Je gaat door middel van alerts, dagelijkse overzichten en korte onderzoekjes in je tool veel input en inzichten krijgen. Over bedreigingen voor je organisatie, over kansen, over potentiële reputatiecrises. Maar moet je op elk bericht dat je organisatie raakt, reageren? Hoe bepaal je welke berichten de moeite zijn om op te pakken? Welke berichten kun je met een gerust hart aan je voorbij laten gaan?
Dit soort beslissingen blijkt in de praktijk vaak lastig. Je kunt daarvoor natuurlijk beroep doen op je eigen inschatting en professionaliteit, maar er zijn gelukkig hulpmiddelen die je beslissing eenvoudiger maken. Bij Coosto gebruiken we daarvoor één model: de Eisenhower-matrix.
De Eisenhower-matrix deelt noodzaak tot actie in op basis van urgentie en belang. Je schat een online gesprek, situatie of issue in, en plaatst het in één van de 4 kwadranten. Het gekozen kwadrant vertelt je hoe je in actie moet komen. We werken ieder kwadrant uit met een praktijkvoorbeeld.
1. Urgent + belangrijk
Als je een alert krijgt in je social media monitoring tool en je ziet dat een onderwerp zowel urgent als belangrijk is, moet het direct je prioriteit krijgen. Het is dan zaak om snel te schakelen. In veel gevallen, als bijvoorbeeld een persbericht of statement de gewenste oplossing is, kun jij als communicatieprofessional daarin de leiding nemen. Je signaleert niet alleen, maar stuurt ook aan en voert uit. Taken die voortvloeien uit dit kwadrant staan in feite in het teken van crisismanagement.
Zo was er rond Netflix in augustus 2017 ineens een sterk negatief sentiment te zien na een algemeen statement. Disney-films zouden niet langer te bekijken zijn via de videostreamingdienst. Dat sloeg online in als een bom.
Het probleem voor Netflix: het nieuws was onjuist. Het verwijderen van Disney-content betrof alleen de Verenigde Staten, want in Nederland zouden de video’s nog ten minste tot 2019 te zien blijven. Een urgente zaak, want de onrust onder Nederlandse abonnees groeide zeer snel. En belangrijk, omdat met deze berichtgeving de kwaliteit en volledigheid van de dienst in twijfel werd getrokken. Netflix reageerde daarom direct.
Update: Disney-fans kunnen opgelucht ademhalen. Disney blijft beschikbaar op Netflix in Nederland #radartv https://t.co/tsnqq5A2WE
— Radar (@avrotrosradar) 10 augustus 2017
2. Niet urgent + belangrijk
Soms vragen online gesprekken die je signaleert niet meteen om reactie, maar duiden ze op bepaalde trends en ontwikkelingen die voor jouw organisatie van groot belang zijn. De lagere urgentie zorgt ervoor dat je de tijd hebt om wat uitgebreider onderzoek te doen en meer samenwerking te zoeken met andere afdelingen. Neem die tijd dan ook. De niet-urgente, belangrijke gesprekken gaan voor een reputatiemanager vaak verder dan damage control: ze betekenen juist nieuwe kansen.
Zo willen bedrijven in de voedingsmiddelenindustrie hun reputatie verbeteren door in te springen op voedingstrends. Onderstaande grafiek toont het verloop van het online gesprek rond veganistisch en vegetarisch eten. Daarin is duidelijk te zien dat deze trend steeds sterker wordt, mét een positief sentiment bovendien.
Unilever heeft deze trend ook gesignaleerd en speelde er in november 2016 op in met een speciaal label voor vegetarische producten.
Unilever tekent partnership met de Europese Vegetarische Unie (EVU) pic.twitter.com/4Jlr13pSG6
— Unilever Nederland (@UnileverNL) 1 november 2016
Hoewel dit een duidelijke trend was, is de kans groot dat hij zónder social media monitoring veel later ontdekt zou zijn. Daarbij zijn er ook veel trends en ontwikkelingen die zich niet zo duidelijk manifesteren als deze.
3. Urgent + niet belangrijk
Het kan ook gebeuren dat er in korte tijd veel berichten worden geplaatst over een issue waar je bij betrokken bent, maar dat toch weinig impact heeft. Jouw bedrijf zelf wordt bijvoorbeeld niet gelinkt aan de situatie, of het betreft berichten die enkel voor afdelingen als sales of webcare interessant zijn. In dat geval kun je het bericht best (snel, want urgent) laten oppakken door de betreffende afdeling, of gewoon aan je voorbij laten gaan.
Dat laatste besloot ook Ziggo Dome te doen, toen er veel boosheid ontstond omdat rapper Drake zijn concerten begin 2017 voor een tweede keer last-minute verplaatste. Bezoekers bleken voor de tweede keer voor niets te komen, en ze voelden zich belazerd. De concerten zouden plaatsvinden in de Ziggo Dome, en het poppodium werd daardoor ongewild onderdeel van deze hele discussie. Het was echter vooral Drake die de hoon over zich heen kreeg. Ziggo Dome kreeg zelf geen verwijten en koos er daarom terecht voor om niet met een statement of reactie vanuit de concertlocatie zelf te komen.
4. Niet urgent + niet belangrijk
Als berichten, gesprekken en discussies bij nader inzien niet urgent én niet belangrijk zijn, kun je ze het beste laten voor wat ze zijn. Niets mee doen, dus. Toch blijkt dit in de praktijk een gevaarlijk kwadrant. Veel communicatieafdelingen zijn stiekem veel tijd kwijt met zaken die niet urgent en niet belangrijk zijn. Werk voor collega’s waar niets mee gedaan wordt, veel tijd steken in communicatiemiddelen die nooit het gewenste effect hebben. Communicatieadviseurs hebben daardoor vaak het idee dat ze geleefd worden. Door gebruik te maken van de Eisenhower-matrix, geef je prioriteit aan de zaken die prioriteit verdienen. Je werkt efficiënter, voert werkzaamheden uit die daadwerkelijk nut hebben en bereikt daardoor betere resultaten.
Onder andere onderzoeksbureau McKinsey beschrijft dat gemiddeld 26% van de aankoopbeslissingen voortkomt uit sociale aanbevelingen. Maar liefst 92% van ondervraagde mensen geven in een onderzoek van onderzoeksbureau Nielsen aan dat ‘earned media’ zoals aanbevelingen van vrienden en familie meer vertrouwd worden dan andere vormen van adverteren.
