaal, met andere mensen, op een andere plek. Nu weet iedereen die ooit goede voornemens heeft gehad dat een voornemen hebben iets heel anders is dan het daadwerkelijk uitvoeren. Toch houdt Tourism New Zealand het (tot nu toe) goed vol. Dag 221 and counting...

Het resultaat? Sinds het begin van de campagne heeft het account er 55.000 volgers bijgekregen.

Een bericht gedeeld door New Zealand (@purenewzealand) op 22 Jan 2020 om 1:04 (PST)

8. Transavia - Thuisblijvers

Transavia is voor ons de koning van de content formats. Het merk produceert voornamelijk video’s en doet dat vaak met bijzondere invalshoeken. ‘Thuisblijvers’ was een campagne waarin eens niet de reiziger maar, jawel, de thuisblijver in het zonnetje werd gezet. Via social media konden mensen hun meest behulpzame thuisblijvers aanmelden, en een paar daarvan werden in het zonnetje gezet door Transavia. Les voor de rest: een verrassende invalshoek werkt!

Verzekeraars

9. Anderzorg – #DeLeven

Over originele invalshoeken gesproken: Anderzorg zette in deze campagne niet haar producten centraal (“gehoorapparaten en kraamzorg”), maar het vieren van het de leven zelf. Taalgebruik van jongeren (we zagen het al bij voorbeeld 2), gebracht door een geloofwaardig persoon – Sef, de bedenker van het woord. Het mooiste? Overstappen, toch vaak gezien als een lastig proces, kon gewoon via Instagram. 

10. Interpolis – #PhoNo

In hetzelfde kader als de Rijksoverheid met Knalplanga, kwam Interpolis met #PhoNo. In 68% van de verkeersongelukken speelt afleiding een rol, dus is het voor een verzekeraar een logische stap om daar wat aan te doen. In samenwerking met artiest Snelle (om de geloofwaardigheid van de campagne positief te beïnvloeden) en na gesprekken met verkeersslachtoffers door telefoongebruik op de fiets, ontstond het lied Smoorverliefd. Het leverde Snelle én Interpolis ruim 1 miljoen streams op en 3 miljoen views op YouTube in slechts twee weken.

Daarbij lanceerde Interpolis de app PhoNo, die zorgt dat telefoongebruik op de fiets onmogelijk is. Om het gebruik daarvan te stimuleren, verlootte Interpolis een optreden van Snelle aan jongeren die hun vrienden overhalen om de app ook te gebruiken tijdens elke fietsrit.

B2B

11. DAF - Trucker Tracks

De beslissers hoeven niet altijd de doelgroep van je marketingcampagne te zijn. Je kunt ook campagne voeren op eindgebruikers of beïnvloeders. Dat moet DAF gedacht hebben toen het besloot een Spotify-campagne te lanceren, gericht op de merkvoorkeur van vrachtwagenchauffeurs.

Via een social media campagne werden zij door trucker-influencers (ze bestaan voor elke niche) uitgedaagd hun favoriete lied voor onderweg in te sturen. Op basis daarvan zijn voor verschillende genres playlists gemaakt, die door iedereen beluisterd kunnen worden. DAF zegt daarover: “Trucker Tracks verbindt chauffeurs; ze luisteren naar de muziek die aansluit op hun trucker lifestyle.”

DAF kiest er dus voor om zich via Spotify-playlists te richten op de merkvoorkeur van beïnvloeders. Dat is een combinatie die we nog niet in heel veel campagnes hebben gezien, dus alleen daarvoor verdient DAF al een originaliteitsprijs. En bijna 1300 volgers voor een niche Spotify-lijst is ook lang niet slecht als resultaat.

12. KPN – Vallen en opstaan

Van ondernemers, voor ondernemers. Dat is hoe KPN haar podcastserie presenteert, en daar zit ook meteen de sleutel tot succes. Zakelijke telefonie en internet kun je op allerlei manieren aanprijzen, maar de beste manier is waarschijnlijk om het er helemaal niet over te hebben. ICT is slechts een hygiënefactor, ondernemen gaat om heel andere dingen. Hard werken, omgaan met tegenslagen.

Door in de podcast te praten over zaken die ondernemers wel écht bezighouden, laat KPN zien dat het merk de doelgroep begrijpt. Zo werkt KPN min of meer ongemerkt aan merkvoorkeur, want hoe weinig het hen ook uitmaakt: uiteindelijk kan geen enkele ondernemer zonder telefonie en internet, en zal een groot deel bij KPN uitkomen.

Kunst & cultuur

13. Rijksmuseum – Sleutels van het Rijks

Om het Rijksmuseum een wat persoonlijker karakter te geven, werd de campagne ‘Sleutels van het Rijks’ bedacht. 8 BN’ers gingen na sluitingstijd samen met een medewerker van het museum op zoek naar bijzondere verhalen. Via live video op Instagram werden kijkers (10.000 binnen de eerste 24 uur) meegenomen in deze zoektocht, en konden ze zelf actief meedoen door vragen te stellen. Tijdens de uitzendingen krijg je door het camerastandpunt regelmatig het gevoel zelf door het verlaten museum te lopen. Dat is kunst op zich.

