Neem me eens mee naar die periode bij NIMA. Waarom besloot je te stoppen met het doceren van marketing?
“Met het klassieke model van marketing probeer je je anders voor te doen dan wie je eigenlijk bent. En dat irriteert mensen. In de jaren 80 kon je nog een positionering en imago kiezen. Denk bijvoorbeeld aan Heineken, dat in twee jaar tijd veranderde van een biertje voor de bouwvakker naar een biertje voor de directeur. Dat is vandaag de dag echt onmogelijk, zeker in de B2B-markt. De wereld is namelijk transparant.
"In de jaren 80 kon je nog een positionering en imago kiezen. Dat is vandaag de dag echt onmogelijk, zeker in de B2B-markt."
Ik kwam laatst een mooie quote tegen die het eigenlijk perfect verwoordt: als je ergens een vernislaagje op spuit, dan willen mensen het eraf krabben. Omdat er nog niet met die gedachte werd lesgegeven, ben ik ermee gestopt. Zo’n twee à drie jaar later werd ik benaderd door Noordhoff. Of ik een schoolboek voor het hbo wilde schrijven over contentmarketing. Hoewel ik daar destijds geen tijd voor had, was de manier waarop dat ging wel treffend. Ze hadden onderzoek gedaan bij docenten, en gevraagd welke onderwerpen werden gemist in de lesstof. Toen ze vervolgens gingen Googelen naar die onderwerpen, kwamen ze bij mij uit.
Precies hoe inbound marketing werkt.”
Wat is nou eigenlijk de kern van inbound marketing?
“Je kunt inbound marketing het beste zien als een filosofie, een denkwijze: het niet willen onderbreken of irriteren van je potentiële klant. De focus ligt echt op het aantrekken van je doelgroep, in plaats van het zenden van je boodschappen. Je gaat kennis over je vakgebied gratis delen op je website, en geeft in je blogs of artikelen antwoord op vragen die je doelgroep aan Google stelt. Via die route belanden mensen vervolgens op je website, waardoor ze kennismaken met je expertise én – uiteindelijk – je diensten of producten.
Een directeur van een reclamebureau wist het mooi te verwoorden: je moet mensen niet onderbreken bij wat ze interessant vinden, maar je moet zíjn wat ze interessant vinden. En toch vinden wij marketeers het belangrijk om mensen te onderbreken. Heel gek, want we vinden het zelf ook irritant. Niemand zit namelijk te wachten op een pop-up commercial terwijl je een artikel leest. Het is een modus: ik ben marketeer, dus ik communiceer via reclame. Terwijl we in een tijd leven dat je via andere middelen gewoon gratis kunt communiceren. Op niet irritante manieren.”
Ik ben een content marketeer. Jij bent een inbound marketeer. Allebei stellen we het delen van kennis centraal in onze strategie, met als doel mensen écht op weg te helpen. Waar zit het verschil?
“Die vraag krijg ik vaker. Het woord content marketing is populairder dan inbound marketing, omdat je dat overal op kunt plakken. Reclamebureaus heten tegenwoordig contentbureaus. Ze blijven gewoon doorgaan met campagnes maken en producten pushen, maar dat heet dan ineens content. Inbound marketing beperkt zich tot online, en de focus ligt echt op het aantrekken.
"Reclamebureaus heten tegenwoordig contentbureaus, maar blijven gewoon doorgaan met campagnes maken."
Als je een blog plaatst op je website, dan zeggen veel mensen vaak: ‘je moet het wel nog delen, anders leest niemand het’. Maar dat is niet waar. Google vindt en indexeert het, en de meeste mensen komen via die route op je content terecht. Marketeers zitten nu nog in de zendmodus: ‘ik bepaal hoe de markt mijn content ziet’. Ze zijn vaak helemaal niet bezig met bezoekers die op de website komen omdat ze iets hebben ingetypt bij Google. Daar zit denk ik het grote verschil.”
Wanneer besloot je dat MCB aan de slag moest met inbound marketing?