Het krijgen van deze aanbevelingen is hierdoor van enorm belang voor je merk en om die reden ben jij als marketeer natuurlijk altijd op zoek naar het creëren van een positieve word-of-mouth. Een van de manieren om deze positieve word-of-mouth te krijgen is het inzetten van influencers. Maar wie zijn deze influencers, hoe zet je ze in, waarom werkt het en hoe ga je beginnen?
Wat zijn influencers?
Laten we starten bij het ontleden van de term ‘influencer’. BusinessDictionary.com benoemd influencers als individuen die de kracht hebben om aankoopbeslissingen te beïnvloeden door autoriteit, kennis, positie of relatie. Deze uitleg laat al zien dat een influencer invloed kan uitoefenen op meerdere manieren. Kyle Wong beschreef in 2014 een som om de mate van invloed van een influencer uit te kunnen rekenen.
‘’Influence = Audience Reach (# of followers) x Brand Affinity (expertise and credibility) x Strength of Relationship with Followers’’
Uit deze som komt duidelijk naar voren dat invloed drie verschillende voorwaarden heeft. Daarom is het belangrijk om bij het selecteren van je influencers te kijken naar punten als expertise, geloofwaardigheid, maar ook naar de sterkte van de band tussen eventuele influencer en volger.
Maar wat kan de inzet van influencers opleveren? Volgens onderzoeksbureau Tomoson verdienen bedrijven gemiddeld $6,50 aan elke dollar die besteedt wordt aan influencer marketing. Winst kan dus een prima reden zijn om aan de slag te gaan met influencers!
Voor ik inga op hoe je de eerste stappen kan gaan zetten om de perfecte influencers te vinden is het slim om eerst in enkele cases te duiken en hierdoor meer inzicht te krijgen in hoe de inzet van influencer marketing werkt.
Hoe Karvan Cévitam influencers inzet
Karvan Cévitam leent zich met de recente inzet van influencers perfect voor een mooie case! In april dit jaar nodigde zij influencers uit voor een boottocht over de Amsterdamse grachten ter promotie van een campagne voor Karvan Cévitam GO. Naast dit influencer evenement werd het Nederlandse publiek uitgenodigd om eigen #KCGO momenten te delen op social. Hiermee maakten zij kans om een rit in de KCGO-limousine te winnen. Samen zorgden beide acties voor ontzettend veel social media activiteit.
Het effect van de inzet van deze influencers is goed te meten met Coosto. De campagne was actief in de maand april, wat goed te zien is in Coosto. Je ziet in bovenstaande afbeelding een duidelijke piek vanaf de start van de campagne tot aan het influencer evenement op 31 maart.
De totale KCGO campagne zorgde voor bijna 500.000 impressies op social media. Hiermee heeft Karvan Cévitam een ontzettend groot publiek weten te bereiken. Daarnaast is het merk erin geslaagd om de doelgroep te enthousiasmeren om de Karvan Cévitam producten te gebruiken en hier content over te publiceren.
#Playbold met Doritos
Doritos zette eind 2015 verschillende influencers in voor de #playbold campagne. Dit deed het merk door bekende Nederlandse Youtubers enkele uitdagingen te laten uitvoeren. Zowel Doritos als de influencers maakten verschillende video’s over deze uitdagingen. Deze content werd vervolgens via de social media kanalen van zowel Doritos als de influencers gedeeld met de buitenwereld. Het merk bereikte hierdoor enorme aantallen jongeren. Een voorbeeld zijn de video’s van Youtuber Fifalosophy die ruim 171.000 en 165.000 keer bekeken werden.
Dat de campagne goed werd ontvangen door de doelgroep van Doritos laat zich goed zien in het feit dat 39% van de totale berichten een positief sentiment kreeg.
Hoe Daniel Wellington de markt veroverde met influencers
De laatste case die ik wil bespreken is die van het Zweedse horlogemerk Daniel Wellington. Dit relatief jonge horlogemerk heeft sinds de oprichting in 2011 in hoog tempo aan fans gewonnen. Daniel Wellington, bekend van de nylon NATO stijl horlogebandjes, koos een aantal jaren terug om voor haar marketingactiviteiten enkel gebruik te maken van influencer marketing. Een strategie die destijds enorm afweek van die van de concurrentie maar zich over de afgelopen jaren volledig heeft terugbetaald. Iets wat terug te zien is in het aantal volgers en fans die het merk heeft gekregen.
Om het bereik te blijven vergroten neemt het merk continu contact op met verschillende influencers over de hele wereld. Deze krijgen naast een financiële vergoeding enkele horloges toegestuurd om deze in posts te promoten. Daarnaast maken alle fans van het merk die zelf content publiceren maken, en daarin de hashtag #DanielWellington gebruiken, kans om uitgelicht te worden op het kanaal van het merk. Iets waar vrijwel iedere fan van het merk van droomt.
Maar wat leveren deze fans het merk uiteindelijk op? Daniel Wellington boekte, mede door deze marketing strategie, in 2015 een winst die 214% hoger was dan die van het jaar daarvoor! Een mooi resultaat dat de kracht van influencer marketing goed laat zien.
Zo vind je online influencers
Karvan Cévitam zorgt voor een prachtige case om één van de toepassingen van influencer marketing te demonstreren. Maar hoe ga je nu aan de slag met influencer marketing? Wat is een goede eerste stap om mee te beginnen? Dit is het beste uit te leggen met een klein voorbeeldje.
Stel je wil graag vrouwelijke influencers inzetten voor een campagne rondom de nieuwe zomercollectie van je kledingmerk. Een goede eerste stap is om in Coosto een zoekopdracht op te stellen die alle social media berichten rondom zomerkleding in beeld brengt.
Heb je hier hulp bij nodig? Neem dan contact met ons op en dan helpen wij je hier graag mee!
Zodra deze zoekopdracht staat breng je in de tool alle auteurs in kaart door op de auteurs (of authors in de Engelse versie) te klikken. Wanneer je deze lijst sorteert op invloed ontstaat een mooi overzicht van social media gebruikers die over je onderwerp praten én een grote invloed hebben.