Het museum werd voor deze videoreeks bekroond met een Grand Prix Content Marketing in 2019. Terecht, als je het ons vraagt.

14. Van Gogh Museum - #VincentDeservesThis

Het Van Gogh Museum weet zijn weg op social media te vinden, en dat is misschien wel een understatement. Zo won het museum al ooit een The Best Social Award voor beste innovatie met een 360°-animatie van de bekende zonnebloemen van Van Gogh. Maar ook de social campagne om de animatiefilm ‘Loving Vincent’ aan een Oscar te helpen, was er één om in te lijsten.

Het museum promootte de film met de hashtag #VincentDeservesThis, en het gebruikte daarvoor indrukwekkende fragmenten in ontroerende posts.

De lessen van 14 succesvolle voorbeelden

Zo, dat waren ze. 14 voorbeelden die jou aan inspiratie kunnen helpen voor jouw campagne of concept. Wat opvalt, is dat deze successen niet op zichzelf staan en dat er bijzondere patronen zijn te vinden tussen de succesvolle voorbeelden. We zien over het algemeen deze 5 onmisbare ingrediënten voor succes:

1. Influencers

2. ‘Gepushte’ hashtags, die je gemakkelijk kunt monitoren in een social listening tool

3. Video

4. Content met een inhoudelijke boodschap

5. Verrassende invalshoeken

Wil je een succesvolle social media campagne? Dan zouden deze campagne-ingrediënten weleens jouw checklist kunnen vormen. Ga er vooral mee aan de slag. Veel succes.

Social media management
Content optimalisatie

In 4 stappen naar meer clicks uit social media

Stap 1. Optimaliseer je posts voor bereik

Bereik? Maar we waren toch op zoek naar clicks? Marketeers zien clicks als dé heilige graal op social media. Likes, shares en comments zijn slechts leuke bijvangst. En dat is niet helemaal terecht.

Toegegeven, het grote geld wordt inderdaad verdiend in webshops en op websites - alles wat achter die waardevolle click zit. Maar waardevolle clicks komen pas tot stand als je ook echt een grote groep mensen bereikt met je post.

Gebruik algoritmes in je voordeel

Het gaat tegen je gevoel in, maar als je een niet-gesponsorde social media post wilt optimaliseren voor clicks, moet je hem juist optimaliseren voor bereik. En dat doe je door te focussen op andere vormen van interactie (likes, shares en comments). Dat zit zo:

Bereik en interactie hebben in de meeste social media algoritmes een onderling versterkende werking. Hoe vaker mensen de interactie aangaan met je post, hoe vaker een platform je post gaat vertonen, hoe meer interactie je ontvangt, hoe vaker je post vertoond wordt, enzovoort.

Je zou dus vooral posts moeten maken die deelbaar zijn, die veel geliket worden en waar mensen graag op reageren. Stel bijvoorbeeld vragen, deel humoristische content of bedenk pakkende inhakers.

De gemiddelde click-through rate (CTR) van dit soort posts is meestal relatief laag. Maar doordat je bereik zo groot is geworden door alle likes, reacties en deelacties, kan het absolute aantal clicks flink oplopen.

Een fictief rekenvoorbeeld: we vergelijken een post die volledig geoptimaliseerd is voor clicks (A), met een een post die veel likes en shares ontvangt, maar waar relatief weinig op geklikt wordt (B).

Fictief rekenvoorbeeld

Je ziet dat post B je in absolute aantallen meer oplevert, ondanks een lager percentage clicks.

Je kunt zelf de proef op de som nemen door je eigen Facebook-feed eens te openen. Let vooral op (niet-gesponsorde) posts van pagina’s die je zelf niet volgt. Je ziet dat deze berichten vooral veel geliket en gedeeld zijn, en er wordt massaal op gereageerd, al dan niet met een tag. Precies dat is de reden dat jij dit bericht te zien krijgt en er misschien wel op klikt. Optimaliseren voor bereik is dus stap 1 naar meer clicks uit je organische social media posts.

Tip: automatisch je posts optimaliseren voor bereik op basis van datagedreven en realtime adviezen? Dat doe je met Post Optimizer in Coosto. Voor iedere social media post krijg je advies op maat, volledig op basis van dat moment.

post optimizer banner

Stap 2. Zorg dat je gezien wordt

Huh, dit was stap 1 toch al? Nee, want er is een verschil tussen bereik en views. Je post kan wel vertoond worden, maar dat wil nog niet zeggen dat hij gezien wordt.