“Er kwam een moment dat we doorhadden dat onze klanten niet meer zaten te wachten op reclame. Toen besloten we onderzoek te doen, waardoor we vervolgens zagen dat heel veel klanten bij Google beginnen als ze meer willen weten over (nieuwe) producten of toepassingen. Toen kwam eigenlijk het besef: waarom betalen we nog voor advertenties die niemand wil zien als we ook gratis onze kennis kunnen delen? In 2012 zijn we met dat inzicht in het achterhoofd begonnen met inbound marketing, als een van de eersten in Nederland. In het begin was het vooral belangrijk om de interne organisatie bewust te maken van het belang van transparantie en het delen van kennis. Vooral dat laatste wordt nog te vaak als een bedreiging gezien namelijk.”
Dat is inderdaad wat ik vaker hoor. “Ja, als we onze kennis gaan delen, dan leest de concurrent ook mee!”
“Jan Willem Alphenaar (trendwatcher en keynote speaker, red.) zei het op een mooie manier: “De concurrent leest mee, dat klopt. Maar de klanten van die concurrenten lezen ook mee.” Het is belangrijk te focussen op de kansen die transparantie biedt, in plaats van de bedreigingen. Je ziet vaak dat als de zogenaamde ramen opengaan bij bedrijven, mensen meer bezig zijn met de vieze luchtjes die naar buiten gaan dan met alle frisse lucht die naar binnen komt.
Bij MCB moest die mindset over transparantie ook groeien. Als er werd overwogen iets online te zetten, dan hoorden we soms een tegengeluid: ‘Als we dit online zetten, dan kan het zo zijn dat die ene persoon er negatief op reageert. Dus doe maar niet.’ Dat is bij veel bedrijven nog steeds een beetje. De modus is ‘niet publiceren, tenzij’. Bij ons is het nu: ‘publiceren, tenzij’. Alles wat we online delen wordt geaccepteerd, en veel collega’s zien LinkedIn bijvoorbeeld als onderdeel van hun werk.
"Bij ons is de modus nu: 'publiceren, tenzij'. Alles wat we online delen wordt geaccepteerd, en veel collega's zien LinkedIn bijvoorbeeld als onderdeel van hun werk."
Daarnaast krijg ik als parttime zelfstandige de kans om bij andere bedrijven een kijkje in de keuken te nemen. Opvallend genoeg kom ik daar nog veel weerstanden tegen. Als de directie het wil, dan wil marketing het niet. En als marketing het wil, dan wil de directie het niet. De laatste tijd merk ik steeds vaker dat managers het wel snappen, maar dat corporate communicatie het weer tegenhoudt. Die afdeling heeft altijd een beetje de macht gehad over wat er gecommuniceerd werd. Tegenwoordig heb je die macht niet meer. Anno 2018 zijn je collega’s de woordvoerders. Zie dat als een kans en geef ze vooral het vertrouwen dat ze dat goed kunnen, in plaats van alles willen beheersen wat er buiten gebeurt. Geef ze handvatten, en help ze om dingen te delen.”
Hoe ziet jullie inbound marketing strategie eruit bij MCB?
“Met marketing doen we wel nog af en toe campagnes, maar in het algemeen richten we ons niet alleen maar direct op de buitenwereld. De focus ligt hier op onze medewerkers. Zij worden echt op een voetstuk gezet, waardoor we de markt naar ons toe trekken.
Neem bijvoorbeeld mijn collega die alles weet van titanium. We kijken samen wat voor vragen er veel worden gesteld over titanium, en die vragen gaan we beantwoorden. Elke vraag wordt vervolgens een los artikel. We kunnen natuurlijk ook een abstract en zakelijk verhaal vertellen vanuit het bedrijf, over hoe geweldig we zijn en hoe geweldig ons titanium is. Maar toch werkt het beter als je de mensen erachter laat zien. Zulke content doet het veel beter. Hij krijgt nu ook veel meer telefoontjes van potentiële klanten.”
Zijn jullie bij MCB daarom ook meer bezig zijn met de content op de website, en minder het publiceren van content op social media?
“Ja, dat is voor ons minder belangrijk. Ik gebruik vaak het voorbeeld: stel dat ik vandaag een miljoen blogs op mijn website zet. En ik vertel het tegen niemand. Dan heb ik morgen 1000 nieuwe klanten. Die mensen zijn via Google gekomen, hebben daar iets ingetypt, landen op een van mijn antwoorden en denken: hé das interessant. En gaan dan bellen. In dat geval heb ik niks op social media gezet en niemand geïrriteerd met mijn content.