Nu heb je een ideaal startpunt om de perfecte influencers te selecteren voor je campagne en/of merk. Kijk vervolgens vooral goed naar de individuele mensen zelf, lees de content die ze plaatsen en leer ze kennen. Zo krijg je inzicht in de expertise, betrouwbaarheid en in hoe sterk de band met jouw doelgroep is.
Influencers kunnen je helpen om een specifieke doelgroep te bereiken op een persoonlijke manier. Ze zijn in staat je merk tot leven te brengen en onderzoek laat zien dat het effect groot kan zijn. Bedenk wel dat een goed doordachte strategie centraal staat aan een effectieve campagne.
1. Bepaal je doelgroep
Voordat je een keuze kan maken waar je content gaat plaatsen, wil je eerst precies weten waar jouw doelgroep actief is op social media. Nu hebben de meeste van ons een duidelijk beeld van de doelgroep en waar deze gevonden kan worden, maar hoe weet je precies waar je doelgroep op social actief is? Een goede eerste stap is om te zoeken naar woorden die door je doelgroep veel worden gebruikt.
Neem nou als voorbeeld een smartphonemerk. Je hebt een fantastisch product en wilt deze met toffe content op social media naar je doelgroep brengen. Zo vind je de doelgroep op social media:
Door met Coosto social media te monitoren met deze zoekopdracht vinden we ruim 123.000 berichten over een periode van 3 maanden. Lijkt de zoekopdracht eng? Valt wel mee hoor, met deze zoekopdracht laat ik Coosto zoeken naar social media berichten met woorden als smartphone, smart phone, smartphones, mobiele telefoon, mobilephone en berichten waar het woord Android in de buurt van het woord telefoon of phone staat.
TIP: gebruik de social media inzichten om je buyer persona's aan te vullen of te maken zodat je weet hoe je doelgroep zich gedraagt op social media en waar je deze kunt vinden.
Met Coosto is het mogelijk om snel naar trends, bronnen en meest gedeelde links te kijken. Zo laat Coosto zien dat berichten over smartphones vooral geplaatst worden op Twitter, nieuwssites en blogs. Facebook is de vierde grootste bron van berichten, gevolgd door fora op plek 5. Zo weet je precies wat interessante platformen zijn om op te publiceren.
Waar praat je doelgroep over? Je hebt natuurlijk geen tijd om 123.000 berichten door te lezen om hier achter te komen. Gelukkig geeft Coosto snel inzicht door te kijken naar de ‘trending topics’. Dan valt op dat er voornamelijk over de volgende woorden gesproken wordt:
TIP: Pokémon is veelbesproken in de maanden mei, juni en juli van 2016 door het mobiele spelletje Pokémon GO). Inhaken op deze hype zorgt ervoor dat je de doelgroep bereikt met actuele content.
Nu we weten waar de doelgroep over praat en waar ze dit doen kunnen we ons buyer persona al aardig vullen. Deze data kan je uiteraard nog veel verder filteren. Zo vind je interessante inzichten om eventueel in de toekomst content op af te stemmen. Enkele voorbeelden hiervan zijn:
2. Maak killercontent voor verschillende social media platformen
Je weet waar de doelgroep gevonden kan worden en zelfs waar ze de afgelopen tijd over praten. Met deze informatie achter de hand ga je eigen content afstemmen op deze onderwerpen.
Voor ons voorbeeld weten we dat de doelgroep de afgelopen maanden over smartphones praat in combinatie met Pokémon (GO) en dat dit vooral gebeurt op Twitter, nieuwssites, blogs, Facebook en Fora.
Consistentie is key op social media. Zorg dat er structuur in je posts komt en je doelgroep(en) met regelmaat relevante berichten te zien krijgen. Hoeveel posts zijn hier voor nodig? Daar is geen eenduidig antwoord op te geven en vooral iets wat je zelf moet voorspellen, testen en herhalen. SocialBakers keek naar Facebook data van enkele grote merken en analyseerde hoe vaak zij content plaatsen.
De 411 regel is een goede regel om in het achterhoofd te houden. Deze geeft aan dat een goede mix aan berichten bestaat uit 4 educatieve posts, 1 ‘soft promotion’ post en 1 ‘hard promotion’ post. Breng structuur aan in deze berichten en analyseer de statistieken per soort post. Een contentkalender maakt dit soort dingen gemakkelijk.
Coosto Publish geeft je een overzichtelijke contentkalender waarin je per dag berichten in kan plannen en deze ook goed kan meten. Door op de gewenste dag te klikken start je eenvoudig met het typen van je eerste bericht.
Keuzes die je in content maakt zoals de tijd van plaatsing en of er wel of geen foto’s zijn gebruikt zijn punten die ik graag in mijn labels aangeef. Zo is hier goed op te meten wanneer je na een tijdje terug kijkt naar je geplaatste content. Een ander voorbeeld is de 411 regel waarbij je drie labels aan kan maken om aan te geven of het om een educatieve, ‘soft promotion’ of ‘hard promotion’ post gaat.
Wat is een goede tijd om content te plaatsen? Gelukkig hebben we eerder al een zoekopdracht gemaakt die een beeld geeft van de doelgroep. Ons Coosto-dashboard geeft voor onze zoekopdracht o.a. een heatmap weer die aangeeft wanneer de meeste berichten geplaatst worden.
De heatmap laat zien dat donderdag een goede dag is om content te plaatsen en dat er in het weekend minder buzz rondom smartphones is. Het toevoegen van sterke afbeeldingen is hierbij belangrijk, maar wat zijn de beste afmetingen voor deze afbeeldingen? Download hier een sheet met alle formaten van Facebook. Twitter, LinkedIn en Instagram.
3. Meten = weten
De eerste berichten zijn ingepland en zodra deze online komen ga je ook informatie als het aantal impressies, likes en engagement zien. Door berichten te analyseren ga je vooruitgang boeken.
Blijf testen met tijden, afbeeldingen, video’s, hashtags en onderwerpen. Zo ontdek je welke content voor welk platform goed werkt en of interesses van de doelgroep eventueel veranderen. Met deze 3 stappen wordt publiceren op social media een stuk gemakkelijker.
Klaar voor een vliegende start op social media? Download ons handige social media publishing cheat sheet en weet altijd de perfecte afbeeldingen te plaatsen bij je posts.