Daarom moet je letterlijk opvallen tussen duizenden berichten die strijden om de beperkte aandacht van jouw doelgroep. Je moet ervoor zorgen dat die gebruiker bij jouw post héél even stopt met scrollen: thumb-stopping content.

De mogelijkheden daarvoor zijn binnen de meeste platformen beperkt. Je kunt bijvoorbeeld geen ander lettertype, lettergrootte of kleur kiezen. Zo behoudt iedere post een gelijke uitgangspositie. De uitzondering daarop is de vormgeving van media die je toevoegt, zoals emoji, video’s en afbeeldingen.

Je kunt daarmee wel degelijk opvallen. Het is over het algemeen slim om afbeeldingen en video’s te maken of te kiezen met opvallende kleuren, veelzeggende beelden en gezichten. Die hebben meer stopping power dan objecten of teksten in beeldmateriaal.

Waarschijnlijk hoeven we niet uit te leggen welke van onderstaande Facebook-posts het meest opviel en - mede daardoor - het grootste aantal clicks scoorde?

Een andere belangrijke tip, die we in deze twee posts niet hebben toegepast: vierkante of staande afbeeldingen. Omdat de meeste social media gebruikers mobiele apparaten gebruiken, vullen staande afbeeldingen een groter deel van het scherm. Daardoor vallen ze automatisch meer op dan liggende afbeeldingen.

Mocht je de organische posts als advertenties overnemen, worden ze ook nog eens vaker vertoond door social media platformen. Staande afbeeldingen zijn namelijk voor meerdere advertentieformats te gebruiken.

Stap 3. Verleid je publiek

Oké, dus je social media post wordt vertoond én gezien. Nu komt het belangrijkste: hoe ga je ervoor zorgen dat je publiek daadwerkelijk (vaker) op jouw link klikt? De eerste (onbewuste) reactie van iemand die jouw link ziet, zal namelijk altijd sceptisch zijn: “What’s in it for me?”

Je moet de gebruiker daarom verleiden, overtuigen én activeren met je post. Hiervoor is op de meeste platformen hooguit een alineaatje tekst beschikbaar, dus er wordt nogal wat van je gevraagd.

Schaarste

Gelukkig zijn er genoeg succesvolle voorbeelden waar je van kunt leren. Zo weten we uit de consumentenpsychologie dat schaarste (“op = op”) een werkzame trigger is. Als mensen het gevoel hebben dat ze mogelijk iets mislopen, zijn ze eerder geneigd in te gaan op een aanbod.

Eenheid en autoriteit

Ook andere beïnvloedingsprincipes van Cialdini zijn toe te passen om mensen te overtuigen op social media. Zo zie je posts als “wil je net als je vrienden…?” (eenheid) en “aanbevolen door tandartsen” (autoriteit) regelmatig succes boeken.

De cliffhanger

Een andere veelgebruikte verleidingsmethode is het vertellen van verhalen die net niet helemaal af zijn. Net op het moment dat je het antwoord op een vraag verwacht, houdt het op. Dat veroorzaakt een soort frictie in ons hoofd, die de lezer zo snel mogelijk wil oplossen. Door, jawel, op de link te klikken om het hele verhaal tot zich te nemen. Denk aan de teasers die je op elk platform voorbij ziet komen; ‘Wil je meer weten, klik dan hier voor de volledige video/podcast/etcetera’.

Belonen > beloven

Welke methode je ook kiest om mensen te verleiden, je zal altijd een bepaalde belofte moeten doen. Impliciet lees je in elke post: ‘als je op deze link klikt, ontvang je een gevoel van voldoening als beloning’.

Klik hier om eindelijk te leren waarom bananen krom zijn…
Klik hier om een speciale aanbieding te ontvangen…
Klik hier om de laatste ontwikkelingen in het Midden-Oosten te lezen…

Het is echter belangrijk dat jij als marketeer beseft dat de click geen doel op zich is. Je wilt die click, omdat je iets hoopt te verkopen op je website, weet je nog?

Om echt iets te kunnen verkopen, is het cruciaal dat die websitebezoeker na de click nog steeds tevreden is. Hij moet het gevoel krijgen dat hij de beloning heeft gekregen die hij hoopte te krijgen. Is dat niet het geval, dan ben je hem sowieso kwijt als potentiële klant.

Beloftes zonder beloningen werken namelijk niet. Een stukje expectation management. Als jij in je post ‘een spectaculaire aanbieding’ belooft, en vervolgens een korting van slechts 1% aanbiedt, ga je vooral teleurstelling oogsten. Je krijgt misschien wel veel clicks, maar er zullen maar weinig mensen zijn die daadwerkelijk op je 'o zo spectaculaire aanbieding' ingaan.

Dat is ook precies de reden waarom click bait niet werkt, en waarom de inhoudelijke kwaliteit van content allesbepalend is. Je kunt met veelbelovende titels één keer flink scoren op clicks, maar het levert je in euro’s uiteindelijk niets op. Sterker nog, op de lange termijn heeft dit nog meer negatieve impact op jouw social media prestaties: omdat mensen niet een tweede keer teleurgesteld willen worden door gebrekkige content. Jouw links laten ze voortaan links liggen.