Ik kreeg laatst een verzoek van een collega, die voor de grap vroeg of we bepaalde content offline konden halen omdat hij zoveel gebeld werd. Dat is content die we ooit eens hebben geplaatst, maar nog elke dag mensen aantrekt. En dat is dus precies de bedoeling van inbound marketing.”
Toch is inbound marketing helemaal niet vanzelfsprekend voor veel bedrijven. Hoe kan het dat dit zo’n groot succes is bij MCB?
“Onze medewerkers maken het zo’n succes. Het is jammer dat veel bedrijven de medewerkers nog verstoppen achter het merk, het kan namelijk zoveel opleveren. Denk bijvoorbeeld aan het aantrekken van nieuwe medewerkers. In mijn 25-jarige carrière heb ik nog nooit zoveel samengewerkt met HR als nu. Ze hebben een vacature, bijvoorbeeld voor chauffeur. Dan maken we een filmpje waarin we een van onze chauffeurs interviewen. Niks wordt gescript: we laten gewoon een chauffeur vertellen hoe het is om te werken bij MCB.
Binnen no-time was het filmpje opgenomen en klaar. Het is authentiek en komt heel oprecht en betrouwbaar over. Als we dit delen met een vacature, hebben we binnen een week 10 nieuwe chauffeurs. Terwijl er in Nederland op dit moment een tekort aan chauffeurs is.”
Waar meten jullie bij MCB het succes van inbound marketing aan af?
“Het levert veel op, juist ook minder tastbare zaken. Denk bijvoorbeeld aan trots. Ons format ‘Klant in beeld’ geeft dat goed weer. Klanten zijn vaak tevreden, wat leuk is voor collega’s om te lezen. Inbound marketing levert bij ons zo ook een grote bijdrage aan een stuk interne communicatie. Ik heb een keer meegemaakt dat ik een collega van de aluminium-afdeling interviewde. Hij zei: ‘Ik heb een blog gelezen waarbij je iemand van de staal-afdeling interviewde over een project in Noorwegen. Het is niet te geloven, maar wij leveren daar het aluminium!’. Ze wisten dus niet van elkaar dat ze beiden een bijdrage hadden geleverd aan datzelfde project. Dat wat we als MCB doen in binnen- en buitenland wordt inbound marketing een belangrijk deel van de interne communicatie.
"Inbound marketing levert bij ons ook een grote bijdrage aan een stuk interne communicatie."
De aanwas van nieuwe medewerkers is natuurlijk ook een belangrijke graadmeter van ons inbound marketing succes. HR gaf het zelf aan: sinds we zijn begonnen met deze aanpak, krijgen we vier keer zoveel reacties op vacatures als voorheen. In één van mijn introductiebijeenkomsten over marketing was een nieuwe verkoper aanwezig. Hij zei: ‘Ik las het interview met verkoper Rick, en na het lezen van dat interview wist ik dat ik bij MCB wilde werken’.”
Wat voor advies heb je voor bedrijven die nog helemaal nieuw zijn binnen inbound marketing?
“Als ik andere bedrijven adviseer, dan begin ik altijd met spiegelen. Hoe ga je zelf op zoek naar producten? Spoel je commercials door? Ja, dat doet iedereen. Gebruik je een adblocker? De meesten wel. Zit je in het Bel-me-niet-register? Bijna iedereen. Waarom zou je nog geloven in cold calling als je zelf in het Bel-me-niet-register zit? Heb je laatst nog een duur product gekocht? Ja? Ben je dan naar de winkel gegaan om het aan de verkoper te vragen, of ben je bij Google begonnen? Meestal bij Google. En precies dát doen klanten ook. Zo’n spiegel is een manier van overtuigen die helpt, vooral omdat je in het begin nog geen bewijzen hebt dat het werkt.