1. Reageren op online koopintenties
Start met het monitoren van koopintenties. Consumenten plaatsen dagelijks miljoenen berichten op social media, blogs en fora. Met een mediamonitoringtool kun je uit al deze berichten precies de leads signaleren waarnaar jij op zoek bent. Je kunt bijvoorbeeld zoeken naar een bepaalde behoefte of probleem of zoeken op product- of merknaam.
Beide typen leads kun je benaderen door direct te reageren op hun online bericht. Maar let op, een consument die op zoek is naar een nieuwe smartphone met een goedkoop abonnement zit minder diep in de customer journey dan een consument die op zoek is naar de nieuwste iPhone. Zo zal de consument die op zoek is naar een nieuwe smartphone veel meer waarde hechten aan een conversatie waarin hij een aanbod krijgt van verschillende smartphones inclusief een voordelige bundel dan enkel een link naar de nieuwste iPhone.
Het toevoegen van waarde aan een conversatie is essentieel om in de ogen van de consument niet als irritant (spam) te worden gezien. Zorg in eerste instantie dat je met jouw reactie de consument helpt met zijn vraag en kijk dan hoe je hem of haar via bijvoorbeeld een persoonlijke aanbieding kan overtuigen.
2. Reageren op online klachten
Consumenten delen hun onvrede vaak online. Naast monitoring op koopintenties is het daarom nuttig om klachten te monitoren. Start met het monitoren van je eigen merknaam om een reputatiecrisis te voorkomen. Door te reageren op online klachten beïnvloedt je klanttevredenheid en merkevaluatie op een positieve manier.
Maar hoe pas je social selling toe? Speel in op het online klaaggedrag van consumenten en monitor de berichten over de producten of diensten van de concurrent. Zorg dat je tijdens de conversatie een goed alternatief biedt op basis van de consument zijn wensen en zorg dat hij of zij direct zijn transactie kan voltooien via bijvoorbeeld een link naar de betaal- of overstappagina.
Mogelijk is het vraagstuk van de consument te complex om online te beantwoorden. Je kunt dan vragen om een telefoonnummer, zodat je de consument beter te woord kan staan en kunt helpen. Het nadeel van deze methode is wel dat je het proces verplaatst van online naar offline terwijl je juist wilt zorgen dat het complete proces tot en met transactie via social media plaatsvindt.
3. Marktanalyses op geografische locatie
Bedrijven met meerdere vestigingen kunnen op basis van marktanalyses inzicht krijgen in online berichten over hun merk of product op basis van geografische locatie. Met name voor retailers biedt het uitstekende mogelijkheden om het online aanbod met het offline aanbod samen te laten komen. Als een consument die bijvoorbeeld op zoek is naar een donkere jeans van H&M online zijn maat niet meer kan vinden, kan H&M hierop inspelen door te kijken waar de dichtstbijzijnde vestiging is vanuit waar de consument zijn bericht plaatst. Mogelijk ligt de donkere jeans in deze vestiging nog op voorraad. Door het starten van een conversatie kan je de consument hiervan op de hoogte stellen. Eventueel kan je de jeans ook nog voor een korte periode reserveren, zodat hij/zij langs de winkel kan gaan om de jeans te kopen. Zo combineer je extra sales met klantenservice en creëer je online ambassadeurs.
4. Influencermarketing
Voor social selling worden steeds vaker influencers ingezet om een product of dienst op de kaart te zetten. Via een monitoringtool kun je een lijst samenstellen van auteurs op het hele sociale web die aan een bepaald profiel of buyer persona voldoen. Op basis van bereik- en invloedscores kun je de auteurs beoordelen. Deze auteurs kun je inzetten voor het promoten van producten of diensten. Het is een indirecte manier van social selling wat voornamelijk zorgt voor naamsbekendheid.
5. Trending topics en bronnen
Door op je eigen merknaam of op concurrenten te monitoren kan je heel eenvoudig inspelen op de laatste trends die voor jouw organisatie interessant zijn. De automatisch gegenereerde trending topics en berichten vanuit een tool geven ontzettend veel informatie wat de doelgroep bezig houdt en waar jij later op kunt inspelen. Daarnaast laten tools ook zien op welke kanalen de doelgroep praat. Bij de inzet van social selling kan je hier rekening mee houden.
In onderstaand voorbeeld zie je trending topics van het bedrijf Juniqe. Via de trending topics zien zij direct waar hun klanten het meest over praten.
In de trending topics komt duidelijk naar voren dat men veel praat over de premium posters. Via social media advertising spelen ze hier uitstekend op in. Zo biedt Juniqe de mogelijkheid aan de consument om de premium posters direct via Facebook te kopen door de inzet van Shopping Ads.
6. Social payment
Naast de inzet van social selling via een social-mediamonitoringtool kun je overwegen om een social payment proces te implementeren voor social selling. Het uiteindelijk doel van social selling is om de consument een transactie te laten doen via de website. Zo kun je met de consument een link delen via een direct message of privébericht. De link verwijst naar een pagina waar de consument de transactie kan voltooien of naar een pagina waarin het aanbod opgenomen is waar hij/ zij geïnteresseerd in is.
Een goed voorbeeld van een bedrijf die het social payment proces op orde heeft is KLM. Klanten die op Twitter en Facebook aangaven dat ze tickets wilden boeken of extra’s wilden afnemen, werden voorheen nog gebeld door een klantenservicemedewerker om een creditcardbetaling te kunnen doen. KLM wilde de klant de mogelijkheid bieden om ook online hun transactie te kunnen doen. Daarom ontwikkelde KLM als eerste vliegtuigmaatschappij een methode om via social media transacties te kunnen afronden. KLM stuurt een link naar een klant in een privébericht op Facebook of Twitter. De klant kan via de link een voorkeur geven voor een betaalmethode en de transactie voltooien. De webcaremedewerker bij KLM ontvangt een bericht zodra de transactie voltooid is en de klant ontvangt op zijn beurt de betalingsbevestiging. De 130 social media service medewerkers bij KLM beantwoorden zo wekelijks 35.000 aanvragen via Facebook en Twitter.
Stel het beeld van je doelgroep scherp
Voordat je zomaar naar influencers gaat zoeken, is het belangrijk het beeld van je doelgroep scherp te stellen. Probeer buyer persona's (representaties van je doelgroep) op te stellen of bij te stellen met de nieuwste informatie. Zo krijg je een goed beeld van je doelgroep, wat later bruikbaar is om deze effectief te kunnen vinden.