Click bait zorgt ook nog eens voor een negatieve merklading, en dat komt je merkreputatie niet ten goede.

Stap 4. Maak het gemakkelijk

Wanneer een reclame jou heeft overtuigd om een bepaald merk cornflakes te kopen, wil je niet dat je vervolgens stad en land moet afreizen om het product aan te kunnen schaffen.

Datzelfde geldt voor de link in jouw social media post. Heb je mensen overtuigd om ergens op te klikken, dan moet je het hen zo gemakkelijk mogelijk maken om dat daadwerkelijk te doen. Daarom zijn wij geen voorstander van een link verbergen in de comments, wat je nog weleens op LinkedIn ziet gebeuren.

De link moet duidelijk zichtbaar en gemakkelijk klikbaar zijn, zo groot mogelijk. Een praktische tip: maak waar mogelijk gebruik van link previews of X cards. Daarmee geef je de gebruiker een sneak preview van wat hij mag verwachten na de click, en is een groter deel van je post daadwerkelijk klikbaar.

Let op: deze stap gaat niet altijd samen met stap 1, het optimaliseren voor bereik. Je zal daarom soms moeten kiezen voor het één en soms voor het ander. Experimenteer hiermee en probeer een balans te vinden die voor jou werkt.

Voorbeeld

In het gestippelde kader vind je telkens het klikbare gebied van een social media post. Je ziet dat je het met een link preview een veel groter deel van de post klikbaar maakt. Je mag daardoor - logisch - meer clicks verwachten.

Het verschil tussen link preview en links

Als alles goed staat ingesteld, worden de link previews automatisch geladen op het moment dat je de link in een social media contentkalender (zoals Publish in Coosto) plakt. Is dat niet het geval, dan moet je even in je CMS neuzen. In de meta-tags van de te delen webpagina kun je namelijk precies instellen hoe de pagina en link eruit komen te zien zodra ze op social media worden gedeeld. In Publish kan je nog enkele aanpassingen doen in de tekst in de link preview. Daarmee zorg je voor extra overtuiging om te klikken!

Extra tips

Opvallen, gezien worden en verleiden. Je merkt dat het proces om je clicks te verhogen veel weg heeft van een soort online paringsdans. Hier volgen nog een paar laatste tips, om je te helpen die dans met succes af te sluiten:

  1. Ga er altijd van uit dat je publiek niet geïnteresseerd is in jouw content. Jij moet hen overtuigen dat jouw content wel het klikken waard is.
  2. Open een willekeurig social media platform, en bedenk bij elke post die je tegenkomt of je er wel of niet op zou klikken (en waarom). Daarmee ontdek je nieuwe barrières om te klikken, die je in je eigen posts vervolgens kunt vermijden.
  3. Niet elke post hoeft raak te zijn. Creëer ook af en toe social media content zonder link, puur ter branding. Als je kwaliteit levert, krijg je daar vertrouwen voor terug. Zodra je wél een link post, zullen mensen eerder geneigd zijn daarop te klikken.
  4. Kwaliteit wint altijd. In dit artikel hebben we vooral vormfactoren van posts behandeld om het aantal clicks te verhogen. Het allerbelangrijkste is echter inhoud. Als jij informatie of amusement levert waar je publiek niet op zit te wachten, blijven de beschreven stappen zinloos.
  5. Geef niet op. Het kan even duren voordat je weet waar jouw publiek op zit te wachten en welk type content voor jouw merk aanslaat. Hoe langer je bezig bent, hoe beter je beeld wordt van wat werkt en wat niet.

Veel succes!

Contentinspiratie

10 manieren om nieuwe contentinspiratie te vinden

I. Ga naar klanten toe

Goede content is content die jouw klanten willen lezen. Als je even geen inspiratie hebt voor een nieuwe blog of social media post, kan dat dus betekenen dat je de verbinding met die klant bent verloren.

Om nieuwe ideeën op te doen, moet je jouw klant dus weer even gaan opzoeken. Dat kan een arbeidsintensief proces zijn, maar het is wel een effectieve methode om je op scherp te zetten. Wat houdt de klant bezig, waar zit hij mee, welke informatiebehoefte heeft hij op dit moment?

Je kunt de (potentiële) klant fysiek gaan opzoeken door met je sales-collega’s op pad te gaan, maar ook telefonische interviews zijn heel gebruikelijk. Als je vertelt dat je vragen hebt omdat je jouw klanten in het vervolg beter wil helpen, is de kans groot dat mensen bereid zijn om mee te werken.