Vervolgens is het zaak om te beginnen bij de mensen die positief en gemotiveerd zijn. Die denkfout maakte ik zelf in het begin: ik wilde iedereen tegelijk overtuigen. Roos van Vugt (momenteel social media manager a.i. bij NOS, red.) gaf toen de tip om me juist te richten op de hardlopers, de mensen die er klaar voor zijn. Dat doe ik nu dus ook altijd. Neem bijvoorbeeld mijn LinkedIn-workshops binnen MCB. Collega’s die er klaar voor zijn, kunnen de workshop bijwonen. Maar ik ga geen verkopers verplichten om het bij te wonen. Ik wacht tot ze er klaar voor zijn, en geef ze dan de tools.”
Wat zijn de doelen en ambities binnen MCB voor de komende jaren?
“Mijn doel is uiteindelijk om alle medewerkers op een podium te krijgen. Ik wil eigenlijk dat ze allemaal beroemd worden in hun markt. Mensen moeten gaan merken dat hun artikelen veel worden gelezen, dat er op wordt gereageerd en dat er complimenten binnenstromen. Met als resultaat dat ze dus steeds vaker bij marketing aankloppen omdat ze content willen maken. Dat gaat stapje voor stapje.
Er is een gezegde dat gaat: ‘Het duurt 7 seconden om een idee naar de andere kant van de wereld te krijgen, en dan nog 7 jaar voordat dat laatste stukje bij iemand in de hersenpan landt’. Dat is herkenbaar. Het kost gewoon heel veel tijd om mensen te veranderen. Je kunt wel eenmalig een overtuigend verhaal vertellen, maar zodra mensen weer achter hun computer kruipen, doen ze weer precies hetzelfde als gisteren. Mensen moeten er toch aan gewend raken om inbound marketing een onderdeel te maken van het dagelijks werk. Toch merk ik dat ik die 7 jaar nu zelf aan het overbruggen ben. Laatst kwam een collega aanzetten met 5 blogs waar ik niet om gevraagd had.
Dat is precies waar ik naartoe wil.”
Het einde van 2018 komt langzaam maar zeker in zicht. Waar gaat inbound marketing naartoe in 2019?
“Het netwerkmodel van Marco Derksen (oprichter van Marketingfacts en Upstream, red.) laat de toekomst eigenlijk perfect zien. Hij schetst drie fasen. De eerste fase is een instituut dat zendt naar de markt. In de tweede fase, waarin we ons nu bevinden, zitten mensen en instituten dicht op elkaar. In het begin van deze fase stuurde je KLM een tweet, waarop je vervolgens antwoord kreeg. Iets wat voor die tijd heel bijzonder was. We zitten inmiddels al heel ver in die fase, misschien zelfs bijna de fase voorbij.
"Ik ben ervan overtuigd dat de kracht van marketing zit in de medewerker. Collega's zijn de grootste magneet."
De laatste fase is één grote soep waar iedereen in zit. Bedrijven en instituten doen er niet meer toe, het draait alleen nog om de mens en wat die is en weet. Daar gaan we echt naartoe, zowel de B2B als de B2C -markt. Neem Tony’s Chocolonely bijvoorbeeld. Marktleider op het gebied van chocolade, zonder ooit reclame te hebben gemaakt. Tony’s Chocolonely zet medewerkers voorop en laat zien wat er achter de schermen gebeurt. Ze zijn heel open en transparant. Ook de consumentenmarkt gaat die kant op.
Ik ben ervan overtuigd dat de kracht van marketing zit in de medewerker. Collega’s zijn de grootste magneet. Mijn doel is om het vakgebied marketing én de mensen eromheen daarvan te overtuigen. Zeker de commerciële kant, de verkopers. Er zit namelijk vaak zoveel kennis tussen hun oren: dat trekt online heel veel nieuwe klanten aan. Dus zorg ervoor dat het online komt.
Een ding is zeker: er zijn nog veel stappen te zetten voor veel bedrijven. Het goede nieuws?
Wanneer een patiënt of verwijzer zoekt naar de juiste zorg, is het essentieel dat een ziekenhuis goed zichtbaar is in zoekmachines. Toch blijft het gebruik van social media als onderdeel van een SEO-strategie in de zorgsector vaak onderbenut. Terwijl juist social media een krachtige aanjager kan zijn van de zichtbaarheid en domeinautoriteit van je website.