Observeer hiervoor customer journeys in real life en vraag klanten om informatie. Vraag ze naar dagelijkse bezigheden, doelen, wensen, ervaringen en frustraties. Doe dit wel tijdens de aankoop, het beslissingsmoment of blootstelling aan reclame, zodat je de beste informatie krijgt.
Ben je niet in de gelegenheid dit te doen of wil je je persona’s niet baseren op de informatie van een klein aantal mensen, maak dan gebruik van de oceaan aan informatie die social media je biedt. Consumenteninterviews en social media zijn beide goede informatiebronnen om te gebruiken, omdat ze vaak completer en betrouwbaarder zijn dan antwoorden op een enquête. De informatie is namelijk in beide gevallen uit eerste hand en direct beschikbaar, gedurende of zeer kort na de ervaring gedeeld, er is context beschikbaar en het is niet eenzijdig of anoniem.
Met socialmedia-monitoringtools kun je de informatie van het hele sociale web gebruiken, zodat je een complete dataset krijgt om analyses op los te laten. Denk aan Facebook, Twitter, Instagram, YouTube, LinkedIn, Pinterest, Google+, (consumenten)fora, nieuwssites en blogs.
Een voorbeeld: je bent een reisbureau en wilt weten wie zich ook buiten de vakanties met reizen bezighoudt. Met socialmedia-monitoringtools bouw je eenvoudig een zoekopdracht op basis van het onderwerp en de tijdsperiode. Omdat je op zoek bent naar mensen en niet naar onder andere bedrijven en websites, zoek je bovendien enkel naar berichten van auteurs die herkend worden als man of vrouw.
Ruim 2 miljoen berichten met de woorden travel, reizen, vakantie en vakanties werden over een periode van 2 jaar (zomermaanden uitgesloten) online geplaatst. Eventuele irrelevante berichten kun je wegfilteren door naar de trending topics of auteurslijsten van deze berichten te kijken en vervolgens grote stoorzenders uit te sluiten.
De automatisch gegenereerde trending topics en berichten geven ontzettend veel info over de doelgroep. Ze laten zien wat de doelgroep bezighoudt en waar jij later op kunt inspelen. Daarnaast laten tools ook zien op welke platformen de doelgroep praat.
Als je eenmaal een redelijk algemene karakteristiek hebt ontdekt in de trending topics, kun je een lijst samenstellen van auteurs op het hele sociale web die aan dat profiel voldoen. Hiermee kun je nog preciezer kijken met welke onderwerpen deze mensen zich bezighouden, enzovoort. Een influencer kiezen voor onderwerpen als ‘food’ en ‘cosmetica’ is erg simpel, maar als je een complexer product of dienst verkoopt, is dit vaak nodig.
Een derde manier voor input voor het vormgeven/updaten van je personas is engagement op LinkedIn Groups. Zoek naar relevante groepen, wordt lid en praat met je doelgroep. Zo leer je ze beter kennen en ben je in staat om je persona te testen of uit te breiden. Houd in de gaten dat persona’s met de tijd veranderen. Persona’s zijn een afspiegeling van je doelgroep en dienen met regelmaat herzien te worden. Sla zoekopdrachten in je socialmedia-monitoringtool daarom op en monitor op veranderingen. Blijf daarnaast continu in dialoog met je doelgroep om trends te spotten.
Vind relevante influencers
Tijd om influencers te zoeken. Een mogelijkheid is handmatig socialmediaberichten over bijvoorbeeld reizen te scannen om vervolgens hopelijk een interessante influencer te vinden. Dit kan gelukkig veel sneller en efficiënter met tools. De eerder geschreven persona’s geven je gedetailleerde informatie over je doelgroep. Waar praat deze over, waar is deze (online) te vinden, is deze overwegend mannelijk of juist vrouwelijk en praat deze veel of juist weinig op social media platformen? Informatie waar natuurlijk perfect op te filteren is zodat je direct de mensen vindt die in dit plaatje passen.
Bij het voorbeeld van het reisbureau zijn blogs een belangrijke bron. Door blogs als type platform toe te voegen aan de zoekopdracht, vind je 47.702 bloggende auteurs, die te sorteren zijn op het aantal retweets en reacties. Auteurs waarvan jij weet dat deze goed in jou doelgroep passen omdat deze zichtbaar overeenkomsten tonen met de eigenschappen die in jou persona beschreven zijn. Door te sorteren zie je direct de berichten van populaire auteurs. De kans is groot dat deze van influencers komen. Hierdoor ontstaat een top-10.
De auteurs in deze lijst hebben in veel gevallen een eigen blog waarop ze over reizen praten. Maar omdat je ook direct ziet wat deze mensen op andere blogs zeggen, is te zien met welke andere mensen, vaak medereisliefhebbers, ze praten. Door deze blogs te noteren, ontstaat al snel een lijst met bloggende influencers die geschikt kunnen zijn voor jouw doelen. Ken je al interessante blogs, fora of influencers? Kijk dan vooral ook naar de reacties van anderen op deze bronnen en welke content hier veel gedeeld wordt.
Voor Twitter-auteurs is het mogelijk om naar de invloedsscore te kijken. Deze invloedsscore geeft de mate van dialoog weer die een auteur weet te genereren met zijn of haar social posts onder zijn of haar volgers. Erg nuttig, omdat een influencer die veel dialoog weet te creëren onder zijn/haar volgers duidelijk invloed heeft op het netwerk. Door hierop te sorteren en vervolgens te kijken naar auteurs die regelmatig over het onderwerp spreken, zijn al snel influencers te vinden. Door de doelgroep te monitoren en te volgen op social media, zie je al snel welke onderwerpen, berichten en merken zij interessant vinden en of deze persoon bij jouw merk past.
Relevante LinkedIn-groepen, Instagram en YouTube zijn ook interessante plekken om influencers te vinden. Met je tool zie je gemakkelijk welke auteurs discussie weten op te wekken en wie er met antwoorden op prangende vragen komen. Mogelijk zijn deze mensen ook op andere platformen actief en bereiken ze daar een groot deel van de doelgroep.
Nog twee tips bij het vinden van influencers. Ten eerste: blijf altijd denken aan de interesses van je doelgroep. Misschien schrijft de doelgroep over andere onderwerpen dan de onderwerpen waaraan je zelf dacht. Ten tweede is het belangrijk een lijstje van meerdere influencers op te stellen. In de praktijk is niet altijd iedereen uit deze analyse een perfecte match en staat niet iedereen open voor (meerdere) commerciële betrekkingen.