Onthoud wel: één is geen, dus als je voor deze optie kiest, moet je ervoor zorgen dat je sowieso meerdere klanten te spreken krijgt. Alleen dan krijg je een goed beeld, en weet je dat de ideeën die je opdoet ook daadwerkelijk gaan aanslaan.

Tip: gebruik periodes met veel inspiratie om een buffer op te bouwen!

In de contentkalender van Coosto kun je ideeën opslaan als concept. Pak je concepten erbij wanneer de creativiteit wat tegenvalt, en je kunt weer vooruit met je social media posts.

II. Analyseer wat er op je website gevonden wordt

Misschien gaat je inspiratiedip wel samen met het gevoel dat de onderwerpen en relevante invalshoeken simpelweg op zijn. Alles is al uitvoerig behandeld, je website barst van de goed gelezen blogs en andere content. Wat kan je nu nog méér doen?

Het mooie is: daar geven je websitebezoekers meestal zelf antwoord op. Niet alleen door keywords in Google, maar ook met interne zoekopdrachten. Dit zijn zoekopdrachten die een bezoeker via een zoekbalk uitvoert op jouw site. Met een klein beetje instelwerk, worden al die zoekopdrachten gelogd in je web-analytics programma (zoals Google Analytics).

banner-search-website

Zo krijg je dus zonder al te veel moeite een overzicht met termen waar jouw sitebezoekers naar zoeken. Daar zit ongetwijfeld veel tussen dat minder geschikt is, maar waarschijnlijk vind je toch wel iets nieuws. Ben je bijvoorbeeld een elektronicawinkel en zie je dat er regelmatig ‘wasmachines vergelijken’ wordt gezocht, dan heb je je eerste idee al te pakken: pak je pen en schrijf een stappenplan waarmee klanten kunnen beslissen welke wasmachine bij hun wensen past.

III. Volg de concurrentie

Beter goed gejat dan slecht bedacht: je hoeft je echt niet te schamen als je regelmatig afkijkt bij een concurrent. Sterker nog, het is juist een slimme manier om ideeën voor content op te doen. Schrijf je bijvoorbeeld in voor de nieuwsbrief van je concurrent, of stel in je social media listening tool een alert in, zodat je een melding krijgt als de concurrent iets publiceert.

In een social media listening tool kun je ook zien welke content van je concurrent populair is en veel gedeeld wordt. Heb je die thema’s zelf nog niet besproken, of niet met die invalshoek? 1+1=2. Daar heb je een kant-en-klaar idee te pakken. Let wel op dat je er je eigen sausje overheen giet, zodat je onderscheidend vermogen behoudt. 

social-media-listening-voorbeeld

IV. Bekijk hoe er gereageerd werd op eerdere content

Deze methode werkt alleen als je reacties hebt gekregen op eerdere content, bijvoorbeeld op social media. In dat soort reacties zit namelijk bruikbare feedback verscholen, die jij kunt gebruiken voor nieuwe artikelen en posts.

Je kunt vragen om aanvulling gebruiken om nieuwe invalshoeken te vinden. Zo publiceren we ieder jaar een onderzoek naar de beste tijden om te posten op social media. Vorig jaar kregen we daar onder andere deze reactie op, die prima input is voor het geval we ooit zonder inspiratie komen te zitten.

reactie-facebook-coosto-inspiratie

 

Tip! Met Engage in Coosto komen de reacties op al je social media kanalen overzichtelijk binnen op één plek, zodat je er gemakkelijk op kunt reageren.

V. Luister naar experts

Als je gebrek aan inspiratie wordt veroorzaakt doordat je achterloopt op de laatste trends in je markt, is deze methode aan te raden. Het is dan namelijk tijd om je kennis op te schroeven, zodat de ideeën als vanzelf weer komen aanwaaien.

De beste manier om zo’n achterstand in te halen, is door te luisteren naar wat de top in je vakgebied te zeggen heeft. Als het goed is weet je welke mensen in jouw branche toonaangevend zijn, dus moet het geen probleem zijn om ze te vinden.

Ga wat vaker naar congressen waar de experts spreken, lees hun boeken en luister podcasts waar ze in te gast zijn. Zo leer je al snel welke ontwikkelingen er zijn, welke richting je vak opgaat en wat de belangrijkste actuele thema’s zijn.

Op het moment dat je volwaardig kunt meepraten, zit je goed. Geef je eigen draai aan de onderwerpen, ontwikkel je eigen visie en er opent zich een wereld aan mogelijkheden voor nieuwe content. Deze methode vergt behoorlijk wat tijd, maar het is wel een duurzame manier om de ideeën weer te laten binnenstromen; je volgende writer’s block zal nog wel een tijdje duren.

VI. Volg relevante hashtags

Als je de ideeën min of meer aan je deur wilt laten bezorgen, kun je het best relevante hashtags op social media gaan volgen. Je wordt dan vanzelf op de hoogte gehouden van de laatste trending content op platformen als X en Facebook.