In dit artikel onderzoeken we hoe tien Nederlandse ziekenhuizen online presteren op het gebied van zichtbaarheid en zoekmachineoptimalisatie. Daarbij vergelijken we hun share-of-voice binnen de zorgsector met de totale markt. Dat geeft niet alleen inzicht in wie er online opvalt, maar ook waar groeikansen liggen.
Waarom SEO relevant is voor ziekenhuizen
SEO wordt in veel zorginstellingen nog vaak gezien als iets voor marketingafdelingen of commerciële bedrijven. Maar ook voor ziekenhuizen is het essentieel. Steeds meer mensen oriënteren zich online op zorgaanbieders. Zichtbaar zijn op het juiste moment in zoekmachines vergroot de kans dat patiënten, verwijzers en journalisten een bepaalde instelling weten te vinden en vertrouwen, zoals ook blijkt uit onderzoek van Cornell University, waarin het belang van zoekmachineoptimalisatie voor online zichtbaarheid wordt bevestigd.
Hoe social media bijdraagt aan SEO
Social media draagt indirect, maar structureel bij aan betere SEO-resultaten. Door regelmatig te posten op platforms als LinkedIn, Facebook of Instagram neemt het verkeer naar je website toe. Dit leidt tot meer interactie en vergroot de kans dat externe bronnen zoals nieuwswebsites, blogs of forums naar je content linken. Zulke backlinks blijven lang waardevol voor je domeinautoriteit – een cruciale factor voor zoekmachines om je positie te bepalen. Sociale media zijn daarmee niet zomaar kanalen die informatie de wereld in slingeren, maar een versterker van je totale zichtbaarheid en onderdeel van je communicatiestrategie.
SEO-prestaties van Nederlandse ziekenhuizen: een data-analyse
We onderzochten tien ziekenhuizen van verschillende groottes en uit diverse regio’s. Daarbij keken we naar het aantal backlinks naar hun websites, het bereik van berichten waarin deze links voorkwamen, en het type content waarnaar werd gelinkt. Ook vergeleken we hun share-of-voice binnen het bredere zorglandschap.
De belangrijkste cijfers op een rij:
Hoewel veel ziekenhuizen regelmatig content publiceren, blijkt hun aandeel in het bredere online zorggesprek verrassend klein. Dat betekent niet dat de communicatie slecht is, maar wel dat het nog onvoldoende wordt opgepikt en gedeeld door externe partijen – en dus beperkt bijdraagt aan SEO-waarde en zichtbaarheid.
Wat zeggen de linkbestemmingen?
De inhoud van de gelinkte pagina’s laat zien waar ziekenhuizen online de nadruk op leggen. Een groot deel van de links verwijst naar praktische pagina’s, zoals nieuwsberichten, algemene informatie of externe platforms. Behandelinformatie is ook goed vertegenwoordigd, maar inhoud die raakt aan onderzoek, innovatie of maatschappelijke thema’s blijft duidelijk achter. Terwijl juist dát type content vaker wordt gedeeld, geciteerd en gelinkt in de bredere online zorgdiscussie. De verdeling benadrukt dat er nog veel ruimte is om strategischer om te gaan met content die bijdraagt aan zichtbaarheid, autoriteit en SEO-waarde.
Conclusie: waar liggen de kansen?
Ziekenhuizen zetten social media en content steeds vaker in om hun verhaal te vertellen, maar benutten de kracht van SEO nog onvoldoende. De cijfers laten zien dat het aantal links, het bereik en de thematische focus vaak te versnipperd zijn om daadwerkelijk invloed uit te oefenen op online zichtbaarheid. Er is dan ook veel ruimte voor verbetering – juist met middelen die ziekenhuizen al in huis hebben.
Wie inzet op regelmatige, inhoudelijk sterke content die aansluit bij maatschappelijke thema’s en deze actief verspreidt via social media, vergroot de kans op relevante backlinks. En die backlinks zijn weer de sleutel tot een betere positie in zoekmachines. SEO hoeft geen technisch specialisme te zijn; het is een logisch gevolg van strategisch communiceren.