Zoek contact met je influencers
Beschrijf waarom de influencers op je lijstje zo goed bij jouw merk passen. Bepaal wat jouw merk de influencer kan bieden. Dat kan een (passende!) financiële vergoeding zijn voor de diensten, maar ook netwerkmogelijkheden, grotere bekendheid, een groter bereik of een levering in producten. Probeer on- en offline een band op te bouwen. De vraag naar een samenwerking kun je het beste niet openbaar stellen, maar via een privébericht, e-mail, telefonisch of face-to-face. Soms werken influencers via bureaus en loopt het contact via hen.
Waarschijnlijk ben jij niet de eerste die wil samenwerken met je gevonden influencers. Om die reden is het belangrijk om credibility op te bouwen, bijvoorbeeld met sterke content die influencers weet te overtuigen van de match met jouw merk. Gebruik de eerder opgedane kennis om content te schrijven die de doelgroep vindt - en daarmee ook de influencers. Zo verhoog je de kans op samenwerking en bereik je de doelgroep beter.
In totaal zijn er 300.000 excuses te lezen van bedrijven op X en Facebook in het afgelopen half jaar. De mea culpa van PostNL was het vaakst terug te lezen op sociale media. Zij verontschuldigden zich voor de stakende postbezorgers. Naast de honderdduizenden excuses valt er ook 100.000x te lezen dat een organisatie iets vervelend vindt (koploper: KLM) en 11.000x te lezen dat een organisatie zegt erop terug te komen.
Zo zeggen organisaties sorry op sociale media:
Als organisaties in contact staan met hun klanten op sociale media, wordt er in 88% van de gevallen voor gekozen om "ik" te zeggen en in 12% van de gevallen "wij". Dat lijkt een zeer bewuste strategie van veel organisaties, omdat ook 800.000 tweets worden afgesloten met een naam of initialen (^RD / ^Rens) en 300.000 Facebookreacties worden afgesloten met "Groetjes, ...". Maar als er excuses moeten worden aangeboden, vervalt de meerderheid in "onze excuses" in plaats van "mijn excuses". Ook bij een belofte als "ik kom erop terug" vs. "wij komen erop terug" wordt vaker gekozen voor de wij-variant.
SWOCC constateerde eerder niet alleen dat excuses aanbieden goed is voor je reputatie, maar ook dat persoonlijk en informeel reageren positief afstraalt op je merk. Ze lieten zien dat steeds meer merken een informele toon gebruiken. Dat zie ik ook terug in de Coosto-data: 90% van de organisaties spreekt haar klanten online aan met je/jij en slechts 10% met u.
Online klantenservice wordt volwassen en dus zie je ook dat klantenserviceteams niet bang zijn om excuses aan te bieden. Daarnaast is te zien dat webcareteams informeler en persoonlijker worden. Bij de combinatie tussen het persoonlijke en het aanbieden van excuses wringt hem de schoen: velen verschuilen zich toch nog achter de organisatie bij het geven van een excuses. Laat dat een leerpunt zijn voor alle online klantenserviceteams.
Het onderzoek
De wetenschappelijke studie onderzocht of en wanneer de social media activiteiten van een bedrijf gerelateerd zijn aan corporate reputation en wat de rol hierin is van online engagement. Daarbij kozen ze voor KLM als voorbeeldbedrijf, omdat dit bedrijf zeer actief is op social media, een grote fanbase heeft en als voorloper gezien wordt op het gebied van social.
Ze ondervroegen klanten en niet-klanten van KLM. Het betrof een representatieve afspiegeling van de bevolking, deelnemers aan het loyalty programma Flying Blue van KLM en fans en volgers van KLM’s social media kanalen. Ze vroegen daarbij naar hun social media gebruik, hun engagement met KLM's social media activiteiten en hun beeld van KLM’s reputatie.
Online engagement met het bedrijf bleek de perceptie van de bedrijfsreputatie onder consumenten te verbeteren, waarbij het effect sterker was onder niet-klanten. Natuurlijk was het wel zo dat hoe meer men met social media deed, hoe meer engagement er was en hoe beter de reputatiescore.
Waarom social media engagement tot een betere reputatie leidt
KLM plaatst net als andere bedrijven voornamelijk deelbare en aantrekkelijke content, prijsvragen en goed nieuws op hun Facebook- en Twitterkanalen. De positief gekleurde uitingen op de social media kanalen van KLM geven als het ware kleur aan het beeld dat iemand heeft van de organisatie. Op die manier zorgt social media engagement voor een betere reputatie onder de mensen die eraan zijn blootgesteld. Omdat niet-klanten nog redelijk blanco zijn -ze hebben geen eigen ervaring met het bedrijf en weinig eerdere interacties gehad- wordt hun beeld meer ingekleurd dan dat van klanten.
Berichten van het publiek over bedrijven en merken zijn voor meer dan 50% positief. Hoewel de 10% negatieve berichten -in dit geval bijvoorbeeld over verloren bagage en vertraagde vluchten- schade kan toebrengen aan de reputatie, hebben we zelf wetenschappelijk bewezen dat openbare reacties door het bedrijf (op de goede manier geschreven) dit negatieve effect te niet doet.
Waarom een goede reputatie tot meer winst leidt
Een goede reputatie zorgt op meerdere manieren voor een hogere opbrengst in je bedrijf. Ten eerste zorgt het ervoor dat meer potentiële klanten kiezen voor jouw product of dienst. Bovendien zijn zij bereid meer te betalen. Daarnaast vormt een goede reputatie een drempel voor markttoetreding en houdt deze zo het aantal concurrenten laag. Ten slotte zullen mensen die al klant zijn eerder opnieuw bij jou kopen en minder snel overstappen naar de concurrent. Social media engagement zorgt dus voor een hogere klantloyaliteit en klantretentie.
Conclusie
Tijd om actie te ondernemen dus. Moet je nog beginnen met het professioneel aanpakken van social media engagement? Hopelijk vormt dit artikel een reden om meer resources vrij te maken voor deze werkzaamheden. Ook al heb je al voldoende resources allocated en een goed team zitten, het kan altijd beter.