Bekijk welke vragen mensen stellen in de berichten die voorbijkomen, check welke content populair is en welke nieuwsfeiten veel besproken worden. Het nadeel van deze methode is dat je er zelf geen extra vaart achter kan zetten, omdat je afhankelijk bent van de stroom aan live content van anderen.    

Met Coosto Listen stel je dagelijkse overzichten in voor thema's en hashtags die je wilt volgen. Je krijgt dan automatisch updates in je mailbox met de belangrijkste nieuwsartikelen, social media posts en blogs.

VII. Schrijf je in voor nieuwsbrieven van vakmedia

Voor ons marketeers zijn er vakmedia als Marketingfacts, Frankwatching en Adformatie waar we inspiratie uit putten. Voor de branche van jouw bedrijf zijn er ook ongetwijfeld sites, online tijdschriften en platforms waar kennis gedeeld wordt. Het probleem is dat het regelmatig bezoeken van die sites er door de waan van de dag bij inschiet.

Schrijf je daarom in voor de nieuwsbrieven van dit soort kennisplatformen, een optie die vrijwel altijd gratis wordt aangeboden.

Wil je op de hoogte blijven van de laatste content van Coosto? Schrijf je in voor onze nieuwsbrief.

VIII. Recycle succesvolle content

In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst, maar ze geven wel aanknopingspunten. Als de eerste 7 tips niet tot een oplossing voor je writer’s block hebben geleid, kun je gaan ijken naar wat in het verleden wél resultaat opleverde.

Maak een lijstje met je 10 meest succesvolle blog posts, en probeer te bedenken of er content bij zit die je in een andere vorm kan gieten.

Heb je bijvoorbeeld een video gemaakt die aansloeg? Wellicht kun je er ook een opsomming van maken, of een infographic? Zo kun je soms met dezelfde content meermaals scoren. Misschien niet de meest vernieuwende klus, maar je zorgt er wel voor dat er iets succesvols uit je pen komt.

Onderstaand lijstje van Backlinko geeft je handvatten voor de blog formats die het meest worden gedeeld. 

successful-content-types

 

IX. Doe eigen onderzoek

Je kunt overal naar inspiratie zoeken, maar soms ligt het antwoord gewoon vlak voor je. Wanneer het niet lukt om ideeën op te doen in de buitenwereld, kun je altijd nog bekijken of er in je organisatie wat inspiratie is te vinden.

Het bruist daar namelijk waarschijnlijk van de informatie, kennis en data die voor de buitenwereld misschien ook wel interessant is. Doe eens een intern onderzoek, en ga na of die kennis voorhanden is. Heb je misschien statistieken over je vakgebied, waardoor je trends kunt uitleggen? Zijn er cijfers over de wensen van klanten? Zie je daar verschuivingen in?

Ga wat vaker praten met interne experts, en doe je best om interessante informatie boven water te krijgen voor een nieuwe blog post.

X. Vraag je publiek wat ze willen lezen

De laatste is misschien wat voor de hand liggend, maar toch echt minder gemakkelijk dan je zou denken. Je kunt expliciet vragen aan je publiek wat zij graag willen lezen, en de antwoorden daarop zijn natuurlijk uitstekende handvatten voor je content.

Het probleem is dat antwoorden vaak uitblijven. We hebben zelf weleens geprobeerd met een enquête in onze nieuwsbrief wat ideeën op te halen, maar nog geen 0,1% van de ontvangers reageerde daarop.

Onze conclusie: als je iets wilt vragen van je lezers, moet je er wat tegenover kunnen zetten. De ervaring leert dat je de meeste reactie krijgt als je een oprecht en laagdrempelig (online) gesprek aangaat, of een ‘cadeautje’ (een gratis download bijvoorbeeld) als ruilmiddel kunt inzetten.

Als voorkomen en genezen niet werkt

Een writer’s block is niet te voorkomen, en soms lukt het ook niet goed om ervan af te komen. Maar met bovenstaande tips zou je ondanks je inspiratiegebrek alsnog goede content moeten kunnen maken. Zo kun je met een gerust hart wachten tot het writer’s block weer voorbijgaat (dat doet hij altijd) en de ideeën als vanouds weer komen aanwaaien.

Webcare

Alles over de opkomst van webcare via dark social

Dark social? En dat is?...

Dark social klinkt misschien duister. Dat is het niet. Dark social is een term die wordt gebruikt om het niet-openbare deel van social media te beschrijven. Denk daarbij aan Facebook Messenger, WhatsApp en Snapchat: de berichten op deze platformen zijn voor de buitenwereld namelijk niet zichtbaar.