Hoe Coosto jouw SEO kan versterken
Coosto helpt zorginstellingen om grip te krijgen op hun online zichtbaarheid. Je krijgt inzicht in welke content het meeste bereik heeft, wat jouw aandeel is in het bredere online zorggesprek en welke thema’s aansluiten op je communicatie. Zo maak je communicatie-inspanningen aantoonbaar effectiever en bouw je aan een duurzame positie in zoekmachines.
Zien wat Coosto voor jouw zorginstelling kan betekenen? Vraag een gratis demo aan.
In de snel veranderende wereld van social media is het essentieel om je bereik en interactie te maximaliseren. Een krachtige, maar vaak onderschatte strategie is het taggen van personen en bedrijven in je LinkedIn-posts. Met de nieuwste update in Coosto Publish wordt deze strategie nu nog effectiever en gebruiksvriendelijker.
Waarom LinkedIn tagging belangrijk is voor jouw contentstrategie
LinkedIn is hét platform voor B2B-marketing, thought leadership en netwerkopbouw. Echter, het algoritme van LinkedIn bepaalt in hoeverre jouw content zichtbaar is voor anderen. Door strategisch persoonlijke accounts en bedrijven te taggen, laat je dit algoritme in jouw voordeel werken, vooral als de getagde partij ook reageert.
Wanneer getagde personen of bedrijven reageren of je bericht liken, wordt jouw post niet alleen zichtbaar voor hun netwerk, maar krijgt het ook een boost in het algoritme. Het resultaat: een groter bereik en meer interactie.
Taggen zonder omwegen, direct vanuit Coosto
Met de recente update in Coosto Publish tag je nu eenvoudig zowel persoonlijke LinkedIn-profielen als bedrijfspagina's tijdens het opstellen van je bericht, met behulp van een lijst waaruit je gemakkelijk selecteert. Dit bespaart tijd en zorgt ervoor dat je berichten direct de juiste aandacht krijgen.
Best practices voor effectief taggen
Met de ongeschreven regels van de LinkedIn-etiquette ben je natuurlijk al bekend: vermijd te veel zelfpromotie, wees voorzichtig met (te) persoonlijke updates (want: LinkedIn is een zakelijk platform) en gebruik een professionele foto. Óók voor taggen kunnen we best practices opstellen:
Wees selectief: tag alleen personen of bedrijven die daadwerkelijk relevant zijn voor jouw bericht en onderwerp.
Natuurlijke integratie: verwerk de tags op een vloeiende manier in je tekst, bijvoorbeeld: "Samen met @BedrijfX hebben we dit project gerealiseerd."
Beperk het aantal tags: te veel tags kunnen als spam overkomen, waar je door het algoritme op afgerekend kunt worden.
Tag geen onbekenden: tag geen bedrijven of personen waarmee je geen relatie hebt; dit kan als ongepast worden ervaren.
De voordelen van LinkedIn-tagging via Coosto op een rij:
Vergroot je bereik: door getagde personen en bedrijven wordt je bericht zichtbaar in hun netwerk.
Verhoog de interactie: notificaties aan getagde personen moedigen hen aan om te reageren of je bericht te liken.
Efficiëntie: direct taggen binnen Coosto bespaart tijd en voorkomt handmatige bewerkingen na publicatie.
Versterk je netwerk: door regelmatig relevante tags te gebruiken, bouw je een sterker netwerk op binnen je vakgebied.
Bereik een grotere doelgroep buiten je netwerk dankzij LinkedIn tagging
Het taggen van personen en bedrijven op LinkedIn is een eenvoudige, maar krachtige manier om je bereik en interactie te vergroten. Met de nieuwe tagging-functionaliteit in Coosto wordt dit nog toegankelijker en efficiënter: vergroot op gemakkelijke wijze je bereik waardoor je ook buiten je eigen netwerk meer zichtbaarheid creëert.
Tagging is op meerdere platformen een succesvolle strategie, zoals met social selling op Instagram.
Hoe ziet de contentstrategie van Nederlandse gemeenten eruit? Maken ze vooral awareness-content? Sturen ze aan op participatie of interactie? En hoe goed sluiten de social media posts aan op hun websitecontent?