Het begon op 10 juli met deze tweet van Bart Nijman. Vervolgens verzamelde GeenStijl 10.000 handtekeningen en gaf de Kiesraad op 13 augustus groen licht. Dat betekende: als op 28 september 300.000 geldige handtekeningen zijn verzameld, is het referendum een feit.
Oplopende buzz
In de eerste campagneweek werden 7.500 online berichten verstuurd over GeenPeil en sindsdien nam dat aantal berichten iedere week gestaag toe. Het hoogtepunt was afgelopen week met zo’n 50.000 social media berichten. In totaal verschenen er in zes weken tijd ruim 100.000 berichten.
Nieuwssites praten niet over GeenPeil
Onder deze kleine 50.000 berichten in de afgelopen week tellen we de sociale netwerken mee (zoals X en Facebook) en ook nieuwssites, blogs en fora. Opvallend is dat er de afgelopen week maar 147 online nieuwsberichten over GeenPeil verschenen. Onder de traditionele landelijke media (NRC, Volkskrant, Metro, RTL, BNR, NOS, Telegraaf, AD, ND, NU.nl, Reformatorisch Dagblad, Spits!, Parool en Trouw) waren dit maar 22 berichten. Het lijkt erop dat traditionele media het niet hebben meegekregen of het initiatief niet belangrijk genoeg vonden om over te berichten.
Het is extra opvallend wanneer je de vergelijking maakt met andere nieuwsitems deze week: Volkswagen en Volkert. Zij worden absoluut én relatief veel meer besproken op nieuwssites. In onderstaande afbeelding zie je links het aandeel berichten op sociale media (publieke agenda) en in de middelste en rechtergrafiek op nieuwssites. Het is duidelijk dat het aandeel oranje (GeenPeil) in de linkergrafiek stukken groter is dan in de andere twee.
GeenPeil werd wél veel besproken op sociale netwerken, maar in vergelijking met Volkswagen en Volkert veel minder op nieuwssites.
Influencers (earned media)
De vraag rijst op: hoe zorg je er dán voor dat 300.000 mensen tekenen? Dat is het beste uit te leggen aan de bekende verdeling tussen earned en owned media. Earned is het aandeel dat GeenPeil heeft ontvangen, gratis door mensen die het initiatief steunen. In de campagnetijd zijn zo’n 100.000 berichten verstuurd over GeenPeil door 16.710 auteurs. Dit heeft 164 miljoen impressies opgeleverd. Het zijn niet alleen veel mensen die het initiatief delen, maar ook veel invloedrijke X-ers met veel volgers (bijvoorbeeld BN’ers) die hebben gezorgd voor extra bekendheid. Dit zijn de X-ers met de meeste volgers:
Ook 13 Kamerleden spraken over GeenPeil: 5 van de SP, 2 van de PVV + PvdD en één van CDA, D66, ChistenUnie en 50+. Niemand van de coalitiepartijen dus. De bewindspersonen brandden er hun tweetende vingers niet aan.
Thunderclap en owned media
Tot zover de earned media, mensen die uit pure goodwill over GeenPeil praten. Dan is er ook nog owned media: het bereik van de initiatiefnemers zelf. Met name bij GeenStijl zit het wel goed qua bereik. Iedere dag besprak GeenStijl op hun site de tussenstand en ze maakten zelf enorm veel social content. Een zeer succesvol idee was de thunderclap: je kon je aanmelden en dan werd er om 14.00u op donderdagmiddag 24 september een tweet verstuurd (voorbeeld). Dit leverde een paar honderd tweets op in enkele seconden en 2,4 miljoen bijbehorende X-impressies.
Voor de communicado’s die de cirkel owned-earned-paid willen rondmaken: er werd ook nog een klein beetje gebruik gemaakt van paid media.
Plasterk was er vrijdag al op voorbereid: hij gaat ervoor zorgen dat het referendum dit voorjaar plaatsvindt. Hoewel de bewindspersonen er niet om staan te springen, staat één ding als een paal boven water: GeenPeil heeft helemaal op eigen kracht (zonder budget, zonder veel media-aandacht) het benodigde aantal stemmen binnengehaald. Voor een groot deel dankzij social media.
1. Wie zegt er iets?
Zodra je in een social media monitoring tool een zoekopdracht aanmaakt – bijvoorbeeld over je merk – dan ben je in staat om te onderzoeken wie er over je merk praat. Dit noemen we ook wel auteurs. Je ziet hoeveel het er zijn, de verhouding tussen mannelijke en vrouwelijke auteurs én hoe invloedrijk ze zijn.
We bepalen de mate van invloed door te kijken hoeveel volgers iemand heeft én hoeveel discussie er doorgaans ontstaat rondom die persoon. Dat is belangrijk om in de gaten te houden. Als iemand zich kritisch uitlaat over je merk en hij/zij heeft een hoge invloedsscore, dan zou diegene als eerste je aandacht moeten verdienen. Duurt het te lang? Dan bestaat er de kans dat er een discussie ontstaat en de situatie uit de hand loopt.
2. Hoe wordt iets gebracht?
Ongeacht voor welke toepassing je social media monitoring wilt inzetten: sentimentanalyses zijn een absolute meerwaarde. In zo’n analyse wordt er onderscheid gemaakt tussen negatief, positief en neutraal sentiment. De verhouding tussen deze drie geeft een goede indicatie van je online reputatie. Het is bovendien dé manier om te beginnen met reputatiemanagement. Zie je bijvoorbeeld een piek in negatief sentiment? Dan wordt het tijd om actie te ondernemen, zodat een potentiële crisis kan worden voorkomen.
Op 2 augustus 2017 kondigde de bank bunq nieuwe tarieven aan, en daar waren klanten op zijn zachtst gezegd niet blij mee. Dat was te zien in het sentiment.
De ‘rode dip’ die we waarnemen in bovenstaande grafiek staat voor het negatief sentiment. Een belangrijk signaal voor bunq. Maar wat is de inhoud van dat sentiment? Oftewel: wat wordt er gezegd?
3. Wat wordt er gezegd?
Bij social media monitoring is het ook interessant om te zien waar je doelgroep over praat. Je constateert misschien negatief sentiment, maar hoe ziet dat negatieve sentiment er dan uit? De word cloud maakt dit duidelijk. Door dieper in ieder trending topic te duiken, haal je naar boven wat men precies bedoelt met bepaalde woorden of uitdrukkingen. En juist die resultaten kunnen belangrijke inzichten opleveren die van invloed zijn op je communicatiestrategie.