Besloten webcare kanalen worden steeds groter

Steeds vaker handelen organisaties vragen af via besloten webcare kanalen zoals WhatsApp en Facebook Messenger. Dat verklaart meteen de afname in het aantal verstuurde reacties op openbare kanalen zoals X.

groei dark social

Ook het onderzoek ‘de stand van webcare in Nederland in 2016’ laat zien dat de chatapps zoals WhatsApp, Facebook Messenger maar ook Snapchat een steeds grotere rol innemen binnen webcare. Doordat  deze kanalen steeds vaker gebruikt worden zullen deze vanzelfsprekend ook verantwoordelijk zijn voor een steeds groter deel van het (directe) verkeer naar jouw website.

Een blik richting 2020 met Elvis DemušElvis Demuš is als client manager namens Coosto bij veel webcare projecten betrokken. In het verleden was hij als teamleider webcare bij Ziggo betrokken met het opstarten van de webcare afdeling van Ziggo.Komt de opkomst van private messaging als verwacht?Ja, de tijd van ‘kijk mij klagen’ is nu wel echt voorbij. Webcare is niet meer het kanaal waar je vooral gezien wilt worden, maar vooral het kanaal waar je geholpen wilt worden. Kijkende naar het verleden is dit wel veranderd. Voorheen was webcare vooral een escalatiekanaal. Wanneer je er als consument via een ander kanaal niet uit kwam, ging je maar Xen of Facebooken. Inmiddels is het vooral voor jongeren een voorkeurskanaal geworden.

Private messaging kanalen als Facebook Messenger zijn uitermate geschikt voor consumenten om snel en persoonlijk geholpen te worden. Voor de toekomst verwacht ik dat dit ook blijft én zal toenemen. Je ziet dat meer en meer organisaties dergelijke kanalen adopteren. Het wordt groter.

Op welke social kanalen wordt webcare nu ingezet?

Verstuurde aantal reacties per social platform

Het feit dat de consument zich naar nieuwe kanalen verplaatst, betekent voor organisaties dat ook zij op deze kanalen beschikbaar dienen te zijn. Alleen zo zijn organisaties in staat om een hoog niveau van service aan te bieden. De opkomst van dark social betekent volgens velen echter niet dat dit ook voor een afname van het belang van online monitoring zal zorgen. Klachten en complimenten die de reputatie kunnen beïnvloeden worden nog altijd openbaar geplaatst.

We zien webcare terug op de openbare social kanalen zoals Facebook en X. Daarnaast zetten organisaties ook Facebook Messenger, WhatsApp, Instagram, LinkedIn en Snapchat actief in. Deze groei aan dark social webcare (ook wel ‘appcare’ genoemd) is een trend die zich in de nabije toekomst doorzet.

In China zien we deze ontwikkeling al met de grote messaging app Wechat. Eigenlijk is messaging app een verkeerde benaming. WeChat is meer dan dat: het is een heus social platform inclusief geïntegreerd betaal- en spaarsysteem.

snapchat instagram

Een toename van berichten in 2020 volgens Esther Kaptein, teamleider webcare bij TUI

Esther ziet vanaf 2013 een fikse stijging in het aantal berichten per boekjaar: van 114.000 berichten in 2013/2014 naar 250.000 berichten in 2015/2016. Ze dankt die stijging aan de eigen inzet: “Hoe meer we lieten zien dat we bereikbaar zijn op social media en hoe vaker en sneller we reageerden, hoe beter de mensen ons wisten te vinden. We zien wel dat de stijgende lijn iets afneemt en we schatten dan ook dat we in 2020 zo’n 415.000 webcare berichten verwerken.”

Interesse in het hele interview met Esther? Lees onze klantcase

Contentmarketing

Facebook vs. Instagram: welk kanaal past bij jouw social media strategie?

Merkpersoonlijkheid

Hoe wil je jouw merk profileren? Wanneer je kijkt naar wat je wilt uitdragen en hoe, dan is het belangrijk om daar ook een passend platform bij te kiezen. Dit is de merkpersoonlijkheid van Instagram & Facebook.

instagram-vs-facebook-brand-persoonlijkheid

Welk doel wil je behalen met social media?

Afhankelijk van je doel, is het ene platform meer geschikt dan het andere. Instagram en Facebook zijn allebei zeer geschikt voor leadgeneratie en community building. Ze werken wel op een andere manier. Met Facebook kun je juist door middel van events en (privé) groepen, bouwen aan een community. Instagram is dan weer erg visueel en sterk voor de interactie. Je kan met Instagram gemakkelijk het gesprek aangaan met je doelgroep en volgers door middel van stories. Ook dan werk je dus aan een community. De foto’s en stories zijn ook sterk voor brand awareness doelen. Dit is een krachtige manier om jouw merk te profileren. Is klantenservice één van jouw doelen? Facebook heeft, mede dankzij Messenger, het voordeel dat je snel en gemakkelijk vragen kunt beantwoorden van jouw klanten.