In dit onderzoek hebben we 1100+ berichten van tientallen gemeenten geanalyseerd, zowel op websites als op social media. We hebben elk bericht gekoppeld aan één van de vier fases van de klantreis:
Awareness:Content die inwoners informeert, waarschuwt of introduceert in een bepaald thema. Denk aan wegafsluitingen, nieuw beleid of gezondheidsadviezen.
Consideration: Content die uitnodigt tot meedenken, reflectie of oriëntatie. Zoals enquêtes, informatieavonden of participatieprojecten.
Decision: Content met een concreet doel en een duidelijke oproep tot actie. Bijvoorbeeld: “Vraag subsidie aan”, “Meld je aan voor de opschoondag” of “Doe mee met de actie”.
Loyalty: Content de relatie met inwoners versterkt. Denk aan felicitaties, dankwoorden, werkbezoeken en herdenkingen.
Het resultaat: opvallende patronen, praktische adviezen én kansen om communicatie gerichter, effectiever en meer afgestemd in te zetten. Want uiteindelijk gaat het erom dat gemeenten niet zomaar content online zetten, maar bewust sturen op de relatie met hun inwoners — door te weten wat ze communiceren, voor wie, en met welk doel.
Meer dan informeren: het belang van fasegericht publiceren
Door content te publiceren in álle fasen, zorg je als gemeente voor een natuurlijke opbouw in je communicatie. Je informeert inwoners wanneer dat nodig is, nodigt ze uit om mee te denken, helpt ze in actie te komen én blijft betrokken na afloop.
Als één of meerdere fases ontbreken, stokt die lijn: inwoners blijven hangen in alleen informatie, raken niet geactiveerd of voelen zich niet gewaardeerd. Een goede verdeling over de fases helpt gemeenten dus om niet alleen bereik te genereren, maar ook om vertrouwen, participatie en langdurige betrokkenheid te versterken.
Zoals gemeenten in het VNG-boekjeKijken als een klant #2 aangeven:
"Betere dienstverlening begint met leren kijken als een klant. Bijvoorbeeld door te werken met serviceformules, klantreizen in kaart brengen en (veel meer) te meten wat er gebeurt op je website."
Fasegericht publiceren is daarmee niet alleen een communicatiestrategie, maar ook een manier om écht klantgedreven te werken. Door je communicatie af te stemmen op de behoeften en het gedrag van inwoners in elke fase van hun klantreis, maak je als gemeente het verschil.
De verdeling: zo ziet gemeentelijke content er nu uit
Websitecontent
Gemeenten gebruiken hun eigen website vooral om te informeren. De nadruk ligt op bewustwording en zenden vanuit de organisatie. Content over participatie (consideration) of terugblikken en waardering (loyalty) blijft relatief beperkt.
Inhoudelijk zien we in de trending topics dat websiteberichten breed en beleidsgericht zijn. Ze gaan over thema’s als toegankelijkheid, veiligheid, voorzieningen en toekomstplannen. Het draait om informeren, verantwoorden en het delen van kaders met inwoners, partners en instellingen.
Social media content
Op social media ligt de nadruk ook op bewustwording, maar er is duidelijk meer ruimte voor relatieopbouw en waardering. Loyalty-content komt hier iets vaker voor dan op de website.
Toch verschilt de toon van social posts zichtbaar van die op de website. Uit de trending topics — met woorden als “de gemeente”, “inwoners”, “de link” en “tijd” — blijkt dat social media vaker gebruikt wordt om inwoners direct aan te spreken, hen ergens naartoe te verwijzen of ze op het juiste moment te activeren.
De stijl is daarmee vaak persoonlijker, visueler en praktischer dan op de website. Maar ondanks die vormtaal blijft de inhoud grotendeels informatief — met relatief beperkte aandacht voor participatie of relatieopbouw.
Van cijfers naar inhoud: wat gemeenten per fase communiceren
De verdeling over de klantreisfases laat zien waarop gemeenten de nadruk leggen, maar welke soort content hoort daar nu eigenlijk bij? Als we dieper inzoomen op de inhoud van de berichten, zien we duidelijke verschillen tussen website en social media – niet alleen in tone of voice, maar ook in vorm en doel.
Deze inhoudelijke verschillen tonen aan dat websitecontent vooral informerend en beleidsmatig is, terwijl social media meer ruimte biedt voor contact, emotie en activering. Het is dan ook logisch dat socials vaker worden ingezet voor relationele en activerende communicatie, zoals bij loyaliteitsopbouw en besluitvorming.