Als we in het geval van bunq ín het negatieve sentiment duiken, zien we onderstaande word cloud verschijnen. ‘Idiote prijsverhoging’, ‘duurder abonnement’ en ‘grote verandering’ zijn topics die terugkomen. Klanten zijn er niet blij mee. Voor bunq een reden om nog eens goed na te denken over deze verandering:
En daar had ze overigens niet lang voor nodig. Binnen 2 dagen bracht oprichter Ali Niknam zijn excuses naar buiten. Om zijn teleurgestelde klanten tegenmoet te komen, draaide hij de nieuwe pakketprijzen deels terug. En dat zien we direct terug in de word cloud:
De topics ‘bunq zwicht voor kritiek’ en ‘excuses’ zien we duidelijk terugkomen. De online conversaties gaan dus niet alleen meer over de nieuwe tarieven, maar vooral ook over het antwoord van bunq óp de kritieken. Een voorbeeld hoe je het online gesprek kan sturen zodra je zicht hebt op de gehele online conversatie. Er wordt echter ook over je merk gesproken zonder dat je daarin expliciet wordt vermeld. Dit noemen we gerelateerde reacties. Door juist ook deze reacties te monitoren, breng je het totale gesprek in kaart.
Niet ingaan op de enorme prijsverhoging voor veel mensen en de ophef toeschrijven aan een (klein) aantal klagers op sociale media? Prachtig!
— Tobi Fondse (@tobifondse) August 3, 2017
4. Hoeveel berichten zijn het en met welk bereik?
Een andere essentiële vraag bij social monitoring is ‘hoeveel?’. In welke mate worden er berichten rondom je merk geplaatst online? Een belangrijke indicator, omdat je hiermee in staat bent data te duiden. Het negatieve sentiment kan bijvoorbeeld vrij hoog zijn: 24%. Als het totaal aantal berichten echter 126 is, weet je dat die 24% niet meteen hoeft te betekenen dat er een crisis op komst is.
Die 24% wordt echter een ander verhaal als je een potentieel bereik hebt van 3 miljoen views. Een indicator die ook wel Media Reach wordt genoemd. Dit aantal views geeft aan hoeveel mensen je hebt bereikt met je boodschap, waarbij alle online media bij elkaar zijn opgeteld. Als je met slechts 126 berichten wél 3 miljoen views krijgt, wil dat zeggen dat ontzettend veel mensen de negatieve berichten voorbij hebben zien komen. Dat zou een knauw kunnen geven aan je reputatie. Houd in dat geval een vinger aan de pols en blijf je reputatie meten.
5. Waar wordt het gezegd?
Waar zitten al die mensen dan die over je product of dienst praten? Dat wordt duidelijk met indicators als bronnen, links en websites. Je kunt dan niet alleen zien welk social kanaal het populairst is onder je doelgroep, maar ook op welke andere websites, blogs of fora er over je wordt geschreven. Dat is handig, want buiten je eigen social kanalen heb je niet à la minute in kaart gebracht op welke externe websites er over je merk wordt geschreven.
Alle bovengenoemde indicatoren zijn samen te brengen in één overzicht met behulp van een social media monitoring tool. Een manier waarop je realtime zicht krijgt op al je activiteiten en inspanningen. Dat maakt het monitoren niet alleen gemakkelijker, maar zorgt er ook voor dat je tijdig anticipeert op zaken die de aandacht verdienen.
Social media marketing is het gebruik van social media platformen om in contact te komen met je doelgroep, en zo je merk te versterken, je klanttevredenheid te vergroten, je conversies te verhogen of je merkreputatie te verbeteren. Daarmee richt social media marketing zich op het promotie-aspect van marketing.
Social media marketing omvat het publiceren van kwalitatieve content, maar draait ook om luisteren naar je doelgroep, volgers betrekken bij je merk, resultaten analyseren, adverteren en optimaliseren. Sommige organisaties zien social media marketing slechts als één of enkele van deze aspecten, maar zijn daardoor beduidend minder succesvol.
Gerelateerde termen:
Social media marketing begint met een slimme strategie. Dit is een belangrijke stap, die absoluut niet overgeslagen mag worden. Toch is het geen stap die heel lang hoeft te duren. Het gaat er met name om dat je bepaalt:
Meer lezen over hoe je een strategie opzet, uitvoert en er meetbaar succes mee behaalt?
Technisch is er steeds meer mogelijk. Mede daarom verandert onze sector continu. Maar niet alles dat technisch mogelijk is, hoeft ook uitgevoerd te worden. Hierbij zijn wet- en regelgeving in combinatie met ons moreel kompas de leidraad die we volgen. De afwegingen die we constant moeten maken zijn al jarenlang een gegeven in onze sector. De omstandigheden, wet en regelgeving en mogelijkheden veranderen immers nonstop. Dit vraagt om wendbaarheid en aanpassingsvermogen.
Daarnaast is de afgelopen decennia het algemeen maatschappelijk gevoel van onveiligheid toegenomen. Tevens vindt er een onaflatende digitalisering plaats welke een enorme invloed heeft op de maatschappij. Deze twee stromingen zorgen ervoor, dat de instanties die verantwoordelijk zijn voor het veilig houden van onze maatschappij, altijd zoeken naar tools om hieraan bij te dragen.
Maar als Coosto moeten wij ook de voorwaarden van sociale platformen en onze partners respecteren. De huidige voorwaarden van Facebook stellen bijvoorbeeld dat Facebook data niet gebruikt mag worden voor surveillance toepassingen door overheden. Uit onlangs verschenen nieuwsberichten begrijpen wij dat sociale platformen zoals Facebook veiligheidsverzoeken rechtstreeks met overheden gaan faciliteren.
Het gevolg is dat wij een klein deel van onze klanten, daar waar dit relevant voor is, een aangepaste dienst leveren om de lijn van Facebook te volgen. Binnen de mogelijkheden die platformen ons bieden, gaan wij zoals altijd graag met onze klanten in gesprek. Hierdoor blijft persoonlijk maatwerk voor de klant toenemen; dat is de trend en daar blijven we gedreven in voorzien.
----
Dit artikel is gepubliceerd op 28-06-2017