facebook-en-instagram-doelen-social-media

Voorkeursplatform per leeftijdscategorie

instagram-vs-facebook-doelgroepen

Bron: Newcom – Nationaal Social Media Onderzoek 2019

Het aantal Facebook-gebruikers daalt: In 2019 zijn er 640.000 minder gebruikers in Nederland dan in 2018. Instagram groeit, en heeft in 2019 830.000 gebruikers meer dan in 2018

insta-fb-groei-afname

Activiteiten op platform

activiteiten-social-media-instagram-en-facebook

Bron: Ruigrok Netpanel – WHO2019

Contentmarketing
Contentinspiratie

De verklaring voor het social media succes van Netflix en Bol.com

Grote verschillen in groei aantal Twittervolgers

De cijfers zijn duidelijk. De 30 grootste Nederlandse merken op Twitter zagen hun volgers in het afgelopen jaar gemiddeld met slechts 1,9% stijgen (1 januari - 8 december). Veel van de wat kleinere merken verloren zelfs een deel van hun publiek. Dat is een enorm contrast in vergelijking met Netflix en Bol.com, die hun fanbase spectaculair lieten groeien met respectievelijk 16% en 26%. 

grafiek-groei-volgers-netflix-bol

De vraag blijft echter: hoe dan? Wat doen zij anders dan alle andere merken die hun prestaties alleen maar verder achteruit zien gaan?

Niet méér content publiceren

Het antwoord zit hoogstwaarschijnlijk niet in méér posten. De top 30 plaatste in het afgelopen jaar 0,9 tweets per dag, en zowel Bol als Netflix wijken daar niet extreem van af, met gemiddeld 1 en 2,1 tweets per dag. En hoewel de kwaliteit van de tweets zonder twijfel een belangrijke bijdrage levert aan het succes van deze merken, ligt ook daar niet het grootste deel van de verklaring.

Conversational marketing

Die verklaring vinden we namelijk in de manier waarop er wordt omgegaan met reacties op social media.

Wat we veel zien op social media (en waar we onszelf ook nog weleens schuldig aan maken), is dat er een post wordt geplaatst, en dat men vervolgens rustig achteroverleunend wacht op likes, clicks en andere conversies. Reacties komen er nauwelijks, en áls ze al komen, worden ze voor kennisgeving aangenomen. De traditionele manier van social media marketing, zeg maar.

Netflix en Bol.com pakken dat compleet anders aan. Hun strategie is juist overduidelijk gericht op interactie in plaats van directe conversie. Met taalgebruik dat past bij het platform dagen ze mensen uit te reageren en gaan ze met lef het gesprek aan. Conversational marketing, om het in een hippe term te vangen.

Geen twijfel over mogelijk: jij moet Atypical kijken.

— Netflix NL (@NetflixNL) December 6, 2019

Het geheim zit in de reacties

De truc van conversational marketing zit hem niet zozeer in de oorspronkelijke tweet, als wel in de reacties erop. De marketeers bij Netflix en Bol.com maken er namelijk een echt gesprek van, en reageren volop. En dat doen ze niet één keer, maar constant, als onderscheidende strategie.

De twee merken samen reageerden dit jaar tot nu toe een duizelingwekkende 9800 keer op hun eigen tweets. En let op: we hebben het hier niet over webcare naar aanleiding van vragen of klachten. 9800 reacties. Op eigen tweets.

geplaatste-reacties-per-tweet-netflix-bol

Het beeld dat ontstaat als we het aantal geplaatste reacties op eigen tweets in een grafiek zetten, vertoont gelijkenissen met de groei van het aantal volgers. Zou dit dan de verklaring voor het succes kunnen zijn?

Het lijkt er wel op. De grafiek met het effect van al die geplaatste reacties (lokken die reacties daadwerkelijk interactie uit?), is namelijk nagenoeg identiek aan die van de groei van Twittervolgers. 

ontvangen-reacties-per-tweet-netflix-bol

De theorie achter conversational marketing zien we hier in de praktijk: gesprekken aangaan levert meer interactie op, waardoor je aantallen volgers en fans stijgen. En hoe groter je publiek, hoe meer conversies je uiteindelijk mag verwachten. Dat kunnen clicks zijn als je er een keer voor kiest om wél een commerciële boodschap te verspreiden, maar die conversies gaan ook vaker op een compleet andere tijd of plek plaatsvinden. Puur omdat je met conversational marketing hebt gewerkt aan een aantrekkelijker merk. 

Interactie is de vergeten sleutel tot succes

Ironisch genoeg is interactie natuurlijk altijd al de kern van social media geweest, ook voor (commerciële) merken. We zouden allemaal volop met conversational marketing bezig moeten zijn, en ergens weten we dat ook gewoon. Het lijkt ons alleen aan durf, kennis, overzicht en tools te ontbreken om een oprecht online gesprek met onze doelgroep op gang te krijgen en te houden. 

Laat een gebrek aan overzicht of tools je niet langer tegenhouden om het gesprek met je doelgroep aan te gaan en succes op social media te boeken. Met Coosto reageer je vanuit één omgeving op alle berichten op social media.