Conclusies: hebben gemeenten een contentstrategie?
Ja, maar… vaak impliciet. Er is wel een herkenbaar communicatiepatroon, maar het is zelden bewust opgebouwd vanuit de klantreis. Er wordt veel gecommuniceerd in de awareness-fase, terwijl opvolging richting actie of relatie vaak ontbreekt.
Social posts verwijzen regelmatig naar losse pagina’s zonder vervolg, en de inhoud van sociale media en website is lang niet altijd op elkaar afgestemd.
Het gevolg? Inwoners worden wél bereikt, maar niet echt meegenomen. Er is te weinig opbouw in de communicatie, waardoor kansen op participatie, vertrouwen en langdurige betrokkenheid verloren gaan. Dat maakt de impact kleiner dan die zou kunnen zijn.
Advies: zet de klantreis centraal in je content
Dat kan slimmer. Door bewuster te communiceren per fase van de klantreis, versterk je de samenhang en het effect van je content. Met Coosto pak je dit heel gericht aan...
Gebruik labels om berichten te koppelen aan klantreisfases
Zo houd je grip op de verhouding tussen informatieve, activerende en verbindende content.
Optimaliseer je posts per fase
Gebruik de Post Optimizer om je boodschap écht af te stemmen op je doel. De tool geeft je concrete tips zoals het toevoegen van emoji’s, media of hashtags, of het aanpassen van de lengte van je post — allemaal op basis van wat aantoonbaar werkt voor meer bereik, interactie of clicks.
Meet het effect per fase in Coosto Report
Wil je weten of jouw contentstrategie echt werkt? In Coosto Report kun je precies zien welke klantfases het meeste bereik, clicks of interactie opleveren.
Welke fases presteren het best op social?
Waar haken inwoners op in— en waar juist niet?
Zet je vooral in op awareness, maar blijft de relatieopbouw (loyalty) achter?
Vergelijk met andere gemeenten
Bekijk de verhoudingen en prestaties van andere gemeenten. Wat voor soort berichten delen zij om inwoners te informeren?, terug te blikken op evenementen of vrijwilligers in het zonnetje te zetten? Welke call-to-actions gebruiken ze om inwoners betrokken te houden, ook ná deelname of contactmomenten?
Leer van hun aanpak en pas toe wat bij jouw gemeente past.
Tot slot: van op zichzelf staande content naar een communicatiefunnel
Een goede contentstrategie bouw je op als een funnel. Start met bewustwording (awareness), nodig mensen uit om mee te denken (consideration), maak het makkelijk om tot actie over te gaan (decision) en blijf daarna bouwen aan de relatie (loyalty).
Fasegerichte content helpt gemeenten om inwoners stapsgewijs mee te nemen in hun communicatie. Je speelt in op de informatiebehoefte op het juiste moment, en zorgt ervoor dat elke publicatie bijdraagt aan een groter geheel: het versterken van vertrouwen, het stimuleren van participatie en het opbouwen van een duurzame relatie met inwoners.
Door content intern te labelen, optimaliseren en monitoren, maak je als gemeente een duidelijke stap naar effectievere, strategisch onderbouwde communicatie. En dát kan met Coosto.
Wil je hier ook mee aan de slag?
Wil je jouw contentstrategie verbeteren, meer structuur aanbrengen en écht sturen op effect? We denken graag met je mee. Bijvoorbeeld bij:
Het doorlichten van je huidige contentstrategie
Het toepassen van klantreismodellen op je berichten
Het inrichten van dashboards op basis van klantreisfases
Zo maak je van op zichzelf staande communicatie een samenhangende aanpak met impact.
Benieuwd naar meer inspiratie en praktische voorbeelden voor gemeentelijke communicatie? Ontdek hier onze andere blogs vol tips, onderzoeken en sectorgerichte inzichten.
The marketing tool voor content & social media
Ontdek in real-time hoe klanten jouw merk ervaren — van klachten tot complimenten. Monitor de sentimenten in online berichten en reviews, en reageer proactief om je reputatie te beschermen en te versterken.